wce-xb

[wce-xb]

Het Indiase streven naar onafhankelijkheid

Beschrijvende vraag: Hoe kwam het Indiase nationalisme op?

antwoord: Britten probeerde de Indiase bevolking te verengelsen. De Indiase bevolking genoot een Engelse opleiding om de kolonie te verwesteren. Deze elite nam de Britse nationalischtische ideeën over, wat het Indiaas nationalisme opwakkerde.

[wce-xb]

Brits kolonialisme in India.

Beschrijvende vraag: Hoe ontstaan Brits Indië ?

Antwoord: De Engelsen krijgen steeds meer interesse in India na het verminderde economische belang van de Koloniën in Amerika. De East India Company (EIC) breidt haar macht uit door verdragen te sluiten met en oorlogen te voeren tegen inheemse vorsten. In 1857 werd een opstand neergeslagen en de Indiase keizer (mogol) afgezet en verbrand. India komt onder direct bewind van de Britse regering.

verklarende vraag: Waardoor kon de eic haar macht uitbreiden?

Antwoord: In de loop van de 18e eeuw verzwakte de macht van de mogol. Doordat het rijk in kleinere Staten uiteen viel kon de eic haar macht in India uitbreiden. In 1756 viel de de nawab van bengelen de Britten aan. De Britten namen heel bengelen over. Het verdrag van Allahabad: de bengelen komen onder Brits gezag. In de eeuw na het verdrag van Allahabad in 1765 breidde de eic haar macht enorm uit in India.

Leeractiviteit 4: Dat we aan het verleden niks meer kunnen veranderen, is een feit. Hoewel we niks meer kunnen doen aan de handelingen die vroeger zijn uitgevoerd, kunnen we voor het nu wel degelijk zorgen voor veranderingen. Buiten het goede of slechte om maakt Jan Pieterszoon Coen deel uit van ons geschiedenis. Goed of slecht de geschiedenis is er om ons te leren hoe alles tot de dag van vandaag is ontstaan. Met dat gezegd te hebben ben ik van mening dat we het verleden, de geschiedenis niet in een doofpot moeten stoppen. Opties omdat niet te doen is doormiddel van geschiedenis lessen om het daar bespreekbaar te maken. Ondanks ik het eens ben met het feit dat de geschiedenis zowel goed of slecht niet vergeten moet worden, vind ik niet dat het gepast is om een school te vernoemen naar een man die veel leed heeft aangericht. Een school hoort iedereen te verwelkomen. Als er een standbeeld geplaatst word of een school die vernoemd word naar een persoon dan is dat een vorm van iemand eren. Als school zijnde, die iedereen verwelkomt, is het niet gepast om iemand te eren die een verleden heeft met slavernij. We leven nu ano 2020, gelijkheid is waar steeds meer mensen naar streven. Om te verwijzen naar het verleden, en mensen te eren die ervoor zorgde dat gelijkheid niet bestond is zeker niet gepast meer.

[wce-xb]

Leeractiviteit 3+4+5

Onderwerp: Amerikaanse onafhankelijkheid.

Een groot gedeelte van de Amerikaanse bevolking was donker gekleurd, omdat er eind 18de eeuw er zich slavenhandel bevind. Terwijl de Indiaanse bevolking werd gedecimeerd, bleven de Engelse koloniën groeien. Tussen 1700 en 1775 vertienvoudigde de koloniale bevolking tot 2,5 miljoen mensen.

Veel kolonisten voelden zich halverwege de 18de eeuw Amerikaan, en geen Brit. De meesten van hen waren geboren in Amerika en voelden hierdoor geen band meer met het Britse rijk. Ze voelden zich Amerikanen en geen Engelsen of Britten. Dit heeft een sociale achtergrond.

Het absolutisme is een regeringsvorm waar het staatshoofd alle macht bezit, alle macht is dus in handen van 1 persoon. John Locke vond dat regeringen niet door God, maar door mensen worden ingesteld.

In 1770 werden Britse soldaten door een menigte met ijs ballen bekogeld, als gevolg hiervan schoten zij 5 mensen dood. Deze gebeurtenis staat bekend als het bloedbad van Boston. In 1773 was er in Boston opnieuw een incident, toen opstandelingen Britse schepen met thee overvielen en de lading in het water gooiden. Het verband tussen deze gebeurtenissen en de uitspraak “ no taxation without representation” is dat de kolonisten geen inspraak hadden in het Britse bestuur en dus gingen protesteren.

Oorzaak: De Amerikanen waren niet geneigd om belastingen te betalen die niet waren opgelegd door hun eigen koloniale bestuur. Ook werden zij niet vertegenwoordigd in het Britse parlement.

Aanleiding: Al deze wetten zorgden voor groeiende ontevredenheid in de Amerikaanse koloniën. Verzet leiders riepen het volk op te protesteren. In 1770 en 1773 vonden er toen incidenten plaats. In 1775 braken er gevechten uit tussen het Britse leger en Amerikaanse opstandelingen.

Gevolg: Groot Brittannië erkende in 1873 de Amerikaanse onafhankelijkheid.

Britse plantagehouders moesten voortaan loon betalen, daardoor werd hun suiker te duur om te concurreren met Brazilië en Cuba, waar de slavernij bleef voortbestaan. In het zuiden zorgden de slavenhouders ervoor dat er voldoende slaven waren, door slavinnen veel kinderen te laten krijgen.

In 1807 werd de slavenhandel vanuit Afrika verboden. Toch betekende dit niet het einde van de slavernij, omdat slavenhouders ervoor zorgde dat slavinnen veel kinderen kregen.

De abolitionist Abraham Lincoln werd gekozen tot president. Ondertussen waren er spanningen tussen de noordelijke en zuidelijke Staten, omdat de noordelijke abolitionisten eiste dat de zuidelijke Staten zouden stoppen met de slavernij.

Leeractiviteit 4: Ik denk dat de donkere bevolking van Amerika een dubbel gevoel hadden bij Abraham Lincoln, omdat hij doormiddel van een burgeroorlog er voor zorgde dat de slavernij werd afgeschraft in Amerika, maar er desondanks de afschaffing er nog steeds een ongelijkheid heerste tussen de donkere en witte bevolking van Amerika. De Slavenhandel was dan wel afgeschraft, maar de donkere mensen werden nog steeds als minderwaardig behandeld.

[wce-xb]

Leeractiviteit 1.

wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie. Tijd van regenten en vorsten (1600-1700): in de 17de eeuw ontstonden er wereldwijde handelscontacten, zoals met Engeland en Amerika. Ook kwam de handelskapitalisme opgang, wat voor een groeiende wereldeconomie zorgde.

rationeel optimisme en 'verlicht denken'dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen. Tijd van pruiken en revoluties (1700-1800): verlichte denkers ontwikkelde nieuwe revolutionaire ideeën op het gebied van godsdienst, politiek, economie en de samenleving. De verlichting gaf een begin aan de "Amerikaanse onafhankelijkheid"

de democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap. Tijd van pruiken revoluties (1700-1800): Er was een Amerikaanse revolutie, in 1776 riepen de dertien Amerikaanse koloniën de onafhankelijkheid uit. Met al gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.

uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel) en de opkomst van het abolitionisme. Tijd van pruiken en revoluties. (1700-1800): door een gebrek aan arbeiders op de plantagekoloniën ontstond er slavenhandel. De verlichting zorgde voor discussies, waardoor er eind 18de eeuw een beweging ontstond tegen de slavernij die ervoor zorgde dat de slavernij langzamerhand werd afgeschaft.

[wce-xb]

onderwerp: Engelse kolonisatie van Amerika. 

De inheemse bevolking zou voor black lives matter staan. De inheemse bevolking kende het concept: “dit land is van mij, en niet van jou” niet. Voor de inheemse bevolking gold de regel dat ieder land werd gedeeld. Voor hun gold het concept: “land bezit” niet. (Hierdoor hadden de Indianen bijvoorbeeld in eerste instantie ook niet door dat de kolonisten hun land wouden innemen, hiervan maakten de kolonisten dan ook gebruik van) De inheemse bevolking zou het dus eens zijn met black lives matter, omdat zij vonden dat het land gedeeld moest worden ipv dat 1 groep de baas zou zijn. Gelijkheid is waar de inheemse bevolking voor zou staan, zoals dat hoort.

[wce-xb]

* Wat was volgens de tekst de belangrijkste reden voor de Engelsen om hun eerste koloniën te stichten in Amerika? Had deze eerste kolonie in Amerika een blijvend of een tijdelijk effect op de lokale bevolking?

Aan het eind van de 16de eeuw verkenden de Engelsen de Noord-Amerikaanse oostkust op zoek naar een mogelijke uitvalsbasis om de vijandelijke Spanjaarden te bestrijden. Dit had een tijdelijk effect, aangezien ze dit maar enkele jaren volhieden.

 * Aan het begin van de 17de eeuw (1607-1620) begonnen de Britten opnieuw met het koloniseren van gebieden in Noord-Amerika. De migranten die hier een belangrijke rol bij speelden waren de 'Pilgrim Fathers'. In de wordt zowel een godsdienstig motief en een sociaal motief genoemd voor deze groep migranten om naar Amerika te vertrekken. 

Godsdienstig: De koning had de Engelse kerk losgemaakt van de Rooms-Katholieke kerk. De Pilgrim Fathers vonden dat deze kerkhervorming niet ver genoeg ging en vertrokken naar Holland, een deel hiervan vertrok in 1620 naar Amerika.

Sociaal: Onderweg hadden ze in een contract afgesproken om te blijven samenwerken voor het gemeenschappelijk welzijn. 

* De Engelse koning Charles II (Karel II) gaf een sterke impuls aan de verdere kolonisatie van de westkust van Noord-Amerika. Welk politiek motief had hij hiervoor volgens de tekst?

Koning Charles II schonk grote stukken Amerikaanse grond aan politieke vrienden, die er nieuwe kolonien stichten.

* Uiteindelijk ontstonden er dertien Engelse koloniën aan de westkust van Noord-Amerika (en nog een aantal koloniën in het huidige Canada). Welke economische verschillen waren er tussen de koloniën in het noorden en die in het zuiden?

De noordelijke kolonien waren vestigings kolonien. Hier leefden men van landbouw, nijverheid en handel. In de zuidelijke kolonien was de economie gericht op de export van rijst, katoen, indigo en tabak.

* Op welke manier veranderde de houding tussen de migranten vanuit Europa en de inheemse bevolking (Indianen)? Welke gevolgen had dit voor de Europeanen? En welke gevolgen had dit voor de indianen?

De eerste contacten tussen de Europese kolonisten en de Inheemse bevolking van Amerika waren vreedzaam. De eerste kolonisten, zoals de Pilgrim Fathers, waren afhankelijk van voedsel dat ze ruilden met de Indianen voor gebruiksvoorwerpen zoals geweren, bijlen en messen. De Europese kolonisten namen steeds meer land in van de Indianen wat leidde tot conflicten. Al snel breken er toch bloedige oorlogen uit tussen de Indianen en de kolonisten. De Indianen stierven massaal aan Europese ziektes zoals griep, pokken en de mazelen. Zij hadden geen weerstand tegen tegen deze ziektes.

* In Britse koloniën in het Caribische gebied (zoals Barbados) begonnen veel Engelsen een plantage. Hier werd onder andere suiker verbouwd. Welk verband is er tussen het oprichten van plantages en de slavenhandel? 

Door toename van de plantages ontstond er een gebrek aan arbeidskracht. Doordat de lokale bevolking massaal overleed aan ziektes, moesten ze opzoek gaan naar andere arbeidskrachten. Door het gebrek aan arbeidskrachten werden slaven gebruikt om te werken op de plantages kolonien. 

* Welke verschillen worden er genoemd in het gebruik van slaven in de noordelijke koloniën en de zuidelijke koloniën? Geef een verklaring voor deze verschillen.

In het noorden waren er minder slaven, omdat daar de landbouw en nijverheid overheersten . Slaven werkten daar vooral in de huishouding of als landarbeider. In het zuiden waren de slaven zo’n 20% van de bevolking, hier bevond zich dus een meerderheid ten opzichten van het noorden.

[wce-xb]

Drie kenmerkende aspecten die passen bij de tijd van ontdekkers en hervormers en de tijd van regenten en vorsten:

Het begin van de Europese expansie:

Dit kenmerkend aspect behoort tot deze leereenheid, omdat het gaat over uitbreiding door een staat van zijn grondgebied, of van zijn politieke of economische macht door bijvoorbeeld handel of koloniale verovering. Zoals je terugziet bij de Spanjaarden, Portugezen, Fransen, Nederlandse en ook de Engelse. 

De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek:

De Nederlandse Republiek werd bestuurd door de Staten- Generaal, en bestond uit zeven zelfstandige gewesten. De 17de eeuw was voor de Nederlandse Republiek een gouden eeuw.

Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie:

Er ontstonden wereldwijd handelsnetwerken  en kwam het handelskapitalisme, het economische systeem waarin ondernemers goederen verhandelen om winst te maken, tot ontwikkeling. De VOC en de WIC een belangrijke rol.

[wce-xb]

kenmerkende aspecten geschiedenis.

onderwerp: overzicht van tijdvak 5 t/m 10.

5 kenmerkende aspecten die het meeste impact hebben gehad op het leven van mensen in Nederland:

1. De Duitse bezetting van Nederland                                                                     2. Het conflict in de Nederlanden dat zich resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.                                                                                                   3. Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.                                                                                                      4. De opkomst van emancipathiebewegingen                                                         5 ?

Een minder belangrijke kenmerkende aspect wat benoemd is, vond ik het kenmerkende aspect: Het begin van de Europese overzeese expansie. Ik vond dit persoonlijk een minder belangrijke kenmerkende aspect, omdat het niet het meeste impact heeft gehad op het leven van mensen in Nederland. Uiteraard heeft dit zo zijn voordelen gebracht, maar gold dat niet voor de hele Nederlandse bevolking. Als je kijkt naar wat meer impact heeft gehad, dan vind ik dat de Duitse bezetting van Nederland zijn gevolgen heeft gehad op de hele Nederlandse bevolking.

zoals ik al eerder beschreef, heeft het kenmerkende aspect: De Duitse bezetting van Nederland het meeste impact gehad. Hieronder zou ik nogmaals mijn beredenering weergeven.

De Duitse bezetting van Nederland, heeft het meeste impact gehad op het volk.   Toelichting: De Duitse bezetting heeft vele gevolgen met zich meegebracht, zowel voor Nederland als andere landen. Voor Nederland waren o.a. de volgende gevolgen:

- Door gebrek aan voedsel en andere goederen ontstond er een distributiesysteem.                                                                                                   - Hongerwinter: Door een gebrek aan voedsel en brandstof, zijn er veel mensen tijdens de hongerwinter overleden.                                                                         - Holocaust                                                                                                             - Gedwongen arbeid, Arbeitseinatz. Mannen tussen de 18 en 45 konden tewerk worden gesteld in Duitse fabrieken. Het leven in die fabrieken was uiteraard hard en gevaarlijk.                                                                                                   - Veel mensen zijn omgekomen                                                                             - Een economische crisis/ wederopbouw                                                               - Collaboratie: mensen die samenwerkte met de Duitsers, werden hiervoor gestraft.                                                                                                                   - Mensen met lichamelijke en psychische klachten.                                              - En niet te vergeten de vrijheid die van de mensen zijn ontnomen.