#joeld
Explore tagged Tumblr posts
Text
Destroys of Anden Blump
When his first title from the former US President of Joeld Donald Trump’s Frovenic Custist’s Freechic Custists’s Freptic Custists Refunds to survive. 2025-04-16 05:41:11
0 notes
Photo
0 notes
Text
every time corey perry gets a breakaway or a partial breakaway i just think that's our joeld line
2 notes
·
View notes
Text
They aged up Joel Kinnaman in For All Mankind. So he’s Joeld Kinnaman?
3 notes
·
View notes
Text
ABBA: het mirakel van Stockholm.
Dit stuk verscheen op vrijdag 5 november in De Morgen.
Vandaag verschijnt Voyage, het nieuwe album van de onlangs gereanimeerde popgroep ABBA. Stef Selfslagh, al fan voor hij het woord hitparade kon uitspreken, loopt al weken te stuiteren.
Zoals een dead man walking die te horen krijgt dat de electrische stoel kapot is. Zoals een paleontoloog die merkt dat de botten die zijn hond aan het opgraven is brachiosaurusrestjes zijn. Zoals een Bart De Pauw-lookalike die erin slaagt om zijn cafécrush ervan te overtuigen dat hij niét Bart De Pauw is. Zó euforisch was ik toen Björn Ulvaeus en Benny Andersson op twee september aankondigden dat ABBA een nieuw album had gemaakt. 'Tien nieuwe liedjes', prevelde ik. Ik pinkte een traantje weg, trippelde naar Instagram en schreef onder de hoesfoto van de nieuwe Abba-plaat: 'Universum, alles is vergeven.'
Het voorspel was opwindend geweest, maar ook afmattend. In de zomer van 2018 luidde het dat ABBA tegen Kerstmis twee nieuwe nummers zou uitbrengen, 'misschien meer'. Een ABBA-loos jaar later klonk het dat er vijf nieuwe liedjes op komst waren, maar dat het nog niet duidelijk was wanneer ze zouden verschijnen. Toen kwam de coronacrisis. Hét moment om nieuwe ABBA-muziek op de wereld los te laten, dacht ik. Als één groep in staat is om ons door virologen bezwaarde gemoed op te vrolijken dan wel ABBA. Maar ook 2020 moest ik hunkerend - zeg maar: nagelbijtend, koortsdromend en soms net niet boven de pot hangend van de opwinding - doorbrengen.
Mijn wanhoop werd weer hoop toen twee maanden geleden een bijzonder bericht mijn mailbox binnendwarrelde: 'Dear ABBA-fan, join us this Thursday for a special livestream announcement on YouTube.' Een paar dagen later zat ik met trillende lippen en een hartslag van 180 achter mijn laptop. 'ABBA are back together', joelde BBC-presentatrice Zoë Ball. Benny en Björn knikten instemmend, het beeld werd zwart, er steeg gejuich op van Sydney tot Stockholm en even later zongen Agnetha Fältskog en Anni-Frid Lyngstad de woorden die qua verlossing niet moeten onderdoen voor 'De Heer is waarlijk opgestaan': 'New spirit has arrived, we have a story and it survived'. ABBA was van het verleden naar de toekomst verhuisd, en met hen mijn geloof in een betere wereld. Een mirakel was het, zoniet van bijbelse dan toch van epische proporties.
Kreukvrije Joepie-iconen 'We wilden het doen voor we dood waren', verklaarde Benny Andersson op vraag van Zoë Ball de reünie van zijn groepje. 'Hoezo, dood?', riep ik vanachter mijn laptop. 'Jij, de pianoheld die al op Ryan Gosling leek nog voor Ryan Gosling geboren was? Agnetha, de zanggodin met de ogen vol chronische weemoed en de benen waar geen hetero cisman ooit op uitgekeken raakt? Frida, de meest gracieuze aller mezzo sopranen? Björn, de enige man ter wereld die waardig een nek-, oor- én voorhoofdtapijt weet te dragen? Jullie zijn in de fleur van jullie leven, begot. Dood! Hahaha!'
Het brein aanvaardt maar wat het hart toelaat. En mijn hart zei: ABBA-leden worden niet lastig gevallen door spataders, artritis en botontkalking. Eens kreukvrije Joepie-iconen, altijd kreukvrije Joepie-iconen. Pas toen het interview van Zoë Ball met Benny en Björn al even bezig was en ik tussendoor ook wat beelden van Agnetha en Frida had gezien, begon het me te dagen dat de twee A's en de twee B's minder tijdloos zijn dan de muziek die ze hebben gemaakt. In de veertig jaar tussen Under Attack, hun laatste single, en Don't Shut Me Down, hun nieuwste, zijn de gewrichten stijver en de haren dunner geworden. Mijn suspension of disbelief smolt als een gletsjer op Antarctica.
Om te vermijden dat de jeugdherinneringen van oudere ABBA-fanaten al te bruut aan diggelen worden geslagen, zullen de ABBA-leden zich tijdens hun nakende concerten in Londen laten vertegenwoordigen door avatars: digitale reconstructies van hoe ze er in 1978 uitzagen. Zullen de fans uit de bol gaan voor een computergestuurde versie van ABBA? Daar kan je een glas ricine op innemen. Zal ik één van hen zijn? Welnee. Ook al zal ik het tot in mijn kist blijven betreuren dat ik ABBA nooit live aan het werk gezien heb: soms kan je beter fantaseren over hoe het had kunnen zijn dan je toevlucht te nemen tot een surrogaat-ervaring. Of in dit geval: een prostaatervaring. Al sluit ik niet uit dat ik volgend jaar een fanbocht van honderdtachtig graden maak en alsnog naar Londen trek. Mijn principes zijn van de weke soort. Zeker als er heupwiegende Frida’s en Agnetha’s in het spel zijn.
Meteen nadat de rëunie van ABBA wereldkundig was gemaakt, vroegen muziek-journalisten zich af of de groep het niet 'voor de money money, money' deed. Nog afgezien van het feit dat de woordspelingenpolitie hen daarvoor met het nodige machtsvertoon had moeten oppakken, is het een mallotige vraag. ABBA heeft wereldwijd meer dan 400 miljoen albums verkocht. ABBA Gold, hun greatest hits-plaat, staat al duizend weken in de Engelse hitparade. Hun songs worden elke maand zestien miljoen keer gestreamd. In de jaren zeventig was ABBA na Volvo het grootste exportproduct van Zweden. En begin deze eeuw heeft de groep een bod van één miljard dollar afgewezen om opnieuw samen op te treden. Wie denkt dat money voor ABBA nog altijd een dingetje is, denkt wellicht ook dat Bill Gates aan liefdadigheid doet omdat hij voor zijn belastingaangifte nog een aftrekpost kon gebruiken.
Abba Seafood Company Ik was negen toen ik op 9 januari 1979 uit bad kroop, mijn pyama aantrok, naar de woonkamer slofte en met natte haren voor de televisie ging zitten. Mijn gezinsgenoten waren naar Music for Unicef aan het kijken, een rechtstreeks uitgezonden benefietconcert in het VN-hoofdkwartier in New York. The Bee Gees deden mee, net als Olivia Newton-John, Earth Wind & Fire en Donna Summer. Plots kwam ABBA het podium op gelopen. Benny, Frida, Björn en Agnetha hadden hun Mamma Mia-kostuums voor de gelegenheid thuis-gelaten en verzamelden zich in eendrachtig zwarte outfits rond een witte piano. De beginakkoorden van Chiquitita werden ingezet, mijn pas uitgekuiste oren wisten niet wat ze meemaakten. Benny speelde een pianomelodie die me binnen de tien seconden op wolken deed lopen, Agnetha zong zich alle kamers van mijn hart binnen en zou er nooit meer uit weg gaan.
Vier decennia gaat mijn liefde voor ABBA ondertussen mee. In de jaren tachtig deden mijn ouders mij op een kerstavond The Visitors cadeau, waarna ik naar mijn kamer stoof, de plaat op repeat zette en mij pas op kerstdag opnieuw liet zien. In de jaren negentig was het Leuvense stadsfestival Marktrock voor mij niets meer dan een excuus om nadien in café Den Allee op de tafels te kruipen en armwuivend Lay All Your Love On Me mee te brullen. Na de eeuwwisseling kocht ik in een Londense boekenwinkel ABBA: The Complete Photo Book, een naslagwerk dat erg dienstbaar bleek bij het restaureren van de ABBA-afdeling van mijn geheugen. Zeven jaar geleden bezocht ik in Stockholm het ABBA-museum, waar ik mezelf met behulp van hologramtechnieken tot het vijfde ABBA-lid promoveerde en als een gediplomeerd onnozelaar in de helikopter plaatsnam die op de hoesfoto van Arrival staat.
En nu maak ik me dus klaar om de rest van het jaar non-stop naar Voyage te luisteren en iedereen al dan niet digitaal te belagen met ABBA-weetjes. 'ABBA was ook de naam van het Zweedse visbedrijf Abba Seafood Company!' 'Een Australische tv-special over ABBA trok meer kijkers dan de maanlanding!' 'Alle nummers op ABBA Gold werden minstens door één andere artiest gecoverd!' 'De fucking Engelsen gaven tijdens het Eurovisie Songfestival in 1974 geen enkel punt aan Waterloo!' Vrienden en familieleden die mij preventief uit hun tijdslijnen willen verwijderen: now is the time.
Gracias por la musica Of ik ook tot kritiek op mijn lievelingsquartet in staat ben? Laten we zeggen dat clementie een essentieel onderdeel is van mijn fanschap. Werkelijk elke faux pas heb ik ABBA vergeven: Gracias Por La Musica (de Spaanse versie van Thank You For The Music), het kapsel van Agnetha in de videoclip van One of Us, de stervormige gitaar waarop Björn een tijdlang ramde, de lyrics van Nina, Pretty Ballerina en zélfs I Have A Dream, het enige ABBA-nummer waarvan ik nog altijd vermoed dat het niet door Benny en Björn geschreven is, maar door twee toevallig in de opnamestudio bivakkerende amoeben.
Kritiek geven op ABBA was iets waar de rest van de mensheid zich maar mee bezig moest houden. Een taak waar die mensheid zich overigens met plezier van kweet. Robert Christgau, criticus van het New Yorkse weekblad The Village Voice schreef over ABBA: 'We have met the enemy and they are them.' En een Zweedse krant kopte ooit: 'They write garbage'. Zeker in de jaren tachtig was zeggen dat je van ABBA hield hetzelfde als verkondigen dat je ervan genoot om de natte oksels van obesitaspatiënten af te likken. Je werd er niet om bewonderd.
In 1992 zorgde U2-zanger Bono voor de rehabilitatie van ABBA door tijdens een concert in Stockholm Dancing Queen te zingen. Hij ontving Benny en Björn op het podium en stak zijn bewondering voor hun muziek niet onder versterkers of flight cases. Het bleek een cruciaal moment in de muziekgeschiedenis. De mensen die van hun imago nog nooit van ABBA hadden mogen houden, beschouwden de goedkeuring van Bono als hét signaal om hun ABBA-gène overboord te gooien. Het genie van de groep werd plots algemeen erkend, zelfs highly unusual suspects begonnen ABBA-nummers te coveren. Portishead deed SOS, John Grant Angeleyes, Richard Thompson Money, Money, Money en Ash Does Your Mother Know. Je hoefde niet langer te faken dat je van Laurie Anderson hield, ABBA was officieel gevalideerd. De geschiedenis had nog maar eens haar verhelderende werk gedaan.
Little black dress Terugblikkend heeft ABBA altíj́d al een gespannen verhouding met de tijdsgeest gehad. Al in de jaren zeventig lapten Björn Ulvaeus en Benny Andersson alle heersende muziektrends aan hun plateaulaarzen. Terwijl de wereld viel voor art rock en trash punk, maakte ABBA dartelende popliedjes. Terwijl de televisiepodia bestormd werden door geïntoxiceerde rockers die hun gitaren kapot sloegen, keken de meisjes van ABBA lieflijker in de camera dan Soeur Sourire ooit is gelukt. Je kan je met terugwerkende kracht afvragen wie tegendraadser was: de ontelbare groepen die Captain Beefhaert en Jethro Tull imiteerden of ABBA, dat vanuit een idyllisch hutje op het eiland Vissgö de ene Val-Saint-Lambert-heldere melodie na de andere in de platenbakken dropte.
Ook I Still Have Faith In Me en Don't Shut Me Down, de twee vooruitgestuurde songs van Voyage, getuigen van muzikale koppigheid. Björn Ulvaeus en Benny Andersson hebben niet de minste moeite gedaan om het ABBA-geluid naar 2021 te katapulteren. In de nieuwe ABBA-songs zit geen zuchtje hiphop, geen greintje R&B, geen snippertje autotune. Zelfs het enige stukje ABBA dat vandaag in had kunnen zijn - de nekmat van Björn - is niet meer. ABBA is het muzikale equivalent van the little black dress: nooit hip, maar ook nooit uit de mode.
Velen hebben al geprobeerd om de lange houdbaarheidsdatum van ABBA te verklaren. Sommigen verwijzen naar de stemmen van Agnetha en Frida, die minstens even goed met elkaar kunnen opschieten als die van The Beach Boys. Anderen hebben het over het harmonische vernuft van Benny en Björn, dat ervoor zou zorgen dat ABBA-liedjes langer dan andere deuntjes in onze buis van Eustachius logeren. Muzikologen van de universiteit van Oxford hebben zelfs aangetoond dat de muziek van ABBA in compositorisch opzicht even ingenieus is als die van Mozart. Een vergelijking die me nog altijd van pas komt wanneer ik overgebleven ABBA-haters uit het hoofd probeer te praten dat ABBA wegwerppop maakt. (Waarna ze meestal met hun ogen beginnen te rollen en ik de discussie afrond door te zeggen dat ze hun koude hart dan maar moeten meenemen in hun graf.)
Lachen, huilen en dansen Maar de beste verklaring voor de onweerstaanbaarheid van ABBA komt - je zal het altijd zien - van een journalist. 'Wanneer je ABBA-melodieën hoort, wil je tegelijkertijd lachen, huilen en dansen', liet muziekrecensent Jan Gradvall onlangs optekenen. De nagel op de Zweedse kop. ABBA mag dan upbeat popmuziek maken, er waait altijd een melancholische wind doorheen. Gimme, Gimme, Gimme (A Man After Midnight) nodigt uit tot hedonistisch feesten, maar onder de sensuele beats schuilen sombere lyrics: 'Won't somebody help me chase the shadows away / Take me through the darkness to the break of the day.' Knowing Me, Knowing You heeft een veerkrachtig refrein, maar de strofen die eraan voorafgaan druipen van het echtelijk verdriet: 'In these old familiar rooms, children would play / Now there's only emptiness, nothing to say.'
ABBA-muziek, dames en heren van de smaakrecherche, is gelaagd. Net zoals het leven zelf. De existentiële mijlpalen waar ABBA zo graag over zingt - verliefd worden, uit elkaar gaan, je onschuld verliezen, loutering vinden - gaan altijd gepaard met een combinatie van gemengde, soms tegenstrijdige gevoelens. Waar liefde is, is er ook angst. Waar verlies is, is er ook winst. Waar ontreddering is, is er ook begeerte. ABBA capteert die sentimentele meervoudigheid. Hun songs vertolken de enige waarheid die het predikaat 'universeel' verdient: life is sweet, life is bitter. En precies daarom herkennen we er ons zo goed in.
Vanavond zal ik - een Bolleke en een doos Kleenex binnen handbereik - voor het eerst naar Voyage luisteren. Een blik op de tracklist leent zich alvast tot ongebreideld speculeren. Wordt When You Danced With Me een dansvloermagneet à la Does Your Mother Know? Of een smachtende break-up-song genre SOS? Fladdert Little Things uit onze boxen als een instrumentaal niemendalletje? Of als de kersthit die Benny ons op twee september beloofde? Is I Can Be That Woman een feministische hymne waarin Agnetha haar seksegenoten oproept tot voluntarisme? Of een liefdeslied waarin ze vaststelt dat ze veel te vaak haar eigen grenzen overschrijdt om aan de verwachtingen van haar beau te voldoen?
Vanavond weten we het. Tot het zover is, verlies ik mezelf nog eens in het wondermooie Don't Shut Me Down. In de laatste strofe zingt Agnetha: 'You asked me not to leave / Well, here I am again.' Gelukkig hoef ik geen cassettebandje meer terug te spoelen om die woorden keer op keer opnieuw te beluisteren.
3 notes
·
View notes
Photo

Heb jij het wonder gezien? Ik wel! Ik kon niet slapen en begreep niet waarom. Mijn lichaam was echt moe, maar mijn hoofd maakte overuren! . . De hele avond heb ik dezelfde hond gehoord die de hele dag alles bij elkaar blaft. Ik had geen last van de hond, maar van de eigenaar die de hond dag en nacht buiten laat! . . Maar vanavond was het anders, de hond joelde als een wolf alleen niet zo krachtig als een wolf. De hond huilde echt. . Ik keek op buienradar wat temperatuur was en ik las dat het -10 was. Nu begreep ik waarom de hond zo huilde. Het was nooit aan één stuk door, het was 1 minuut stevig zielig huilen en dan ruim 15 min stilte. . Ik ben in de tuin gaan staan om te horen waar het vandaan komt. Het geluid weerkaatste namelijk tegen alle gebouwen. Ik woon in zo een wijk waar de tuin tegen elkaar grenzen en geen achterpoort is. . Het geluid kwam voor mijn gevoel rechts aan de overkant vandaan, ongeveer 3 huizen verder. . Het gehuil ging door merg en been, ik kon het niet meer aanhoren. Ik pakte mijn telefoon en belde de politie. Die kon niets doen zonder Huisnr. Ik heb dierenambulance gebeld, die nam slaperig op en liet mij ook weten niets te kunnen doen. . Weer hoorde ik het gehuil. Ik twijfelde niet langer en ben mij warm aan gaan kleden en ben naar buiten gegaan. Het gehuil galmde door de hele wijk! Ik kan mij niet voorstellen dat de buren er geen melding van maken. Met die gedachte belde ik de politie weer en bleef ik het gehuil volgen. . De politie had geen melding ontvangen en konden zonder huisnr niets doen. Ik heb ruim 45 min buiten gelopen, totdat ik zijn laatste zielige kort gehuil hoorde, alsof hij het had opgegeven en besloot te gaan slapen. . Ik keek omhoog en daar zag ik het mooie wonder, nog niet in zijn volle kleur, maar mooi genoeg om de hele straat te verlichten. . . 🔽 🔽 #fullmoon #vollemaan #rodemaan #redmoon #hond #politie #denhaag #zieligehond #machteloos #dierenambulance (bij The Hague, Netherlands) https://www.instagram.com/p/Bs5Wwq1BHdp/?utm_source=ig_tumblr_share&igshid=113og90cl73kg
0 notes
Photo

LEF! maar dan per ongeluk
Het was een prachtig zonnige dag en we gingen met z'n allen naar een groot buitenzwembad. Of eigenlijk was het meer een grote speeltuin waar je ook in verschillende baden kon zwemmen. Alles lekker buiten, wat geweldig was met dat hete weer. Mijn vader, moeder, zus, broertje en ook mijn tante, oom en twee neven gingen mee.
Ik liep het meest met mijn zus mee om zo'n beetje de weg te vinden en niet in botsing te komen met andere kinderen of te struikelen over een onverwacht hekje. Er waren een paar grote trampolines, waar we heerlijk samen op konden springen. Als ik zeker weet dat hij groot genoeg is en het niet te druk is, durf ik echt los te gaan en me in allerlei houdingen neer te laten komen, om vervolgens weer omhoog te stuiteren. Super is dat!
Op een gegeven moment werd het iets rustiger rond de zwembaden. Mijn zus ging even naar de wc en dus scharrelde ik zelf wat rond. Ik vond een trapje omhoog bij een van de baden. Er was verder niemand, alleen een paar onbekenden die aan de kant van het bad zaten te praten. Ik liep de treden omhoog, zonder echt goed op te letten. Ik was gewoon benieuwd waar het uit zou komen.
Even later hield het op en voelde ik een heel ruwe ondergrond onder mijn voeten. Ah, een duikplank. Dat herkende ik wel. Voetje voor voetje liep ik eroverheen, tot ik met mijn tenen een randje voelde. Ik zag beneden het zwembadwater glinsteren. Blauw met af en toe een witte fonkeling.
Ik ging even zitten op de duikplank. De mensen beneden waren opgehouden met praten. Zouden ze weg zijn? Of zaten ze naar mij te kijken? Ik wist het niet, maar toch voelde ik me ineens ongemakkelijk.
"Juul?" Daar was mijn zus weer. "Hiehier!" riep ik terug en ik stond op. Ik zou wel even naar beneden springen en naar haar toe zwemmen. Ik had geen zin meer in dat trapje. Dan maar nat. Ik sprong en… viel. Even duizelde het me. Ik bleef in de lucht hangen, of nee, ik bleef vallen. Een lange seconde tolde het in mijn hoofd en in mijn buik. En toen… belandde ik met een enorme klap in het water. Mijn handen tintelden ervan. Pas toen ik boven kwam, besefte ik dat het niet zomaar een duikplankje was, maar eentje van minstens 4 meter hoog. Oeps, dat had ik helemaal niet in de gaten gehad toen ik zo gedachtenloos dat trapje op ging. Ik voelde me echt heel dom en een beetje beduusd.
"Wow, Julia! Durfde je dat zomaar? Mij niet gezien hoor, veel te hoog! Wat ben je toch ook een waaghals," joelde mijn zus vanaf de kant. Ik zwom naar haar toe en klom naast haar. "Gaat het?" vroeg ze. Ik trilde een beetje en moest even op adem komen, maar ik herstelde me snel. "Ja hoor," zei ik heel stoer. "Valt best mee hoor, die duikplank, echt een eitje."
0 notes
Text
De mens vliegt
“Je naam ergens achterlaten…’ zei hij zacht. ‘Om iets anders gaat het in het leven niet.”
De gevleugelde is geschreven door Arthur Japin. Hij was geboren in Haarlem en is vooral bekend voor zijn boeken Vaslav en Het zwarte met het witte hart. Japin schrijft historisch en autobiografische romans, vooral over mensen waarin hij zich herkent zoals Alberto Santos-Dumont, waar De gevleugelde over gaat. Die was in zijn jeugd een buitenbeentje en hij had het idee dat hij nergens bij hoorde. Ik vind het boek indrukwekkend door het verhaal van Alberto’s hart, het verband tussen de personages en Alberto’s droom om te vliegen.
Na zijn dood werd het hart van Alberto Santos-Dumont uit zijn lichaam gesneden en gepreserveerd door dokter Walther Haberfield. Santos-Dumont was erg tegen de dictatuur en zijn hart lag bij het volk. Nadat de dictatuur was afgeschaft schonk Haberfield het hart aan de staat en het heeft nu een plek in een luchtvaartmuseum in Rio. Dokter Haberfield heeft ervoor gezorgd dat zijn hart niet in handen kwam van de overheid maar bij het volk bleef. Ik vind het al indrukwekkend dat iemands hart eruit wordt gehaald en gepreserveerd, maar ik vind het nog indrukwekkender dat Santos-Dumonts hart figuurlijk én letterlijk van het volk was.
Het verband tussen de personages vind ik indrukwekkend omdat ze elkaar zo veel vertrouwen en helpen maar ook lol hebben. In De gevleugelde redt Alberto het leven van de mevrouw Pompon, zijn vader vertrouwt hem zo erg dat hij zijn grote koffiebedrijf aan hem overlaat, Albert helpt Santos-Dumont bij het ontwerpen van een ballon maar toch hebben ze allemaal ook samen lol. Ze kunnen serieus zijn en ook met elkaar lachen. Dat kun je in dit citaat zien:
“‘Het spijt me,’ wist Albert nog te mompelen.
Hij reikte naar de uitgestoken arm om die te ondersteunen, maar voordat hij hem pakken kon, was Santos-Dumont hem voor.
Die greep zijn pols. Hij joelde een overwinningskreet en trok Albert, lachend, met een ruk voorover en in het lauwe water boven op zich.”
Alberto’s droom om te vliegen vind ik indrukwekkend omdat hij het al vanaf zijn jeugd heeft en niet opgeeft. “De mens…’ riep hij en stak zijn arm op. ‘Vliegt!” zegt hij bij een spelletje van de duif vliegt. Dit heeft hij later ook gedaan. Als kind leest Alberto veel boeken van Jules Verne die hem geïnspireerd hebben en boeken over luchtvaart. Ook bouwt hij al ballonnetjes die opstijgen door middel van kaarsen, en jaren later bouwt hij zijn eerste grote luchtballon. Mensen geloven niet dat het gaat vliegen maar hij geeft niet op en het stijgt op. Zelfs als hij er later mee in een storm terecht komt en een ongeluk krijgt bij het landen, gaat hij door met ballonnen ontwerpen en uiteindelijk ook het eerste vliegtuig. “‘Weet je nog, Betinho, het spelletje dat wij speelden? De duif vliegt. Hoe jij dan altijd riep dat een mens vliegen kon? En zoals jij dan volhield! Hoe kwaad jij werd omdat wij dat niet goed rekenden, weet je dat nog? Wel, jouw roem heeft Rio bereikt, hoor, wil ik je even zeggen. Wij spelen het hier nog, ons spelletje, wat zeg ik, het wordt hier tegenwoordig meer dan ooit gespeeld. Alleen de regels zijn veranderd. En de naam. De mens vliegt noemen we het nu en wie bij die bewering zijn vinger in de lucht steekt, heeft het goed.’” Dit is indrukwekkend omdat zijn droom om te vliegen echt uitkomt. De mens vliegt echt.
De gevleugelde vind ik dus een indrukwekkend boek door het verhaal van Alberto’s hart, het verband tussen de personages en Alberto’s droom om te vliegen.
“Daar had hij altijd al moeite mee,’ sprak zij zo luchtig mogelijk. ’Zijn voeten van de grond houden. Weet je nog? Altijd in de weer om ervan los te komen. Wel, hém is het gelukt.”
Mika Campregher, 3A
0 notes
Photo

I am very happy about this.
15 notes
·
View notes