Text
Droomdagboek entry no. 3: Ik weet hier echt geen titel voor???!!!
Ik woonde in een knus klein huisje in een klein dorp. Het was laat in de avond en ik zat met mijn echtgenote aan de dinertafel. De dinertafel was rond en stond in de keuken. Op het midden van de dinertafel stond een fruitschaal met een trosje bananen, een paar appels en wat sinaasappels. De keuken had gele muren die de rest van de keuken erg complimenteerde. De achterdeur was twee stappen van de tafel vandaan en had een deur waarvan je de bovenste helft los open kon maken. Naast de deur was ook een raam die de achtertuin in keek, de achtertuin was via links verbonden met de voortuin (als je vanuit de achtertuin naar de achterkant van het huis kijkt) en was daar niet van afgeschermd.
Uit mijn ooghoek zag ik iemand langs het raam lopen en ik liep vast naar de achterdeur toe. Het was een jonge man die er niet heel helder uit zag. Ik groette de man en vroeg hem of er iets aan de hand was. Hij keek om zich heen en vroeg vervolgens of ik iets te eten voor hem had. Het viel mij nu pas op dat de man zijn kleding in erg slechte staat was en vermoedde dat hij op straat leefde. Ik vertelde hem dat ik wel een boterham voor hem kon maken en liep de keuken in om een boterham met jam te smeren. Ik gaf de boterham aan de man die mij vriendelijk bedankte, er een hap van nam en toen de achtertuin verliet. Ik stak mijn hoofd uit de opening van de deur om de achtertuin te checken. Het was al een paar uur donker en in dit gebied was het erg gevaarlijk om je buiten te begeven. Het is namelijk niet ongewoon om aangevallen te worden door monsters, zoals de andere dorpelingen ze noemen. Ik heb nog nooit monsters gezien, maar als iedereen er zo bang voor is moet er wel iets zijn. Waarschijnlijk zijn het gewoon wilde dieren die in het bos verder op leven, wolven ofzo.
Ik zag niks en deed de deur dicht. Ik keek nog even door het raam en besloot toen weer aan de tafel te gaan zitten. Kort daarna zag ik dat dezelfde man zich weer naar mijn achterdeur bevond. Ik deed weer de bovenste deel van de deur open en voor ik wat kon zeggen vroeg hij verbaasd: “Hoe maak je die dingen?” Ik zag dat de man nog steeds niet helder uit zijn ogen keek en bedacht me dat hij misschien aan de drugs zat of een grap met me uit probeerde te halen. Ik was er niet van gediend rond dit tijdstip en verzoekte de man vriendelijk om weg te gaan. Ik stak mijn hoofd uit het raam en zag een beer van een man de hoek van het huis om komen. De man was zeker twee meter hoog en extreem breed. Sinds de jongeman die voor mijn deur stond zich niks bleek aan te trekken van het ‘monster’ dat een paar meter naast hem stond vermoedde ik dat hij bij hem hoorde. Uit schrik riep ik boos: “rot eens op man!” en sloot de deur waarna ik die op slot draaide. “Hoe maak je zulke lekkere broodjes?” schreeuwde de man vanaf de andere kant van de deur waarna een smerig lachje volgde. Ik zette een paar stappen naar achter en staarde naar de deur verwachtend dat die elk moment ingetrapt kon worden. Ik keek naar mijn echtgenote, ze zat stil aan tafel met haar handen naast elkaar op het tafelblad en keek emotieloos voor zich uit. Ik keek weer naar de deur en verbaasde me over de stilte sinds de lach. Ik draaide me om en de jongeman stond recht voor me. Met een enge brede lach en zijn hoofd schuin schreeuwde heel hard hij in mijn gezicht “Hoe maak je zulke lekkere broodjes dan?!” en lachte weer, dit keer klonk het meer als een schaterlach. Hij liep naar het keukenblad waar het bordje waarop ik de boterham had gesmeerd nog lag. Hij gooide de kastjes die boven het keukenblad zaten open en rommelde tussen de spullen die er in lagen. Ik stond versteend van angst toe te kijken hoe hij een zooitje maakte van mijn keuken. Ik keek nog een keer om naar mijn echtgenote die nog steeds het zelfde zat. De man had ondertussen een zak brood gevonden en scheurde het open waardoor het brood door de keuken vloog. Hij pakte twee sneetjes die op het keukenblad waren gevallen en gooide ze op het bord.
6 notes
·
View notes
Text
Droomdagboek entry no. 2: Zombie uitbraak tijdens school uitje
We waren aangekomen op het eiland. Ik en een paar vrienden besloten de rest van de klas te verlaten en onze eigen tour te nemen. We hadden allemaal flyers gekregen met een plattegrond van het eiland dus verdwaald zouden we niet raken. Daarnaast was het eiland ook niet heel groot dus het zou niet veel kwaad doen zolang we op tijd terug zouden zijn. De groep bestond uit twee meiden, twee jongens en ik. We konden het goed met elkaar vinden. We hadden dezelfde humor en iedereen begreep elkaar. Het klikte gewoon erg goed!
We liepen door het dichte jungle gedeelte van het eiland toen we merkte dat er iets niet klopte. terwijl we eerder heel veel geluid hoorde van alle klassen en toeristen op het eiland (het eiland was waarschijnlijk maar een paar vierkante kilometer groot, en we waren met een stuk of 8 klassen op het eiland) hoorde we nu niemand meer. Zelfs de vogels waren stil... Op eens kwam er een man uit de bosjes en we schrokken ons kapot. We grapten een beetje over onze reactie maar toen de man dichterbij kwam zagen we dat dit niet een normale man was. Hij strompelde, gromde en keek levenloos voor zich uit. “Het is een zombie!” riep een van de meiden en iedereen keek elkaar even aan, niet wetend wat te doen. Een van de jongens besloot heldhaftig te doen, pakte een dikke tak en sloeg er op los. Na een paar slagen bleek hij zich te bedenken dat je een zombie alleen kon doden door de hersenen te doorboren en stak met een soepele beweging de stok door de schedel van het monster. “Holy shit!” riep de andere gast. “We moeten de rest waarschuwen, misschien zijn er nog meer.” zei een van de twee meiden. We waren het met elkaar eens en besloten snel terug te gaan naar de verzamelplaats.
toen we op de verzamelplaats aan kwamen merkte we dat iedereen was veranderd in een zombie. De uitbraak was zo snel gebeurd dat niemand de tijd had om zich te oriënteren, behalve wij. We bedachten ons dat we heel erg geluk (of juist ongeluk) hadden gehad dat we niet met de groepen waren meegegaan. Verslagen keken we om ons heen en we snapten dat we zwaar in de problemen zaten. Doordat we zo lang om ons heen zaten te kijken was het een aantal zombies opgevallen dat wij langs het plein stonden te kijken en al snel had de hele zombie horde het op ons gemunt. We pakte allemaal het meest dichtbij zijnde voorwerp dat als wapen gebruikt kon worden en probeerde elkaar en onszelf te beschermen. Ik had een stalen buis van de grond opgeraapt. We vochten voor ons leven en na tientallen zombies zag de toekomst er somber voor ons uit. “Zo kan het echt niet eindigen.” dacht ik bij mezelf en ik kwam in een soort rage mode terecht. Ik sloeg en doorboorde als een malle schedels van zombies in maar uiteindelijk zat mijn buis vast in een van hen. Ik keek wat het dichtstbijzijnde andere voorwerp was dat ik kon gebruiken en tot mijn verbazing zag ik een afgebroken toilet op een hoopje puin rechts van me liggen. Ik pakte het op aan de onderkant en sloeg met het gat aan de bovenkant van de pot op zombies hoofden in. dit maakte een soort ‘plomp’ geluid, naast het geluid van hoofden die uit elkaar spatten. Een van de meiden was gewond geraakt en viel op de grond. Ik zag het gebeuren en rende er als een gek op af. Niemand zal verloren gaan zolang ik er iets aan kon doen! Ik vechte een stuk of vijf zombies af die om haar heen stonden. Toen ze veilig was gooide ik het toilet weg en reikte ik mijn arm uit, ze kon door een wond aan haar been niet meer goed lopen en ze dacht dat het met haar gedaan was. “nee, laat me maar achter.” zei ze verdrietig. Vastberaden liet ik mijn arm gestrekt en antwoorde met “ben je gek?” ze keek me aan en ik zag tussen haar tranen een zachte glimlach verschijnen. Ze pakte mijn arm en ik bracht haar naar de rest van de groep die nog druk bezig was met zombies afslachten. Ik zette het meisje in het midden van de groep neer, pakte een stalen buis en hielp de rest met het uitmoorden van de overgebleven zombies. Ik kwam weer in mijn rage mode terecht en zorgde er voor dat koste wat het kost de groep veilig uit deze situatie zou komen. Ik slachtte de een na de andere zombie af en toen ik geen zombies meer om me heen zag keek ik hoe mijn vrienden er aan toe waren. Allemaal gaapten ze me verbaast aan, blijkbaar had ik de laatste hand vol zombies in mijn eentje gedood. Ik liet de buis vallen en merkte nu pas hoe erg ik buiten adem was. Ik liep naar mijn vrienden toe en ging bij ze zitten.
0 notes
Text
Droomdagboek entry no. 1: Campus in Frankrijk
(ik kon geen betere titel verzinnen...)
Het was het weekend voor school weer begon, Ik had me aangemeld op een school in Frankrijk en woonde op een soort campus. Ik had daar een meisje ontmoet dat ik erg leuk vond, ze bleek later ook bij mij in de klas te zitten.
Ik denk dat mijn droom vooral afspeelde tussen zaterdagmiddag en maandag morgen. Het eerste dat ik me kan herinneren was dat ik het mysterieuze meisje had ontmoet voor de campus, ik weet helaas niet meer hoe of wat. Die zelfde avond was ik het gebouw van de campus aan het scouten om een beetje de weg te leren en te kijken wat voor mensen er allemaal op de school zaten. De kamers van de campus waren voornamelijk een slaap kamer, de badkamers en keukens waren gedeelde aparte kamers.
Ik kwam langs een van de badkamers waar ik hoorde dat iemand aan het douchen was. Tegenover de badkamer zat een slaapkamer waarvan de deur op een kiertje stond. Uit nieuwsgierigheid keek ik naar binnen. Zoals ik verwachtte was de persoon die in de kamer woonde niet in de kamer, waarschijnlijk was die aan het douchen. Ik keek snel de kamer rond om te kijken hoe die persoon leefde maar kon het niet laten om voor dat ik verder ging snel iets mee te nemen en in mijn zak te stoppen.
Ik liep verder door de hal wanneer er links van mij plots een deur open ging. Tot mijn verbazing was het het leuke meisje dat ik die zelfde middag nog had gezien. Ze vroeg of ik zin had om met haar mee te gaan. Ik wist niet wat ze bedoelde maar door de onverwachte ontmoeting (en waarschijnlijk ook de hormonen in mijn lichaam) antwoordde ik gelijk met “Tuurlijk!” We liepen haar kamer binnen. Ze opende een ventilatieschacht dat rechts boven in de hoek van de kamer zat en kroop naar binnen. Ik aarzelde even maar toen ik me bedacht dat dit wel een vet avontuur zou kunnen zijn volgde ik haar. We kropen via de schachten door het hele gebouw, stopten af en toe om bij mensen hun kamers naar binnen te kijken en kwamen op een gegeven moment aan het einde van de schacht in de hal uit. Ik kroop uit de schacht de gang in waar tot mijn verbazing een wat volwassenere vrouw stond. Met brak engels vroeg ze mij waar het centrum van de stad was en ik probeerde haar zo duidelijk mogelijk de route te beschrijven. Ik keek terug naar de schacht waar het meisje nog steeds zat, ze lachte naar me, zwaaide en verdween toen weer de schacht in. Ik merkte dat het ondertussen ochtend was geworden.
Omdat het meisje weg was gegaan en ik niet wist wat ik nu eens zou kunnen doen besloot ik in mijn eentje de stad te verkennen. Ik besloot naar de stad te gaan via de route die ik net aan de mevrouw had uitgelegd. Toen ik het gebouw uit stapte aan de zijkant zag ik voor mij een monorail lopen. Ik volgde de monorail met mijn ogen naar rechts en zoals ik de mevrouw had verteld zat daar een station. Links van mij hadden groepen studenten zich verzamelt waardoor ik vermoedde dat het maandagochtend was. Sommige groepen liepen al richting de school. Ik wist uit een flyer dat maandagochtend was opgevuld met het doornemen van de regels van de school en het verkennen van het gebouw. Ik had dit eerder al gedaan dus besloot dat ik wel tijd had om alsnog de stad in te gaan. Ik liep naar het monorail station terwijl ik telkens dacht aan dat mysterieuze meisje. Eenmaal op het station aangekomen zette ik muziek op en wachtte op de trein. De trein kwam aan, de deuren gingen open en mensen stroomde uit de cabines. Ik stapte de trein in, klaar voor een avontuur.
0 notes
Text
you might like getting choked but sea turtles don’t so keep your FUCKIN plastic out of the ocean.
238K notes
·
View notes
Text
“All I know is that I want my days to begin and end with you.”
— With You / Unrequited Love
5K notes
·
View notes
Text
““I don’t care if the universe that created me, forgets about me,” he tells her, “As long as I am not forgotten by you.””
— Lukas W. // Forgotten Words #197 // Please remember me
5K notes
·
View notes
Text
“I have never more wanted to see you than I do now — just to sit and look at you,”
— Virginia Woolf, from a letter to Vita Sackville-West written c. October 1927
26K notes
·
View notes
Text
“Ik kan ontzettend raar zijn en negatief. Ik raak te snel gehecht, en ik hou te lang vast. Mezelf open stellen voor mensen is iets wat ik liever ontwijk. De meeste kinderen van 5 kunnen hun gevoel nog beter uiten dan mij. En ik zal wel een van de rampzaligste mensen zijn op deze planeet die je ontmoet, waarvan je denkt ‘wat moet ik hier nu mee?’. Maar ik kan heel lief zijn en ik kan geweldig luisteren. Ik zal je geheimen bewaken met mijn leven. Zal je nooit beoordelen op de fouten in je verleden, alsof ik het zo vlekkeloos deed. Ik doe het trouwens nog steeds niet vlekkeloos, sorry. En ik zal van je houden, zoveel ik maar kan. Ik kan, als je het toelaat, een van de beste dingen in je leven zijn.”
— Ik (via kletsmajoor)
698 notes
·
View notes
Text
“I’m not the silly romantic you think. I don’t want the heavens or the shooting stars. I don’t want gemstones or gold. I have those things already. I want a steady hand. A kind soul. I want to fall asleep, and wake, knowing my heart is safe. I want to love, and be loved.”
— To Be Loved / Love
13K notes
·
View notes
Text
Soms heb ik het gevoel dat ik los moet laten om te voelen wie mij dan vast blijft houden.
210 notes
·
View notes
Text
“Weet je wat fucking pijn doet? Voelen dat iemand langzaamaan interesse in je verliest. Ze vragen niet meer hoe het met je gaat of hoe je dag was. Ze tonen gewoon geen interesse meer in het gesprek. Het is alsof ze langzaam uit je leven stappen en er is niets wat je kunt doen, behalve lief lachen en doen alsof je het niet door hebt.”
— (via ga-mee-verdwalen)
533 notes
·
View notes
Text
“Voor wat het waard is: Jij bent echt een persoon waar ik intens veel van zou kunnen houden.”
— tegen jou
1K notes
·
View notes
Text
Ze kijkt me aan
en plots ben ik niets meer,
een regendruppel in de oceaan,
een zachte zucht in een stormvlaag.
25 notes
·
View notes
Text
“Why aren’t you here with me?”
— Six word story
333 notes
·
View notes