Don't wanna be here? Send us removal request.
Text
Het relatieve herstel van de Waalse economie

In 1913 was de Waalse industriële productie per capita de hoogste ter wereld. Wallonië had veel natuurlijke hulpbronnen, vruchtbare gronden, bossen, kolen, ijzer, zink, lood, leisteengroeven (Bertrix), marmer (Rance) enz. Het bevolkingsaantal was even groot aan dat van Vlaanderen. Grote landgoederen, kolenmijnen, zware industrie hebben van de werkende bevolking een proletariaat gemaakt, terwijl de afstammelingen van stichtende families de ondernemersvlam zijn verloren. Het gevolg is een sociale strijd geweest met veel sociale spanningen. Agressief vakbondsactivisme weerhield buitenlandse investeerders ervan zich in Wallonië te vestigen: ze gaven de voorkeur aan Vlaanderen. Bovendien zorgden de demografische vertraging, het verdwijnen van de natuurlijke hulpbronnen en de geringere nabijheid van havens ervoor dat 1961 het laatste jaar was waarin het Waalse BBP dat van Vlaanderen overtrof. De financiële wetgeving, waarin dubbele stemmen voor permanente aandeelhouders tot 2020 was verboden, heeft familiebedrijven ontmoedigd om uit te breiden door middel van kapitaalverhogingen, in tegenstelling tot alle buurlanden en vergelijkbare landen. Overmatige schuldenlast en de creatie van een opeenstapeling van dure holdings (Chinese poppen) vormden een noodoplossing. Veel bedrijven hebben een versnipperd aandeelhouderschap of zijn verkocht aan buitenlandse groepen (staalgroepen, CBR en Cimenteries d'Obourg, Intermills, Acec, Ateliers Malevez, enz.)
Kloof tussen Vlaanderen en Wallonië
Het BBP (bruto binnenlands product) van Wallonië, waarvan de bevolking slechts 32% van de Belgische bevolking uitmaakt, vertegenwoordigt 23% van het Belgische BBP. Bovendien besteedt, verbruikt of gebruikt Wallonië meer dan 32% van de federale of nationale middelen. Het Waalse inkomen per capita vormt 71,4% van dat van de Vlamingen. Het verschil wordt groter, want van 2008 tot 2019 groeide het Vlaamse bbp met 1,3%, dat van Wallonië en Brussel met respectievelijk 0,8% en 0,6%. In de Waalse financieringsbehoefte wordt voorzien door een noord-zuid transfer en door een onevenredig groeiende schuld. De Waalse schuld (de eigen schuld van de regio en het aandeel ervan in de Belgische staatsschuld in verhouding tot de bevolking) zal weldra de Griekse ratio als percentage van het BBP hebben ingehaald. Die van de Franse Gemeenschap (Fédération Wallonie Bruxelles) zou in 2025 15 miljard bedragen. Dat is onhoudbaar.
Oorzaken van onevenredigheid
De werkgelegenheidsgraad (tewerkgesteld als % van de inwoners van 20 tot 64 jaar) bedraagt 65% in Wallonië en 75% in Vlaanderen. Maar er zijn nog ernstigere vaststellingen: het aantal werknemers uit de openbare en de (gesubsidieerde) non-profitsector vertegenwoordigen 35,3% van de Waalse beroepsbevolking daar waar dit in Vlaanderen slechts 27,2% bedraagt. Het Waalse BBP bevat een marktsector die veel kleiner is dan die van Vlaanderen. Het is echter in deze laatste sector dat de fiscale en parafiscale heffingen worden doorgevoerd die de overheidsuitgaven financieren, alsook het aantal en het netto-inkomen van degenen die de overheid in dienst heeft of subsidieert. Mantelzorgers, leraren, politieagenten en brandweerlieden enz. zijn zeker erg nuttig, we zouden willen dat ze talrijker zouden zijn en beter betaald zouden worden. Maar dat hangt af van de middelen die de commerciële, industriële en exportsector kunnen genereren (de Waalse export vertegenwoordigt trouwens minder dan 18% van de Belgische export.)
Welke zevende staatshervorming?
Wallonië en de Franse Gemeenschap zullen in de toekomst een steeds grotere financieringsbehoefte hebben die niet wordt ingevuld, terwijl een overweldigende Vlaamse meerderheid droomt van verdere regionalisering (met inbegrip van alle vormen van sociale zekerheid uitgezonderd pensioenen, werk, justitie, enz.). Om die te verkrijgen, zullen ze ermee instemmen om meer middelen over te dragen aan de Franstaligen waarbij ze akkoord zullen gaan de voorziene vermindering van transfers van 2025 tot 2034 te verkleinen. De Waalse leiders zullen hun meer bevoegdheidsdomeinen toestaan doordat hun korte termijnzorgen deels worden opgelost en ze zo tijd kunnen winnen in de hoop een betere toekomst in zicht te krijgen.
Welke stimulans, welke export?
Het Waalse herstelplan, ondersteund door 1,6 miljard Europese fondsen (zelf geleend door de Europese Unie) heeft een andere draagwijdte dan binnenlandse plannen. Investeren voor de groene transitie, duurzame mobiliteit, digitalisering etc. lijkt in het huidige tijdsgewricht passend. Nochtans zullen de multiplicatoreffecten op bedrijvigheid, werkgelegenheid en inkomen ook de inflatie doen toenemen. Het betekent immers een toename van de vraag waarbij er echter middelen weglekken naar de import van goederen (computers, windturbines). Hoe zit het dan met de uitbreiding van een duurzaam aanbod van goederen en diensten, met het ontstaan van nieuwe of grotere bedrijven, kortom met het vermogen om goederen te produceren? Politici bestellen graag: ze importeren liever trams voor Luik en snelbussen voor Charleroi dan de btw op dubbele beglazing en zonnepanelen af te schaffen.
Een Grieks scenario?
Laten we ons vanuit deze bedenkingen een apocalyptisch scenario voorstellen, waarin Wallonië steeds meer - alleen - zijn nieuwe bevoegdheden zal moeten financieren, ook al zou de geprogrammeerde afname van de noord-zuidtransfers worden verminderd. Bij de PS (Parti socialiste) waar de collectivistische ideologen de pragmatische sociaaldemocraten zouden verdringen, zouden zich Écolo en de PTB (Parti des travailleurs belges) voegen om leiding te geven aan de Franstalige regio. Zij zullen gezamenlijk voorstander zijn van de invoering van een werkweek van 35 uur in plaats van 38 u., dus van een stijging van de loonkosten met 8,5% (waarbij de Wet op het Concurrentievermogen in het Waalse Gewest wordt afgeschaft). Dit zal ontegensprekelijk leiden tot faillissementen en ontslagen. De pensioenleeftijd zou worden verlaagd tot 62 jaar, het aantal ambtenaren en gesubsidieerde werknemers zou toenemen ten opzichte van dat van werknemers in de commerciële sector. Een Ministerie van Hulp, Bonussen, Subsidies en Toelagen zou voordelen uitdelen die direct zichtbaar zijn door de kosten onzichtbaar (via schulden) te financieren en naar de toekomst te verschuiven: gratis openbaar vervoer, energiecheque aan uitkeringsgerechtigden en 'minimumloners', premies om werkgelegenheid te creëren, elektrische bakfietsen, enz. Fortuinen in risicokapitaal van meer dan 1 miljoen euro (niemand die bij zijn volle verstand is koopt tegenwoordig nog obligaties die een netto reële negatieve rente opbrengen) zouden worden belast tegen 0,5%, met een progressiviteit die ook van toepassing zal zijn op extra gewestelijke opcentiemen. Dit zal voor gevolg hebben dat hoofdkantoren en aandeelhouders verhuizen, dat buitenlandse investeringen zouden krimpen, dat talent naar het buitenland zou verhuizen. Kortom: de marktsector (de enige bron van financiële middelen) zou nog meer krimpen. Naarmate de inflatie en de intrestvoeten zouden stijgen tot 4 à 5%, zou de Waalse schuld onbeheersbaar worden en zouden de kredietverstrekkers deze niet langer willen verlengen zoals in Griekenland in 2011. Wallonië, dat financieel onleefbaar wordt, zou onder curatele worden geplaatst en zijn betalingen, uitgaven drastisch moeten verminderen met verwoestende sociale gevolgen.
Bron
Alain Siaens, econoom, voormalig voorzitter van Banque Degroof en professor aan de UCLouvain: Le redressement tout relatif de l’économie wallonne, in: La Libre Belgique, 12-11-2021
0 notes
Text
De catastrofe waar we elke dag aan dienen te denken

Ik kom uit een land waar het onmogelijk is om niet het idee in zijn hoofd te hebben van een klimaatcatastrofe. Mijn familie komt uit het landelijke deel van het oosten van North-Carolina. Milieugerechtigheid, als een term, komt voort uit de sit-ins die daar plaatsvonden in Warren County, N.C., toen Ben Chavis milieuactivisme deed infiltreren in het klassieke kader van de zwarte Amerikaanse burgerrechtenbeweging.
Die beweging ontstond in Oostelijk North-Carolina om ten minste drie belangrijke redenen. De voornaamste reden is dat het gebied een aanzienlijke inheemse Amerikaanse bevolking heeft - met name de Lumbee- en Haliwa-Saponi-stammen - die naast een aanzienlijke zwarte Amerikaanse bevolking leeft. Dat maakt dat in de regio inheemse gevoeligheden over de natuurlijke wereld verweven zijn met zwarte mondelinge tradities en sociale bewegingen. Daarbovenop staat de plaats bekend om de geur van vleesverwerkingsafval.
Dat deel van de staat heeft veel kip- en varkensverwerkingsfabrieken die centraal staan in de voedselverwerkende distributieketen met een omzet van miljarden dollars. Waar Amerikanen nogal bekend mee zijn is de verwerkingsfabriek van Imperial Foods waarin een van de meest verwoestende crisissen op de werkplek ooit heeft plaatsgevonden. Dit was in 1991. De fabriek in Hamlet, NC, ging in vlammen op en van de 81 aanwezige arbeiders die dag, werden er 25 gedood , en raakten 40 anderen gewond.
De derde reden is dat de snelgroeiende Spaanstalige bevolking, gedreven door slechte economische vooruitzichten en naar de regio getrokken vanwege gevaarlijk laagbetaald werk zoals landarbeid en voedselverwerking, het culturele weefsel van het gebied heeft heringericht. Door deze drie oorzaken samen te nemen, weet ik heel goed dat er een klimaatramp op komst is, in de eerste plaats voor de armste mensen ter wereld. Die mensen omvatten veel zwarte mensen en latino’s en Native Amerikaanse mensen en inheemse mensen, omdat armoede altijd al een raciaal karakter heeft gehad. Daar valt niet aan te tornen, of je het nu over Bangladesh hebt of je hebt het over New Orleans. Maar ondanks het feit dat ik daar vandaan kom, en ondanks het feit dat ik meer dan gemiddeld links ben, en intellectueel toegewijd ben aan de bestrijding van klimaatverandering en mee streef naar een radicaal en noodzakelijk klimaatveranderingsbeleid op nationaal en mondiaal niveau, heb ik in mijn dagelijks leven tot nog toe niet veel gedaan om het te bestrijden.
De afgelopen 18 maanden hebben me de ruimte gegeven om hierover na te denken, omdat ik een van de miljoenen mensen ben die deze pandemie hebben meegemaakt met een aanzienlijk voorrecht. Ik heb op afstand kunnen werken. Ik had geen kinderen om voor te zorgen, en ik kon me de luxe van zelfisolatie veroorloven: een veilig huis in een buitenwijk; stabiel internet; en eten laten bezorgen. Vanwege die privileges was Covid een grote pauze in mijn leven, en dus geen keerpunt zoals voor velen omwille van een reeks economische rampen veroorzaakt door inkomensonzekerheid of baanverlies. Het gaf me de tijd om wat te lezen en na te denken, waarvan ik probeerde gebruik te maken om mijn gedachten te ordenen en te schrijven. Ik wilde de veelomvattende opdracht opnemen om me bewust te worden van mijn impact op het milieu en om te onderzoeken hoe de taak om klimaatverandering tegen te gaan er in mijn dagelijks leven zou uitzien.
Terwijl ik hierover nadacht, kreeg ik de gelegenheid om met Dr. Ayana Elizabeth Johnson te praten voor mijn podcast die ik geregeld uitzend samen met Roxane Gay: 'Hear to Slay'. Dr. Johnson heeft haar eigen podcast over klimaat: 'How to Save a Planet'. Ze is mede-oprichter van het Urban Ocean Lab en auteur van een nieuw boek over klimaatverandering. Een van de dingen die ze vaak zelf vraagt, is:: "Zijn we bedrogen?" Daarom wilde ik dat ze met ons meedeed aan onze podcast. Ik begon met een aantal van dezelfde vragen die ze volgens mij de hele tijd hoort: hoe erg is het eigenlijk en wat moeten we doen? Dr. Johnson zei twee dingen die mijn schip in de juiste richting stuurden en me duidelijkheid gaven over hoe een individu "groen" zou moeten zijn wanneer de klimaatcatastrofe zo enorm en totaal is.
Ze begon met te zeggen dat ik iets moest kiezen. Je hoeft niet dat ding te doen dat alles gaat oplossen. Kies gewoon één ding. Word jij de recycler? Word jij de waterman? Ga je de bevers verdedigen? Elk van de beschikbare keuzes is prima. Je hoeft alleen maar iets te kiezen. Een onderdeel van het selecteren van je ding bestaat er immers in erop te vertrouwen dat je medemensen, je buren op deze planeet, ook iets zullen kiezen, waarbij we samen genoeg dingen zullen kiezen om de naald in de juiste richting te doen draaien.
Dit doe je omdat je je ervan bewust bent dat individuele acties de klimaatcrisis niet kunnen oplossen. We hebben nog steeds natiestaten nodig om het topverhaal te realiseren: gezond verstand, significante regulering van de fossiele brandstofindustrie, gecombineerd met langetermijninvesteringen in infrastructuur die alternatieven bieden voor fossiele brandstoffen en voor de conventionele voedselvoorzieningsketen. Maar iets kiezen doet iets heel belangrijks dat verband houdt met het tweede dat ze zei en dat echt indruk op me maakte. Ze zei: "We moeten beginnen te praten over klimaatcatastrofes en klimaatverandering in alledaagse, doordeweekse termen."
Het tweede wat Dr. Johnson zei was meer filosofisch dan ik had gedacht. Dat is misschien de reden waarom dit het grootste impact op mijn denken heeft. Toen ik haar vroeg: "Wat moet ik doen als ons gesprek vandaag voorbij is?" reageerde ze door te zeggen dat we als creatieve mensen de macht hebben om een populaire cultuur te creëren waarin het klimaat de achtergrond vormt bij alles wat we consumeren. Dr. Johnson voegde eraan toe: "Het klimaat zou de context moeten zijn van elk verhaal dat we vertellen." En dat raakte echt het centrum van mijn intellectuele en creatieve ziel. Dat elk verhaal dat ik vertel, elke lezing die ik geef, elk boek en elk artikel dat ik schrijf, de context daarvan zou moeten zijn: dat we leven te midden van snel negatief evoluerende trendlijnen van klimaatcatastrofes en -verandering die invloed hebben op hoe mensen zichzelf kunnen realiseren en tot ontwikkeling komen in menselijke samenlevingen. Dat zou de achtergrond van alles moeten zijn, van lachen om Tinder-dates tot nadenken over op wie we stemmen tot het refrein in een popsong. Alles zou die achtergrond moeten hebben. Tijdens de Covid-pauze die ik gelukkig had, ben ik begonnen met haar eerste aanbeveling: kies een ding. Omdat ik er niets aan kan doen, heb ik vijf dingen uitgekozen.
Het is me echt duidelijk geworden terwijl ik dingen heb nagegaan en me scherper bewust ben geworden van alle natuurcatastrofes van de afgelopen jaren - met name orkaan Katrina - dat ik meer moet weten over hoe te handelen in een crisis. En hier ga ik iets heel ongemakkelijks toegeven: ik kan geen tijd van mijn leven nemen om weken in een wildernisresort of -kamp door te brengen, of maanden om de ins en outs van microbeleid en gemeentelijk beleid over rampenparaatheid te bestuderen. Ik moet dit als consument doen. Ik denk dat we daarin moeten uitzoeken hoe we het klimaat kunnen inpassen als onderdeel van ons dagelijks leven. Dat is een lastig dansen op een slappe koord. De klimaatcatastrofe staat voor de deur. Anderzijds we moeten ze ook alledaags maken. Om dat te doen, moeten we vrede nemen met mensen die nooit experts op dit gebied zullen worden. Ik moet weten wat ik moet kopen. Dus ik benader dit dan als een gewone consument.
Ik bereid me voor op rampen.
Ik heb een noodpakket gekocht waarvan ik me bijna schaam om het met jullie te delen. Het heet Judy. Het is gendergerelateerd en erg populair bij de Kardashians. Dat is mijn schande om te dragen. De kit is een van de vele items die deel uitmaken van de snelgroeiende consumentenmarkt voor rampenparaatheid. Ik heb voor dit merk gekozen omdat het niet het vleugje voorbereiding op doemscenario’s heeft dat sommige andere producten wel hebben. Ik associeer het ontwerpdesign gehalte en de overspannen einde-der-tijden marketing van andere merken met een extreemrechtse, libertaire ideologie die ik niet in mijn leven wil brengen. Tegelijkertijd was ik niet van plan om deze tas zelf op te vullen. Ik ga daar gewoon eerlijk over zijn. Ik heb er een gekocht die die politieke gevoeligheid niet had en het is Judy geworden.
Ik ga composteren.
Ik heb een keukencompostmaker besteld bij een startend bedrijf dat mijn introductie is in de wereld van composteren. Ik heb besloten dat ik iemand zal zijn die goede compost zal maken en deze zal delen met mijn buren. Ondanks mijn altruïstische fantasie om door mijn voorstedelijke straten te struinen en het geschenk van verse compost te bezorgen, had ik iets nodig dat ook vormgeving heeft meegekregen en esthetisch aantrekkelijk is. Ik heb veel tijd en energie gestoken in het ontwerpen van mijn huis en ik wil geen grote, vettige, smerig uitziende emmer in het midden van mijn keuken. Bovendien is het aanraken van afval walgelijk. Ik raak de vuilniszakken nauwelijks aan. Ik ga daar gewoon eerlijk in zijn.
Ik ga minder rijden en elektrisch rijden als ik wel rijd.
Ik koop mijn eerste elektrisch-hybride wagen. Om dat proces te starten, moet er een EV-oplader in mijn huis worden geïnstalleerd. Ik heb bijna geen huiswerk gemaakt over hoe elektrische voertuigen werken. Ik vertrouwde op de wijsheid van de goegemeente, waarmee ik bedoel dat ik een boodschap op Twitter plaatste en mensen vroeg wat ze van hun elektrische voertuigen vonden. Het leek alsof we ons op een punt in het proces bevinden waar elektrische voertuigen stabiel en betrouwbaar genoeg zijn geworden, dat het voor mij logisch is om hiervan mijn volgende vervoersmiddel te maken. Ik kom daar nog wel op terug, omdat de automarkt momenteel zo gek doet. Ik heb de auto besteld, maar het zal een paar maanden duren voordat hij arriveert. Ondertussen laat ik een oplader voor elektrische voertuigen installeren en breng ik oplaadpunten in kaart langs enkele van mijn favoriete routes.
Ik heb de gazonmaffia verijdeld.
Ik heb al mijn gazononderhoud voortaan uitbesteed aan een bedrijf dat milieuvriendelijke producten en technologieën gebruikt. Niet alleen maakt het lage gezoem van benzine-aangedreven gazonapparatuur me duizelig, maar het blijkt dat ze ook hinderlijk voor het milieu is. Investeren in een handmatige grasmaaier en gazononderhoud aangrijpen door groenere apparatuur te gebruiken, is een goed idee.
Ik ben aan het zonnebaden.
Nou, mijn huis zal zonnebaden. Een adviseur zonnepanelen begeleidt me bij het installeren van zonnepanelen. Toen ik mijn huis kocht, heb ik er een gezocht die was gecertificeerd door de National Green Building Standard. Om transparant te zijn: ik wist niet precies wat dat inhield. Maar het voelde als een verantwoordelijke bezigheid. Daarom is mijn huis voorbereid op zonnepanelen. De staat North Carolina biedt geen staatspremie voor zonne-energie, maar ik kom misschien nog steeds in aanmerking voor de federale stimulans voor zonne-energie. Als ik nergens voor in aanmerking kom, zal ik genoegen nemen met het leven op een bewoonbare planeet.
—
Dat is waar ik ben aanbeland op mijn klimaatreis en hoe ik van plan ben het in mijn dagelijks leven te brengen. Ik zal jullie regelmatig informeren over hoe mijn groene leven verloopt, als een persoon die nooit een milieudeskundige zal worden, maar denkt dat het er echt toe doet en haar best gaat doen. Dat is het ding, nietwaar? Niemand van ons zal hier goed in zijn, maar dat kan ons er niet van weerhouden het te proberen. Dit is wat ik tot nu toe heb vastgesteld tijdens de reis: het is moeilijk. Het kost veel tijd. Een van de redenen waarom blanke mannen zo dominant zijn geweest in dit discours, is omdat zij onevenredig degenen zijn die de tijd en de status hebben om al deze dingen uit te zoeken. De informatie-asymmetrie is een echte last om te overwinnen. Dat is waar, zelfs als je een economisch voorrecht hebt, zoals ik. Maar het is het absoluut waard. Het is het waard, want deze aanpassingen brengen klimaatverandering in mijn dagelijkse praktijk. Door deze symbolen van klimaatverandering in mijn gezichtsveld te plaatsen, zoals iets op mijn aanrecht hebben, de auto in mijn garage hebben, de panelen op mijn dak hebben, wordt het een tactische herinnering voor mij dat dit gebeurt en nu gebeurt . En nee, dat heeft geen direct effect op de daling van bijvoorbeeld de uitstoot van gassen. Maar het houdt het klimaat in ons dagelijks zicht op een manier die ervoor zorgt dat we die vragen politiek stellen, zodat we gaan aannemen dat iemand een plan moet hebben en dat die mensen met plannen ook bedrijfsleiders en politieke actoren zullen omvatten. Ons bewustzijn verschuiven naar het stellen van eisen aan politici en bedrijven om hun buitensporige aandeel te doen, begint met het plaatsen van de kleine symbolen van het klimaat in ons dagelijks zicht.
Bron
TRESSIE MCMILLAN COTTOM, The Disaster We Must Think About Every Day, in: New York Times, 17-10-2021, https://www.nytimes.com/2021/09/17/opinion/climate-change-environment.html?referringSource=articleShare
Tressie McMillan Cottom (@tressiemcphd) is universitair hoofddocent aan de University of North Carolina aan de Chapel Hill School of Information and Library Science, de auteur van "Thick: And Other Essays" en een MacArthur-fellow in 2020,
1 note
·
View note
Text
Landbouwproducten aan de man brengen in de korte keten: het wordt steeds populairder

Dit artikel kwam tot stand naar aanleiding van een deelname aan een Europees project in Albanië: Support to Social Entrepreneurship and re-use of Confiscated Assets . De bedoeling ervan was in de eerste plaats bij de maffia geconfisqueerde panden en terreinen aan te wenden voor tewerkstelling en reguliere bedrijfsvoering. We dienden daarvoor het project “Release” in waarbij bestaande landbouwbedrijven worden ondersteund vanuit een kort-keten circuit gevestigd in geconfisqueerde lokalen om hun producten aan de man te brengen
Landbouw, duurzaamheid en rendabiliteit: een moeilijke oefening
Je kan moeilijk zeggen dat landbouw de uitgelezen sector is om aan circulaire economie te doen. Landbouwers bewerken hun grond jaar na jaar en laten telkens nieuwe seizoensgebonden gewassen groeien of cultiveren meerjarige struiken en bomen waarbij ze jaarlijks oogsten. In veeteelt worden dieren gekweekt voor de melk (koeien, geiten, schapen), voor de wol (schapen) of voor de slacht (runderen, schapen, varkens). Paarden fokken is een specialiteit voor een specifieke handel.
Toch komen bij dit aspect van de landbouw al elementen van duurzaamheid naarvoor die zich moeilijk laten verzoenen met rendabiliteit maar waarover de geesten gerijpt zijn en het voortschrijdende inzicht in de juiste richting evolueert. Bij het telen van gewassen moeten er meststoffen gebruikt worden en daarbij werd in het verleden overgegaan van natuurlijke meststoffen naar chemische meststoffen, vooral wanneer het extensieve landbouw betrof. Dit had voor gevolg dat de grond verschraalde en dat het grondwater vervuilde en ook in de beken en daarna in zee terecht kwam. Extensieve landbouw wordt dan ook meer en meer tot een probleem beschouwd. Een recent artikel in de Financial Times over het cultiveren van hazelnoten in dezelfde streek in Italië op vraag van choco-producent Nutella blijkt een probleem te geven van verschraling en verarming van de beschikbare landbouwgrond.[1] Landbouw –en vooral extensieve landbouw- is een grootverbruiker van landoppervlak (40 procent van het land op aarde), water (70 procent van de totale vraag naar zoetwater), kunstmest (met schadelijke stoffen als ammoniak, lachgas en nitraat) en de eindige maar essentiële grondstof fosfaat.[2] En dan is er nog het spuiten van gewasbeschermingsmiddelen tegen insectenplagen. Ook dit blijkt veeleer korte-termijn gericht en niet toekomstgerichte te zijn. Onderzoek van onderzoeker Paul van Rijn van het instituut voor Biodiversiteit en Ecosysteem Dynamica (IBED) van de Universiteit van Amsterdam en van universitair hoofddocent Arne Janssen, ook werkzaam bij IBED vergroot de twijfel over het nut van insecticiden in de landbouw. Naast de zorgen over milieuschade en de resistentie die plaagsoorten ontwikkelen, waardoor telkens nieuwe gifstoffen nodig zijn, plaatst de nieuwe Amsterdamse studie vraagtekens bij de effectiviteit van het spuiten. Studies tonen aan dat gemiddeld genomen de plagen niet afnemen na bespuiting, als er natuurlijke vijanden van de plagen aanwezig zijn, omdat die eveneens gedood worden.[3]
Ook natuurlijke meststoffen vormen een probleem omdat die ook in het grondwater terechtkomen. Zeker wanneer er aan extensieve veeteelt wordt gedaan, vormt dit een serieus probleem voor het milieu. De recente fikse rellen rond de nieuwe Nederlandse meststoffenwet geldend vanaf 20-2-2021 heeft aangetoond hoe gevoelig dit ligt in landbouwmiddens. [4] Vlaanderen, de noordelijke regio van belgië, telt 42 miljoen kippen en 5,7 miljoen varkens. Het dichtbevolkte gebied heeft zowat de grootste veeconcentratie van Europa. Toch bouwen boeren steeds grotere stallen. Er wordt immers nog steeds ingezet op extensieve veeteelt omdat er beweerd wordt dat dit de enige economisch rendabele methode is.[5] Een kippenhoudster getuigt: “Iedereen die tegen megastallen is, moet zich eens afvragen of hij in de supermarkt de duurste kip kiest. Wij produceren wat de consument vraagt: goedkoop vlees. Ik wil best minder maar duurdere kippen houden, die trager groeien en meer plaats hebben. Maar niemand wil daarvoor betalen. Dan houdt het op. De meeste mensen hebben geen besef van wat er zich achter de productie van hun eten afspeelt. Het is de wereldmarkt die ons duwt naar goedkope massaproductie. En daar zijn wij allemaal een deel van.”[6]
Naast het probleem van mestoverschotten veroorzaakt door extensieve veeteelt is er ook het probleem van uitstoot van methaangassen veroorzaakt door gekweekte dieren. Landbouw veroorzaakt nu zo’n 20 procent van de mondiale uitstoot van broeikasgassen; twee derde daarvan is afkomstig van de veeteelt. Grootschalige landbouwbedrijven zoals in Frankrijk zoeken daarbij naar oplossingen door wat biomassa wordt genoemd (dierlijk afvalwater, plantaardig materiaal en agrovoedingsresten) in een vergistingstank te mengen, waardoor het mogelijk wordt om biomethaan terug te winnen, dat kan worden gebruikt voor verwarming, industrieel gebruik of zelfs als brandstof. Bij Franse landbouwers zit het procédé in de lift: de hoeveelheid hernieuwbaar gas dat in de netten wordt geïnjecteerd, telde eind 2020 1.023 anaerobe vergistingseenheden, waarvan 214 in injectie. Toch is deze oplossing niet voldoende om de landbouw koolstofarm te maken.[7] Extensieve veeteelt in dichtbevolkte gebieden veroorzaakt bovendien overlast in de gemeenschap. : de opleggers die kuikens, voeder, mest en kippen af- en aanvoeren, moeten dwars door de dorpskern. De vangploeg komt de kippen ’s nachts uithalen. Ze laden de kooien met veel lawaai in de vrachtwagen. De gemeenschap heeft vaak last van stank. Bovendien is er het fijn stof en de stikstof die uit die stallen komt. En waterschaarste.[8]
Niet alle landbouwgewassen zijn afgestemd op voedsel of voeding. Er zijn talrijke gewassen die voor industriële doeleinden wordt gekweekt. Opnieuw wordt extensieve landbouw van die gewassen aangeklaagd als een van de meest vervuilende producten: katoen bijvoorbeeld heeft een enorme massa aan water nodig, waardoor waterschaarste in andere delen van het gebied waardoor een rivier stroomt. Zo droogde door de katoenteelt het op drie na grootste meer ter wereld, het Aralmeer in Kazachstan, binnen tientallen jaren op tot een meertje . [9]
Toch is het niet allemaal kommer en kwel: zo is er hennep, dat eveneens voor textiel kan aangewend worden. Het is een plant die razendsnel groeit, ook zonder meststoffen en zelfs op schrale gronden. Doordat ze zo snel metershoog wordt, slaat ze op korte termijn ook relatief veel CO2 op. Dezelfde plant kan daardoor eerst vervuilde gronden saneren- dit proces wordt in de wetenschap fytoremediëring- genoemd, en er daarna verwerkt worden als duurzaam isolatiemateriaal van te maken of voor het maken van mode-accessoires. [10] Eenzelfde eigenschap bezit olifantgras. De plant legt vier keer zoveel CO2 vast als bomen en kan gebruikt worden als vulmiddel in allerlei producten. Papier en karton zijn nog steeds een belangrijke afzetmarkt voor de olifantsgrasvezels. Maar inmiddels zit het ook in (bio)plastic, en in beton. [11] Beide planten dienen niet noodzakelijk op vruchtbare landbouwgronden worden gepland. Ook leegstaande gronden van oude bedrijventerreinen komen er voor in aanmerking.
Agroproducten gemaakt op industriële basis creëren verpakking
Door de extensieve landbouw en groententeelt en de verkoop ervan via supermarkten is er een vloedgolf aan verpakking ontstaan, meestal plastic verpakking. Alleen al in Europa wordt momenteel jaarlijks 200 miljoen ton plastic geproduceerd. [12] Wanneer plastic in het milieu terechtkomt vormt het een gevaar voor mens en natuur. En dan spreken we nog niet van het plastic dat achteraf in zee terechtkomt.[13] Het doel zou dan ook moeten zijn om het aantal kunststoffen te verminderen. Hoe kleiner het scala aan kunststoffen en ook bioplastics, hoe gemakkelijker recycling zal zijn.
Er zijn bijgevolg bulkwinkels[14] ontstaan. Een bulkwinkel is een detailhandel die zich van andere winkels onderscheidt doordat het gehele assortiment los, dus zonder dozen en dus zonder verpakking wordt aangeboden. De focus van verpakkingsvrije winkels ligt op het aanbieden van onverpakte levensmiddelen en producten. Deze kunt u in elke gewenste hoeveelheid afvullen in uw eigen meegebrachte container. Meestal worden ook biologisch afbreekbare verpakkingen of herbruikbare doosjes te koop aangeboden of in de winkel gedeponeerd. Het doel is enerzijds om de overproductie van voedsel tegen te gaan en anderzijds om verpakkingen en plastic afval consequent te vermijden. Vooral in westerse economische landen is er vraag naar verpakkingsvrij winkelen; sinds ongeveer 2010 zijn er verpakkingsvrije winkels geopend in Duitsland ,Nederland, België, Frankrijk, Denemarken, Noorwegen, Spanje , Portugal en het VK.[15] Naast winkels zijn er ook: online verpakkingsvrije boodschappen, rondrijdende verpakkingsvrije boodschappen, tot zelfs –los van landbouwproducten dan- online DIY ingrediënten. Het fenomeen is echter vooral ingeburgerd in Nederland en België.
Dezelfde filosofie wordt gehanteerd in de hoevewinkels. Soms is er ook helemaal geen sprake van een echte winkel. Veel landbouwers verkopen bijvoorbeeld recht vanuit hun schuur. Producten zoals appels, peren, aardappelen… worden vanuit grote bakken aangeboden in een hoekje van de sorteerruimte.
De korte keten: een andere manier om de verbruiker en de hoeve te verbinden
Het is al gezegd: de wereldmarkt duwt de landbouw naar goedkope productie. Iedereen wil goedkoop kwaliteitsvlees, kwaliteitsgraan en kwaliteitsgroenten. Anderzijds merken we dat het vooral de tussenpersonen zijn die de landbouwers dwingen tot goedkope productie: de supermarkten leggen de prijs op en die zijn meestal beursgenoteerd en dus gedreven door winstbejag.
Er ontstaan dus meer een meer pistes vanuit de basis om deze kwaliteitsdoelstelling te bereiken. Een groeiend aantal Fransen vraagt om lokale, natuurlijke, verse, seizoensgebonden producten, gekweekt of met de hand gemaakt, zo dicht mogelijk bij hun huis. Het locavorisme, een beweging die pleit voor de consumptie van voedsel dat binnen een straal van 100 tot 250 km van huis wordt geproduceerd, is echter niets nieuws. Dat blijkt uit de retailmarkten die diep geworteld zijn in de regio. De verandering komt vooral van nieuwe aanvoerkanalen. Boerderijverkoop en collectieve verkooppunten, mandverkoop (met of zonder abonnement) en postorderverkoop, de korte keten is populair geworden in Frankrijk[16], België[17], Nederland, Italië en Spanje en Griekenland[18]. In Frankrijk vertegenwoordigt de korte keten momenteel 8 tot 10% van de voedselmarkt. Ze draagt ook bij tot een duurzaam en gediversifieerd dieet van onbewerkte producten en aan voedselsoevereiniteit. Italië heeft 's werelds grootste netwerk van boerenmarkten. Tegenwoordig geeft de EU zelfs stimulansen aan producenten die betrokken willen zijn bij lokale voedselsystemen - of zoals het wordt genoemd: korte voedselvoorzieningsketens (SFSC) - kunnen profiteren van verschillende maatregelen die worden medegefinancierd door het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling[19].
Een hoevewinkel of boerderijwinkel is meestal een verkoopruimte op het bedrijf zelf. De hoevewinkel ligt meestal op het bedrijf, in sommige gevallen echter ook in de dorpskern. In de hoevewinkel worden de eigen producten (primair of verwerkt) van het bedrijf verkocht. Meestal verkoopt de boer enkel zijn eigen producten, soms vult hij zijn assortiment aan met hoeveproducten van collega-landbouwers. Het assortiment in de korte keten is soms zelfs uitgebreider dan in de supermarkt. Je vindt er exclusievere groenten, vleesbereidingen, aardappelvariëteiten…[20] Een specifiek en ook internationaal fenomeen is De Buurderij. Bij Boeren & Buren leggen de producten in België gemiddeld 28 km af tot op je bord. Er zijn al zo’n 140 Buurderijen in België & Nederland. Maar de beweging heeft ook vestigingen in Frankrijk (La Ruche), Zwitserland (Marktschwärmer, La Ruche), Italië (l’Alveare), Duitsland (Marktschwärmer), Spanje (la Colmena)[21]
De coöperatieve is vaak een vorm van samenwerking waarbij verscheidene kleinere spelers hun krachten bundelen om het aanbod en de attractiviteit te vergroten of om gezamenlijk bepaalde diensten uit te laten voeren voor het niet van alle deelnemers. Zo is er in de Zuid-Belgische provincie Namen de producenten- en consumentencoöperatie Agriculteurs-Artisans die samen hun verkoopcircuit organiseren. Vervolgens is er een reeks activiteiten aan toegevoegd, in overeenstemming met de eisen en behoeften die door de producenten uit het veld werden opgeworpen, om het Fabrique Circuit Court te vormen, een cluster van bedrijven gericht op de korte keten in voeding. In een hangar van zo'n 3.600 m2 gelegen in het industriepark van Suarlée-Namur worden coöperatieve verwerkingsateliers, zelfstandige werkplaatsen en logistieke ruimtes gegroepeerd. Allemaal gewijd aan de korte keten. De doelstelling is duidelijk: “Primaire producenten (tuinbouw, zuivelproducten, vee) die deel uitmaken van een artisanale dynamiek, specifieke en aangepaste verwerkingsinstrumenten geven”, in tegenstelling tot die welke ontwikkeld zijn voor industriële productie en waar voor kleine producenten geen plaats is.[22]
Sommige initiatieven gaan nog verder."L'atelier de Bossimé” een online verkoopplatform voor lokale producten. Hier wordt het brood gemaakt met Hollange-meel, wordt de jonge duif van Domaine de Sohan in Pepinster gebakken in hooi, terwijl de aardbeien van La Bruyère als ijsje als toetje verkrijgbaar zijn... De initiatiefnemers willen iets meer aanbieden, niet alleen op de locavore-golf varen. De producent moet een behoorlijk inkomen kunnen verdienen. Daarnaast zijn de initiatiefnemers ook zelf begonnen met tuinbouwproductie. Het idee van "Artisans de Bossimé" ontstond twee jaar geleden, toen de initiatiefnemer die een restaurant uitbaat, met een jonge tuinman aan de slag ging voor zijn restaurant. Hij leende hem een stuk land en kocht de groenten van hem. Zo hoefde de tuinbouwer geen tijd te verspillen aan het vermarkten van zijn producten. Hij kon zich concentreren op tuinbouw. Vandaag heeft een tweede tuinman zich aangesloten bij deze enorme moestuin. Deze strekt zich nu uit over 6 ha. Het wordt begrensd door bijenkorven die zorgen voor Bossimé-honing, die je als toetje kunt vinden bij "L'atelier". [23]
Andere vormen van landbouw die tot de korte keten behoren zijn de stadslandbouw projecten. [24] In de stadsboerderij Ferme Abattoir van Building Integrated GreenHouses (BIGH) op het dak van de voormalige Slachterij van Anderlecht (Brussel) zijn vis en plantenkweek gelinkt door een biologische filter die het water van de vissen continu zuivert. Ze produceren aubergines, pikante pepers en alle soorten tomaten. In 2019 ging het over 10 tot 15 ton. Daarnaast produceren we ook nog kruiden en vis. Deze stadsboerderij verkoopt praktisch integraal aan de horecasector die daardoor steeds verse producten in bulk geleverd krijgt.
En niet voor niets groeit stadslandbouw in plaatsen als New York, Parijs, Shanghai, Singapore en Tel Aviv. Een studie uit 2018 suggereerde dat stadslandbouw sommige milieuproblemen in steden zou kunnen verminderen door de vegetatie te vergroten, kooldioxide in de atmosfeer te verwijderen en een leefgebied te bieden voor bijen en andere bestuivers. Het kan ook helpen de voedselzekerheid te vergroten en voedselverspilling te verminderen. Neem bijvoorbeeld Lufa Farms in het Canadese Montreal. Sinds het in 2011 een commerciële dakboerderij opende, verdubbelt het elke twee jaar de hoeveelheid voedsel die het produceert. Het teelt nu ongeveer 50 soorten groenten in drie hydrocultuurboerderijen op het dak die "vrijwel geen afval" produceren. Lufa veranderde zijn serres in hightech levende ecosystemen die tientallen insectensoorten huisvesten, waaronder 'goede insecten' zoals sluipwespen, lieveheersbeestjes en roofmijten om ongedierte onder controle te houden.[25]
Nieuwe ketens bieden oplossingen voor voedselverspilling
In Frankrijk zijn er een aantal ketens en platforms ontstaan die een antwoord bieden op gezonde voeding verdelen, plaatselijks landbouwers een eerlijke vergoeding bieden en voedselverspilling.namen zoals ecomiam, Zéro Gachis (Smartway) en Shopopop hebben nog minder bekendheid dan Carrefour, E.Meclerc of Système U maar winnen zienderogen aan bekendheid. Smartway biedt aan de super- en hyperMarkten oplossingen aan om hun onverkochte voedingsproducten te reduceren door ze aan te bieden met kortingen of ze weg te schenken aan associaties. Zo recupereren ze 50.000 producten per dag die niet worden weggeworpen. Shopopop heeft thans 700.000 klanten en shopers in 95 Franse departementen die lunch-boxen leveren en kopen. écomiam is dan weer een ethische keten van diepgevroren producten die 100% Frans zijn en een billijke vergoeding bieden aan de producenten tezelfdertijd met constante prijzen voor de consumenten. [26]
Slotbeschouwingen
Landbouworganisaties verkondigen nog steeds dat grote landbouwbedrijven of veeteeltbedrijven de enige zijn die in West-Europa een toekomst hebben. Zij zien door handelsovereenkomsten met Mercosur en Canada goedkopere producten op de markt komen die door de retaildiscounters als lokaas zullen gebruikt worden. Zoals fast fashion is er dus ook fast food, niet alleen klaargemaakt maar ook als “vers” en “gezond” aangeprezen.
Meer en meer consumenten beginnen in opstand te komen tegen promoties van discounters voor voedingsproducten waarbij iedereen weet dat ze tegen dumpingprijzen in de markt worden gezet om bij lokale producenten goedkopere prijzen af te dwingen. Opnieuw beschouw ik deze vorm van disruptie als onverantwoord en zelfs misdadig. Landbouwers moeten niet afhangen van de markt en dus aardappelen kweken op al hun gronden als de vraag groot is, of zonnebloemen voor bio-ethanol omdat zoiets een veilig inkomen oplevert. Je krijgt het ook niet meer uitgelegd dat we bossen in Brazilië moeten kappen om soja te verbouwen voor Nederlandse of Belgische varkens waarvan het vlees naar China gaat. Want nu is dit economisch het efficiëntste systeem, doordat allemaal kosten buiten beschouwing worden gelaten.
Anderzijds is er een tendens bij de jongere consumenten om meer seizoensgebonden groenten en fruit te gaan consumeren die op een veel kortere afstand van thuis kwaliteitsvol wordt gefabriceerd. Sommige retailers springen op die kar. Maar hun aanbod richt zich toch op de mogelijkheid om zoveel mogelijk marge te creëren en waarbij ze dus de producenten dwingen hun marges te verkleinen of zelfs te annuleren. Alternatieve circuits zijn beter want ze worden door de producenten zelf gecreëerd of wel georganiseerd vanuit een coöperatie die een balans zoekt tussen en eerlijke prijs voor de producenten en een betaalbare prijs voor de consumenten. En dus niet uitgaat van double digits ebitda’s.
Anderzijds stimuleert een dergelijke aanpak de creativiteit van de landbouwsector en zijn wil om samen te werken met andere sectoren zoals horeca en hospitality maakt dat winstgevendheid terug kan worden opgekrikt. En waarbij tevens zorg wordt besteed aan fundamentele milieunormen, zoals het diversifiëren van de landbouwproducten om uitputting van de gronden en de natuur door monocultuur tegen te gaan, het aanwenden van alternatieven voor insecticiden, het gebruik en verwerken van natuurlijke meststoffen, het drastisch reduceren van plastiek verpakking, het niet vernietigen van teveel geproduceerde landbouwproducten, etc. Waar we vooral voor pleiten is dat er een landbouwsector kan blijven bestaan in West Europa en dat we niet gaan afhangen van producenten in andere continenten met minder ethische principes.
Louis Delcart, bestuurder European Academy of the Regions, www.ear-aer.eu
[1] Romy de Weert, Honger naar Nutella: hoe meer lokale productie zorgt voor monocultuur, in: Change Inc, 25-08-2021, https://www.change.inc/agri-food/honger-naar-de-hazelnoot-hoe-de-monocultuur-plaats-moet-maken-voor-diversiteit-37026
[2] Teun Schröder, True price: de oplossing voor de te lage prijs van voeding, in: Change Inc, 2-07-2021, https://www.change.inc/agri-food/true-price-oplossing-lage-prijs-voeding-36695
[3] Onno Havermans, Landbouwgif is vaak overbodig, zolang er natuurlijke vijanden van de plaagsoort zijn, in Trouw, 27-06-2021, https://www.trouw.nl/duurzaamheid-natuur/landbouwgif-is-vaak-overbodig-zolang-er-natuurlijke-vijanden-van-de-plaagsoort-zijn~b03fe482/?utm_source=TR&utm_medium=email&utm_campaign=20210627%7Cdaily&utm_content=Landbouwgif%20is%20vaak%20overbodig%2C%20zolang%20er%20natuurlijke%20vijanden%20van%20de%20plaagsoort%20zijn&utm_term=174395&ctm_ctid=05fe42c1f7ae088fb078fe7a6472d8ae
[4] https://www.rvo.nl/onderwerpen/agrarisch-ondernemen/mest/gebruiken-en-uitrijden Gewassen hebben mest nodig om te groeien. Maar te veel mest op de bodem is niet goed voor het oppervlaktewater en grondwater. Dat komt vooral door de stoffen stikstof en fosfaat. Wilt u dierlijke mest of andere mest uitrijden? Dan heeft u te maken met regels. Hoeveel en wanneer u mest mag gebruiken en uitrijden hangt af van uw grondsoort, grondgebruik en mestsoort.
[5] Ine Renson, De boer die niet vergroot, gaat dood. Waarom megastallen het Vlaamse platteland veroveren, in: De Standaard, 28/10/2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20201127_05006958
[6] Ine Renson, Die megastallen maken alles kapot wat ons dierbaar is, in: De Standaard, 1-12-2020 , https://www.standaard.be/cnt/dmf20201130_05007015
[7] Marine Godelier, La méthanisation ne suffira pas à décarboner l’agriculture, in : La Tribune, 18-08-2021, https://www.latribune.fr/entreprises-finance/transitions-ecologiques/la-methanisation-ne-suffira-pas-a-decarboner-l-agriculture-890780.html
[8] Ine Renson, Die megastallen maken alles kapot wat ons dierbaar is, in: De Standaard, 1-12-2020 , https://www.standaard.be/cnt/dmf20201130_05007015
[9] Eline Teunissen, Duurzaamheid in de kledingindustrie: ‘Fast fashion is de grote burn-out’, Change Inc, 14 juni 2021, https://www.change.inc/retail/duurzaamheid-kledingindustrie-fast-fashion-burn-out-36537
[10] Pieter Van Maele, Halen planten binnenkort ook PFOS uit de grond? In: De Standaard, 31-07-2021 https://www.standaard.be/cnt/dmf20210730_97690163?
[11] Marc Seijlhouwer, Olifantsgras slaat vier keer zoveel CO2 op als een bos. Dit bedrijf wil het daarom op alle braakliggende stukken land planten. in: ChangeInc, 8-7-2021, https://www.change.inc/circulaire-economie/olifantsgras-vier-keer-zoveel-co2-als-bos-36737
[12] Hildegard Suntinger, We moeten nu toch echt een keer van dat plastic af, in: Change Inc, 16-07-2021, https://www.change.inc/circulaire-economie/we-moeten-nu-toch-echt-een-keer-van-dat-plastic-af-36797
[13] In de oceanen van de wereld vertegenwoordigt dit een afvalaandeel van 80 tot 85 procent. In 1999 was de verhouding tussen plastic en plankton nog 6:1. In 2009 was deze verhouding vertienvoudigd tot 60:1. Als we niet anders met plastic omgaan, zit er volgens de voorspellingen tegen 2050 meer plastic in zee dan vissen. Kunststoffen vallen uiteindelijk uiteen in steeds kleinere fragmenten. De werkelijke massa blijft echter ongewijzigd. Deze microplastics migreren naar de bodem van de zee en komen uiteindelijk via het voedsel in het menselijk lichaam terecht. Microplastics worden bij bijna iedereen al aangetroffen in het bloed en de urine. Hildegard Suntinger, We moeten nu toch echt een keer van dat plastic af', in: Change Inc, 16-07-2021, https://www.change.inc/circulaire-economie/we-moeten-nu-toch-echt-een-keer-van-dat-plastic-af-36797
[14] Vivien Timmler, Es läuft noch nicht rund, in: Süd-Deutsche Zeitung, 20/8/2021. https://sz.de/1.5387806
[15] https://www.hetzerowasteproject.nl/p/bulk-boodschappenadressen.html
[16] Conférence Good : Vous avez dit locavore ? - Le Progrès - 29-8-2021 - https://www.leprogres.fr/economie/2021/08/29/conference-good-vous-avez-dit-locavore
[17] Hubert Heyrendt, Les Artisans de Bossimé repensent le commerce de proximité, in La LibreBelgique, 11-02-21, https://stories.lalibre.be/inspire/numero9/index.html
[18] EurActiv : Short food supply chains in Europe’s South: Special report, 419-27/12/2018, https://en.euractiv.eu/wp-content/uploads/sites/2/special-report/EURACTIV-Special-Report-Short-food-supply-chains-in-Europe%E2%80%99s-south.pdf
[19] https://www.europarl.europa.eu/thinktank/en/document.html?reference=EPRS_BRI(2016)586650
[20] https://www.rechtvanbijdeboer.be/verkooppunten/hoevewinkel
[21] https://boerenenburen.nl/nl; https://boerenenburen.be/nl-BE
[22] Valentine Van Vyve, La Fabrique Circuit Court, le chaînon manquant pour les petits producteurs, in : La Libre Belgique, 02-08-2021, https://www.lalibre.be/planete/inspire/2021/08/02/la-fabrique-circuit-court-le-chainon-manquant-pour-les-petits-producteurs-VQGQHRUR75HJTPJKJJMID5JBUY/?fbclid=IwAR3mC2ETAq8VpcJKTheh-x2iqsl1QPsg18HVOdfDMYVXHpl6vEz7O7VwbHk
[23] Hubert Heyrendt, Les Artisans de Bossimé repensent le commerce de proximité, in : La LibreBelgique, 11-02-21, https://stories.lalibre.be/inspire/numero9/index.html
[24] Amaury Michaux, ‘Stadslandbouw is belangrijk voor economisch herstel”, in: De Standaard, 11-05- 2020 - https://www.standaard.be/cnt/dmf20200510_04953363
[25] Eduardo Garcia, Where’s the Waste? A ‘Circular’ Food Economy Could Combat Climate Change, in: New York Times 23.09.2019 https://www.nytimes.com/2019/09/21/climate/circular-food-economy-sustainable.html?referringSource=articleShare
[26] E&Y, Agroalimentaire. L’émergence de nouveaux distributeurs, Ouest France, 2/9/2021, https://www.ouest-france.fr/economie/consommation/agroalimentaire-l-emergence-de-nouveaux-distributeurs-7403049
0 notes
Text
Circulaire economie laat zich niet van bovenaf opleggen

Dit artikel werd geschreven als mogelijke inleidingsles naar aanleiding van EIT Western Balkan HEI Capacity Building on Circular Economy program. https://eitrawmaterials.eu/wp-content/uploads/2021/07/EIT-Western-Balkan-HEI-Capacity-Building-on-Circular-Economy-program_Call-Text.pdf
Hoewel vele OESO-landen ermee bezig zijn, ontwikkelt de economie zich maar met mondjesmaat van lineair naar circulair. Nochtans zijn vele economen ervan overtuigd dat dit het enige begaanbare pad is, wil men een klimaatcatastrofe voorkomen tegen 2050 en daarbij aan de volgende generaties een bewoonbare en ontwikkelbare wereld overhouden. Talrijk zijn de artikels in de pers die erop wijzen dat vele bedrijven nog maar aan het begin staan van een gigantische inspanning om hun productie CO2 neutraal maar ook duurzaam te maken en dat nog veel innovatie nodig zal zijn voor het zover is. Wat zijn dan toch de redenen waarom de overgang van circulaire economie zo moeilijk te maken is? Dit artikel tracht een overzicht van de oorzaken te geven.
De 3 R’en
Niet elk land zit even ver wanneer het gaat over de introductie van circulaire economie. Prof. Herminio Sastre, directeur van de leerstoel Circulaire Economie aan de Universiteit van Oviedo (Spanje) en hoogleraar Milieutechnologie somt de drie principes nog eens op in een artikel verschenen dit jaar in El País: Reducir, Reutilizar y Reciclar[1] of Verminderen, Hergebruiken en Recycleren. En hoewel dezelfde professor in hetzelfde artikel aanduidt dat dit een principe is dat reeds met succes door onze grootouders werd gehanteerd om het afval dat zij produceerden zo klein mogelijk te houden, zijn er een grote verschillen met de periode van die grootouders. Onze grootouders leefden dicht bij de grond waarop voedsel werd geoogst, kochten gebruiksvoorwerpen en meubels die vaak nog in ateliers werden geproduceerd op maximum tweehonderd kilometer van hun huis en besteedden het grootste deel van hun inkomen in winkels die in een straal van 1 kilometer van hun huis lagen. Zij konden ook een beroep doen op herstellers zoals elektriciens, garagisten of loodgieters die het beste van zichzelf gaven om de apparaten terug aan de praat te krijgen. Een van de aanklachten van de studenten in mei 68 was niet voor niets een roep tegen de opkomende consumptiemaatschappij. Talrijk waren in heel Europa en Amerika al de fabriekssluitingen in textiel, mechanica, metallurgie. Vele gebruiksvoorwerpen, producten, etenswaren e.d. die we thans als gezinnen verbruiken werden voortaan op industriële schaal geproduceerd, vaak zelfs ver van huis, of met onderdelen die er een zeereis van 4 maanden hebben opzitten. De consumptiemaatschappij is ook een wegwerpmaatschappij geworden, met thans begrippen als fast food, fast fashion en zelfs fast furniture.
Het is slechts vanaf het tweede decennium van de twintigste eeuw dat de multinationals die tot dan toe waren ingesteld op een type van hyperconsumptie en het ook stimuleerden, geconfronteerd werden met een roep naar verandering. Hun eerste reactie is er een geweest van greenwashing: doen alsof. Schrijnende voorbeelden zijn daarbij H&M, Ikea die zogenaamd hun productie vergroenden, maar dit enkel met woorden deden. En door de overige – kleinere- bedrijven na een tijd met de nek werden aangekeken. Omdat er studies van onafhankelijk onderzoekinstituten zoals het Britse Eco-Age verschenen die dergelijke praktijken aan de kaak stellen. [2]
En hier komen we dan bij kern van ons betoog: de evolutie van lineaire economie naar circulaire economie kan niet opgelegd worden van bovenaf en dient ook vanuit een economisch gaaf model worden ontwikkeld. Een voorbeeld is verpakking: in Europa is er al twintig jaar een tendens –en later vastgelegd in Europese directieven- om de vervuiler te laten betalen voor het verwerken van zijn afval. In elk land zijn er dan ook organisaties ontstaan, waarvan de bedrijfssectoren de aandeelhouder zijn, om de verpakkingen van hun goederen terug te recupereren en zelfs de volledige afgedankte goederen te recupereren. En daar moeten ze dan iets mee doen: er is dus een denken over recyclage ontstaan gebaseerd op de principes hierboven vermeld: Verminderen, Hergebruiken en Recycleren. Er is dus een recyclage-industrie ontstaan die mooie eerste successen boekt. In de VS is dit proces nog niet op gang gekomen: de bedrijven lieten het recupereren van verpakkingen over aan de lokale overheid, die deze verkocht aan China. Het was een non-profit operatie die de gemeenten en counties niets mocht kosten. Tot eind 2018 China de deur sloot voor Amerikaanse verpakkingen en de gemeenten opgezadeld zaten met een recyclagekater. Pas nu, 2021, beginnen een aantal staten (New York, California, Indiana, Massachusetts, Maine and Oregon) stappen te zetten om het Europese –en ook Canadese- model van “de vervuiler betaalt”[3], te kopiëren. [4]
Circulaire economie: waarover gaat het eigenlijk?
Québec Circulaire, een groep bestaande uit Frans-Canadese organisaties die zich richten op de overgang naar deze nieuwe modus, definieert de circulaire economie als volgt: "Nieuw economisch model gericht op het loskoppelen van economische groei van de uitputting van natuurlijke hulpbronnen en milieu-impact door twee hoofdmechanismen: 1 ) Onze productie-consumptiemethoden heroverwegen om minder hulpbronnen te verbruiken en de ecosystemen die ze genereren te beschermen. 2) Optimaliseer het gebruik van hulpbronnen die al in onze samenlevingen circuleren. “[5]
Onze organisatie, European Academy of the Regions, die de regionalisering van een aantal economische en socio-culturele sectoren bepleit, volgt de ontwikkeling van de circulaire economie op de voet. De lezer zal verderop merken dat de meest succesvolle initiatieven genomen worden door regio’s en/of steden. Sedert begin mei 2021 organiseren we dan ook een blog waarin de krantenartikelen vertalen uit diverse laten met voorbeelden van succesvolle circulaire economie-initiatieven of van kritische studies: earaercircular.tumblr.com.
We hebben tot vandaag een statistische studie gemaakt over de –tussen 3/5/2021 en 25/08/2021 gepubliceerde- 91 artikels die de lezer een beeld zullen geven van de thema’s die het vaakst aan bod komen en van de remedies die tot stand komen. De artikels komen uit kranten en tijdschriften uit België (Nederlands en Frans), Nederland, Duitsland, Spanje en de VS en in mindere mate uit Zwitserland, Canada en Frankrijk. Hierbij een overzicht van de behandelde thema’s:

Zoals een Nederlands artikel [6] uit de heel nuttige elektronische nieuwsbrief Change Inc al aanhaalt: er is veel goede wil, maar er dient nog veel gerealiseerd, vooral wanneer het gaat over circulaire technieken zoals het hergebruiken van materialen: plastiek in de eerste plaats, vermits er 80.000 verschillende soorten zijn die vaak gecombineerd met elkaar gebruikt worden en waarvan het resultaat dus moeilijk recycleerbaar wordt, batterijen in de tweede plaats waardoor de elektrische wagens op hun beurt een achilleshiel hebben, beton en cement in de derde plaats omdat afbreken en gesorteerd puinruimen een hachelijke en dure onderneming zijn. Textiel daarentegen gaat de goede kant op, zeker als het gaat over natuurlijke garens, jeans is dan weer een kopzorg omdat ze worden doorrent door chemicaliën o.a. om ze te stretchen. Erg opvallend is dat zo weinig artikels gewijd zijn aan innovaties, niet omdat universiteiten er niet op werken, maar vooral omdat het vooral de grote bedrijven zijn die geen zin hebben om te investeren in volledig nieuwe productieprocessen. Kleinschalige landbouw wordt dan weer regelmatig onder de aandacht gebracht maar spreekt het grote publiek nog niet zozeer aan: dat heeft dan weer moeite om tijd te maken om gevarieerd te shoppen. We hebben het gevoel dat vooral het vermijden van plastic verpakking een hype is geworden waarvoor consumenten beginnen op te letten. Maar ook hier zijn we volgens de innovatietheorie van Rogers[7] nog maar in de faze van de innovators en de early adaptors en is de eerste aarzelende early majority aan zet. Circulaire businessmodellen zoals het leasen[8] van bankstellen of van elektrische apparaten in plaats van ze te kopen, waardoor de producenten ze terug kunnen nemen en herschikken is tot nog toe een theorie die slechts heel bescheiden in de praktijk wordt omgezet.
Technologie als versneller van processen en businessmodellen?
Grote bedrijven die het menen met hun omschakeling naar circulaire economie, gebruiken technologische innovatie als bondgenoot om te versnellen. De strategie is gebaseerd op vier assen. Ecodesign: de producten zijn gebaseerd op benaderingen die vanaf hun geboorte voldoen aan duurzaamheidscriteria, waardoor ze hun levensduur kunnen verlengen en de daaropvolgende recycling van hun componenten kunnen vergroten. Efficiëntie en innovatie van processen: het gaat om het optimaliseren van middelen en processen zodat afval een nieuwe bestemming krijgt. Hernieuwbare energie en alternatieve grondstoffen: bij de vervaardiging van de producten wordt gebruik gemaakt van hernieuwbare energiebronnen en grondstoffen van residuele oorsprong. Nieuwe consumptiepatronen: er worden initiatieven gepromoot die voorrang geven aan huren boven de aankoop van producten, wat een meer verantwoorde consumptie bevordert.[9]
Onder druk van de publieke opinie die geschandaliseerd reageerde op het nieuws dat returns van e-commerce voor modemerken in de verbrandingsoven terecht kwamen, hebben grote merken een beroep gedaan op technologie waarmee kan een klant beter zien hoe een kledingstuk op zijn/haar lichaam zou passen. Zalando wil die technologie integreren op zijn platform. Ook kledingketen H&M ontwikkelt zo'n virtuele paskamer. Het is nog niet bekend wanneer deze ontwikkelingen gebruiksklaar zullen zijn.[10]
Circulaire economie: opnieuw de triple helix
We hebben in onze studie ook aandacht voor aanduidingen hoe initiatieven tot stand komen, wie er de beïnvloeder van is:

Dit zijn heel opvallende resultaten. Vele initiatieven zijn ontstaan vanuit bedrijven waarvan de leiding zich bewust is van de bocht die dringend moet gemaakt worden en die er ook commerciële opportuniteiten inzien om er vroeg aan te beginnen. Vaak worden zij ondersteund door hun branchevereniging, zeker wanneer de branche een groot aantal kapitaalkrachtige spelers kent, die hun branchevereniging voldoende middelen toestoppen om aan R&D te (laten) doen. Zij beïnvloeden ook wetgevende initiatieven door zich ervoor of ertegen uit te spreken. In de discussie over het heffen van statiegeld voor drankblikjes in Frankrijk spraken een heel aantal brancheverenigingen zich uit voor een invoering hiervan. [11] De brancheverenigingen van de professionelen in de recyclage[12] sprak zich dan weer weigerachtig uit. In de VS heeft de lobbygroep Ameripen, een groep belanghebbenden van de verpakkingsindustrie, dan onlangs gesuggereerd open te staan voor het idee EPR, extended producer responsibility (zie hoger).
Er zijn ook een aantal coöperatieve initiatieven, voornamelijk in zuidelijk Europa, die vanuit een kleinschalige approach er toch in slagen van succesvolle initiatieven tot stand te brengen. In Antwerpen heeft een coöperatieve vereniging Warmte Verzilverd de multinational Agfa-Gevaert zover gekregen om haar restwarmte te laten gebruiken in een nieuwe woonwijk, enkele kilometer verder. [13] De grote Baskische coöperatieve busbouwer Irizan gaat dan weer met het publieke Spaanse transport bedrijf Iberdrola in een plan voor stadsbussen, batterijrecycling en slim oplaadnetwerk[14]. La Fabrique Circuit Court in de provincie Namen in België brengt coöperatieve verwerkingsateliers, onafhankelijke werkplaatsen en logistieke ruimtes samen. Allemaal toegewijd aan de korte voedselketen. Een onmisbare schakel voor kleine ambachtelijke producenten.[15]
Een tweede belangrijke speler in deze conversie is de academische wereld en dan vooral faculteiten of zelfs hele universiteiten die al sedert lang onderzoek voeren naar nieuwe materialen of nieuwe toepassingen zoals Wageningen en Saxion in Nederland, BOKU in Wenen, Hochschule München, Universiteiten Gent en Antwerpen, Aalto in Finland, Oviedo in Spanje etc. Ook grote NGOs doen daarbij hun duid in het zakje door studies te laten uitvoeren: WWF, Greenpeace, Ellen MacArthur Foundation etc. De initiatieven komen soms vanuit de universiteit zelf, soms in opdracht van bedrijven of brancheverenigingen, maar ze zijn stimulerend.
De traditionele derde speler is dan de overheid, maar daarbij heel vaak regionale overheden of grote steden. Zij stimuleren door aan seed financing te doen. De Waalse en de Brusselse regeringen hebben zo verscheidene agentschappen opgericht en van middelen voorzien om circulaire economie projecten te koppelen aan sociale projecten[16][17] . Maar ook door plaatselijke regels uit te vaardigen. Zo legt de Vlaamse regering op via haar openbare aanbestedingen dat nieuwbouw voor de overheid vanuit principes van circulaire economie gebeuren.[18] Dat heeft dan voor gevolg dat aannemers gedwongen worden zich te organiseren in een bepaalde richting. De stad Apeldoorn in Nederland deed dan weer een aanbesteding [19] om een koppeling te realiseren tussen haar database met alle bestaande bouwmaterialen in de openbare ruimte en een digitale marktplaats. Hierdoor wordt het mogelijk om vrijgekomen materialen te verhandelen zodat ze elders opnieuw gebruikt kunnen worden.
Circulaire economie: welke bijdragen kunnen regio’s leveren?
Zoals reeds gezegd zijn er talrijke puzzlestukken die alle in elkaar dienen te passen. Het eerste stuk betreft het ophalen en verwerken van afval. Hoewel in de EU gescheiden afvalophaling wordt gepromoot is dit vaak nog erg rudimentair. Composteren is een van de basisactiviteiten die een gezin met een huis zelf kan doen. Er zijn ook steden zoals Vitoria in Spaans Baskenland die gemeenschappelijke composteringsdiensten aanbieden, voor degenen die in een appartement wonen en geen ruimte hebben om te composteren. De gemeente installeert deze apparaten in bepaalde delen van de stad en gebruikers hoeven er alleen maar heen te gaan om gft-afval te deponeren.[20] Niet meer gebruikte kledij of elektrisch/elektronische apparaten dienen ook te worden opgevangen door de plaatselijke overheid. Elektronische componenten en kleding gaan naar de containerparken[21] die de gemeenten in verschillende delen van elke stad opbouwen. In dertig Nederlandse steden wordt gescheiden ophaling nog grondiger doorgevoerd. Waar er eerst vooral restafval, papier en gft ophaalden, komt er straks bijvoorbeeld een lijn voor sinaasappelschillen, koffiedik en folie. Smart collection houdt zich bezig met het vraagstuk hoe we op een efficiënte en duurzame manier afval bij de bron gescheiden kunnen inzamelen, zonder dat de binnenstedelijke omgeving dichtslibt met vrachtwagens.[22] Antwerpen in België zet bewoners en bezoekers aan om hun afval ook buitenshuis in de vuilnisbak te gooien. Door de verpakkingen te scannen, spaar ze digitale munten die ze bij lokale handelaars kan verzilveren.[23]
Een ander puzzlestuk bestaat uit het stimuleren van initiatieven. Zo is de gemeente Haarlemmermeer is de eerste gemeente in Nederland die gebruik maakt van circulair asfalt in een autoweg. De leverancier van het asfalt, bouwbedrijf Dura Vermeer, gebruikt voor het asfaltmengsel alleen maar restafval, en voegt daar geen nieuwe producten aan toe.[24] Een ander voorbeeld van stimulering is te vinden bij het Waalse Gewest in België. Gebruik het afval van de ene KMO als grondstof voor een andere KMO. Bevorder hergebruik of recycling in plaats van verbranding. Onnodig transport verminderen ... Dat zijn de doelstellingen van een proefproject circulaire economie dat wordt uitgevoerd in een bestemmingsplan in de Luikse regio. Dit project, op initiatief van de Waalse minister voor Duurzame Ontwikkeling, had tot doel kmo's te netwerken om hun afvalbeheer te bundelen en hun recyclage of hergebruik te promoten.[25]
Finaal is wetgeving een sluitstuk, op welk niveau ook. De publieke sector is verreweg de grootste klant van de bouwsector in Zwitserland, goed voor ongeveer de helft van het ordervolume. Het heeft een belangrijke rolmodelfunctie door meer recyclingmateriaal te bestellen. Met de nieuwe aanbestedingswet die op 1 januari 2021 van kracht is geworden, moeten kwaliteit en duurzaamheid belangrijker worden. Door in de inzendingen ook de constructie met gerecycled materiaal aan te besteden, leveren bouwers een effectieve en concrete bijdrage.[26]
Slotbeschouwingen
Circulaire economie kan pas succesvol zijn als bedrijven er een winstmodel in zijn, of gedwongen worden door de publieke opinie vanwege negatieve perceptie om het geweer van schouder te veranderen. We zijn nog niet zover: in Zuid-Europa is er nog niet echt een recyclage-economie ontstaan die winstgevende activiteiten kan ontwikkelen. In Noord-Europa is dat wel het geval. Vooral de VS blijft schromelijk achterwege. Dit heeft vooral te maken met een gebrek aan wetgeving. Toch is het opvallend dat kwaliteitskranten zoals de New York Times regelmatig refereren naar het Europese wetgevende kader, dat vanuit een consensus is gegroeid. Ook de grote non-profit organisaties nemen de Europese directieven als uitgangspunt en voorbeeld. Door de koppige weigering van de Amerikaanse multinationals om fondsen vrij te maken voor research om business modellen in die richting te ontwikkelen en daardoor een voordeel op de Europese bedrijven opbouwen, is het level playing field verstoord. We pleiten ervoor dat ook dit aspect op G-7 en G-20 bijeenkomsten te berde wordt gebracht. Dit soort disruptieve economie is er een dat gebaseerd is op hebzucht en niet op innovatie. Het is een gevaarlijk precedent in een wereld waarin de klimaatverandering de belangrijkste stoorzender van de eeuw is.
[1] Julio Núñez, Cuando lo que hacían tus abuelos era la base de la economía circular, in El Pais, 18-03-2021 , https://elpais.com/sociedad/ecoembes-espacio-eco/2021-03-18/cuando-lo-que-hacian-tus-abuelos-era-la-base-de-la-economia-circular-da-tu-el-siguiente-paso.html
[2] Ruben Mooijman, Duurzame mode of volksverlakkerij? , in: De Standaard, 30-06-2021, https://www.standaard.be/cnt/dmf20210629_97579521
[3] In de VS wordt gesproken van EPR, extended producer responsibility.
[4] Michael Kimmelman, Recycling in America Is a Mess. A New Bill Could Clean It Up, in New York Times, Jan. 27, 2021, https://www.nytimes.com/2021/01/27/arts/design/recycling-packaging-new-york.html?referringSource=articleShare
[5] Vincent Ayotte, « Quatre entreprises qui tirent profit de l’économie circulaire » in : PME Montréal blog, 25 juin 2019, https://pmemtl.com/blogue/quatre-entreprises-qui-tirent-profit-de-l-economie-circulaire
[6] Marc Seijlhouwer, Circulaire economie is nog lang geen realiteit in Nederland, Change Inc, 21 januari 2021, https://www.change.inc/circulaire-economie/circulaire-economie-nederland-35467
[7] https://nl.wikipedia.org/wiki/Innovatietheorie_van_Rogers De Innovatietheorie van Rogers (zoals beschreven in zijn boek Diffusion of Innovations) is een theorie die iets vertelt over de verspreiding van een innovatie (een nieuw product of idee) binnen een groep. De originele theorie is bedacht door de Fransman Gabriel Tarde, maar populair geworden door Everett Rogers.
[8] Sarah-Mie Luyckx, Machteld Rijnten (53) vindt het tijd dat u leert over de nare gevolgen van fast furniture. ‘Weg met de Ikeabank!’, in: Trouw, 21 augustus 2021, https://www.trouw.nl/duurzaamheid-natuur/machteld-rijnten-53-vindt-het-tijd-dat-u-leert-over-de-nare-gevolgen-van-fast-furniture-weg-met-de-ikeabank~babede58/
[9] Mariano Ahijado, Un nuevo modelo productivo para llegar a 2030 en buena forma, in: El Pais, 17 dic 2020, https://elpais.com/economia/el-futuro-no-se-detiene/2020-12-17/un-nuevo-modelo-productivo-para-llegar-a-2030-en-buena-forma.html?utm_source=Facebook&ssm=FB_CM&fbclid=IwAR2rQwGtED5cfUduJZjPFwk8_o29TWz5o21qWsQ7QSjyatPpl7KrtE4GtCU#Echobox=1608222521
[10] Heleen Bastiaanse: Ja, retourneren is gratis, maar die trui die toch niet paste gaat misschien wel de verbrandingsoven in, in: Trouw, 16 August 2021 https://www.trouw.nl/economie/ja-retourneren-is-gratis-maar-die-trui-die-toch-niet-paste-gaat-misschien-wel-de-verbrandingsoven-in~bcd678f4/
[11] AFP, Les industriels de la boisson favorables à la consigne in : Ouest-France, 07/07/2019, https://www.ouest-france.fr/economie/industries/les-industriels-de-la-boisson-favorables-la-consigne-6434050
"Het statiegeld voor het recyclen van drankverpakkingen is nodig voor een echt circulaire economie", zeggen de ondertekenaars van het forum. De ondertekenaars vertegenwoordigen Boissons énergisantes France (BEF), Boissons rafraîchissantes de France (BRF), la Maison des eaux minérales naturelles (MEMN), la Fédération du commerce et de la distribution (FCD), la Fédération nationale des boissons (FNB), la Confédération nationale du commerce de gros et international (CGI), du Syndicat des eaux de sources (SES), le Syndicat national du lait de consommation, l'Union nationale interprofessionnelle des jus de fruit, et enfin Citeo.
[12] Fnade, la fédération des entreprises du recyclage et du traitement des déchets & Fédération Federec
[13] Celine Bruyndonckx , Nieuwe woonwijk in Edegem zal verwarmd worden met restwarmte van Agfa-Gevaert, in: VRT News, do 02 jul 2020, https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/07/02/woonwijk-edegem-verwarmd-door-restwarmte-bedrijf-agfa-gevaert/
[14] Javier Vadrillo, Iberdrola e Irizar se alían en la movilidad eléctrica, in: El PAÍS, 20-7-2021 https://cincodias.elpais.com/cincodias/2021/07/20/companias/1626778110_839044.html
[15] Valentine Van Vyve, La Fabrique Circuit Court, le chaînon manquant pour les petits producteurs, in : La Libre Belgique, 02-08-2021, https://www.lalibre.be/planete/inspire/2021/08/02/la-fabrique-circuit-court-le-chainon-manquant-pour-les-petits-producteurs-VQGQHRUR75HJTPJKJJMID5JBUY/?fbclid=IwAR3mC2ETAq8VpcJKTheh-x2iqsl1QPsg18HVOdfDMYVXHpl6vEz7O7VwbHk
[16] Anne Masset, "L'Amazon vert" lancé par deux Belges : "Être un entrepreneur ‘à impact’, c’est encore plus difficile" in : La Libre Belgique, 8-08-2021 https://www.lalibre.be/economie/entreprises-startup/2021/08/08/etre-un-entrepreneur-a-impact-cest-encore-plus-difficile-QOUFTLCTNFB2ZDTCVV2N2D5XDU/
[17] Pierre-François Lovens, Cette start-up qui veut responsabiliser le business des GSM et tablettes reconditionnés, in : La Libre Belgique 27-7-2021 https://www.lalibre.be/economie/entreprises-startup/2021/07/28/la-start-up-belge-qui-veut-responsabiliser-le-business-des-gsm-reconditionnes-ZVVW34PNIRFDDHNFESON3NE4SE/#:~:text=Le%20march%C3%A9%20du%20reconditionnement%20des,carte%20de%20la%20fili%C3%A8re%20locale.&text=Son%20business%20concerne%20la%20collecte,de%20GSM%20et%20de%20tablettes
[18] Antonin Marsac, Du "béton circulaire" pour réduire les émissions de CO2 du secteur de la construction (et oublier un fiasco du passé à Bruxelles), in La Libre Belgique, 12-06-21, https://www.lalibre.be/economie/entreprises-startup/projet-zin-de-befimmo-du-beton-circulaire-pour-reduire-les-emissions-de-co2-du-secteur-de-la-construction-et-oublier-un-fiasco-du-passe-a-bruxelles-60c378a37b50a6318dca2a2d
[19] Teun Schröder, Gemeente Apeldoorn lanceert database en marktplaats voor circulaire materialen, in: Change Inc, 7 juli 2021, https://www.change.inc/circulaire-economie/gemeente-apeldoorn-database-marktplaats-circulaire-materialen-36725
[20] Julio Núñez, Cuando lo que hacían tus abuelos era la base de la economía circular, in El Pais, 18-03-2021 , https://elpais.com/sociedad/ecoembes-espacio-eco/2021-03-18/cuando-lo-que-hacian-tus-abuelos-era-la-base-de-la-economia-circular-da-tu-el-siguiente-paso.html
[21] In Spanje heten die puntos limios.
[22] Teun Schröder, Schone en veilige binnenstad door slimme afvalinzameling en digitale innovatie, in: Change Inc., 15 juli 2021, https://www.change.inc/circulaire-economie/schone-veilige-binnenstad-slimme-afvalinzameling-digitale-innovatie-36783
[23] Jan Stassijns, Antwerpse actie om afval ook buitenshuis in vuilnisbak te gooien, in: De Standaard, vrijdag 2 juli 2021, https://www.standaard.be/cnt/dmf20210701_97614170
[24] Romy de Weert: Van afval naar asfalt: gemeente Haarlemmermeer legt circulaire autoweg aan, in: Change Inc, 15-12-2020 https://www.change.inc/circulaire-economie/van-afval-naar-asfalt-gemeente-haarlemmermeer-legt-circulaire-autoweg-aan-35275
[25] Gilles Toussaint, Ton déchet, ma ressource, in : La Libre Belgique, 1-3-2021 https://stories.lalibre.be/inspire/numero24/index.html
[26] Patric Van der Haegen, Kreislaufwirtschaft: Gemeinsam nachhaltiger bauen, Presse blog, 13. April 2021 https://www.presse-blog.com/2021/04/13/kreislaufwirtschaft-gemeinsam-nachhaltiger-bauen/
0 notes
Text
Videogames, de nieuwe opium voor het volk

De Chinese staatsmedia hebben gisteren een frontale aanval geopend op de online gamingindustrie in het land. De krant The Economic Information Daily, een afdeling van het staatspersbureau Xinhua, pakte uit met een vernietigend artikel over de verslavende impact van computerspelletjes op minderjarigen. Met de getuigenis van een student dat zijn klasgenoten het spel Honor of Kings, van de Chinese internetreus Tencent, acht uur per dag spelen.
Officieel mogen Chinese jongeren onder 18 jaar geen online games spelen tussen 22 en 8 uur, maar die wetgeving wordt massaal omzeild.
In de beste communistische traditie – de Chinese partijleider Mao omschreef, in navolging van Karl Marx, religie als ‘opium voor het volk’ – brandmerkt de Economic Daily videogames als ‘spirituele opium’ en ‘elektronische drugs’. Om te besluiten met: ‘Geen industrie mag rijk worden door een hele generatie uit te wissen’, verwijzend naar de grote impact van gaming op de Chinese schoolkinderen.
Het artikel bezorgde Tencent een flinke dreun op de beurs. De koers van het Tencent-aandeel dook meteen 11 procent lager, om de dag af te sluiten met een verlies van ruim 6 procent. Ook de Chinese gameontwikkelaars NetEase en XD kregen klappen op de beurs, en in Japan en de VS kregen de gamingaandelen eveneens een tik.
Dat het verlies voor Tencent niet nog groter is geworden, was te danken aan het feit dat het bewuste artikel na enkele uren offline werd gehaald. En weer teruggeplaatst, maar zonder de vileine verwijzing naar opium. Ook Tencent zelf deed er alles aan om de schade te beperken en beloofde prompt om de speeltijd voor minderjarigen te beperken tot een uur per dag op weekdagen en twee uur op vakantie- en feestdagen. En het wil de aankoop van games verbieden onder de leeftijd van 12 jaar.
Zal dat volstaan om de toorn van Peking af te wenden? De harde toon in de staatsmedia voorspelt niet veel goeds voor de Chinese gamingindustrie. De kans is klein dat er geen strengere regels zullen volgen. Ze passen perfect in het officiële regeringsbeleid om internetbedrijven harder aan te pakken op hun aandeel in ‘sociale wantoestanden’. En mogelijk zijn ze de voorbode van nog meer onheil voor de grote Chinese tech- en internetbedrijven.
De gebeurtenissen van de voorbije weken en maanden bewijzen dat Peking er niet voor terugdeinst om de allergrootste online bedrijven aan te pakken. Zo werd vorige week beslist dat bedrijven die actief zijn in (online) privéonderwijs, geen winst meer mogen boeken. Eerder deze zomer werd de beursgenoteerde taxidienst Didi uit de toegelaten appstores gegooid en de maaltijddienst Meituan werd verplicht om zijn koeriers beter te behandelen. Supermiljardair Jack Ma, van Alibaba, zag eind vorig jaar de beursgang van zijn financiële Ant Group door de neus geboord en kreeg bovendien begin dit jaar nog een miljardenboete voor monopoliepraktijken. Who’s next?
Voor Tencent is de schade nu al erg groot. Zijn beurswaarde is dit jaar al met 20 procent, of meer dan 100 miljard dollar, ingekrompen.
Bron
Johan Rasking, Videogames, de nieuwe opium voor het volk, in: De Standaard, 4 augustus 2021
0 notes
Text
Directe financiële steun van de Europese Commissie toewijzen aan verschillende categorieën begunstigden in een poging de Europese economie nieuw leven in te blazen na COVID19?

Dit artikel vormt het voorwerp van een online debat over het ECIPES27 Concept dat doorgaat in Moldavië op 27-5-2021
Erkenning van de bedoelingen van het ECIPES27-voorstel [1]
We hebben bij EAR-AER kennis genomen van een project om dwars doorheen financiële structuren binnen de Europese commissie een fonds op te richten dat, zonder zeer ingewikkelde oproepen tot het indienen van voorstellen of aanbestedingen, financiële ondersteuning zou bieden aan huishoudens die hun huishoudapparatuur zouden vergroenen, aan jonge mensen die een start-up zouden willen lanceren rond vergroening, circulaire economie of digitalisering en rond lokale besturen die kleine vergroenings- of digitaliseringsprojecten willen lanceren of ondersteunen in hun gemeente of regio.
Het voorstel dat kleinschaligheid vooropstelt legt een aantal zwakheden bloot die de huidige EU-ondersteuning thans kenmerken.
1. Zowel EU oproepen tot het indienen van voorstellen als aanbestedingen zijn quasi onbereikbaar voor kleine organisaties en worden grotendeels toegekend aan "the usual suspects". Deze hebben de nodige financiële slagkracht alsook de knowhow om aan alle vereisten opgelegd door de EU, zoals de horizontale doelstellingen, de boekhoudkundige controlemechanismen, de communicatiestandaarden, te voldoen.
2. De slagkracht van de Europese middelen gaat verloren doordat de middelen verdeeld worden tussen talrijke directoraten-generaal die elk hun vooropgestelde doelstellingen, organisaties en landen trachten te bereiken waardoor de middelen versnipperd worden en er eigenlijk nooit fundamentale veranderingen kunnen optreden.
3. De tijdspanne die er ontstaat tussen het lanceren van een oproep tot het indienen van een voorstel of een aanbesteding en de uiteindelijke toekenning van het project en het opstarten is onvoorspelbaar en doet daardoor vaak valabele kandidaten afhaken omdat zij hun planning daarop niet kunnen baseren.
4. Het argument van onvoorspelbaarheid geldt ook bij het beoordelen van projecten. Daar komt bovendien bij dat er nooit feedback wordt verstrekt door de beoordelaars om toekomstige fouten te kunnen vermijden. Dit gebrek aan transparantie is een verwijt waarop Europa nog steeds geen afdoend antwoord heeft gegeven.
Kleinschaligheid en decentralisering kunnen hand in hand gaan
Binnen onze organisatie bepleiten we ten zeerste het handhaven en zelfs uitbreiden van cohesiefondsen omdat we stellig geloven in het subsidiariteitsbeginsel. Alle nationale regeringen hebben tijdens de COVID19 pandemie getracht een politiek uit te stippelen die het gelijkheidsbeginsel rigoureus wenste te handhaven over het gehele grondgebied van de natiestaat. Met zelfs op bepaalde momenten een zo drastische consequentie dat de grenzen van de natiestaat werden gesloten.
Nochtans zijn landen die een regionale aanpak hebben toegestaan en die snel hebben gereageerd om lokale en regionale bedrijven zo snel mogelijk van zuurstof te voorzien, nog niet verzwakt uit de strijd gekomen.
Laat ons niet dromen
We dienen echter realistisch te zijn. En hiermee ga ik dan dieper in op de voorstellen van ECIPES27. We leven in een geglobaliseerde wereld, of we dit nu leuk vinden of niet. Dat betekent dat we dienen rekening te houden met dominante internationale spelers die, door hun financiële slagkracht, heel vaak kleine lokale projecten in de kiem smoren.
Wij hebben bij EAR-AER een blog lopen rond circulaire economie. Die wordt dagelijks geladen met cases uit verschillende West-Europese landen. De twee voornaamste argumenten die telkens terugkomen om een project rendabel te maken zijn: de constante aanvoer van recycleerbaar afval alsook de kostprijs van het eindproduct die meestal hoger ligt dat wanneer men nieuwe grondstoffen -of virgin- zou hanteren. De kleinschalige cases worden heel vaak ondersteund door een regionaal bestuur en moeten nederig bekennen dat ze zonder die steun economisch niet haalbaar zouden zijn.
Onze Roemeense leden ondersteunen heel sterk lokale initiatieven om de jonge bevolking digitaal sterk te maken en zijn daarin ook succesvol. Zij trachten ook jonge start-ups te ondersteunen maar deze worden bijna onmiddellijk geconfronteerd met monopolistische spelers zoals Google, Apple, Facebook en Microsoft. Die blokken niet af maar leggen regels op. Spelers die deze trachten te omzeilen worden er dan onmiddellijk mee geconfronteerd dat hun klanten niet bereid zijn van buiten de lijntjes te kleuren omdat hun vormingsproces dan te lang duurt en te exclusief is.
Hetzelfde geldt voor e-commerce. Er zijn tijdens de coronacrisis honderden platforms bijgekomen van KMOs die, om te kunnen overleven, hals over kop een webwinkel hebben opgezet. Die zijn snel tot de nuchtere vaststelling gekomen, dat de consument een winkel nog wel kan ontdekken in een winkelstraat, maar dat deze een webwinkel niet voorbijloopt.De KMO moet zich laten ontdekken door veel communicatie of door aan te sluiten bij een groter platform, zoals Amazon, Alibaba, Bol.com etc. En dus regels moet aanvaarden.
Laat mij tot slot inspelen op de laatste doelgroep die vooropgesteld wordt in het ECIPES27 voorstel: kleine voorstellen van lokale en regionale besturen. Hier hebben we een piste die vele mogelijkheden biedt, mits de regionale en lokale besturen goed begeleid worden en mits zij samenwerken met hun burgers. Het regionale en lokale niveau is in elk land op een andere manier georganiseerd. Het feit dat er in Frankrijk 35.000 gemeenten zijn, evenveel als in de rest van de Europese Unie samen, is er een typisch voorbeeld van. Dat wil niet zeggen dat de Franse gemeenten niet slagkrachtig kunnen zijn: zij hebben het begrip communauté de communes of communauté urbaine uitgevonden om budgetten samen te leggen en wel degelijk efficiënte dienstverlening aan hun burgers te kunnen aanbieden.
Ik denk echter ook aan Roemenië waar een burgemeester verkozen wordt, maar niet zijn volledige gemeenteraad. Waarin vice-burgemeesters ambtenaren zijn, die niet werden verkozen. Zij kunnen enerzijds wel een lange-termijn strategie uitwerken, maar zullen toch zoveel mogelijk hun burgemeester moeten volgen want die wil herkozen worden. Daardoor zullen ze zich eerder op korte-termijnresultaten richten. Toch is de samenwerking tussen lokale en regionale besturen en hun burgers de meest haalbare kaart: want deze projecten zullen gedragen en gepromoot worden door een gemeenschap.
De vraag is dan: hoe beoordelen we deze voorstellen zodat het geld dat er wordt ingestoken door de EU niet als "weggegooid" geld dient te worden beschouwd? En ook: hoe zetten we regionale en lokale besturen aan om creatieve projecten op te zetten die een duurzaam resultaat opleveren?
Binnen een Europese administratie die altijd maar meer wantrouwig wordt, voortgedreven door OLAF en andere controle-organen, zal men praktisch een nieuw orgaan moeten creëren van ambtenaren die soepel zijn maar toch strikt in hun beoordeling.
Tevens stel ik ook voor een blog op te richten die dagelijks verhalen publiceert, uit alle landen, zodat burgemeesters en gouverneurs inspiratie kunnen putten uit wat er elders in Europa gebeurt en dat trachten te extrapoleren naar hun eigen situatie. Ik zeg duidelijk: extrapoleren, niet copiëren.
Ik zou er, vanuit eigen ervaring, ook willen op aansturen de combinatie te overwegen van toelage en een lening met Europese waarborg. Een internationale financiële instelling zoals de EIB heeft nu een vrij sterke ervaring opgebouwd met het geven van leningen aan bedrijven en organisaties die bepaalde ecologische of digitale focussen, zeker wanneer het lokale en regionale besturen betreft. Zij hebben ook een mechanisme uitgebouwd waarbij Europa de waarborgen gevraagd door lokale banken voor een groot deel (70 à 90%) overneemt, zodat hun project vlotter kan gefinancierd worden.
Mijn excuses aan de organisatoren dat ik geen lofrede afsteek. Ik dacht dat een kritische noot hier op haar plaats was. We mogen ook niet naïef zijn: er zijn zeer veel mensen en organisaties die niet bonafide zijn en een gemakkelijke prooi zullen zien in dit initiatief. En als we willen dat het succesvol is, als we willen dat gewone medeburgers-Europeanen er de vruchten van kunnen plukken, dienen we voorzichtig te zijn in onze aanpak.
Louis Delcart, bestuurder European Academy of the Regions, www.ear-aer.eu
[1] https://eutoday.net/news/business-economy/2021/the-eu-could-use-an-innovative-helicopter-money-approach-by-implementing-project-ecipes27
0 notes
Text
DIGITALISERING EN DE INVLOED VAN LOKALE EN REGIONALE BESTUREN

Foto: Art Valley Galerie Herne(B)
Dit artikel vormde het onderwerp van een presentatie op de DigitalNerds Conferentie in Roemenië op 8-4-2021
Digitalisering is een trend.
Elke natie ter wereld is nu wel maatregelen aan het nemen om mee te zijn met de digitaliseringsgolf. Ik heb net een onderzoek afgerond in Armenië, waarbij de regering reeds in 2015 heeft besloten de volledige verplichte onderwijscyclus van 12 grades te reorganiseren en in deze cyclus ruim aandacht te besteden aan STEM, science, technology, engineering en mathematics. Parallel daarmee werd ook voorzien dat de generaties die minder STEM training hadden gekregen konden worden bijgewerkt via vocational training. Daar ook werd ruim aandacht besteed aan EdTech, educational training. De organisatie die verantwoordelijk is voor het uitrollen van die vocational training, TUMO, [1] heeft tevens een franchise verworven voor de organisatie van Ecole 41[2], die ze dupliceren in Jerevan, volgens dezelfde principes. Ze begonnen dit programma met 160 studenten geselecteerd uit 650 kandidaten. Het is het eerste cohort dat ze nu trainen.
Anderzijds lezen we zeer recent dat de Europese Commissie zich “ verheugd” [3]verklaard over het akkoord dat door het Europees Parlement en de Europese Raad is bereikt over het voorstel voor de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF), ter waarde van € 33,7 miljard, als onderdeel van de volgende langetermijnbegroting van de EU voor 2021-2027. Het Connecting Europe Facility-programma ondersteunt investeringen in de vervoers-, energie- en digitale infrastructuurnetwerken van Europa. Het zal de dubbele groene en digitale transitie ondersteunen door bij te dragen aan de ambitieuze doelstellingen voor de Europese Green Deal en het digitale decennium. Het digitale onderdeel van het Connecting Europe Facility-programma zal helpen bij de ontwikkeling en implementatie van innovatieve, veilige en duurzame grensoverschrijdende digitale infrastructuren om digitale netwerken en diensten te laten floreren en de Europese visie in het digitale decennium voor 2030 te ondersteunen, voortbouwend op de gigabitemaatschappij voor 2025 doelen. Het zal ook belangrijke transportpaden, zoals weg-, spoor-, maritieme routes en havens uitrusten met veerkrachtige hogesnelheidsverbindingen. Tegelijkertijd zullen de burgers profiteren van snellere en veerkrachtige verbindingen voor beter online leren, toegang tot efficiëntere digitale diensten en meer mogelijkheden voor samenwerking op afstand. Aangezien grensoverschrijdende digitale connectiviteit een cruciale rol speelt bij het dichten van economische, sociale en territoriale kloven, zal het nieuwe digitale financieringsinstrument van CEF veel meer Europese regio's, waaronder plattelandsgebieden, in staat stellen nieuwe kansen te ademen.
Digitalisering en training
Een eerste richting van deze trend zien we reeds hierboven: overheden hebben zer alles voor over om hun eerste generatie van “digital natives” verder te bekwamen en anderzijds om de niet”digital natives” zo snel mogelijk de vaardigheden aan te leren die nodig zijn om in dit nieuwe tijdperk mee te draaien. Dit wordt trouwens gestimuleerd door de Europese Commissie die hiervoor een Digital Education Action Plan (2021-2027) heeft opgezet. Dat Action Plan draagt immers als ondertitel: Onderwijs en opleiding opnieuw instellen voor het digitale tijdperk. Het heeft 2 doelstellingen: 1. Bevordering van de ontwikkeling van een goed presterend ecosysteem voor digitaal onderwijs en 2. Verbetering van digitale vaardigheden en competenties voor de digitale transformatie.[4] Daarenboven wil de Europese Commissie samenwerking en uitwisseling op het gebied van digitaal onderwijs op EU-niveau versterken door een nieuwe Europese digitale onderwijshub te creëren om: a. nationale en regionale initiatieven en actoren op het gebied van digitaal onderwijs met elkaar te verbinden b. sectoroverschrijdende samenwerking te ondersteunen en nieuwe modellen voor de uitwisseling van digitale leerinhoud, waarbij kwesties als gemeenschappelijke normen, interoperabiliteit, toegankelijkheid en kwaliteitsborging worden aangepakt.
De richtingen voor digitalisering
In de westerse wereld is nu een discussie gaande: in welke richting moet digitalisering gaan en welk impact heeft het op de samenleving? We zien nu al belangrijke richtingen in opkomst. Mijn eigen land België heeft onlangs een kaart gemaakt van start-ups en scale-ups die actief zijn op het gebied van kunstmatige intelligentie (AI). Het werd in maart 2021 gepresenteerd bij Ernst & Young (EY), tijdens een online sessie georganiseerd in het kader van de eerste Belgische week van AI (AI Belgian Week). EY en de verschillende deelnemers aan de oefening hebben alle Belgische start-ups en scale-ups op een rijtje gezet waarvoor AI centraal staat in hun activiteiten (of er intensief gebruik van maken). Dit zijn zowel service- als productiebedrijven. Deze bedrijven werden minder dan 10 jaar geleden opgericht en hebben hun hoofdkantoor, of hun oprichter, gevestigd in België. De dienstenindustrie staat voorop met 77 start-ups en scale-ups. Deze wordt gevolgd door gezondheidszorg en biotechnologie (70), verkoop en marketing (35), industrie (32), enz. A.I. is geïntegreerd in verschillende aspecten van de digitale economie, zoals robotica, 3D-printen, databasebeheer etc. Dit alles kan direct bijdragen tot een vermindering van de uitstoot van koolstofdioxide. Databasebeheer wordt toegepast in de deeleconomie, bij de herkenning van herbruikbaar afval voor de circulaire economie en bij medische toepassingen zoals specificatie van diagnoses en dus reductie van medicatie die anders proefondervindelijk wordt voorgeschreven. Robotica stelt Europese bedrijven in staat om opnieuw in het eigen werelddeel te produceren, dichter bij de doelmarkt en daardoor de CO2-uitstoot te verminderen door minder scheepvaart en vervoer per vrachtwagen. Met 3D-printen kunnen elektrische apparaten en constructiemateriaal worden gerepareerd in plaats van afval te creëren door nieuwe aan te kopen..[5]
Daarnaast is de trend het sterkst in internet of things, die reeds langer bezig is. Het internet of things representeert een nieuwe technologische fase waarin het internet niet alleen door mensen wordt gebruikt, maar ook door apparaten zelf, zonder menselijke inmenging. In een mogelijke toekomst zullen door mensen bediende computers (desktops, laptops, tablets, smartphones) in de minderheid zijn op het internet. De meerderheid van de internetgebruikers zal in deze toekomstvisie bestaan uit semi-intelligente, "slimme" apparaten. Dergelijke "slimme" apparaten spelen een sleutelrol in het internet der dingen omdat ingebedde informatie- en communicatie-technologie het potentieel heeft om de bruikbaarheid van alledaagse voorwerpen revolutionair te doen toenemen. Met gebruik van sensors kunnen deze hun omgeving in zich opnemen, en via ingebedde netwerktechnologie kunnen ze met elkaar communiceren, internetdiensten gebruiken en met mensen communiceren.[6] Er wordt verwacht dat tegen 2025 het Internet of Things uit liefst 150 miljard aangesloten toestellen zal bestaan, wereldwijd.[7] Dit is niet alleen belangrijk voor IT-bedrijven, maar heeft ook impact op bijvoorbeeld de halfgeleiderindustrie. De halfgeleiderindustrie heeft in de VS gelobbyd voor tientallen miljarden dollars om productiefaciliteiten te upgraden en nieuwe te bouwen, omdat halfgeleiders een fundamentele technologie zijn - een soort mechanisch ontworpen stamcellen die alles aandrijven, van mobiele 5G-netwerken tot autonome voertuigen en het internet van Dingen. [8] De belangrijkste drijver voor Internet of Things is telecommunicatie, en vooral de introductie van 5G. Maar telecommunicatietoepassingen veranderen de wereld al ten goede in andere contexten. SMS-bankieren in Afrika veranderde de economische kansen van het continent in 10 jaar tijd, waardoor financiële transfers naar zeer afgelegen plaatsen mogelijk werden waardoor er op heel het continent een groeiende economie ontstond. Bovendien heeft telecommunicatie het onderwijs in afgelegen gebieden kunnen verbeteren en een digitale generatie kunnen creëren in verschillende Afrikaanse landen..
Ik heb doelbewust andere richtingen zoals game ontwikkeling of media & entertainment of robotica buiten beschouwing gelaten. Ik zou nochtans nog een richting willen aanduiden die, ook mede door de COVID19 crisis, alleen maar aan belang heeft gewonnen: EdTech of Educational Technology. Leerkrachten die geconfronteerd werden met de sluiting van de scholen, zijn aan het knutselen geslagen en sommigen onder hen hebben zeer waardevolle tools ontwikkeld om hun leerlingen van op afstand aantrekkelijk onderwijs aan te bieden. Je kan dit al geen e-Learning meer noemen: het gaat verder, omdat het boeiend moet blijven. Alle mogelijke visuele toepassingen zijn vaak ter plaatse ontwikkeld of aangepast. Ik ben er zeker van dat dit een blijver is: het is aan de industrie nu om samen met deze creatieve leerkrachten middelen te ontwikkelen om vanop afstand onderwijs van de hoogste kwaliteit aan te bieden.
Digitalisering van de overheid
De strategie die de overheid gebruikt om digitalisering richting te geven, staat sterk onder druk. Alleen omdat een burger een formulier online kan invullen, betekent niet dat het nuttiger wordt. In een digitale wereld hebben overheden, net als de samenleving, nieuwe projecten en nieuwe praktijken nodig. Niet alleen nieuwe IT-tools. Dat is de trend die ingenieur Luc De Brabandere aangeeft, die al heel lang meedraait in de informaticasector maar er ook filosofisch-kritisch tegenaan kijkt. [9] De "digitalisering" van bestaande procedures – zo stelt hij- is geenszins een garantie voor hun relevantie of hun eerlijkheid. En het sluit de facto een deel van de bevolking uit. Aan het loket van bepaalde administraties wordt nu gevraagd om "zonder contact" te betalen. Dat zegt het helemaal ... In COVID19 tijden, waar elk contact aan loketten verboden was, slaagden ambtenaren er vlotjes in zich te verstoppen achter apps die dienen te worden ingevuld, formulieren die via computer dienden te worden ingevuld, zonder degelijke uitleg en bovendien zo algemeen geformuleerd dat het elk mogelijk geval dekte en daardoor de burger die dienstverlening voor zijn belastingen verwachtte, tot wanhoop dreef.
De verandering is zodanig dat als we willen dat een professor nog steeds goed les kan geven, als we willen dat een bedrijfsleider nog steeds kan ondernemen, als we willen dat een arts kan blijven behandelen, als we willen dat cultuur haar onmisbare rol., als we willen dat magistraten nog steeds de rechtsstaat kunnen garanderen, dan moet alles veranderen!, De uitdaging bestaat er immers niet in om al deze essentiële beroepen te "digitaliseren", maar om ze opnieuw uit te vinden in een wereld waar nieuwe tools beschikbaar zijn. Is de uitdrukking "ijzeren weg" niet het beste voorbeeld van deze gewoonte om aan morgen te denken met de woorden van vandaag of gisteren? Evenzo, is het niet ongelooflijk dat we de kracht van auto's nog steeds meten in ... pk's?
Degenen die ongetwijfeld het nieuwe planetaire digitale raamwerk het beste hebben begrepen, zijn de criminelen en alle soorten maffia. Ze gaven ontvoeringen en andere gewapende overvallen op en vonden cybercriminaliteit uit. Data-hacking, valse e-mails, virussen die computersystemen verlammen, chantage en losgeld om te betalen, hun cynisme lijkt grenzeloos omdat ze zelfs gebruik hebben gemaakt van de gezondheidscrisis om ziekenhuizen af te zetten!
Overheden kunnen daarbij een stimulerende rol spelen. Zo lanceerde Innoviris, het regionale onderzoeksinstituut van de regio Brussel, In 2016 een eerste oproep voor projecten gewijd aan AI. Daarna waren er nog meer. In totaal 45 miljoen euro aan subsidies. Veel bedrijven, ook start-ups, hebben hiervan geprofiteerd. En anderen hebben zelf AI-projecten ontwikkeld, vaak met steun van onze universiteiten. Het EDIH-project (European Digital Innovation Hub) van de regio werd geïntroduceerd bij de Europese Commissie voor subsidiëring. Het is een project, waar we de ULB en de VUB vinden, maar ook BeCentral, Sirris en Agoria. Bij groen licht heeft de regering van het Brusselse Gewest toegezegd 50% van de financiering over een totale periode van 7 jaar te ondersteunen, de overige 50% wordt door de Europese Commissie verstrekt. In totaal hebben we het over 1,4 miljoen euro per jaar. De missie van deze hub is vooral het ondersteunen van de digitalisering van bedrijven (dus ook van bedrijven die AI-projecten lanceren of ontwikkelen), innovatie faciliteren, bijdragen aan economisch herstel en transitie.
Daarnaast richtte de regio ook het Fari Instituut op. Dit instituut drie opdrachten gegeven : allereerst is het een onderzoeks- en innovatiecentrum op het gebied van AI, met meer dan 300 onderzoekers. Het is ook een denktank over de maatschappelijke en ethische implicaties van AI. Ten slotte is het een laboratorium waar experimenten worden uitgevoerd die, als ze nuttig en effectief blijken te zijn, kunnen worden ingezet bij bedrijven en openbare besturen. " Fari is een van de projecten die door de Brusselse regering zijn geselecteerd in het kader van het herstelplan dat België bij de Europese Unie heeft ingediend. Er is een budget van 10 miljoen euro voorzien, gespreid over een periode van vier jaar.[10]
Reguleren of cowboy-markt?
Digitalisering is een trend die niet meer kan worden teruggedraaid. Het gigantisme heeft zich in tien jaar tijd vooral in de ICT sector verspreid. Amazon heeft zich intussen een imperium uitgebouwd in e-commerce. Dit disruptieve model heeft honderdduizenden kleine zelfstandigen tot faillissement gedwongen. Het heeft ook de verpakkingsindustrie massa’s wegwerverpakking doen produceren, de pakjesdiensten met hun kleine autootjes de wegen doen versperren en de CO2 uitstoot doen verhogen, de filmzalen laten leeglopen door ook op videoverdeling van films in te zetten. Maar de eigenaar is de rijkste man ter wereld geworden. Ook zij werden grote werkgevers, maar tegen een minimumloon. [11]Uber en Tesla hebben miljarden ingezet op de zelfrijdende wagen, hebben talloze bedrijfjes de wereld in digitale kaart laten brengen, maar zijn omwille van hun talloze ongevallen met hun proefexemplaren gestopt met hun avontuur en laten het initiatief nu aan anderen over. AirBNB heeft huiseigenaars een lucratief alternatief voor verhuring via makelaarskantoren aangeboden. Daardoor is her aanbod van betaalbare huurwoningen in grootsteden zoals Parijs en Lissabon zo gesmolten dat hun stadscentra nog enkel bewoonbaar zijn door yups en toeristen. En worden steden en gemeenten gedwongen te reglementeren. Bitcoin is in waarde door het dak gegaan sinds ‘guru’ Elon Musk er is gaan kopen voor miljarden. Alleen verbruiken de cryptomunten in hun miningtechnieken meer energie en dus meer CO2 uitstoot dan het hele Afrikaanse continent samen. De ene zijn dood is de andere zijn brood, zeggen de disruptieve programmabouwers. Is dat zo? Zijn cowbowtechnieken uit een Amerikaanse maatschappij waar alles moet kunnen, de norm voor de rest van de vrije wereld? Want voor de Chinese communistische partij duidelijk niet: dat heeft Jack Ma, stichter en eigenaar van Alibaba recent ondervonden. Ook andere Chinese high tech tycoons zijn recent teruggefloten door de Chinese communistische partij in hun expansiedrang. Colin Huang voorzitter van Pinduoduo Inc, het grootste op landbouw gerichte technologieplatform in China, is afgetreden als voorzitter en Ma Huateng (ook Pony Ma genoemd), voorzitter van Tencent, eenv an de grootste Chinese technologiebedrijven, heeft recent gepleit voor een strengere reglementering van bedrijven als het zijne. [12]
In verscheidene EU landen en binnen de Europese Commissie wordt eveneens sterk aangedrongen op regulering om de zaak niet (verder) te laten ontsporen. Bedrijfsleiders zijn uiteraard tegen. Zij eisen dat alle mogelijkheden vrij en ongebonden moeten kunnen worden onderzocht. En als resultaten disruptief zijn voor bestaande marktpartijen, so be it. Ze eisen om zo snel mogelijk superrijk te kunnen worden. We hebben echter in de twintig jaar dat de digitalisering van de economie bezig is, heel wat ongelukken meegemaakt. De platformeconomie vertegenwoordigd door Deliveroo en Uber Eats staat zwaar onder druk, omdat ze enkel economisch batig kan zijn als de mensen die erin werken geen deftig sociaal statuut hebben. Naast redenen van corporate social responsibility die vele structurele investeerders hebben doen afhaken bij de recente beursintroductie van Deliveroo, is het ook het soort voedsel dat de fietskoeriers vervoeren. Veel onderzoeken tonen aan dat het meer gaat om junkfood, producten uit fastfood of voedsel met veel zout en suiker. Dit kan leiden tot voedingsproblemen of zelfs overgewicht. Dit levert dus ook geen positieve bijdrage voor de samenleving in het algemeen.[13]
Social mediabedrijven zijn machtig. Te machtig, critici vinden. Alleen al in januari werden sociale media gebruikt voor de gewelddadige bestorming van het Capitool in de Verenigde Staten en bijvoorbeeld het beramen van de avondklokrellen in Nederland.
Techbedrijven probeerden de schade te beperken door desinformatie en de verspreiders ervan te verbannen. Begin februari 2021 maakte Facebook bekend dat het ook nog eens 12 miljoen onware beweringen over corona heeft verwijderd – en nog eens 167 miljoen misleidende berichten van waarschuwingslabels heeft voorzien – tussen maart en oktober van 2020. Maar dat roept weer de vraag op in hoeverre Facebook hoort te bepalen waar de grens ligt. Kunnen online platformen wel oplossingen bieden, als hun macht juist het probleem is?[14]
Ook het privacy-aspect begint meer en meer gevoelig te liggen. De EU heeft reeds een mooi voorbeeld van regulering gepresteerd met de introductie van GDPR. Maar de vraag naar privacybescherming wordt steeds belangrijker. In januari 2021 publiceerde de Noorse consumentenorganisatie Forbrukerradet een rapport dat bijzonder kritisch was voor Match Group. Dat is het moederbedrijf van Tinder en van bijna alle bekende datingapps en -websites, waaronder Okcupid, Match.com, Hinge, Meetic en het Belgische Twoo. Tinder en Okcupid eigenen zichzelf in hun gebruiksvoorwaarden het recht toe om gegevens van gebruikers uit te wisselen met ander apps van Match Group en met een groot aantal derden, dat laatste voor reclame-doeleinden. De gebruiker kan dat niet zomaar weigeren. Volgens Forbrukerradet is dat een flagrante schending van de GDPR (General Data Protection Regulation), de Europese privacywetgeving.
De Ierse regulator DPC startte een onderzoek naar Google –die zijn Europees hoofdkantoor in Ierland heeft- . Dit heeft betrekking op de manier waarop dat bedrijf met zijn besturingssysteem Android gegevens verzamelt over de locatie van smartphones. Ook hier is de vraag of Google die gegevens niet gebruikt op manieren die niet toegestaan zijn onder de GDPR, en of het over dat gebruik wel voldoende transparant is.[15]
Binnen het Belgische AI-ecosysteem en de mensen die het vormen (academici, onderzoekers, industriëlen, ondernemers, enz.), roept Mieke De Ketelaere, hoofd van het AI departement van IMEC, een van de grootste privé-onderzoeksinstituten van Europa[16] op tot een meer collaboratieve en multidisciplinaire aanpak. “Het is goed om experts te hebben op verschillende gebieden van AI. Maar als we een robuust ecosysteem willen bouwen en een gemeenschappelijke taal willen vinden die door zoveel mogelijk mensen kan worden begrepen, is het essentieel om, afhankelijk van de aard van de projecten, ook psychologen, sociologen, advocaten, industriëlen, enz. Erbij te betrekken. De burgers zelf, zij moeten hun zegje doen ”.
Een sterkere beleving van AI zal ook slagen, concludeert Mieke De Ketelaere, door het creëren van een regelgevend kader van vertrouwen, zoals wat er in Europa is ingevoerd voor de bescherming van privégegevens (GDPR). “In de jaren vijftig, zegt ze, begonnen we in België auto's op de snelwegen te zien toen er nog geen rijbewijs was, geen verkeersregels, ... Mensen namen hun auto en reden zo snel mogelijk op de snelwegen om naar de zee. Met AI-algoritmen bevinden we ons nu in hetzelfde stadium. Er zijn geen regels. Het is aan de politieke autoriteiten om hierin te voorzien. Met als doel het mogelijk maken om technologische innovaties te omarmen, maar ook om misbruik ervan te beperken ”.
Slotbedenkingen
We kunnen er niet omheen: de digitalisering van de wereld is onomkeerbaar. Anderzijds moeten nerds die deze implementeren beseffen dat niet iedereen zit te wachten op hun hersenspinsels. Zeker het aliënerende en vereenzamende aspect van de computer is pijnlijk duidelijk geworden in de COVID19 crisis. Anderzijds is het bedreigende karakter van computers die meer en meer dingen autonoom beslissen beangstigend. De programmeurs die aan de basis liggen van de algoritmen zijn niet altijd burgers die inclusie, antiracisme, democratie, vrijheid enz. hoog in het vaandel voeren. En eenmaal een algoritme gelanceerd en het deep-learning is, leert het in een bepaalde richting. Die niet altijd geapprecieerd wordt door de meerderheid van de samenleving. Het inclusieve van initiatieven zoals Ecole41 is lovenswaardig, maar dient er ook in te bestaan van niet enkel schitterende programmeurs te maken, maar er ook voldragen mensen.
Louis Delcart, bestuurder European Academy of the Regions, www.ear-aer.eu
[1] https://tumo.org/whatistumo/
[2] In France, “Ecole 42” is the mind-child of Xavier Niel, a French entrepreneur behind, among others, the telecom brand Free and the newspaper Le Monde. Since 2013, the school has launched a thousand students every year, highly rigorously selected from a candidate pool of over 50,000. They only require an email address and a date of birth. No prior diploma, even no school fees. Eating, drinking, or T-shirts can be earned them by scoring points while programming. École 42 in Paris has been voted recently the best programming school in the world and a breeding ground for the brilliant whiz kids of France and its surroundings
[3] Press Release European Commission, Commission welcomes agreement on the Connecting Europe Facility to fund greener, more sustainable transport and energy networks, and digitalization, 12 March 2021, https://ec.europa.eu/digital-single-market/en/news/commission-welcomes-agreement-connecting-europe-facility-fund-greener-more-sustainable
[4] European Commission, Digital Education Action Plan (2021-2027), https://ec.europa.eu/education/education-in-the-eu/digital-education-action-plan_en
[5] Pierre-François Lovens : La Belgique compte 439 start-up et scale-up actives dans l’intelligence artificielle, in: La Libre Belgique, 19-03-21 https://www.lalibre.be/economie/entreprises-startup/la-belgique-compte-439-start-up-et-scale-up-actives-dans-l-intelligence-artificielle-6053a7759978e2410fbe9a96
[6] https://nl.wikipedia.org/wiki/Internet_der_dingen
[7] https://www.proximus.be/nl/id_b_cr_internet_of_things_iot/particulieren/blog/news/bits-and-bytes/internet-of-things-betekenis-voorbeelden.html
[8] Noam Scheiber, The Biden Team Wants to Transform the Economy. Really.in New York Times Magazine, 11-02-2021 ,https://www.nytimes.com/2021/02/11/magazine/biden-economy.html?referringSource=articleShare
[9] Luc De Brabandère: Arrêtons de parler de "digitalisation", in La Libre Belgique, 25-03-21, https://www.lalibre.be/debats/opinions/arretons-de-parler-de-digitalisation-605b660d7b50a60517149055
[10] Pierre-François Lovens : "L’intelligence artificielle va aider la Région bruxelloise à répondre à une série de défis",in : La Libre Belgique, 19-03-21 https://www.lalibre.be/economie/digital/l-intelligence-artificielle-va-aider-la-region-bruxelloise-a-repondre-a-une-serie-de-defis-6053a5447b50a60517d3bd51
[11] Liz Alderman, Are Amazon Jobs Worth 1,400 Loads of Traffic? French Region Is Split, in:New York Times 11/10/2020, https://www.nytimes.com/2020/10/11/business/amazon-warehouse-france.html?campaign_id=51&emc=edit_NN_p_20201012&instance_id=23048&nl=morning-briefing®i_id=141866830§ion=longRead&segment_id=40646&te=1&user_id=866583fecd30716f23f05f6d735f1807
[12] China’s rulers want more control of big tech, in The Economist, 10-4-2021, https://www.economist.com/business/2021/04/08/chinas-rulers-want-more-control-of-big-tech
[13] Ariane Van Caloen: Livraison de "malbouffe", une des raisons pour certains fonds de ne pas investir dans Deliveroo, in: La Libre Belgique, 9-4-2021, https://www.lalibre.be/economie/placements/livraison-de-malbouffe-une-des-raisons-pour-certains-fonds-de-ne-pas-investir-dans-deliveroo-606f4298d8ad584fa2cec7af
[14] Rufus Kain: Sociale media zijn te machtig geworden, maar hoe tem je ze? Drie mogelijke oplossingen (Social media has become too powerful, but how do you tame them? Three possible solutions) in: Trouw, 11 februari 2021, 11:24 https://www.trouw.nl/es-b08e0caa
[15] Dominique Deckmyn: Ierland start privacy-onderzoek naar Tinder en Google,( Ireland starts privacy investigation into Tinder and Google) in: De Standaard, 5/02/2020
[16] Pierre-François Lovens : Mieke De Ketelaere, "Madame IA" en Belgique: "L’adoption de l’intelligence artificielle nécessite d’avoir un langage commun", in La Libre Belgique, 18-03-21, https://www.lalibre.be/economie/digital/mieke-de-ketelaere-madame-ia-en-belgique-l-adoption-de-l-intelligence-artificielle-necessite-d-avoir-un-langage-commun-60524bb59978e2410fb43914
0 notes
Text
CIRCULAIRE ECONOMIE : REGIONALE EN LOKALE OVERHEDEN BEHOREN TREKKERS TE ZIJN

Foto: Middelheim Biënnale, 2013
Toen ik als gedreven student in Leuven naar de universiteit ging in het begin van de seventies, was een van de boeken waarover we druk debatteerden -en nooit gelezen hadden-, naast Ivan Illich[1], “Small is beautiful” een verzameling essays van de Duitse economist Ernst Friedrich "Fritz" Schumacher.[2] De auteur bracht daarmee de opkomende globalisering onder de aandacht van het grote publiek. Het was ook de periode van het rapport van de Club van Rome[3], waarbij werd gewaarschuwd voor het einde van de fossiele brandstoffen, die aan een te hoog tempo werden opgehaald. Schumacher waarschuwde daarbij dat we bezig waren de aarde uit te putten en dat de rijkdommen die de aarde bevatten deskundiger dienden te worden verwerkt, want “op is op”. Vandaag, in 2021, werd prof. Kate Raworth als doctor honoris causa gelauwerd door de KU Leuven (B) omwille van haar economisch model dat erop gericht is een balans na te streven tussen essentiële menselijke behoeften en planetaire grenzen. [4] De neoliberale periode die zich uitstrekt van Ronald Reagan tot Donald Trump –en hopelijk nu zijn einde beleeft- heeft jaren van inertie en hebzucht gekoesterd.
Circulaire economie heeft onrechtstreeks een impact op klimaatverandering
Circulaire economie heeft betrekking op een ander ecologisch aspect dan de strijd tegen de klimaatverandering, maar het hangt er wel degelijk mee samen. De klimaatverandering is te wijten aan een interventie van de mens om energie te creëren via fossiele brandstoffen. Het betreft hier aardolie, gas, houtskool en steenkool. Deze worden verbrand en hebben dus een uitstoot van koolstofdioxide voor gevolg. De steenkoolwinning is daarbij een vorm van mijnbouw waarbij de mens ook fundamenteel ingrijpt in de natuur en dus het fragiele evenwicht verstoort tussen fauna, flora en de mens. Die mijnbouw beperkt zich daarbij niet tot steenkool maar omvat alle mogelijke soorten ertsen die gebruikt worden voor het maken van objecten die het leven van de mens gerieflijker maken. Als deze echter gaan afhangen van consumentisme waarbij de mens wordt aangezet voortdurend nieuwe producten te kopen, producten niet meer te laten herstellen maar weg te werpen, gaat die mijnbouw voor gevolg hebben dat de grondstoffen in de aarde aan een razend tempo worden geconsumeerd, tot er geen meer over zijn. Ook het kappen van hout gaat dezelfde kant op: in tegenstelling tot ertsen en aardolie die eenmaal gewonnen, slechts na miljoenen jaren terug kunnen aangevuld worden, kunnen bomen kunnen opnieuw worden aangeplant. Maar de waardevolste bomen doen er decennia en zelfs centennia over. En bomen verzamelen de koolstofdioxide in de lucht en slaan deze op. En hoe volwassener de bomen zijn, hoe meer hun opslagcapaciteit. Dus ook daar is er een adder in het gras, wat zeg ik: een zwarte mamba !
Vandaar dat er in de eenentwintigste eeuw een beweging is ontstaan die ernaar streeft niet telkens opnieuw (gebruiks)voorwerpen te maken en de vorige set weg te werpen, maar om deze gebruikte voorwerpen opnieuw te verzamelen en de materialen ervan zoveel mogelijk te hergebruiken. In het begin duidde men dit poëtisch aan: een voorwerp was niet meer bruikbaar van de weg tot het graf (from the cradle to the grave) maar bevatte materialen die aan de wieg van een nieuw voorwerp of gebruik stonden: from cradle to cradle.[5] Het streven van Cradle to Cradle (C2C) gaat verder dan enkel duurzame ontwikkeling die wordt gedefinieerd als de ontwikkeling waarbij de huidige generatie in haar noden voorziet, zonder de mogelijkheden daartoe voor de volgende generatie te beperken.[6] Cradle to cradle streeft ernaar dat onze generatie voorziet in haar eigen noden en de toekomstige generaties van meer mogelijkheden voorziet. In den beginne was de beweging voluntaristisch en de eerste hergebruikte dingen waren kunstwerken. De nieuwe richting was echter ingezet en wordt thans aangeduid met circulaire economie. [7]
Een circulaire economie opzetten en uitbouwen is geen eenvoudige zaak. Er zijn talrijke struikelblokken die moeten worden overwonnen. Hoewel de grondstof die bestaat uit gerecupereerde materialen , vaak gratis of goedkoop is, is het herconditioneren ervan een dure zaak. Bovendien moet er voldoende grondstof voorhanden zijn of met de toevoer regelmatig zijn. Circulaire economie is als een kluwen wol binnen een 90% lineaire context,[8] zo stelt het Hilde Janssens, Marketing & Communications Director van Econocom Belux, een bedrijf dat een voortrekkersrol speelt in het invoeren van circulaire elementen in hun productie. Overheden kunnen deze markt beïnvloeden door innovatiever circulair aan te besteden en te eisen dat de offertes circulaire elementen bevatten of volledig circulair zijn. Vaak schort daar het schoentje en hebben lokale besturen nog koudwatervrees.
Producten als een dienst
Een van de tendensen die ingang begint te vinden in Noord-Europa is het aanbieden van producten als een dienst. Deze worden aangemaakt en ook vervangen door nieuwe objecten waarbij het ingeleverde materiaal terug wordt gerecycleerd. Zo is er bekend bedrijf van verlichting dat lighting as-a-service aanbiedt. De disruptieve opmars van led-verlichting trof het verlichtingsbedrijf midscheeps. In plaats van klassieke lichtbronnen te verkopen, zet het nu in op de verhuur van verlichting.[9] In plaats van de klassieke verkoop van lichtbronnen wil het de komende jaren meer en meer inzetten op het afsluiten van overeenkomsten met bedrijven, scholen, ziekenhuizen waarbij het bedrijf het beheer van de verlichting overneemt.
Vloeren worden ook niet meer gezien als een product dat wordt gelegd en dan vergeten. Bij Flooring as-a-service wordt de vloer als service worden aangeboden: Hierbij krijgt een klant met bouwplannen de installatie, het onderhoud en de renovatie van de vloer als service aangeboden. Daarbij wordt de vloer aan het einde van de levensduur weer teruggenomen of gerecycled.[10]
In dezelfde geest werd display-as-a-service aangeboden aan de Amsterdamse luchthaven Schiphol, die er gretig gebruik van maakt. Volgens het concept ‘as a service’ betaalt Schiphol voor het gebruik van de ruim 3.000 digitale informatieschermen, terwijl de leverancier eigenaar blijft van het product. Op deze manier stimuleert Schiphol de leverancier om de levensduur van een product te verlengen en materialen op een circulaire manier te gebruiken.[11] Schiphol gebruikt ruim 3.000 displays voor het tonen van vertrek- en aankomsttijden, mededelingen, en commerciële uitingen. Aan het einde van de levenscyclus worden zo veel mogelijk onderdelen hergebruikt en krijgen een tweede of derde leven. Onderdelen die niet voor hergebruik in aanmerking komen, worden milieuvriendelijk gerecycled. Dit concept is nieuw in de markt voor digitale displays.
De jongste realisatie in deze rij is de aankondiging in 2019 van het Duitse bedrijf Viesmann dat ze Heat-as-a-Service lanceerden. Het familiebedrijf is actief in meer dan 120 landen. Over de jaren was het bedrijf omgevormd van een stookolie- naar een gasbedrijf. Daarna zijn ze overgestapt naar nieuwe technologieën zoals thermische zonnecollectoren en warmtepompen. Om uiteindelijk de overgang te maken naar fotovoltaïsche panelen. Ze zijn de markt blijven volgen bij zijn digitalisering en hebben de rol van de GAFA reuzen hierbij in het oog gehouden. In 2014 heeft Google de slimme thermostaatmaker Nest overgenomen voor een recordbedrag van 2,3 miljard euro. En in 2018 was er de investering van Amazon in thermostaat-provider Tado. Daarmee tonen de technologiereuzen een duidelijke interesse in de hardware die er in onze huiskamer aanwezig is.[12] Met Heat-as-a-Service neemt Viesmann, in ruil voor een maandelijks bedrag, de controle en het beheer van de verwarmingsinstallatie volledig over van de consument.
Circulaire bouw als trekker
Circulair bouwen is bouwen met een beter, zuiniger gebruik van hulpbronnen. Zo’n 30 tot 40% van ons afval komt uit de bouw. De wijze waarop we bouwen en wonen heeft bovendien een grote impact op onze CO2-voetafdruk. Daarom maakt een gezamenlijke omslag naar circulair bouwen een groot verschil. Circulair bouwen streeft naar een efficiënt en effectief gebruik van hulpbronnen. Het doel is om economische, sociale én ecologische (meer)waarde te creëren of minstens te behouden. Tijdens het bouwproces worden de bestaande erfenis en toekomstige opportuniteiten eigen aan de bouwwereld in acht genomen.[13] Daarbij zijn al tal van innovaties te beschrijven. We geven er enkele hieronder weer.
Een Nederlandse uitvinding om beton te scheiden in grondstoffen –urban mining genoemd- vermindert materiaalgebruik en scheelt bakken CO2. Beton is een onbekende, maar grote vervuiler: wereldwijd goed voor 9 procent van de CO2-uitstoot. Dat is evenveel als de mobiliteitssector. En hoewel alternatieve materialen zoals hout aan een opmars bezig zijn, is beton nog steeds populair. Door het verantwoord opnieuw te gebruiken, vermijd je de CO2 die bij het productieproces vrijkomt en wordt bouwen een stuk duurzamer.[14] Circulaire initiatieven zoals betonrecycling, urban mining en data over materialen vormen hierbij de drijvers van de innovatie.[15]
Geprefabriceerde modules zorgen voor flexibiliteit in het gebruik van een gebouw of ruimte. Op elk gewenst moment kunnen de modules worden gedemonteerd. Een Belgisch bedrijf is gespecialiseerd in Slimme Aanpasbare Modules (SAM) die alle nutsvoorzieningen van een ruimte op één plek bundelen. In een traditioneel bouwproces worden de leidingen via één punt in de woning binnengebracht. Van daaruit worden ze door vloeren en muren doorgetrokken. SAM integreert verwarming, elektriciteit, water, ventilatie, domotica, keuken en badkamer in één centrale, aanpasbare eenheid. De geprefabriceerde module zorgt voor een besparing van maar liefst 5 ton CO2-uitstoot.[16]
De circulaire economie, een jobmaker van formaat
De Covid-19 crisis heeft duidelijk gemaakt dat de toeleveringsketens van het oude lineaire model van productie en consumptie snel overhoop kunnen worden gehaald. Een studie van de Belfius bank[17] heeft aangetoond dat bedrijven die circulaire strategieën toepassen, blijken beter bestand tegen de schok van Covid-19 dan niet-circulaire bedrijven. Het artikel rapporteert een bedrijfsenquête afgenomen tijdens de eerste golf van de pandemie die vaststelde dat 66 procent van de circulaire ondernemingen in België geen tekorten hebben ervaren op het vlak van grondstoffen, onderdelen, wegvallende vraag of financiering. Bij de lineaire bedrijven rapporteerden slechts 2 procent geen tekorten. Circulaire bedrijven zijn doorgaans veerkrachtiger omdat ze minder afhankelijk zijn van heel lange toevoerketens en een lager materiaalverbruik hebben.
Het artikel trekt ook conclusies die het belang van circulaire economie voor de toekomst aantonen. Een circulaire samenleving kan ook helpen om de impact van automatisering en robotisering op de arbeidsmarkt op te vangen. Onderzoek wijst uit dat de transformatie naar een circulaire economie extra banen kan opleveren. Dat komt vooral omdat niet-duurzame processen in de ontginning en de productie worden vervangen door recyclage, onderhoud en reparatie, die arbeidsintensiever zijn. Er zullen banen verloren gaan in niet-duurzame sectoren zoals mijnbouw en fossiele brandstoffen, maar de transitie zal ook nieuwe jobs scheppen die vandaag nog niet bestaan. Die jobs zijn van laag-tot hooggeschoold. In de kern van de circulaire economie vind je hernieuwbare energie, recyclage, afval- en grondstoffenbeheer. Hier zijn vooral manuele en technische vaardigheden nodig. Denk aan de installatie van zonnepanelen, onderhoud en werk in herstel-ateliers.
Diezelfde opwekkende boodschap wordt gegeven in een bijdrage van het World Economic Forum.[18] De circulaire economie is het middel om de planeet te redden en biedt een enorme marktkans. Maar: er is een mismatch tussen multinationals die moeite hebben om gelijke tred te houden met circulaire innovatie en ondernemers die niet over de middelen beschikken om op te schalen. De Circulars Accelerator - voortgekomen uit het zeer succesvolle Circulars Awards-programma - wordt geleid door Accenture in samenwerking met Anglo American, Ecolab en Schneider Electric en brengt de twee partijen samen om de afvalvrije agenda te bevorderen. Het programma focust zich op het innoveren van producten, het transformeren van een consumptiepatroon en het recupereren van waarde;
Circulaire economie is nog lang geen realiteit
De circulaire economie ligt echter niet op schema in vele West-Europese landen. Een eerste ‘Integrale Circulaire Economie Rapportage’ van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in Nederland liegt er niet om: na tien jaar zijn ze nauwelijks verder gekomen in de circulaire economie. Het aandeel circulaire bedrijven daalde zelfs, doordat er meer niet-circulaire bedrijven bijkwamen. En de circulaire bedrijven die er zijn, bestonden vaak al heel lang: denk aan garages of fietsenmakers. Deze repareren auto’s of fietsen, wat officieel als circulair telt. Voor nieuwere producten, vooral elektronica, is zo’n reparatiecultuur er niet of nauwelijks.[19]
Het rapport concludeert dat om echt de lineaire economie vaarwel te zeggen ondernemers moeten zien dat circulaire modellen winstgevend kunnen zijn. Daarbij denkt men, zoals hierboven al vermeld, aan het leasen van elektrische apparaten, in plaats van kopen, zodat de producent verantwoordelijk is voor een goed tweede leven van het apparaat. Ook de mindset van de consument moet veranderen, want hoewel een meerderheid zegt dat het kopen van refurbished apparaten een goed idee is, blijkt een minderheid ook echt een tweedehands product aan te schaffen.
Een belangrijke suggestie hierbij is dat de vrijblijvendheid van de hele evolutie dient te worden aangepakt. Er moeten dus meer dwingende maatregelen komen, die bedrijven bijvoorbeeld verplichten om een bepaald aandeel gerecycled materiaal te gebruiken. Ook het verplicht herstelbaar maken van producten (inclusief openbare ‘handleidingen’ met reparatieinstructies, zoals die in de auto-industrie al heel lang bestaan) kan helpen.
De regionale overheden kunnen ook argumenten daadwerkelijk aanreiken om de afvalproductie en het materialenverbruik bij maakbedrijven terug te dringen. De hefbomen in de maakbedrijven situeren zich op drie domeinen: het productieproces, het afvalbeheer en het productontwerp. Bij maakbedrijven vertegenwoordigen grondstoffen vaak 50% van de bedrijfskosten. Daar is ruimte voor een verbetermarge van 10 tot 20% door betere inzameling, betere inzet van materialen of lichte aanpassingen in het productieproces. Zo blijkt dat 18% van de grondstoffen momenteel in de vuilnisbak verdwijnt.[20] Als de overheden samen met de universiteiten tools ontwikkelen die die verborgen (on)kosten voor bedrijven zichtbaar maakt, wordt de motivatie van bedrijfsleiders groter om anders tegen hun productieprocessen aan te gaan kijken.
Bepaalde sectoren hebben het reeds begrepen. Circulair denken wordt binnen de Nederlandse IT-sector in toenemende mate mainstream. Zo nemen steeds meer organisaties initiatieven voor het terugdringen van elektronisch afval onderdeel van hun businessmodel, evenals het refurbishen en hergebruiken van gebruikte hardware.[21]
Steden en gemeenten die kringlopen (willen) sluiten, of het nu over stromen van water, voedsel, afval, materialen, mensen of energie gaat, kunnen bij circulaire economie terecht. Steden en gemeenten doen dit niet alleen, maar in partnerschap met elkaar en met bedrijven, organisaties en burgers. Samen zetten zij in op slim productdesign, recyclage, hergebruik en bewust verbruik. Zo evolueert een lokale samenleving naar een klimaatneutrale economie waarin lokale, verpakkingsvrije productie centraal staat, en transport zo veel mogelijk wordt uitgespaard.[22] Van vitaal belang binnen dit alles is ook een data-monitoring systeem voor bedrijfsmatig afval, materialen en grondstoffen. Een dergelijk systeem laat toe dat een volledige tracering van de respectieve afval- en materialenstromen in kaart brengt (inzameling, nasortering, verwerking, …). Dat moet het uiteindelijk mogelijk maken om de “closed loop” volledig te gaan monitoren.[23] Maar een kringloopeconomie zet ook in op deeleconomie en sociale economie om materialen-, diensten- en ruimtegebruik te optimaliseren.[24]
[1] Ivan Illich, Deschooling Society, Harper & Row, San Francisco, 1972
[2] Ernst Friedrich Schumacher. Small Is Beautiful - A Study of Economics As If People Mattered,1973, Blond & Briggs (1973–2010), HarperCollins (2010–present)
[3] Club of Rome, The Limits to Growth, 1972, Potomac Associates, Falls Church, Va.
[4] Kate Raworth, Doughnut economics: seven ways to think like a 21st-century economist.2017, Random House, New York
[5] William McDonough en Michael Braungart : Cradle to Cradle: Remaking the Way We Make Things, 2002, North Point Press, San Francisco
[6] Het Brundtland-rapport: Report of the World Commission on Environment and Development: Our Common Future, Oxford University Press, Oxford, 1987
[7] Louis Delcart, WASTE MANAGEMENT AND CIRCULAR ECONOMY IN FLANDERS – BELGIUM, in Tumblr blog “Principles of regional approach”, 9-12-2018, https://lodelcar.tumblr.com/post/180955829970/waste-management-and-circular-economy-in-flanders
[8] Hilde Janssens, Circulaire koplopers in Europa of waarom Nederland terecht opkijkt naar Vlaanderen, in Blog Econocom, 26 nov 2019 https://blog.econocom.com/nlbe/blog/circulaire-koplopers-in-europa-of-waarom-nederland-terecht-opkijkt-naar-vlaanderen/
[9] Pascal Sertyn, Etap countert led-revolutie met verhuur van verlichting, in De Standaard, 1 februari 2021, https://www.standaard.be/cnt/dmf20210131_98106025?
[10] https://www.duurzaamgebouwd.nl/artikel/20190226-biobased-vloer-als-dienst
[11] Schiphol en BIS|Econocom introduceren display-as-a-service, in Bis Econocom, 29-05-2019, https://www.bis.be/nl/nieuws/4581/schiphol-en-biseconocom-introduceren-display-as-a-service
[12] Luc Willemijns, Viessmann bereidt introductie Heat-as-a-Service voor, In: De Vlaamse Ondernemer, 03/01/2019 https://www.dvo.be/artikel/63495-viessmann-bereidt-introductie-heat-as-a-service-voor
[13] https://bouwen.vlaanderen-circulair.be/nl/wat-is-het
[14] Marc Seijlhouwer, Beton recyclen maakt grote sprong vooruit: bedrijf zoekt naar locaties voor recyclemachine, In: Change, 3 februari 2021 , https://www.change.inc/infra/beton-recyclen-35565
[15] Marc Seijlhouwer: Overname New Horizon in bouwbedrijf Janssen de Jong, om explosieve groei circulaire bouw door te zetten, In: Change, 25 februari 2021 https://www.change.inc/infra/new-horizon-circulaire-economie-bouw-35715
[16] https://bouwen.vlaanderen-circulair.be/nl/wat-is-het/circulair-ontwerp-en-systeemdenken
[17] Frank Maet & Véronique Goossens, De circulaire economie, een jobmaker van formaat, in Belfius 18/2/2021
[18] Peter Lucy, Wesley Spindler and John Dutton, A circular economy isn’t just planet-friendly. It’s a trillion dollar market opportunity, In: World Economic Forum, 10/02/2021, https://www.weforum.org/agenda/2021/02/the-circulars-accelerator-circular-economy-zero-waste/
[19] Marc Seijlhouwer, Circulaire economie is nog lang geen realiteit in Nederland, in: ChangeInc, 21/1/2021, https://www.change.inc/circulaire-economie/circulaire-economie-nederland-35467
[20] Luc Willemijns, Bedrijfsmatig restafval moet met 15% omlaag tegen eind 2022, de Vlaamse Ondernemer, 01/03/2021 https://www.dvo.be/artikel/bedrijfsmatig-restafval-moet-met-15-omlaag-tegen-eind-2022
[21] In samenwerking met BTG, We hebben Deltaplan voor circulaire economie nodig, in: Trouw: 9-2-2021, https://www.btg.org/wp-content/uploads/2021/02/CIRCULAIRE-ECONOMIE-P7-BTG.pdf
[22] https://www.vvsg.be/milieu-klimaat-duurzaamheid/circulaire-economie
[23] Luc Willemijns, Bedrijfsmatig restafval moet met 15% omlaag tegen eind 2022, de Vlaamse Ondernemer, 01/03/2021 https://www.dvo.be/artikel/bedrijfsmatig-restafval-moet-met-15-omlaag-tegen-eind-2022
[24] Louis Delcart: REGIONS AND CITIES AS STIMULATORS TOWARDS GREEN AND DIGITAL ECONOMY in: https://www.linkedin.com/pulse/regions-cities-stimulators-towards-green-digital-economy-delcart/, 1/03/2018
0 notes
Text
Naar een gedecentraliseerde, kleinschalige, duurzame en inclusieve wereld: de nieuwjaarswensen van EAR-AER

Standbeeld Timoer, Samarkand, Oezbekistan
Democratie: een kostbaar juweel om te koesteren
Het machtigste land van de wereld doen besturen door een narcist die geen enkel gevoel voor empathie heeft, die van liegen en feitenverdraaiing zijn ideologie maakt en enkel geeft om zichzelf. Het is niet de eerste keer dat dit gebeurt: de grote landen van de wereld hebben dit in hun koningentijd allemaal meegemaakt, met Caligula, Timour-a-leng en Genghis Khan, Grigori Rasputin, Louis XIV en Bonaparte, Henry VIII als meest sprekende voorbeelden. En het feit dat men van deze narcisten nog steeds prominent beelden aantreft in hun respectieve landen bevestigt alleen maar dat er altijd een deel van de bevolking zal zijn dat houdt van macht en brutaliteit. Dat is ook de reden waarom democratie is ontstaan: om het hebben en uitoefenen van politieke macht meer de balanceren, om een Chinese muur te bouwen tussen wetgevende en uitvoerende macht, en vooral om rechtspraak los te weken van gezagsdragers en de rechtstaat als veiligheidspal te gebruiken voor gewone burgers en voor mensen met afwijkende meningen. Het is daarom ook erg bevreemdend geweest dat het land dat zich de bakermat van de moderne democratie noemt, zich ertoe verlaagd heeft een tweede maal massaal te stemmen voor een geesteszieke man[1], die enkel zoollikkers en ja-knikkers om zich heen duldde, die in de vier jaar van zijn ambt meer dan dertigduizend leugens de wereld instuurde en die vierhonderdduizend doden op zijn geweten heeft door te weigeren een pandemie te bestrijden, meer dan dit machtige land verloor gedurende de tweede wereldoorlog toe het zich borg stelde ter verdediging van de vrijheid .
De technologische evolutie ligt ten onrechte in de handen van wilde kapitalisten
Deze vaststellingen leggen pijnlijke tekorten bloot van de eenentwintigste eeuw. Het feit dat technologische systemen werden ontwikkeld waardoor individuen hun persoonlijke ideeën en leugens zonder controle en zonder juridische afschrikking kunnen verspreiden onder tientallen miljoenen andere individuen. Daar waar in elk democratisch land een perswet heerst die zware persdelicten voor assisen kan brengen. Het feit dat onwaarheden als commercieel product kunnen worden gelanceerd en verspreid over miljarden individuen, zonder controle, zonder juridische afschrikking, in naam van het holle begrip “vrijheid van meningsuiting”. Het feit dat mensen zo immens rijk kunnen worden dat ze voldoende financiële middelen hebben om projecten op te zetten om alle menselijke intelligentie te vervangen door computer-intelligentie, om de hele wereld zo aan te sturen dat individuen volgens de algoritmes van hun bedrijven worden gevoed , die een keus maken welke informatie zij te lezen krijgen en welke niet. Die zoveel informatie over iemand kunnen verzamelen dat zij ook zijn medische conditie, geestelijke conditie, financiële conditie, wettelijke conditie, culturele voorkeuren, sportvoorkeuren, voedselvoorkeuren, seksuele voorkeuren, godsdienstige en politieke voorkeuren (menen te) kennen en die ook voor grof geld verkopen aan andere bedrijven die er opnieuw ongestraft hun ding mee kunnen doen. En vooral het feit dat tussen de veertig en vijftig procent van de bevolking dit niet beseft en het zelfs goedkeurt. Dat veertig tot vijftig procent van de bevolking zo ontmenselijkt is geraakt dat zij pal achter mooipraters gaan staan, die achter hun rug hen vierkant uitlachen, die enkel hun eigen carrière en machtspositie als toekomst zien en dus gerust zich laten omkopen door die machtige bedrijven om deze situatie in stand te houden. Dat veertig en vijftig procent van de bevolking in een democratie hun stemgedrag gebruiken om in hun eigen voet te schieten en voor mensen kiezen die hen minachten, hen klein zullen houden en hun condition humaine eerder zullen verslechten dan verbeteren.
Laat ons niet naïef zijn
De geschiedenis blijft een machtig instrument om mensen te beïnvloeden, al waren ze er zelf nooit bij. Het Verenigd Koninkrijk beheerste de zeeën in de zeventiende eeuw, en tot na de tweede wereldoorlog was het land ook meester van een derde van de wereld. Dat dit heel vaak met geweld gepaard ging, daar wordt enkel glorieus over gesproken alsof het overwinningen tegen “de barbaren” betreft. Tevens waren Britse vorsten en premiers meesters in het verdoezelen van de waarheid. De Slag van Waterloo op 18 juni 1815 als een Britse overwinning claimen is er zo een van[2]. Het verdoezelen van de Slachtpartij van Peterloo op 16 augustus 1819 door de milities een andere.[3] Het Verenigd Koninkrijk is nog steeds een voorbeeld van ongelijkheid meer dan continentaal Europa, waarbij een heel ruim deel van het eiland economisch onderbedeeld is, [4] waarbij de topscholen en topuniversiteiten enkel kunnen gevolgd worden door kinderen uit gezinnen met topsalarissen, waarbij opvoeding erin bestaat het meest competitieve uit een kind te halen, koste wat het kost, en zeker niet het beste. Diezelfde ingesteldheid werd dan ook overgebracht naar de kolonies Amerika, Canada, Australië, Nieuw-Zeeland en Zuid-Afrika. Het ontbreken van een betaalbare gezondheidszorg voor iedereen en de ondraaglijke last van studieleningen in de VS, en de aanwezigheid van 38 miljoen Amerikanen die onder de armoedegrens leven, zijn het rechtstreekse gevolg van een mentaliteit en ingesteldheid die ontstaan is onder de narcist Henry VIII. Het feit dat de invoering van sociale zekerheid als communistisch wordt gebrandmerkt, dat publieke scholen vaak over onvoldoende of minder goed geschoolde leraars beschikken, dat belastingen en overheidsinitiatieven door veel Amerikanen als verwerpelijk worden beschouwd, nog steeds, maakt het er niet makkelijker op, voor democratische administraties om hieraan wat te doen.
China was eeuwenlang het machtigste land van Azië. Westerse geschiedschrijvers die in contact kwamen met het land vanaf de 17de eeuw hebben het echter beschouwd als een land zonder vooruitgang, als een versteend fossiel. Dit beeld bleef tot in de eerste helft van de 20e eeuw bestaan. Alle Chinezen leren op school nog steeds over de ‘eeuw van vernedering’ die het Westen hen vanaf 1901 aandeed. Acht westerse landen gebruikten toen China’s interne zwakheid om militair binnen te dringen, ongelijke handelsverdragen op te leggen en gebied af te nemen. De huidige president Xi Jinping doet er alles aan om met die periode te breken. Als hij bewondering oogst bij wereldleiders in Davos, leningen geeft aan andere landen en bouwprojecten in Afrika lanceert, kijken Chinezen tevreden toe. Hun visie op vrijheid ligt anders dan in het Westen. In de keiharde (kapitalistische) samenleving die China vandaag is, maakt politiek nog weinig verschil. Het is ieder voor zich om vooruit te komen.[5] De middelen die China daarvoor hanteert, botsen vaak met de Westerse democratische waarden. Daardoor is de houding zowel van Amerika als van Europe tegenover China bedachtzamer geworden. De coronacrisis heeft dan ook de Westerse landen geleerd dat teveel afhankelijk zijn van de Chinese “factory of the world” in crisissituaties erg nadelige gevolgen heeft. Maar dit hoeft daarom niet te leiden tot een handelsoorlog, wel tot investeringen in strategische sectoren, om deze in Europa, in de MEDA landen of in de DCFTA landen te vestigen.
Als de rechtstaat het enige bindmiddel is…
“Niemand beweert dat democratie perfect of alwetend is. Inderdaad, er wordt gezegd dat democratie de slechtste regeringsvorm is, met uitzondering van al die andere vormen die van tijd tot tijd zijn uitgeprobeerd” zei Winston Churchill ooit in een toespraak in het House of Commons (11 november 1947)[6] Maar als deze vorm van samenwerken zich, zoals in de VS, zoals heden ten dage beperkt voor het respect van de rechtstaat, zit er de klad in. Vele democratieën worden van binnenuit aangetast door verdeeldheid. Nationalisme of patriotisme zijn holle begrippen dit kunstmatig worden aangewend om macht uit te oefenen door mensen te verdelen. Het is de Machiavellistische slogan “divide et impera”, “verdeel en heers” die werd afgestoft en gemoderniseerd. Machiavelli brak daarbij met het verleden. Hij is met zijn psychologie van de macht een modern denker. In de middeleeuwse maatschappij werden macht en machthebbers, vorsten en adel, door de kerk gesanctioneerd. Bij het opkomende humanisme en daarna de Verlichting moet de orde van de staat een seculiere grondslag krijgen. Machiavelli is een van de eersten die deze formuleert. De macht is bij Machiavelli niet meer door god gegeven en verdeeld. Mensen doen zelf aan verdeel en heers.[7]
Het principe van de particratie waarbij de partij voor het volksbelang komt, is daarvan een gevolg. Meerderheidsstelsels zoals in Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk worden door historici heden ten dage als verouderd beschouwd. Vandaag is het bovendien ook een opstap naar destabilisering. “Het leidt er vaak toe dat voor elk probleem maar twee opties zijn. In het traditiegetrouwe Groot-Brittannië gaat het overheidsbeleid samen met een opvallende kloof tussen elite en plebs. De Verenigde Staten zitten naar Europese normen zelfs nog in de negentiende eeuw, althans in institutioneel opzicht: het beleid claimt er vooral ‘law-and-order’ en ‘freedom’. De overheid is erg afwezig en ‘socialisme’ staat er synoniem voor communisme.” [8] Maar ook in een land met evenredige vertegenwoordiging, waar van nature coalities moeten gesmeed worden en compromissen gesloten, schuilt er een immens gevaar in particratie. Als een briljant idee niet door een meerderheidspartij wordt ingediend, wordt het geboycot. Om dan toch te worden geïntroduceerd opnieuw voorgesteld door een vertegenwoordiger van de meerderheid. Hoeveel tijd en energie gaat er aldus verloren? En eens een partij in de oppositie zit, worden alle gekozenen ervan gedwongen standpunten in te nemen tegen de meerderheid, zelfs indien hiervoor leugens dienen te worden bedacht.
Democratie dient dus veel meer in te houden dan enkel de rechtstaat in stand te houden en een sterk leger en politiecorps erop na te houden. Het vergt een minimum aan gestructureerde solidariteit en het vergt vooral beleefdheid en respect in de menselijke verhoudingen. Politici die onderweg naar de Tweede Kamer in Nederland door agressieve activisten voor ‘kinderverkrachter’ worden uitgemaakt, de Nederlandse omroep NOS die voortaan het logo van haar busjes verwijdert, na aanhoudende bedreigingen.: het hoort er niet bij. De Belgische filosofe Tineke Beeckman beargumenteert in haar boek “Macht & onmacht” dat hét onderliggende probleem van onze hedendaagse samenleving is dat we massaal zijn gaan geloven dat ‘iedereen zijn eigen waarheid heeft. Nee, niet iedereen heeft zijn eigen waarheid, bepleit zij, dat zou elk gesprek of zoektocht naar common ground onmogelijk maken. Iedereen heeft perspectieven op de waarheid, en hoe meer we die met elkaar delen en in gesprek gaan, hoe beter het maatschappelijke gesprek. [9] Recent overleed de beroemde John Le Carré, uitvinder van de “spionageroman”. De Britse journalist en professor Timothy Garton Ash schreef over hem in The New Yorker in 1999 "Thematisch gezien is het ware onderwerp van Le Carré niet spionage. Het is het eindeloos misleidende doolhof van menselijke relaties: het verraad dat een soort liefde is, de leugen die een soort van waarheid, goede mannen die slechte doelen dienen en slechte mannen die goede dienen. "[10]
Naar een gedecentraliseerde, kleinschalige, duurzame en inclusieve wereld?
In verscheidene vorige artikels hebben we reeds gepleit voor een meer gedecentraliseerde aanpak van politiek, waarbij thema’s die op mensen gericht zijn, ook dicht bij mensen behandeld kunnen worden. [11] Steden zijn de eerste politieke entiteiten die –vaak schoorvoetend maar verplicht door het feit dat ze direct gecontroleerd worden door hun burgers- initiatieven opnemen die de bevolking als geheel ten goede komen. Het principe van de Donut Economics verkent de mindset en denkwijzen die nodig zijn om ons daar te krijgen. Dit is een concept waarmee de Britse econoom Kate Raworth (University of Oxford) duidelijk maakt dat de wereld voor een ander economisch model moet kiezen, met focus op duurzaamheid en sociale inclusie. Het idee, waarover Raworth in 2017 een boek schreef[12], komt erop neer dat de economie de draagkracht van de planeet niet mag overstijgen, maar tegelijkertijd zoveel mogelijk mensen een leefbaar bestaan moet kunnen bieden. Het planetaire draagvermogen vormt de buitenste cirkel van de donut, de sociale leefbaarheid de binnenste cirkel. Het huidige groeimodel dreigt de wereld uit de buitenste cirkel te barsten, maar tegelijkertijd dreigt ongelijkheid en uitbuiting door de binnenste cirkel weg te zinken. De uitdaging is om binnen het duurzame gedeelte van de donut te blijven. Steeds meer wereldsteden als Berlijn en Cambridge zien Raworth als inspiratiebron. Seoul, Kopenhagen en Rio de Janeiro kijken met belangstelling naar de ervaringen van Amsterdam. De Nederlandse hoofdstad was de eerste die het Raworth-concept op stedelijk niveau in de praktijk bracht.[13]
De Britse emeritus professor Robert Skidelsky van de Warwick University pleitte er onlangs voor in een bijdrage in the Project Syndicate om ook de technologie niet te laten ontsporen en ontmenselijken. “(…) duurzame technologie kan zeker geen technologie zijn die extreme eisen stelt aan ons aanpassingsvermogen. Het kan geen technologie zijn die dreigt te zullen leiden tot wijdverbreide economische en sociale overtolligheid, en de daaruit voortvloeiende politieke reactie. Wij bekijken de technologische vooruitgang momenteel uitsluitend door de bril van de efficiëntie en laten het tempo daarvan bepalen door de markt. Maar het voorzichtigheidsbeginsel houdt in dat de technologie moet worden aangepast aan de mens, niet andersom.[14]
Louis Delcart, board member, European Academy of the Regions,
www.ear-aer.eu
[1] “Het gevaarlijkste en meest verontrustende aan president Donald Trump waren zijn sociopathische neigingen. Het had voor iedereen duidelijk moeten zijn dat meneer Trump onstabiel, impulsief, dwangmatig oneerlijk en ongelooflijk narcistisch was ”. Deze karakterisering van de 45e president van de VS komt van een prominent lid van de Grand Old Party, die in de Reagan, George H.W. Bush en George W. Bush administraties diende. Peter Wehner, The End of Trump Can Be the Beginning of America, in New York Times, 22-01-2021, https://www.nytimes.com/2021/01/22/opinion/trump-legacy.html?referringSource=articleShare
[2] Een onderzoek op bevel van het Britse leger in 1830 aan de Britse cartograaf Lt. William Siborne gaf aan dat het de Pruisische troepen waren onder leiding van maarschalk Gebhard Leberecht von Blucher die bepalend waren voor de overwinning. Dit werd niet gewaardeerd door generaal Wellington, dus de Britse cartograaf verloor zijn financiering voor zijn onderzoek en moest het met eigen middelen voltooien. https://en.wikipedia.org/wiki/William_Siborne
[3] Het ministerie liet in de pers verschijnen dat de privé-milities zich bedreigd voelden door de talrijke woeste en gewapende betogers. De wapens bleken wandelstokken te zijn. Maar het paleis heeft de milities wel gefeliciteerd. The Peterloo massacre: what was it and what did it mean? | Peterloo massacre | The Guardian
[4] Regional inequality in Britain: Why Britain is more geographically unequal than any other rich country. Other countries have poor bits. Britain has a poor half, in: The Economist, 30-7-2020, https://www.economist.com/britain/2020/07/30/why-britain-is-more-geographically-unequal-than-any-other-rich-country
[5] Giselle Nath, Waarom democratie in China holler klinkt dan Xi, in: De Standaard, 27-02-2018, https://www.standaard.be/cnt/dmf20180226_03379514?
[6] “No one pretends that democracy is perfect or all-wise. Indeed, it has been said that democracy is the worst form of government except all those other forms that have been tried from time to time.” https://www.goodreads.com/quotes/7870022-no-one-pretends-that-democracy-is-perfect-or-all-wise-indeed
[7] https://filosofie-en-politiek.blogspot.com/2013/03/niccolo-machiavelli.html
[8] Herman Van Goethem, Rector Universiteit Antwerpen, Meerderheidsstelsel en sociale media, een destructieve cocktail, in De Standaard, zaterdag 16 januari 2021, https://www.standaard.be/cnt/dmf20210115_97989657?
[9] Maarten Van Gestel, ‘Hét gevaar van onze tijd? Dat iedereen in zijn eigen waarheid gelooft’, zegt deze filosoof. Maar er is hoop, Interview Tinneke Beeckman, in: Trouw, 29 oktober 2020, https://www.trouw.nl/verdieping/het-gevaar-van-onze-tijd-dat-iedereen-in-zijn-eigen-waarheid-gelooft-zegt-deze-filosoof-maar-er-is-hoop~b8c43a30/
[10] Sarah Lyall, John le Carré, Best-Selling Author of Cold War Thrillers, Dies at 89, in: New York Times, 13-12-2020, https://www.nytimes.com/2020/12/13/books/john-le-carre-dead.html
[11] https://lodelcar.tumblr.com/post/630161808782737408/the-call-for-decentralization-and-small-scale
https://lodelcar.tumblr.com/post/611654989754089472/sustainable-development-in-the-framework-of-the
[12] Kate Raworth, Donut economics: seven ways to think like a 21st century economist, Penguin, London, 2017, https://blogs.lse.ac.uk/usappblog/2018/06/17/book-review-doughnut-economics-seven-ways-to-think-like-a-21st-century-economist-by-kate-raworth/
[13] Ruben Mooijman, Kunnen we de groei loslaten?( Can we let go of growth?) in De Standaard, 2-01-2021 https://www.standaard.be/cnt/dmf20210101_97685614?
[14] Robert Skidelsky, Emeritus-hoogleraar politieke economie aan de Warwick Universiteit, Het is mooi geweest met de efficiëntie,(We have had it with efficiency) in: De Standaard, 22-2020 , https://www.standaard.be/cnt/dmf20201221_98021342?
0 notes
Text
Wat is er gaande in het kernenergie debat?

Er is sedert enkele weken iets gaande in het kernenergiedebat in België dat mij achterdochtig maakt.
17 jaar geleden besliste het Belgische parlement dat het land op termijn uit kernenergie zou stappen.[1] Dit was het gevolg van de kernramp in Tsjernobyl en werd later versterkt door die van Fukushima. Ook het opslaan van kernenergie-afval op een klein territorium als België vormde een probleem. In een hyper geïndividualiseerde dichtbevolkte maatschappij als België is het oprichten van een energiewindmolen al een onoverkomelijk probleem, laat staan het bouwen van een ondergrondse opslagplaats.
Nochtans was België, wat dat aspect van de CO2-uitstootreductie een goeie leerling, vermits 50% van alle elektriciteit werd opgewekt door kernenergie, die gekend CO2 neutraal is. En België heeft sedert 2016 ook geen CO2-rijke steenkoolcentrales meer maar is overgeschakeld op gascentrales.
En hier begint dan al het ecologisch geschipper: gas is zeker geen duurzame energie, integendeel. Gas is ook niet CO2 neutraal.[2] Maar gas is weinig polluerend. En dat argument, dat onmiddellijk effect heeft, werd plots belangrijker voor de ecologisten, dan de strijd tegen de klimaatverandering. Want dat laatste kon niet onmiddellijk verzilverd worden in het openbare debat omdat het slechts op lange termijn resultaat bracht.
Kernenergie werd tezelfdertijd ook gereduceerd, door dezelfde ecologisten, tot een gevaarlijk alternatief, waarover men apocalyptische scenario’s naar voren schoof te wijten aan menselijk falen of nog erger aan besparingen of winstbejag. Dat er ook in die industrie aan vernieuwing gewerkt wordt, werd en wordt afgedaan als (ik citeer): “En die nieuwe nucleaire centrales? Die komen te laat om het klimaat te redden.”[3] Nochtans kondigt een notoir betrouwbare tycoon als Bill Gates in augustus 2020 aan dat hij samen met Hitachi een nieuw type kleinschalige kerncentrale heeft ontwikkeld met veel minder afval, waarvan men de commercialisering in het derde decennium van de eenentwintigste eeuw zal aanvatten.[4]
En dan kwam er zeer snel in oktober 2020 het bericht van kersvers federaal minister van Energie Tinne Van Der Straeten (Groen) die in een interview met De Zondag vertelde over haar ambities deze legislatuur en de beoogde kernuitstap tegen 2025. “Als kernenergie verdwijnt, komt er veel ruimte voor nieuwe energie”, klinkt het. “Mijn bilan mag niet zijn: zeven kerncentrales dicht. Mijn bilan moet zijn: duurzame en betaalbare energie voor iedereen”. [5]
Met dit interview was het hek van de dam: het kernuitstap debat was opnieuw gelanceerd, met dure eden die door voor- en tegenstanders werden gezworen. Wat mij echter vooral opvalt is dat de tegenstanders van kernenergie opvallend veel opinies verkondigen en de voorstanders met m.i. weinig steekhoudende argumenten de mond willen snoeren. Het laatste opiniestuk[6] van twee universitaire wetenschappers richt zich tegen een opiniestuk waarin dertien academici vroegen om nucleaire energie een nieuwe toekomst te geven in ons land.[7] Ze gaan tekeer tegen een filosoof die zich als alfa-wetenschapper in het debat zou gemengd hebben en tegen rectoren, die, hoewel ze in eigen naam tekenden, toch hun universiteit zouden hebben geëngageerd, hoewel er andere opinies in die universiteit aanwezig zijn.
Vandaar mijn titel: wat is er gaande in het kernenergiedebat dat de anti’s zo hun hakken in het zand zetten en eigenlijk geen debat meer mogelijk maken, hoewel de kaarten intussen anders liggen? Ik heb steeds gehuiverd van het ecologisch fundamentalisme dat alle doelstellingen tezelfdertijd wil realiseren: de klimaatverandering bestrijden, de pollutie bestrijden, duurzame energie realiseren en als het even kan de economie zo te organiseren dat alles wordt hergebruikt.
Maar als het dan in de praktijk moet worden gerealiseerd, zijn de ecologie aanhangers de eersten om zich te verzetten tegen windmolens.[8] Wanneer Pfizer twee windturbines aanvroeg in Puurs waren het uitgerekend de Groenen die zich verzetten vanuit het argument dat Pfizer vlak tegen een residentieel gebied was gehuisvest en dat er geluidsoverlast zou kunnen ontstaan door die windturbines.
Ik hou niet van paradigma’s, ook niet die opgelegd door wetenschappers, want er zijn teveel voorbeelden uit het verleden dat wetenschappers betaald zijn door industrie of politiek om bepaalde resultaten uit te vergroten of te verdoezelen. [9] Ik wil begrijpen waarom men beslissingen neemt en wat daarvan de gevolgen zullen zijn voor de industrie en de bewoners in mijn land. Want neem het van mij aan: de groene elite, die praktisch volledig uit dienstverleners bestaat, gaat met de glimlach de industrie onderuithalen. Het is echter niet met dienstverleners alleen dat we onze welvaart in stand zullen houden. Corona heeft ons dat afdoende bewezen.
Louis Delcart, bestuurder European Academy of the Regions www.ear-aer.eu
[1] De geleidelijke uitstap van het gebruik van kernenergie voor de industriële elektriciteitsproductie op het Belgische grondgebied is geregeld door de wet van 31 januari 2003. Deze wet werd in 2013 en in 2015 gewijzigd om de exploitatieduurverlenging met 10 jaar van Tihange 1, Doel 1 en Doel 2 toe te staan. https://economie.fgov.be/nl/themas/energie/energiebronnen/kernenergie/wettelijke-grondslag-van-de
[2] Gascentrale met minimale CO2-uitstoot, in; De Ingenieur, 7 juni 2018
[3] Benjamin Clarysse, Beleidscoördinator Bond Beter Leefmilieu, in De Standaard, De wind zit mee voor hernieuwbare energie, woensdag 25 november 2020
[4] John Parnell, Bill Gates’ Nuclear Reactor Company Adds Molten Salt Storage to Its SMR System, in GTM, August 28, 2020
[5] Minister Tinne Van Der Straeten (Groen): “Kernenergie zal overbodig zijn tegen 2025", Het Laatste Nieuws, 11-10-20
[6] Pieter Leroy, Ignaas Verpoest, De misleiding van rectoren, in De Standaard, 27-11-2020
[7] Schrap de wet op de kernuitstap, in De Standaard, 24-11-2020
[8] Barbara Moens, Small Belgian town becomes center of coronavirus vaccine world, in Politico, November 19, 2020: “When the company wanted to install two wind turbines in 2013, they were easily granted licenses, as was a recent hulking parking tower — an eyesore when driving into the town.
According to local opposition leaders, this has triggered some annoyance. "This is a very densely populated area," said Steven Prinsen, who represents the Greens in the town council. "The back of the Pfizer plant is adjacent to a residential neighborhood, in which residents have some noise nuisance from the wind turbines."
[9] Naomi Oreskes , Erik M. Conway: Merchants of doubt, Bloomsbury Publishing, London, 2010
0 notes
Text
DE KLIMAATVERANDERING EEN BEDREIGING MAAR TEVENS EEN OPPORTUNITEIT ?

Foto: Grootste zonnepanelenpark ter wereld in Marokko
Klimaatverandering is kopzorg nummer 1 van de wereld maar niet van de industrie
Sinds de industriële revolutie 200 jaar geleden is de mensheid steeds afhankelijker geworden van fossiele brandstoffen. De uitstoot van kooldioxide door hun verbranding is sindsdien min of meer continu toegenomen. In 2018, voordat de pandemie toesloeg, stootte de wereld broeikasgassen uit met een opwarmingspotentieel van ongeveer 55 gigaton. Ongeveer een vijfde daarvan is afkomstig van veranderingen in landgebruik en landbouw. De rest bestaat grotendeels uit emissies door energieverbruik en industriële processen. Gegevens van het World Resources Institute, een denktank, laten zien hoe deze emissies zijn verdeeld. Gebouwen (ongeveer 17% van het totaal) en wegvervoer (12%) leveren de grootste bijdrage. Andere vormen van transport zijn ook van belang, met verzending en vluchten voor 2% per stuk. Binnen de industrie vormen ijzer en staal (8%), chemie en petrochemie (6%) en cement (3%) grote delen van de taart. De overgang van fossiele brandstoffen is een enorme uitdaging. Het energieverbruik moet slimmer worden, waardoor zowel geld als uitstoot wordt bespaard. Door het weer veroorzaakte verliezen nemen al enorm toe: tussen 2017 en 2019 bedroegen hun jaarlijkse kosten gemiddeld $ 210 miljard, twee keer zo hoog als tien jaar eerder, volgens Swiss Re, een herverzekeraar. Maar voorlopig nemen te weinig bedrijven en ook regeringen de klimaatverandering serieus.[1]
In zijn nummer van 28 september 2020 schaarde het befaamde politieke magazine The New Yorker zich achter de kandidatuur van Joe Biden voor president van de VS. Hoofdredacteur David Remnick voegde in hetzelfde nummer daarbij vijf werven naar voren voor de volgende jaren die de nieuwe administratie van de VS dringend diende aan te pakken. De nieuwe president moet de pandemie onder controle krijgen, de klimaatopwarming eindelijk weer serieus nemen, de rechtsstaat in ere herstellen, het racisme aanpakken en weer een begin maken van enig moreel leiderschap in de wereld.[2] Het is opvallend dat de politiek van de voorbije 4 jaar van huidig VS-president Donald Trump klimaatverandering en de gevolgen daarvan voor de wereld ontkent, en dit tot grote bezorgdheid van de rest van de wereld. Deze laatste beschouwde het klimaatakkoord van Parijs als een “verminking van de Amerikaanse economie”, en stapte er prompt uit bij zijn aantreden in 2016. Amerika is daarbij verantwoordelijk voor 15% van de wereldwijde uitstoot van CO2, als tweede grootste veroorzaker van de kopzorg na China met 29%.[3]
Het grote verschil is dat China zich recent heeft verbonden om tegen 2030 het aandeel van de broeikasgassen tegenover het Bruto Binnenlands Product met meer dan de helft te verminderen, ten opzichte van 2005. In een opgenomen videoboodschap voor de Algemene Vergadering van de VN op 22 september deed de Chinese leider, Xi Jinping bovendien de aankondiging dat China niet alleen ernaar streeft om de stijging van zijn koolstofemissies tegen 2030 te stoppen – wat ongeveer dezelfde doelstelling was als vijf jaar geleden - maar ook zou streven naar "koolstofneutraliteit" tegen 2060. Om daarin te slagen, moet China daardoor veel sneller van zijn emissiepiek afdalen dan welke andere grote economie dan ook is geslaagd of beloofd heeft te doen. Het wordt een enorme uitdaging.[4]
Door de coronapandemie is een groot deel van de wereld in lockdown gegaan. Het vliegverkeer lag stil. Voor veel mensen was dat een zware opdoffer, maar het effect op de koolstofemissie stelde teleur. De lockdown was immers geen gerichte klimaatmaatregel. De klimaatimpact ervan was een neveneffect. Het leert ons dat we er niet zullen komen met minder te pendelen of te vliegen. Hoe belangrijk individuele inspanningen ook zijn, de grote winst moet komen van beleidskeuzes die ook de industrie op het oog hebben. [5]
De covid-19-pandemie biedt wel de mogelijkheid om de uitstoot van broeikasgassen te vertragen. Sommige regeringen, met name in Europa, hebben groene vereisten verbonden aan reddingspakketten voor bedrijven en beloven meer te investeren in de koolstofarme economie. Het virus heeft ook aangetoond dat veel verplaatsingen, of het nu dagelijkse woon-werkverkeer of zakenvluchten zijn, misschien niet echt nodig zijn. Koolstofefficiënte bedrijven kunnen een voorsprong krijgen op concurrenten. Ingenieurs, wetenschappers en ondernemers bedenken slimme manieren om te helpen.
Waarom zouden bedrijven zich zorgen moeten maken over de klimaatverandering?
Ten eerste moeten bedrijven zich zorgen maken over de onmiddellijke gevolgen van klimaatverandering voor hun activiteiten. Vervolgens moeten ze een steeds intensievere regelgeving verwachten, zowel gedreven door overheden als door de eisen van klanten en consumenten. Ten derde komt het groeiende risico van rechtszaken over klimaatverandering. En ten vierde is er technologische verandering die zowel kansen als kosten zal creëren - kansen die hun concurrenten wellicht als eerste benutten.[6]
De maatregelen die het bedrijfsleven nemen zijn vaak ronduit alarmerend vooral wanneer ze in de VS geconcipieerd worden. Zo kunnen grootverbruikers van water (boeren, bedrijven ...) en beleggers zich indekken tegen toekomstige periodes van droogte en dus duurder water dank zij een nieuw gecreëerd beleggingsinstrument: water futures. Veertig procent van het water in Californië wordt vandaag gebruikt om er 9 miljoen hectare landbouwgrond te irrigeren. Als de droogte toeslaat en de prijs van het water in Californië stijgt, maken de boeren die water futures kochten winst op hun termijncontracten. Die winst kunnen ze gebruiken om de nadelige effecten van de droogte (duurder water, minder omzet) te compenseren. Naar middelen zoeken om hun waterverbruik te verminderen gaan ze niet op zoek: dat is voor de overheid. Bovendien zullen niet alleen boeren en watergevoelige bedrijven zullen in water futures beleggen, ook speculanten zullen dat doen. Met het risico dat speculatieve beleggers de waterprijs kunstmatig zullen opdrijven.[7]
Daarnaast is er de emissiehandel , een speerpuntproduct van het Europese klimaatbeleid. Bedrijven kopen of krijgen emissierechten voor de CO2 die ze uitstoten. Wie weinig Vervuilt kan rechten doorverkopen aan wie het minder goed doet. Door uitstoot te koppelen aan geld, moeten bedrijven de afweging maken: investeren in groene technologie of bijkomende rechten kopen. Er is een limiet voor emissies van energiebedrijven en zware industrie. Daardoor gaat de prijs omhoog en bij gevolg de uitstoot omlaag. [8]
Een ander voorbeeld van de excessen van mega-multinationals uit het Amerikaanse Imperium is een project van Amazon om nog maar eens een opslagruimte te bouwen in Frankrijk, maar dan in een middeleeuws dorpje met 1.100 inwoners, Fournès, in een van de mooiste toeristische streken van het land: de Gard. Ondanks de schoonheid van een ansichtkaart heeft de Gard een van de hoogste werkloosheidscijfers van het land. Het mega-bedrijf dat al duizenden kleine winkels heeft doen verdwijnen heeft negen magazijnen en sorteercentra in Frankrijk, waarvan minstens vijf in armere regio's met een hoge werkloosheid. Ze hebben 9.300 voltijdse werknemers in dienst en het bedrijf wil naar verluidt het aantal faciliteiten minstens verdubbelen. Het sorteercentrum bij Fournès zou kleiner zijn dan een enorm pick-and-pack-magazijn, maar zou het lokale verkeer sterk doen toenemen, met meer dan 1.400 bestelauto's en vrachtwagens die dagelijks in en uit dokkeren. De locatie ligt dicht bij boerderijen en wijngaarden, en bij een aantal magazijnen die worden gerund door Franse bedrijven, maar geen van hen genereert het zware weggebruik dat van Amazon wordt verwacht. [9] En dan wordt er nog niet gesproken van de duizenden pakketten die jaarlijks worden teruggestuurd en die Amazon niet hergebruikt maar gewoon dumpt. Maar voor mensen die wanhopig op zoek zijn naar werk, lijkt de milieudruk om Amazon te dwarsbomen geen voeling te hebben met de harde realiteit waarmee gezinnen in de regio worden geconfronteerd. Het bedrijf belooft namelijk 150 voltijdse betrekkingen. Daarbij komt nog dat Amazon officieel op grote schaal zijn milieubewustzijn promoot en zijn belofte om tegen 2040 een netto-zero-uitstoot van koolstof te bereiken. De strijd die de plaatselijke gezagsdragers en milieu-activisten voeren is dan ook een strijd over het soort maatschappij dat men in Europa wil: is het er een is die wordt gedomineerd door monopolisten dat mensen uitbuiten, het milieu bedreigen en alleen om consumentisme geven of is het er een die nuttig werk verschaft met respect voor het milieu en de diversiteit, en die via belastingen ook bijdragen aan de welvaart van een hele gemeenschap.
Waar dienen bedrijven mee bezig te zijn om de klimaatverandering het hoofd te bieden?
In heel wat processen is het moeilijk om CO2 volledig in een ander product om te zetten. De overtollige CO2 zal moeten afgevangen worden, vloeibaar gemaakt, getransporteerd en ondergronds opgeslagen. Er is nog geen methode gevonden om dit grootschalig te realiseren. Het zal ook moeilijk zijn om substantiële emissiereducties door industriële processen en zwaar transport te realiseren zonder nog uit te vinden technologieën. We moeten nu volop proefprojecten bouwen. Europa voorziet ook in subsidies voor dit soort proefprojecten.[10]
Europa heeft zich, net als China, een voortrekkersrol toebedeeld in de strijd tegen klimaatopwarming en heeft zich tot doel gesteld tegen 2050 klimaatneutraal te zijn. De stimulans moet inderdaad van regeringen uitgaan die de industrie de arm dienen om te wringen. De chemiebedrijven bij voorbeeld zijn heel efficiënt in een technologie die al 50-60 jaar bestaat en ze perfect en heel efficiënt beheersen. Met de huidige werkwijze kan je chemiebedrijven niet veel groener maken: wat ze konden doen, hebben ze reeds gedaan. Je hebt dus een paradigmashift nodig. [11]
Daarnaast zal men zo veel mogelijk moeten elektrificeren. Veel bedrijven, ook in veel andere sectoren, hebben wel ergens in hun productieproces warmte nodig en die wekken ze meestal met aardgas op, omdat dit het goedkoopst is. Hier zal je ooit op elektriciteit moeten overschakelen omdat je dat niet-fossiel kan opwekken. Je kan ook restwarmte van een bedrijf verspreiden naar een ander bedrijf of een nabijgelegen woonwijk. Op die manier beperk je ook de CO2-uitstoot.
De Europese doelstelling is dat in 2025 minimaal 50 procent van het geproduceerde plastic verpakkingsmateriaal moet worden gerecycled. In 2030 moet dit 55 procent zijn. Lidstaten staan voor een grote uitdaging wat betreft afvalrecycling. Bijna een derde van het plastic verpakkingsmateriaal wordt nog altijd getransporteerd naar landen buiten Europa voor recycling. Vanaf januari 2021 wordt dit grotendeels verboden. Een rapport van de Europese Rekenkamer meldt dat hierdoor zal de druk op bestaande recyclingbedrijven stijgen en het tekort aan capaciteit toenemen. Ook wordt, vanwege een tekort aan recyclingbedrijven, nog altijd een groot gedeelte van het afval verbrand of bestaat de kans dat het alsnog illegaal wordt vervoerd.[12]
De logistieke e-commerce sector stoot naar schatting 252.000 ton CO2 per jaar uit. Daarbij laten de meeste mensen hun pakjes het thuis bezorgen. In Nederland kiest op dit moment maar 13 procent van de mensen voor een ophaalpunt. Dat aandeel moet omhoog, en daar ligt ook verantwoordelijkheid voor de sector. Die moeten consumenten bewust maken van de voetafdruk van hun keuzes. Als de busjes meer dan 50 procent afleveren op centrale punten hoeven ze minder plekken aan te doen. Daarmee daalt de CO2-uitstoot mogelijk met 17 procent. Met een reductie van 17 procent worden er duizenden tonnen CO2 uitgespaard. In landelijke gebieden kan een pakketje extra afleveren bij een ophaalpunt al een verschil maken. Aan de andere kant worden in de steden de meeste pakketjes bezorgd, en zijn ophaalpunten vlakbij zodat mensen een pakketje lopend of fietsend (en dus klimaatvriendelijk) kunnen ophalen. Dat is op het platteland niet zo; daar moeten mensen soms kilometers reizen en pakken ze de auto, wat de klimaatwinst teniet doet. Elke regio heeft dus een beste oplossing. Daarbij dienen nog vele aspecten worden bekeken. Vooralsnog zijn er geen plannen in de sector om thuisbezorgen bijvoorbeeld duurder te maken dan afleveren bij een ophaalpunt. [13]
Circulaire economie als toekomstmodel
In heel wat sectoren zet men thans in op het hergebruik van grondstoffen, de zogenaamde circulaire economie. Het bekende voorbeeld is een lichtfabrikant die geen lampen meer aanbiedt maar “licht” verkoopt en instaat voor het circulair hergebruik en het verbruik van die lampen. Het grote tegenargument van de industrie is dat het duur is en de klant geen meerprijs wil betalen. Zeker als je niet aan de eindklant levert. Een extra probleem is ook dat je heel wat concurrentie krijgt van bedrijven uit landen waar minder strenge of dure milieumaatregelen gelden. Je moet dus Europese bedrijven beschermen tegen concurrentie vanuit landen met lagere of goedkopere milieunormen en -kosten. Experts zoals Tomas Wyns, onderzoeker aan de VUB en het Institute for European Studies en dé specialist in het klimaatneutraal maken van de Vlaamse industrie, zijn daarbij steeds meer gewonnen voor het idee van Europese standaarden. Standaarden zetten veel in beweging en vaak gaan landen buiten de EU die kopiëren. Europa legt bijvoorbeeld Amerikaanse technologiebedrijven standaarden op die wereldwijd overgenomen worden, de efficiëntienormen voor elektronische toestellen in de EU, of aan de registratie en toelating om chemische producten op de markt te brengen of te gebruiken in de EU (Reach-regelgeving), die vrijwel gekopieerd is in Zuid-Korea.[14]
In mijn eigen regio, de Noordelijke deelstaat van België, Vlaanderen, ondertekenden in 2017 150 bedrijven met de Vlaamse publieke agentschappen en non-profit-organisaties[15] de Green Deal “Circulair Aankopen”. Twee jaar later zijn meer dan 100 experimenten gerealiseerd, geïmplementeerd, hetgeen een primeur is in Europa. [16]De aanpak van het project bestaat uit zes kernactiviteiten: [17]
1. Netwerk en gemeenschap. Een circulaire economie realiseren doe je niet alleen. Samenwerking en gedeeld engagement van zowel privé als publieke partners is daarbij cruciaal. De deal brengt diverse partners en projectpartners samen om de uitdagingen van de circulaire economie aan te gaan.
2. Kennis en educatie. Meten is weten. Daarom wordt er werk gemaakt van een onderzoeksagenda. Een consortium van wetenschappers voert onderzoek naar diverse aspecten van de circulaire economie. Deze kennis wordt gedeeld onder de leden en beleidsrelevante onderzoeksopdrachten worden aldus aangestuurd.
3. Innovatie. Innovatie wordt gestimuleerd met gerichte instrumenten stimuleren waardoor ondernemerschap versneld in de richting van circulaire economie wordt gestuwd. ‘Innovatie’ heeft een brede definitie: het gaat van technologische innovatie, innovatie in productontwerp, verdienmodel, procesinnovatie, behoeftesystemen tot nieuwe vormen van samenwerking.
4. Aanjagen. Binnen de context van de deal worden pioniers en pragmatische doeners aangestuurd. Met challenges (collectieve trajecten om ondernemers te prikkelen hun ideeën een stapje verder te brengen), leertrajecten in sectoren en demonstratieprojecten probeert men risico’s van experimenten te verkleinen (de-risking) en testen in de circulaire economie aan te moedigen.
5. Beleid. De deelnemers zetten in op de afstemming en verbinding van de verschillende beleidsagenda’s die relevant zijn voor de circulaire economie. Dit op lokaal, Vlaams, federaal tot Europees/internationaal niveau. Voor deze overheden vormen de deelnemers het contactpunt voor de circulaire economie in Vlaanderen. Ze promoten daarnaast richtinggevend en ondersteunend beleid.
6. Verankering. Ze zorgen ervoor dat de principes en goede praktijken rond circulaire economie opgeschaald en verankerd raken bij Vlaamse bedrijven, overheden, middenveldorganisaties, het onderwijs, lokale besturen en burgers. Ze stimuleren burgers en ondernemingen om de eigen verantwoordelijkheid op te nemen in de circulaire economie. Mooie voorbeelden van burgerinitiatieven kunnen hierbij inspirerend werken.
En dan is er nog het fenomeen van de tweedehands-economie, dat de jongste twee jaar een boost heeft gekregen, in een dergelijke mate dat zelfs een kledingreus als Zalando of een luxemerk als Gucci er een plaatsje voor hebben gereserveerd in hun assortiment. Uit dit onderzoek van de KU Leuven[18] blijkt dat de tweedehandseconomie in Vlaanderen veel groter is dan tot nog toe werd aangenomen. De COVID19-pandemie heeft de tweedehandseconomie mogelijk een duwtje in de rug gegeven. Kringloopwinkels merkten een stijging, de lockdown zette een rem op shoppen en de koopkracht van huishoudens werd aangetast. Overheden gaan ervan uit dat overgaan naar een volledig circulaire economie beter in de behoeften aan grondstoffen voorziet en de ecologische voetafdruk verkleint. Meer dan 60 procent van de broeikasgasuitstoot komt immers door ontginning, productie, transport en consumptie van grondstoffen, producten, voedsel en bouwmaterialen, en de verwerking van afval die daaruit ontstaat. Hergebruik helpt die uitstoot te beteugelen, nog meer dan recyclage – die andere pijler van de circulaire economie – omdat de producten niet worden verwerkt. [19]
Kleding is een van de grote vervuilers in de wereld. Fast fashion (goedkope kleding die snel stukgaat) zorgt voor enorme bergen afval, waterverbruik en CO2-uitstoot. Om dit allemaal te verbeteren moet de industrie meer circulair gaan werken. Op dit moment komt maar 1 procent van de kleding op aarde in een recycleproces terecht. Kledingketen H&M gaat daarbij nog een stap verder. Het heeft een bijzondere machine in een winkel in Stockholm staan. Hier kunnen klanten oude kleding inleveren en live zien hoe het apparaat een shirt of trui ontmantelt en van het textiel een nieuw kledingstuk weeft. Het apparaat moet mensen vooral bewust maken van de mogelijkheden om kleding opnieuw te gebruiken.[20]
Ook het hergebruik van materialen zoals asfalt laat toe minder energie te gebruiken en daardoor milieuvriendelijker met minder CO2 uitstoot. Een Nederlands wegenbouwbedrijf werkt daar samen met het Nederlandse Ministerie van Rijkswaterstaat om milieuvriendelijker asfalt, dat is gemaakt van oude wegdelen, te testen. Het asfalt is zeer open asfalt beton (ZOAB) en bestaat voor 95 procent uit hergebruikt materiaal, afkomstig van oud asfalt. Het wegenbouwbedrijf vond een manier om de nuttige bestanddelen uit oude wegen te scheiden van zand, vulstof en bitumen. Die nuttige asfaltdelen worden met een beetje nieuw materiaal (voornamelijk nieuw bitumen) gemengd en uitgerold. Ook het legproces is milieuvriendelijk: door op lagere temperatuur te werken, bespaart het bedrijf 30 procent van de energie en CO2-uitstoot. Het asfaltproject past bij de ambities van Rijkswaterstaat. In 2030 wil het ministerie circulair werken: dat betekent zo min mogelijk afval en zo veel mogelijk hergebruik.[21] Ook fietspaden worden tegenwoordig in Nederland gemaakt van gerecycled asfalt. Het oude fietspad wordt gesloopt en van het afval van die sloopwerkzaamheden wordy nieuw, milieuvriendelijker asfalt gemaakt. Ook het fundament voor de weg is deels gemaakt van afval in plaats van nieuw zand en grind.[22]
De firma Indaver verwerkt in de eerste plaats het rest- en PMD-afval van de (vaak publieke) ophalers van afval. Zij heeft rond Antwerpen drie sites die elk op hun manier in de circulaire economie passen. Op de site van Doel staan de grote verbrandingsovens voor het restafval dat niet kan verwerkt of gerecycleerd worden. Ook in een circulaire economie is er immers een restfractie die men niet kan verwerken. De essentie is in dat geval dat de warmte die bij het verbranden vrijkomt, wordt omgezet in energie en dat die warmte verdeeld wordt. Sinds kort loopt vanuit de Indaver-ovens stoom naar omliggende chemiebedrijven, goed voor het equivalent van 160 MW en 5 km leidingen. Naar eigen zeggen is dit het grootste stoomnetwerk in Europa. Hierdoor zakt de CO2-uitstoot bij de buurbedrijven met 100.000 ton omdat ze hun stoom niet met aardgas moeten aanmaken. Daardoor verwerkt het bedrijf niet alleen meer afval maar dient het ook constant stoom tegen een bepaalde temperatuur en druk te leveren aan de omliggende bedrijven’[23] Aan de overkant van de Schelde ontwikkelt Indaver in de sites in Willebroek en Antwerpen technologie om plastic, onder andere ingezameld in de PMD-zakken, te verwerken. Het meest zuivere plastic kan nu al via mechanische recyclage verwerkt worden tot korrels en hergebruikt worden voor een gelijkwaardig plasticproduct. In Willebroek wordt een nieuwe installatie gebouwd die dankzij betere sensoren het plastic fijnmaziger kan sorteren, wat de recyclage makkelijker maakt. Voor de moeilijke of verontreinigde plastics probeert het bedrijf via het proces ‘plastic to chemicals’ het plastic tot de basiscomponenten te kraken en zo de onzuiverheden eruit te halen en de molecules te zuiveren. Het restproduct is meteen grondstof voor de chemie-industrie in de haven, waardoor die veel minder olie als grondstof nodig heeft. [24]
Cleantech speelt in op klimaatverandering en pollutie in het bedrijfsleven
Cleantech of voluit Clean technology (Engels voor schone technologie) is een verzamelnaam voor vormen van technologie die bijdragen aan een schoner milieu en/of zorgen voor energiebesparing. Cleantech is een term die slaat op producten, processen en diensten die operationele prestaties verbeteren door vergroting van de productiviteit en efficiëntie terwijl kosten, energieverbruik, vervuiling of afval worden gerecycleerd, waarbij het gebruik van grondstoffen en duurzame energie op een duurzame wijze worden toegepast met het oog op een minimale impact op het milieu.[25]
Een van de speerpuntsectoren van de klimaatomslag is de automobielsector. Die zet de jongste drie jaar bijna exclusief in op het produceren van elektrische wagens. Voorloper Tesla heeft daarbij een zeer grote rol van aanvuurder gespeeld. Toch is er nog steeds eren zwakke pàlek in het volledige concept, nl. de batterijen.[26] De kwaliteit en vooral de actieradius van deze batterijen maakt de aanschaf van een elektrische wagen nog steeds onaantrekkelijk. Europa heeft zich de afgelopen jaren terug in de race geknokt voor het produceren van kwalitatieve batterijen met een grote actieradius. De Slovaakse Europese commissaris Maros Sefcovic zette enkele jaren geleden zijn schouders onder de zogeheten European Battery Alliance: een strategisch samenwerkingsproject voor de opstart van een soort van ‘Airbus voor batterijen’, waarbij Europese topbedrijven de krachten op de batterijmarkt bundelen.[27] De doelstelling die Sefcovic naar voren schuift bestaat erin 10 tot 25 van die gigafabrieken te bouwen in Europa om aan de vraag naar elektrische wagens te kunnen voldoen . Daarbij dient ook innovatieve technologie te worden gezocht om de lacunes op te vullen. Zo gebruikte het Franse bedrijf Nawa piepkleine koolstofstaafjes om energie over te dragen al in condensators, en heeft hem nu geschikt gemaakt voor de batterijwereld. Daarbij draagt de batterij makkelijker energie over en past er meer energie in. De komende tijd zal het bedrijf die claim kracht bijzetten door batterijen te bouwen met speciale elektroden. Volgens berekeningen van Nawa kan een batterij hiermee drie keer meer energie opslaan. Ook gaat opladen veel sneller en gaat een batterij mede daardoor veel langer mee. Opladen tot tachtig procent hoeft nog maar vijf minuten te duren.[28] Het is niet voor het eerst dat een bedrijf superbatterijen belooft. Het Israelische firma StoreDot claimt bijvoorbeeld ook te werken aan batterijen die supersnel oplaadbaar zijn.
Windmolens en zonnepanelen zijn andere technologieën die ontwikkeld worden in de race ter vervanging van minerale energie. Ook hier speelt Europa, zijn rol in de categorie van de kwalitatieve apparaten. Zo produceert en levert een Nederlands bedrijf[29] zonnepanelen aan de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA. De panelen worden geïnstalleerd op Orion, het ruimteschip dat binnen een aantal jaar bemand naar de maan vliegt. De producent maakt zonnepanelen die bestand zijn tegen de extreme omstandigheden in de ruimte. Zo moet de installatie tempraturen kunnen weerstaan van min 210 tot 300 graden Celsius. Daarnaast is het belangrijk dat ze om kunnen gaan met druk 40 tot 60 keer de zwaartekracht.[30] EnergyVision, een Gents bedrijf dat zonne-energie en installaties aan de industrie levert, levert dan weer panelen van Europese kwaliteitsstandaarden in de Chinese markt. Zij verkopen tevens groene stroom uit eigen installaties. Daarbij heffen ze zorg van de klant op via financiering en onderhoud. Die totaalaanpak is hun niche binnen de sector. [31]
Smart cities als inbreng van lokale en regionale overheden
Een slimme stad (smart city) is een plek waar traditionele netwerken en diensten efficiënter worden gemaakt door het gebruik van digitale en telecommunicatietechnologieën ten behoeve van haar inwoners en bedrijven. De dynamiek van slimme stad of stadsdistrict gaat verder dan het gebruik van informatie- en communicatietechnologieën (ICT) voor een beter gebruik van hulpbronnen en minder uitstoot. Het betekent slimmere stadsvervoernetwerken, verbeterde watervoorziening en afvalverwijderingsfaciliteiten en efficiëntere manieren om gebouwen te verlichten en te verwarmen. Het betekent ook een meer interactief en responsief stadsbestuur, veiligere openbare ruimtes en het voorzien in de behoeften van een vergrijzende bevolking.[32]
Smart cities is een wereldwijde dynamiek van grootsteden en regio’s. Binnen de Europese contekst wordt het aangedreven door het Europese innovatiepartnerschap voor slimme steden en gemeenschappen (EIP-SCC), een initiatief dat wordt ondersteund door de Europese Commissie en dat steden, de industrie, het midden- en kleinbedrijf (MKB), banken, onderzoek en anderen samenbrengt.
De universiteit van Oxford heeft ook een apart instituut opgericht, Environment Europe, dat zich met duurzame economie bezighoudt en tevens de initiatieven in duurzame steden volgt. De NGO wordt geleid door Dr.Stanislav Edward Shmelev, een ecologisch econoom aangesloten bij de International Society for Ecological Economics (ISEE). Shmelev richt zich op een reeks duurzaamheidskwesties, waaronder macro-economische duurzaamheid, duurzame steden, hernieuwbare energie, beslissingshulp met meerdere criteria, milieu-uitgebreide input-outputanalyse, duurzaam afvalbeheer, ecosystemen en biodiversiteit. Zijn meest recente boek dat hij samen met andere ecologie experten samenstelde, behandelt duurzame steden. [33]Om stedelijke duurzaamheidsprestaties te beoordelen, verkent dit boek verschillende clusters van steden. Het past een aanpak met meerdere criteria toe met behulp van een panel van milieu-, economische, sociale en slimme indicatoren om de voortgang en het beleid in wereldsteden te beoordelen, waaronder Londen, New York, Hong Kong, San Francisco, Los Angeles, São Paolo, Rio de Janeiro, Buenos Aires Aires, Parijs, Berlijn, Stockholm, Moskou, Peking, Seoel, Singapore, Shanghai, Sydney, Tokio en vele anderen.
Daarnaast zijn er ook initiatieven die nationaal worden aangestuurd. Dit is vooral het geval in landen die decentraal zijn georganiseerd. Dertig Nederlandse regio’s hebben aldus op vraag van het Ministerie een eigen plan ingeleverd voor hun bijdrage aan het landelijk Klimaatakkoord. Aan enthousiasme geen gebrek: de overheden beloven veel nieuwe windmolens en zonnepanelen.[34] Over het totaalresultaat is het planbureau tevreden. De beloofde hoeveelheid groene elektriciteit is ‘ruimschoots’ meer dan vereist, valt er iets te kiezen. Toch plaatst het Nederlandse Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) ook een waarschuwing bij alle schone stroom die de regio’s in het vooruitzicht stellen: de stroomkabels moeten sterk genoeg zijn. Nu al piept en kraakt het stroomnet, zeker in het noorden van Nederland, vanwege pieken in zonne- en windenergieproductie. Zeker als huizen massaal overstappen van aardgas op elektrische warmtepompen, neemt het risico op overbelasting toe als er een groot zonnepark bijkomt. Windmolens kunnen soms soelaas bieden, aldus het PBL, omdat die het stroomnet stabieler belasten. Maar veel regio’s zetten liever in op zonnepanelen op daken. Die zijn relatief duur, maar minder omstreden dan windturbines. Om te zorgen dat al deze plannen er ook echt komen, moeten de regio’s burgers er wel snel bij betrekken. Mensen moeten niet alleen een informatiefolder krijgen, maar zelf mee kunnen doen. Bewoners kunnen inspraak krijgen, of een aandeeltje kopen in een windpark dat om de hoek verschijnt.
De Belgische stad Leuven, een stad van 102.000 inwoners, voorziet 11 publieke gebouwen van zonnepanelen in samenwerking met twee lokale energiecoöperaties die werken volgens de principes van rechtstreekse burgerparticipatie. Leuvenaars kunnen op die manier mee investeren in deze PV-projecten. De eerste twee zonne-installaties werden begin juli geplaatst op de daken van een kinderdagverblijf en van een ontmoetingscentrum. Deze week volgde ook het gebouw van de facilitaire diensten van een zorgorganisatie. Er komen ook nog zonnepanelen op de daken van het Politiehuis, een tweede ontmoetingscentrum, een sportcomplex, het Museum M, de Bibliotheek Leuven Tweebronnen, twee woonzorgcentra en assistentiewoningen.[35]
Waterverspilling is ook een van de pijnpunten in de huidige maatschappij. Zeker nu door de klimaatopwarming er veel meer droogteperioden ontstaan waardoor zelfs streken in Noord-Europa getroffen worden. De landbouw alsook de huishoudens kreunen daarbij onder dit gebrek aan water om hun leven en werk op een normale manier te kunnen leven of uitoefenen. Waterverlies is een groot probleem voor drinkwatermaatschappijen in de diverse Europese landen. Bij een van de regionale drinkwatermaatschappijen in Noord-België schatten ze dat het oploopt tot 900.000 kubieke meter per jaar, verspreid over het volledige netwerk van 2.300 kilometer van de organisatie. Dat gaat van kleine lekkages tot hele grote lekken die ze vaak met de oudere technologie van akoestische opsporing niet vinden, bijvoorbeeld omdat het water geruisloos wegloopt via een defecte rioolpijp. Het gebruik van een satelliet laat toe het hele netwerk om de twee jaar te screenen. De satelliet stuurt elektromagnetische golven vanuit de ruimte tot drie meter diep de aarde in. Die data worden geïnterpreteerd door een Israëlisch bedrijf dat de satellietbeelden interpreteert en daarvoor gebruikmaakt van algoritmen die anomalieën detecteren, wat in de meeste gevallen een aanwijzing is voor een lek.[36]
Een klimaatadaptieve aanpak van straten staat ook hoog op het agenda van steden. Het principe geldt hier dat ‘alleen verhard wordt wat verhard moet worden’, d.w.z. de rijbaan en de toegangen van opritten of garages. De veranderingen in het klimaat liggen aan de basis om ontharding als topprioriteit voorop te stellen, naar waterhuishouding en de grondwatertafel toe. Waar het kan, wordt er onthard en wordt er waterdoorlatend materiaal gebruikt. Zo wordt over het vlakke gedeelte van de rijweg gewerkt met waterdoorlatende betonstraatstenen. De parkeervakken worden aangelegd met betonnen grasdallen en de vakken met fietsenrekken in waterdoorlatende kasseiverharding. Bovendien worden waar mogelijk er meerdere extra groenvakken toegevoegd in de straat en wordt gewerkt met verschillende types van infiltratiekommen (verschillende groottes, met of zonder overloop, met of zonder compartimentering,…).[37]
Mobiliteit is ook een vast thema van slimme stedelijke omgevingen. Klassiek zijn daarbij de aanleg van openbaar vervoer in grootsteden. In de smart city context betekent dit dan dat alle vormen van openbaar vervoer op elkaar aansluiten dank zij doorgedreven informatisering en dat er rekening wordt gehouden met het invullen van “de laatste kilometer”, nl. het ter beschikking stellen van middelen aan de reizigers om ook het laatste deel van hun traject snel ter plaatse te kunnen komen, zoals door het ter beschikking stellen van huurfietsen of elektrische steps.
Meer bijzonder is er echter het vervangen van auto’s door fietsen in de stad en dus voorrang te geven aan fietsen. Daarbij zijn grootsteden in Zuid-Amerika al veel verder gevorderd dan steden in Europa. Bogotá, de hoofdstad van Colombia, is de Latijns-Amerikaanse stad met het meest uitgebreide netwerk van fietspaden. Bogotá is de Latijns-Amerikaanse stad met het meest uitgebreide en uitgebreide netwerk van fietspaden. Het fietspadennetwerk van Bogotá of Ciclorrutas de Bogotá in het Spaans, is ontworpen en gebouwd rekening houdend met de morfologie en topografie van de stad. Het is ook een van de meest uitgebreide ter wereld.[38] In Europa ,is het vooral de Deense hoofdstad Copenhagen die hierin een voortrekkers rol speelt. Een onderdeel van de opvallende belofte van de stad om tegen 2025 de eerste koolstof neutrale stad ter wereld te worden, heeft tot doel de toch al indrukwekkende fietsinfrastructuur te verbeteren. Het stadsbestuur van Kopenhagen meldde begin juli 2020 dat 62% van de inwoners nu met de fiets naar school of naar het werk reist, een stijging van 52% in 2015. In 2013 lanceerde de gemeenteraad een 14-jarenplan om de kwaliteit, veiligheid en comfort van het fietsen te verbeteren. Deze fietsers fietsen naar schatting 800.000 mijl per dag![39]
In het project WeCount, [40]gefinancierd door de EU werken volgende steden samen rond volgende thema’s: Leuven (verkeers-en mobiliteitsplanning), Ljubljana (fietstellingen), Cardiff (congestie en luchtkwaliteit), Dublin (leefbaarheid via geluid en luchtkwaliteit), Madrid (emissiereductie en snelheidsmetingen). Het concept is simpel: met een sensor in combinatie met een goedkope computer en software kan iedereen het verkeer in zijn of haar straat tellen. Het doel is om lokaal wegvervoer te kwantificeren, wetenschappelijke kennis op het gebied van mobiliteit en milieuverontreiniging te produceren en geïnformeerde oplossingen te bedenken om verschillende uitdagingen op het gebied van wegvervoer aan te pakken. De bevindingen zullen nieuwe, laagdrempelige kansen creëren voor beleidsvorming en onderzoek op het gebied van vervoer.
Heeft de COVID19-crisis een positieve invloed op het klimaat?
De CO2-uitstoot is gedurende het Coronajaar 2020 wereldwijd met 7 procent teruggevallen. Het Internationaal Energieagentschap (IEA) plaatst er in zijn jongste Energy Outlook echter grote vraagtekens bij de idee dat deze klimaatdisruptie een serieuze eerste stap zou kunnen zijn in de strijd tegen de klimaatopwarming. Het rapport bevat enkele opvallende vaststellingen. [41]
1. Steenkool op haar retour
De coronapandemie heeft verstrekkende gevolgen voor de toekomst van steenkool. Het IEA gaat ervan dat de vragen naar kolen nooit meer zal terugkeren naar het peil van voor de coronacrisis. Dat komt vooral door het opdoeken van kolencentrales in de Verenigde Staten en in Europa. In Azië zullen er wel nog kolencentrales bijkomen maar het zal niet volstaan om de teloorgang van steenkool als energiebron te stoppen.
2. Nog geen einde aan het gebruik van olie
Het Energy Outlook 2020-rapport van de IEA verwacht dat pas na 2030 een punt wordt gezet achter de voortdurende wereldwijde groei van de vraag naar olie. Dit in tegenstelling tot wat de oliegigant British Petroleum onlangs verkondigde. Hoe langer de pandemie duurt, zou er echter toch wel een blijvend impact kunnen zijn. Als thuiswerk en minder vliegen immers ingeburgerd geraken zal dat structureel resulteren in een lager olieverbruik.
3. Zonne-energie in de lift
Zonne-energie zal volgens de IEA de komende jaren zeer snel zeer belangrijk worden in de wereldwijde elektriciteitsvoorziening. In het nieuw Energy Outlook-rapport wordt zonne-energie bestempeld als de nieuwe koning van de wereldelektriciteitsmarkt. Met de huidige plannen die overheden her en der op onze planeet hebben, gaat de zonne-energiecapaciteit vanaf 2022 ongebreideld groeien. Daarbij komt nog dat zonne-energie de grenzen aan het verleggen is op het vlak van kostprijs per kilowattuur. De elektriciteit van sommige zonneprojecten is zeer goedkoop.
4. Kwalijke gevolgen van de pandemie
De terugval van de energie-investeringen met 18 procent heeft het ten zuiden van de Sahara een eind gemaakt aan de jarenlange daling van het aantal mensen die geen toegang hebben tot elektriciteit. De lagere energieprijzen lijken sinds de uitbraak van de coronacrisis dan weer een goede zaak voor de consument. Ten slotte riskeert de pandemie een zware impact te hebben op de werkgelegenheid in de hele energiesector.
Louis Delcart, board member European Academy of the regions, www.ear-aer.eu
[1] Guy Scriven, The great disrupter, in: The Economist Today, Sep 17th 2020, https://www.economist.com/special-report/2020/09/17/the-great-disrupter
[2] Ruud Goossens:‘Veel mensen zijn uitgeput door Trump. Ze snakken naar wat normaliteit’, Interview David Remnick, in DS Weekblad, zaterdag 10 oktober 2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20201008_96020176
[3] Bekoelde ambities, warmere aarde, interview prof. Katja Biedenkopf van de KU Leuven, in Sonar, nr.1, 09-2020
[4] China aims to cut its net carbon-dioxide emissions to zero by 2060, in: The Economist Today Sep 24th 2020 edition https://www.economist.com/china/2020/09/24/china-aims-to-cut-its-net-carbon-dioxide-emissions-to-zero-by-2060
[5] Wouter Woussen, ‘Ik hou meer van mensen dan van bomen, daarom ben ik klimaatwetenschapper’, interview Valerie Trouet, in: De Standaard Weekblad, 29 augustus 2020 https://www.standaard.be/cnt/dmf20200828_97496161?
[6] Guy Scriven, The great disrupter, in: The Economist, Sep 17th 2020 , https://www.economist.com/special-report/2020/09/17/the-great-disrupter
[7] Nico Tanghe, Wanneer elke druppel telt, wordt water een beleggingsproduct, in De Standaard, 29 september 2020 https://www.standaard.be/cnt/dmf20200928_97581550?
[8] Bekoelde ambities, warmere aarde, interview prof. Katja Biedenkopf van de KU Leuven, in Sonar, nr.1, 09-2020
[9] Liz Alderman, Are Amazon Jobs Worth 1,400 Loads of Traffic? French Region Is Split, in New York Times, Oct. 11, 2020, https://www.nytimes.com/2020/10/11/business/amazon-warehouse-france.html?campaign_id=51&emc=edit_NN_p_20201012&instance_id=23048&nl=morning-briefing®i_id=141866830§ion=longRead&segment_id=40646&te=1&user_id=866583fecd30716f23f05f6d735f1807
[10] China aims to cut its net carbon-dioxide emissions to zero by 2060, in: The Economist Today Sep 24th 2020 edition https://www.economist.com/china/2020/09/24/china-aims-to-cut-its-net-carbon-dioxide-emissions-to-zero-by-2060
[11] Stijn Decock, De toekomst van onze industrie zal groen zijn, of niet zijn, in De Standaard 8 augustus 2020 https://m.standaard.be/cnt/dmf20200807_97486870?
[12] Redactie DuurzaamBedrijfsleven.nl, Europa heeft meer recyclingcapaciteit nodig,( Europe needs more recycling capacity) in Duurzaam Bedrijfsleven, 08-10-2020, https://www.duurzaambedrijfsleven.nl/recycling/34837/recycling-verpakkingen-eu?q=%2Frecycling%2F34837%2Frecycling-verpakkingen-eu&utm_source=nieuwsbrief&utm_medium=e-mail&utm_campaign=Daily+Focus+9+Oktober
[13] Marc Seijlhouwer, Pakketjes bezorgen bij ophaalpunten kan veel CO2 schelen, in: Duurzaam Bedrijfsleven, 03-09-2020, https://www.duurzaambedrijfsleven.nl/logistiek/34583/co2-pakket?q=%2Flogistiek%2F34583%2Fco2-pakket&utm_source=nieuwsbrief&utm_medium=e-mail&utm_campaign=Daily+Focus+4+September
[14] Stijn Decock, De toekomst van onze industrie zal groen zijn, of niet zijn, in De Standaard 8 augustus 2020 https://m.standaard.be/cnt/dmf20200807_97486870?
[15] Vlaanderen Circulair, OVAM, The Shift, VVSG en Bond Beter Leefmilieu
[16] Hilde Janssens, Circulaire koplopers in Europa of waarom Nederland terecht opkijkt naar Vlaanderen,( Circular leaders in Europe or why the Netherlands rightly looks up to Flanders) in Blog Econocom, 26 nov 2019 https://blog.econocom.com/nlbe/blog/circulaire-koplopers-in-europa-of-waarom-nederland-terecht-opkijkt-naar-vlaanderen/
[17] Vlaanderen circulair, Vlaanderen circulair – Terugblik 2017-2019, de eerste periode (Flanders circular - Review 2017-2019, the first period), OVAM, 2019
[18] Conducted by Kris Bachus (KU Leuven) who conducted the study together with his colleague Joni Delanoeije
[19] Korneel Delbeke, Tweedehandseconomie veel groter dan gedacht (Second-hand economy much bigger than expected) , in De Standaard, 8 oktober 2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20201007_97677639?
[20] Marc Seijlhouwer: Live kleding recyclen in Zweedse H&M (Recycling live clothing in Swedish H&M) in: Duurzaam Ondernemen, 09-10-2020, https://www.duurzaambedrijfsleven.nl/circulaire-economie/34843/kleding-recyclen
[21] Marc Seijlhouwer, De snelweg als proeftuin: BAM test circulair asfalt op A73,(The motorway as a testing ground: BAM is testing circular asphalt on A73) in: Duurzaam Bedrijfsleven, 03-09-2020, https://www.duurzaambedrijfsleven.nl/circulaire-economie/34585/asfalt-circulair?q=%2Fcirculaire-economie%2F34585%2Fasfalt-circulair&utm_source=nieuwsbrief&utm_medium=e-mail&utm_campaign=Daily+Focus+4+September
[22] Marc Seijlhouwer, Eerste circulaire fietspad in Twente is open,(The first circular cycle path in Twente is open), In: Duurzaam Bederijfsleven, 01-05-2020 https://www.duurzaambedrijfsleven.nl/infra/33749/circulaire-fietspad-twente?q=%2Finfra%2F33749%2Fcirculaire-fietspad-twente&utm_source=nieuwsbrief&utm_medium=e-mail&utm_campaign=Daily+Focus+4+Mei
[23] Stijn Decock, ‘Een gerecycleerd product mag niet vuiler en duurder zijn’(A recycled product should not be dirtier and more expensive") in: De Standaard, 11 augustus 2020 https://www.standaard.be/cnt/dmf20200810_97541498?
[24] Stijn Decock, ‘Een gerecycleerd product mag niet vuiler en duurder zijn’ in: De Standaard, 11 augustus 2020 https://www.standaard.be/cnt/dmf20200810_97541498?
[25] https://nl.wikipedia.org/wiki/Cleantech
[26] De markt voor batterijcellen voor elektrische auto’s wordt vandaag volledig gedomineerd door bedrijven uit China (CATL), Japan (Panasonic) en Zuid-Korea (LG Chem en Samsung).
[27] Nico Tanghe, Hoe Europa zich terug in de wereldwijde batterijrace knokt,( How Europe is coming back into the global battery race) in: De Standaard, zaterdag 26 september 2020 https://www.standaard.be/cnt/dmf20200925_97581060
[28] Marc Seijlhouwer, Franse batterij laadt veel sneller op en heeft meer energie, in: Duurzaam Bedrijfsleven, 08-10-2020 https://www.duurzaambedrijfsleven.nl/energietransitie-business/34825/batterij-lithium?q=%2Fenergietransitie-business%2F34825%2Fbatterij-lithium&utm_source=nieuwsbrief&utm_medium=e-mail&utm_campaign=Daily+Focus+9+Oktober
[29] Airbus Defense and Space Netherlands
[30] Teun Schröder, Bemande spaceshuttle naar de maan met Nederlandse zonnepanelen, in Duurzaam Ondernemen , 09-10-2020 , https://www.duurzaambedrijfsleven.nl/energie/34839/spaceshuttle-nederlandse-zonnepanelen?q=%2Fenergie%2F34839%2Fspaceshuttle-nederlandse-zonnepanelen&utm_source=nieuwsbrief&utm_medium=e-mail&utm_campaign=Daily+Focus+12+Oktober
[31] Giselle Nath, ‘Het allerbeste én het allerslechtste komt uit China’, interview Maarten Michielssens, in De Standaard, zaterdag 10 oktober 2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20201009_97602245?
[32] D.G. European Regional and Urban Development, Smart cities, Cities using technological solutions to improve the management and efficiency of the urban environment, https://ec.europa.eu/info/eu-regional-and-urban-development/topics/cities-and-urban-development/city-initiatives/smart-cities_en
[33] Stanislav E. Shmelev, Sustainable Cities Reimagined, Multidimensional Assessment and Smart Solutions, Routledge, London, 2020
[34] Frank Straver, Regio’s beloven wind- en zonneparken voor het klimaat, nu moet alleen de burger nog enthousiast worden, in: Trouw, 1 oktober 2020, https://www.trouw.nl/duurzaamheid-natuur/regio-s-beloven-wind-en-zonneparken-voor-het-klimaat-nu-moet-alleen-de-burger-nog-enthousiast-worden~be008567/?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.be%2F
[35] Stad Leuven, Investeer in zonnepanelen op publieke gebouwen in Leuven, https://www.leuven.be/investeer-zonnepanelen-op-publieke-gebouwen-leuven?fbclid=IwAR1fj6pu2uFMVZ5-X1hscPbYQIqWTBqschUs99MKiiHA8sowdwR9pXNaKZU
[36] Marc Helsen, Mars-satelliet spoort waterlekken op, in De Standaard, maandag 12 oktober 2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20201011_97625868
[37] Blauw-groen Vlaanderen: Tweekleinewegenstraat Leuven, https://blauwgroenvlaanderen.be/professionals/projecten/tweekleinewegenstraat-leuven/
[38] https://en.wikipedia.org/wiki/Bogot%C3%A1%27s_Bike_Paths_Network
[39] Erik Kirschbaum, Copenhagen has taken bicycle commuting to a whole new level, Los Angeles Times, 8/8/2019, https://www.latimes.com/world-nation/story/2019-08-07/copenhagen-has-taken-bicycle-commuting-to-a-new-level
[40] https://www.we-count.net/
[41] Pascal Sertyn, Coronacrisis alleen zal het klimaat niet redden, in De Standaard, 13 oktober 2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20201012_97174106?
0 notes
Text
DE ROEP NAAR DECENTRALISERING EN KLEINSCHALIGHEID WORDT STEEDS LUIDER

Foto: Melkfabriek Inyange Kigali, Rwanda
Het internet: naast een zegen ook een vloek
Complottheorieën zijn van alle tijden. Zij worden meer zichtbaar door de sociale media. De COVID19 crisis heeft er nog een zweepslag aan gegeven. Het hele virus wordt afgedaan als in scene gezet om de elite meer macht te geven, om de farma-industrie meer geld te laten verdienen, om pedofielen de vrije hand te geven etc. Overtuigden kunnen niet meer worden gerecupereerd: zij gaan onherroepelijk mee in de nonsens die steeds verder verspreid wordt. Men kan zich alleen de vraag stellen waarom zovelen meegaan in deze verzinsels die uit het opportunistische brein van kwade geesten ontstaan zijn. [1]
De technologische vooruitgang heeft het meest impact gehad op communicatie. Overal ter wereld hebben mensen smartphones, en dus toegang tot informatie. In sommige landen wordt die informatie nog strikt aan banden gelegd, zoals in China, in Rusland, Saoedi-Arabië of in Turkije. Daar kunnen de mensen enkel lezen wat de overheid toelaat dat wordt gelezen. Het Westen daarentegen dweept met de legendarische “freedom of speech”. Dat geeft aan eenieder het recht voor zijn mening uit te komen en deze te verspreiden. Ook al is deze demotiverend, ergerlijk, giftig, oerdom, uit de lucht gegrepen etc. De meeste ondemocratische regimes in andere delen van de wereld beschikken niet over de nodige technologische kennis om informatie vanuit derde landen te blokkeren. Men mag niet vergeten dat Facebook 2,7 miljard actieve gebruikers in de wereld telde in het tweede kwartaal van 2020[2] en Google maandelijks meer dan 1 miljard bezoekers telt[3] en dagelijks 6,9 miljard zoekopdrachten te verwerken krijgt of zo’n 2,5 biljoen zoekopdrachten per jaar.
En het dient gezegd: het aantal “fake news” berichten en trollen die actief ondermijnende berichten op het internet zetten, stijgt exponentieel. Statistieken in de VS spreken van 36% dagelijkse trolberichten in blogs en op chatboards, 15% in dagelijkse entertainment artikels en 38% op social media zoals Facebook of Twitter. Een studie van het Facebook-concern berekende dat het in het eerste kwartaal van 2019 2.2 miljard(!) fake-profielen hebben moeten verwijderen die grotendeels aangemaakt waren om de EU-verkiezingen te beïnvloeden.[4] Daarnaast is er de door de staat gesponsorde internetpropaganda[5]. Het betreft hier het gebruik van betaalde internetpropagandisten door de overheid met de bedoeling de publieke opinie te beïnvloeden, dissidente gemeenschappen te ondermijnen of de perceptie van wat de dominante opvatting is, te veranderen. Daarbij worden de sponsors van een boodschap of organisatie (bijv. politiek, reclame, religieuze of public relations) gemaskeerd om het zo te laten voorkomen dat deze afkomstig is van en wordt ondersteund door deelnemers aan de basis.[6] Het Wikipedia artikel citeert daarbij 22 landen in Azië, 1 in Afrika, 5 in Oost-Europa en 2 in Latijns-Amerika die zich bezondigen aan deze praktijken.
Het internet staat dus voor globalisering van de beïnvloeding. Daartegenover verhoogt de scholing van mensen wereldwijd en ontstaan er middenklassen. Vormen die dan geen tegengewicht tegen al deze gecommuniceerde rommel? Duidelijk niet: er is iets veel diepers aan gang. De twee fundamentele natuurwetten, de wet van de inertie en de wet van de minste inspanning spelen hier. Talrijk zijn de mensen die zich verlaten voelen door hun overheid en de maatschappij waarin zij leven. De trein waarop zij zitten jaagt maar door, ze zouden graag uitstappen maar dan komen ze in de woestijn terecht. En zij dromen van de bloemetjes en de bijtjes die zij zogenaamd in hun jeugd hebben gekend. Spijtig genoeg verhoogt het aantal perspectieflozen en heeft de politieke elite er oog voor en oren naar. Waarden en een manier van leven kan je niet ongestraft van het ene jaar op het andere overboord kieperen. Als je dat te bruusk doet, zet je processen van ontheemding in gang, waarbij veel ressentiment komt kijken. Voor de meeste West-Europeanen ligt het boerenbestaan nog maar één, twee of drie generaties achter hen. Toch zijn de gebruiken die daarmee gepaard gingen volledig verloren gegaan. Velen ervaren nu een gemis. Politici misbruiken dat nu en stellen het voor als een strijd, om het onbehagen politiek te recupereren.
In zijn recente boek “Het Boek Daniël” vertelt de schrijver Chris De Stoop het verhaal van zijn oom Daniël[7], een alleenstaande landbouwer uit Steenput in Henegouwen, België. Daniël baatte de boerderij van zijn ouders uit, alleen en vereenzaamd, en werd beroofd en vermoord door hangjongeren die niets van hun leven wisten te maken. Europa heeft neoliberale keuzes gemaakt in de 20ste eeuw, door van familiale landbouw om te schakelen naar landbouwindustrie. Het Europese plan-Mansholt, dat het boerenbedrijf ‘rationeler’ en winstgevender wilde maken door in te zetten op agro-industrialisering heeft die ontworteling voor gevolg gehad. [8] Want tegelijk met het failliet van de landbouwgezinnen kwam ook het offshoren van de industrie op gang. De nakomelingen moesten dus kiezen voor de dienstensector, aangemoedigd door Europa. Tot deze banen ook weer voor offshoring in aanmerking kwam. De globalisering en grootschaligheid hebben in 2 generaties tijd een groot deel van de bevolking ontworteld en ontmenselijkt. Dat had ook zijn gevolgen in de VS, waar de mijnen, metaalfabrieken en autofabrieken in de Midwest zijn verdwenen en mensen hun eer en hun geloof in de American dream verloren zijn. Zij zijn de volgelingen van Trump geworden, hoewel elke buitenstaander merkt dat deze keuze hen van de wal in de gracht zal helpen en reeds heeft geholpen.
De crisis die Europa sedert 10 jaar doorloopt, de Brexit en het Trumpisme zijn daar allemaal het gevolg van. Zijn het verkeerde keuzes geweest? Iedereen was ervan overtuigd: je mag de geschiedenis niet herschrijven. Er zijn nieuwe economische grootheden zoals India en China mee ontstaan. In de rest van de wereld zijn er middenklassen door ontstaan. Maar het is duidelijk dat niemand op die plekken ook maar een vorm van solidariteit toont met een zieltogend Amerika of Europa. Als Europeanen de steven moeten wenden, moeten ze dat zelf doen, voortgaand op eigen kracht, en liefst in solidariteit over het hele continent.
De COVID19 crisis is duidelijk een katharsis aan het vormen. Het is een aanzet voor de Europese landen en voor Europa om alle zeilen bij te zetten en de steven te lichten. Los van de beïnvloeding door trollen van allerlei slag.
De voordelen van globalisering in vraag gesteld.
Een van de dominante karakteristieken van de Westerse wereld is de democratische besluitvorming. Deze is te allen tijde fragiel en staat ook nu weer onder druk. Het is ook geen evidentie dat wij in een democratisch bestel leven. De Amerikaanse professor David Stasavage ontrafelde onlangs in zijn boek “The Decline and Rise of Democracy: A Global History from Antiquity to Today”[9] de mechanismen van het ontstaan van democratieën. Zijn besluit is dat de vroege democratie floreerde waar heersers weinig wisten van wat mensen verbouwden op het land en er maar weinig manieren hadden om erachter te komen. Dit bracht mee dat ze belastbare producten te laag inschatten -en dus inkomsten misliepen- of te veel inschatten –en dus niet-naleving uitlokten-. Het was dus beter om mensen te vragen hoeveel ze verbouwden en in ruil daarvoor naar hun eisen te luisteren. Dat patroon was typisch waar populaties klein waren en de centrale staat zwak was, veraf gelegen of onbestaande.
Bij grote populaties was overleg onpraktisch. In plaats daarvan stuurden heersers ambtenaren om te zien hoeveel er werd verbouwd en, al snel, hoeveel jonge mannen voor legers konden worden opgeroepen. Er ontstonden bureaucratieën. Met hun hulp legde de autocratische heersers hun wil op aan de plaatselijke gezagsdragers. Eenmaal opgericht, waren centrale bureaucratieën moeilijk te ontmantelen. Ze hielden van moderniteit en nieuwe technologieën. De vroege democratie was daarentegen opmerkelijk - hoewel niet dodelijk - kwetsbaar voor de opkomst van moderne staten en snelle economische ontwikkeling. Het verdween dienovereenkomstig op veel plaatsen, terwijl het op andere overleefde.[10] Die dichotomie tussen centraal gezag en lokale overheden bestaat nog steeds. Landen zoals Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland hebben een gedecentraliseerd bestuur omdat zij historisch ontstaan zijn uit het samenvoegen van lokale overheden. Italië heeft eenzelfde gedecentraliseerde geschiedenis achter de rug en heeft dus ook sterk uitgebouwde regio’s en provincies. Ook Nederland, dat ontstaan is vanuit de “Verenigde Provinciën” heeft een goed evenwicht gevonden tussen nationale besluitvorming en regionale verantwoordelijkheden. In de huidige coronacrisis komen de 25 veiligheidsregio’s waarin het land is ingedeeld, zeer goed van pas. Frankrijk, Spanje, het V.K. en Rusland daarentegen zijn steeds centraal bestuurd door koningen die een beroep deden op sterke veldheren en een dominant overheidsapparaat.
De behandeling van het COVID19-virus en de besluitvorming daarrond, heeft de vraag naar decentralisering nog versneld. Zelfs het Verenigd Koninkrijk, waar lokale besturen weinig bevoegdheid hebben en de regio’s, ingevoerd door onder Tony Blair en zijn Labour Party, terug werden afgeschaft, is de besluitvorming anders tussen Engeland, Wales, Noord-Ierland en Schotland. En dit is duidelijk ook gedragen door de bevolking. Zelfs het Welshse parlement, dat meestal gelijklopende besluiten met Engeland nam, eist zijn recht van besluitvorming op.
Ook een ander traditioneel erg centralistisch land, Frankrijk, slaat de weg van de decentralisatie is. Terwijl de vorige premier Philippe vooraan stond in de strijd tegen het virus, houdt de nieuwe premier Castex meer afstand. Beslissingen worden genomen door lokale overheden, zoals burgemeesters en prefecten. Voorbeelden van die lokale aanpak in Bretagne en Mayenne waren immers succesvol. [11]
In Nederland leidt de beslissing van de nationale regering rond het beheersen van de tweede golf van de COVID19-pandemie dan weer tot een eigenaardige discussie. De regering zet in op een regionale aanpak van het virus maar burgemeesters zien meer in landelijke sturing, in de hoop dat mensen zich dan beter aan de maatregelen houden. Het zijn de burgemeesters die het regionale beleid maken, in overleg met hun collega’s in de veiligheidsregio. Maar ze blijken huiverig, misschien wel bevreesd voor een gebrek aan draagvlak voor lokale maatregelen onder inwoners.[12]
Het draagvlak voor kleinschaligheid moet inderdaad wel gecreëerd worden: mensen zijn niet gewoon binnen eigen land geconfronteerd te worden met uiteenlopende regels. En toch zijn die er altijd geweest: verkeersreglementen, snelheidsbeperkingen worden ingesteld per gemeente. De wijze van afvalophaling wordt beslist per gemeente. Of een gemeente aan sociale huisvesting doet of niet, wordt door de gemeenteraad bepaald. De beslissing om voor duurzame energie te kiezen wordt vaak gestimuleerd op gemeentelijk vlak. Maar zeggen dat horeca of zalencentra in jouw stad op slot gaan, terwijl de tap bij cafés in de rest van het land blijft openstaan, dat ligt met het oog op lokale verkiezingen erg gevoelig.
De roep naar kleinschaligheid wordt ook vanuit diverse actiegroepen geuit. Antiglobalisten verzetten zich radicaal tegen iedere vorm van globalisering, men ziet het als een bedreiging voor de lokale cultuur en economie. In het bijzonder worden bedrijven beschuldigd van het streven naar winstmaximalisatie ten koste van arbeidsveiligheidsomstandigheden en -normen, normen voor het aannemen en vergoeden van arbeidskrachten, principes voor milieubehoud en de integriteit van de nationale wetgevende autoriteit, onafhankelijkheid en soevereiniteit. [13] Veel antiglobaliseringsactivisten zijn echter niet tegen globalisering als dusdanig en roepen op tot vormen van mondiale integratie die een betere democratische vertegenwoordiging, bevordering van mensenrechten, eerlijke handel en duurzame ontwikkeling bieden en verkiezen zich dan ook “andersglobalisten” te noemen.
Extinction Rebellion (XR) is een internationale, sociale beweging die zich verzet tegen klimaatverandering en het verlies van biodiversiteit. Dat laatste vraagt eigenlijk lokale besluitvorming en aanpak. Maar de organisatie tracht nationaal en internationaal te scoren en verwaarloost aldus een voor de hand liggende stap naar decentralisatie [14]
De beweging van de “gilets jaunes” in Frankrijk (met copycats in Zuid-België) is een sociale beweging die haar oorsprong vindt in het in twijfel trekken van het fiscaal beleid, een gevoel van degradatie van een deel van de bevolking en verwaarlozing van een deel van de territoria die ver van de grote metropolen liggen.[15] Een onderzoek dat in november 2017 werd gepubliceerd door het Centre de recherche pour l'étude et l'observation des conditions de vie (Onderzoekscentrum voor de studie en observatie van levensomstandigheden), benadrukt het gevoel van verlatenheid door de overheid van bepaalde bevolkingsgroepen in Frankrijk. Drie op de tien mensen denken dat ze in een verlaten gebied wonen en hebben een gevoel van verlatenheid dat zowel geografisch als sociaal is. De problemen in verband met werkgelegenheid, vervoer en toegang tot gezondheidszorg staan centraal. Deze perceptie is sterker in gebieden buiten grote stedelijke gebieden.[16] Dit laatste staat in schril contrast met de Scandinavische aanpak, waarin de keuze van mensen om in weinig bevolkte gebieden te gaan leven, niet wordt afgestraft maar in tegendeel wordt ondersteund door de creatie van voorzieningen en van werkgelegenheid. De specifieke aanpak van de COVID19-crisis in Zweden, waar men niet in stricte lockdown is gegaan, en waar Zweden toch tot de beste leerlingen van de klas behoort, heeft er alles mee te maken dat een aanzienlijk deel van de 10 miljoen Zweden in kleine dorpen woont waar nauwelijks iets te beleven is. De grote besmettingshaarden in het voorjaar 2020 waren sowieso de drie grote steden, met Stockholm als uitschieter. Van de 5.865 doden vielen er 2.400 in de hoofdstad.[17]
De Franse intellectueel David Djaïz is een hoge ambtenaar bij de Franse Inspectie van Financiën. Hij gaat ervan uit dat de natie niet om identiteit draait, maar om een sociaal contract, om solidariteit en sociale rechtvaardigheid. Hij gaat er tevens van uit dat welvaartsstaten sterk verbonden zijn met het nationale niveau. Als het gaat over veiligheid en zekerheid, zullen de natiestaten nog lang leiden ondanks een Europees supranationaal niveau en internationale organisaties zoals WTO, WHO etc. De mensen, zo blijkt uit peilingen, geloven nog heel sterk in de natiestaat. Het heeft honderden jaren geduurd om ze zo solide te maken, om de sociale bescherming uit te bouwen. Volgens Djaïz is het tijdperk van neoliberale globalisering op zijn eind loopt. Het systeem draait vast. De totale vrijheid op het vlak van kapitaal en goederen brengt het sociale contract op tal van plekken uit balans. Hij pleit voor een soberder economie die tóch tot sociale vooruitgang leidt. Het gat tussen de mensen en de hele architectuur van superstructuren, internationale instellingen en verdragen dient te worden gedicht. Djaïz: “Op lokaal niveau lukt dat nog vrij makkelijk. Daar kun je mensen veel intenser betrekken bij de bouw van een school of de inrichting van het openbaar domein. Maar ook op nationaal niveau zijn er dingen mogelijk. Daar moet je vooral de negatieve effecten van de hyperglobalisering tegengaan. Dat kun je door kapitaalstromen beter te controleren, maar ook door de rijkdom veel beter te herverdelen dan we tot nu toe hebben gedaan. En we moeten ook iets doen aan de diepe kloof die bestaat tussen een aantal grote steden als Parijs of Londen en het hinterland. Die kloof is onhoudbaar. Er moet zwaar geïnvesteerd worden in die achtergestelde gebieden. Want ook dat is springstof.”[18]
Regionale intelligent gefinancierde ontwikkelingsprojecten maken het verschil
Een opvallend artikel verscheen in The Economist van 30-7-2020.[19] Het was een regelrechte aanklacht tegen de grote verschillen die er bestaan in het Verenigd Koninkrijk in ontwikkeling van regio’s. “Veel rijke landen hebben arme regio's. Amerika heeft het landelijke Zuiden en het Mexicaanse grensgebied; Duitsland heeft het voormalige Oost-Duitsland; Italië heeft het onderste deel van de laars. Maar Groot-Brittannië is uniek. Ten noorden van een lijn van de monding van de Severn naar de Wash, en ten zuiden van de muur van Hadrianus, ligt een gebied dat -gemeten naar koopkrachtpariteit- even arm is als de Amerikaanse staat Alabama of het voormalige Oost-Duitsland. De regio's daartussen - de East en West Midlands, North West, Yorkshire and the Humber, North East, Wales en Noord-Ierland - omvatten 47% van de Britse bevolking. Daarentegen woont slechts 20% van de Duitsers in de voormalige DDR, en slechts 15% als je Berlijn uitsluit.”
De analyse van de initiatieven die werden genomen om aan die achterstand tegemoet te komen over de jaren is van cruciaal belang: men kan vaak meer leren uit fouten dan uit successen. Sinds de jaren zeventig hebben de opeenvolgende Britse regeringen lokale en regionale regeneratieschema's gelanceerd met een snelheid van ongeveer één per jaar. Het netto-effect van al die stadssubsidies, lokale strategische partnerschappen, lokale initiatieven voor groei van ondernemingen, pilots voor stadsregio's, partnerschappen tussen lokale ondernemingen, regionale groeifondsen en de rest was echter een opmerkelijke onvoldoende. Regio's lopen niet alleen achter door slecht vervoer, slechte scholen of slecht leiderschap, maar om al die redenen samen en meer. Op arme plaatsen wordt in de eerste plaats vaak te weinig talent ontwikkeld door de kwaliteit van het betaalbaar onderwijs. Een andere reden voor de zwakke prestaties van veel Britse steden is dat ze niet groter zijn. De vele stedenbouwkundige restricties maken dat mensen uit het omliggende platteland zich niet kunnen permitteren zich in de steden te vestigen wegens te duur vastgoed. Sommige metropolen zijn daarbij zo moeilijk te doorkruisen of rond te rijden dat ze niet veel profiteren van hun concentratie van bedrijven en mensen. In 2017-18 ging 28% van de overheidsuitgaven voor vervoer - en 46% van de kapitaaluitgaven voor spoorwegen – naar Londen. De hoofdstad heeft het grootste bedrijfsagentschap en het beste transportbureau van het V.K. De enige echte Engelse rivaal van de hoofdstad is Manchester, dat sinds de jaren negentig slim wordt geleid. Het afschaffen van de regionale ontwikkelingsmaatschappijen, ontstaan onder de Labourregeringen van Tony Blair, hebben er ook niet toe bijgedragen dat er een eerlijke verdeling van voorspoed is ontstaan tussen de diverse Britse regio’s.
Schotland vormt een succesvolle uitzondering. "Als je terugkijkt, was er tot de jaren vijftig en zestig geen echt verschil tussen Schotland en de rest van het VK", zegt Graeme Roy van het Fraser of Allander Institute, een denktank. Maar Schotland werd vertegenwoordigd door het machtige Scottish Office, dat lobbyde voor zijn belangen in Westminster. Toen lokale overheden in Engeland bevoegdheden verloren, kreeg Schotland ze. Dankzij een genereuze formule voor overheidsuitgaven en de opening van de olievelden in de Noordzee werd het gebied het rijkste deel van Groot-Brittannië buiten Zuidoost-Engeland.
Een ander mooi privé-initiatief in het kader van de regional approach is dat van de Desjardin Group in Canada. Desjardins Group is de grootste coöperatieve financiële groep in Canada en de zesde grootste ter wereld. Ze zijn vooral sterk aanwezig in de Franstalige provincies van Canada. Toen Québec zich na de lockdown begin mei 2020 klaarmaakte om bedrijven te heropenen, rolde Desjardins een strategie uit om de economie weer op gang te helpen. Om bedrijven en maatschappelijke organisaties te helpen positief te blijven tijdens de doorstart, heeft Desjardins besloten om verschillende initiatieven te steunen. Het GoodSpark Fund van de Group dat een budget van CDN $ 150 miljoen heeft , wordt aangewend voor initiatieven om sociale en economische activiteit in Québec en Ontario te stimuleren en die doorlopen tot 2024. Financiële steun gaat naar de gemeenschapsinitiatieven die er het meest toe doen, zoals werkgelegenheid, economische vitaliteit, onderwijs en het milieu. Het Momentum Fund is bedoeld om lokale bedrijven te helpen de groei te versnellen en hoogwaardige banen te creëren - twee belangrijke drijfveren voor regionale economische ontwikkeling. Bedrijven kunnen daarbij solliciteren onder een breed scala aan categorieën, waaronder digitale transformatie, ergonomie en fysieke afstand, psychologische ondersteuning, transformatie van bedrijfsmodellen, innovatie, bedrijfsopvolging, internationale marktontwikkeling en investeringen in talent en energiezuinige apparatuur. Verder organiseert de Group een innovatie wedstrijd, stimuleert zij consumenten om lokaal te kopen, en ondersteunt zij een leertraject van 12 weken “S'équiper pour rebondir” (Uw bedrijf voorbereiden om terug te keren).[20]
KMOs als middel bij uitstek om de nieuwe kleinschaligheid te realiseren
KMOs spelen een sleutelrol in het Europese industriële weefsel . Ze bieden twee op de drie banen en staat centraal in het succes van een nieuwe industriële aanpak van de EU. Zij zijn echter ook belangrijk in een meer billijke spreiding van de werkgelegenheid over een land. De Europese Commissie presenteerde op 11 maart 2020een specifieke strategie voor KMO’s om de administratieve rompslomp te verminderen en de talrijke KMO-bedrijven in Europa te helpen zaken te doen op de interne markt en daarbuiten, toegang te krijgen tot financiering en het voortouw te nemen bij de digitale en groene transities.[21] De Commissie zal nationale en lokale autoriteiten steunen bij hun inspanningen om de Europese wetgeving correct toe te passen en zal niet aarzelen om krachtig op te treden tegen schendingen van de internemarktregels.[22]
Het is een klassiek recept bij crisissen: als de economie stilvalt, kan de overheid de motor opnieuw aanzwengelen door zelf het geld te laten rollen en bedrijven aan het werk te zetten met overheidsopdrachten – denk aan infrastructuurwerken, afvalverwerking, het ontwikkelen van een app of het voorzien van mondmaskers. Overheidsopdrachten zijn ondertussen goed voor zo’n 15 procent van het bbp van de Europese Unie. En ook bij de coronapandemie, die een ongeziene krimp van de economie heeft teweeggebracht, ziet de Europese Commissie overheidsopdrachten als ‘cruciaal’ in het economisch herstel. Het aanduiden van KMOs voor deze opdrachten is voor de EU een belangrijke doelstelling: het Europese streefdoel is dat 45 procent van alle Europese aanbestedingen wordt toegewezen aan KMO’s.[23] In Nederland, bijvoorbeeld, trekken KMO’s in twee op de drie openbare aanbestedingen aan het langste eind. Ook in Finland, Zweden, Ierland en de Baltische staten is dit geval. In België, Spanje, Frankrijk, Italië, Portugal en Roemenië worden minder dan 45% van de openbare aanbestedingen toegekend aan KMO’s. [24]
De verschuiving van ‘scale economy’(schaaleconomie) naar ‘scope economy’(niche economie) vereist een beleidspakket dat gericht en specifiek is voor de specifieke sociaaleconomische omgeving van landen. Voortgaand op de relatief beperkte conventionele perceptie van de rol van de KMO’s in de economie, plaatst de evoluerende mondiale agenda van ‘duurzame ontwikkeling’ het in het middelpunt van de debatten. De rol van KMO’s in de economie wordt tegenwoordig ervaren als dubbelzijdig. Zij bieden enerzijds de relevante sectorale banden en anderzijds een oplossing om het potentieel van de ‘werkzoekenden’ te benutten tot ‘banenscheppers’. Ondernemerschap en de ontwikkeling van de KMO’s zijn in wezen arbeidsmarktproblemen. De evoluerende wereldwijde productiestructuur biedt echter een nieuwe rol en relevantie voor hen. Het principe van ‘Industrie 4.0’[25] biedt zowel nieuwe kansen als bedreigingen voor de KMO’s. Daardoor zijn zowel de markt als de werkplek opnieuw gedefinieerd.[26]
Slotbeschouwingen
De COVID-19 crisis heeft bewegingen versneld: globalisering wordt in vraag gesteld. De plaats van China als fabriek van de wereld staat onder discussie. De bevoorradingsproblemen vanwege de pandemie hebben ook grote bedrijven doen inzien dat alle eieren in dezelfde mand leggen een stilstand in bevoorrading kan veroorzaken. Maar er is meer aan de hand: Europese bedrijven stellen zich meer en meer vragen rond flexibiliteit en coördinatie om dit globale gebeuren te kunnen beheren. Ook de kwaliteit van de producten die uit de fabriek van de wereld komen, laat te wensen over.[27] De logistieke nachtmerrie wordt bovendien overschaduwd met het perspectief dat lucht en zeetransport niet langer meer zullen vrijgesteld blijven van CO2-taksen. De publieke opinie begint zich bovendien meer en meer te richten tegen de ‘disposal culture” (goedkope wegwerpproducten), die het monopolie van de Verre-Oostenproductie vormden.
Wanneer we daaraan het verlangen naar innovatie en snel variërende nieuwe producten koppelen, komen we uit op een productie- en logistieke keten die veel korter dient te worden. Die kortere keten kan ook gerealiseerd worden door de snel voortschrijdende digitalisering en robotisering alsook door het loskoppelen van administratie aan een bepaalde locatie. Thuiswerken zal duidelijk een nieuwe norm worden. Bedrijven zullen zich moeten aanpassen aan dit patroon van sporadische opkomst, waarbij het kantoor een knooppunt is, geen tweede huis.[28] Dit vergt kleinere gebouwen en dus een drastische kostenverlaging.
Louis Delcart, board member European Academy of the Regions www.ear-aer.eu
[1] Megan Specia, As Europe’s Coronavirus Cases Rise, So Do Voices Crying Hoax In: New York Times, Sept. 28, 2020, https://www.nytimes.com/2020/09/28/world/europe/europe-coronavirus-protests.html?action=click&auth=login-email&login=email&module=RelatedLinks&pgtype=Article
[2] Number of monthly active Facebook users worldwide as of 2nd quarter 2020, https://www.statista.com/statistics/264810/number-of-monthly-active-facebook-users-worldwide/
[3] Christo Petrov: The Stupendous World of Google Search Statistics in Techjury, July 27, 2020, https://techjury.net/blog/google-search-statistics/#gref
[4] Erich Moechel: Tripelschlag gegen Trumps Trollarmeen im Netz, in https://fm4.orf.at/stories/3008224/, 17-10-2020
[5] State-sponsored Internet propaganda, https://en.wikipedia.org/wiki/State-sponsored_Internet_propaganda
[6] Astroturfing, https://en.wikipedia.org/wiki/Astroturfing
[7] Chris de Stoop, Het boek Daniël, De Bezige Bij, 2020
[8] Kasper Goethals: ‘We mogen de perspectieflozen nooit uit het oog verliezen’ , in: DS Weekblad, zaterdag 19 september 2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20200917_96152789
[9] David Stasavage: The Decline and Rise of Democracy: A Global History from Antiquity to Today. Princeton University Press, 2020
[10] David Stasavage, Why democracy thrives in some places and not in others, in The Economist, Books & arts, Aug 15th 2020 edition
[11] Jolien De Bouw, Frankrijk hoedt zich voor nieuwe golf, in: De Standaard, 14 augustus 2020 https://www.standaard.be/cnt/dmf20200814_94714237
[12] Johan van Heerde, Regionale aanpak van het virus? Burgemeesters kijken vooral naar Den Haag in Trouw, 25-09-2020 https://www.trouw.nl/binnenland/regionale-aanpak-van-het-virus-burgemeesters-kijken-vooral-naar-den-haag~b1b7856d/?utm_campaign=shared_earned&utm_medium=social&utm_source=email
[13] https://en.wikipedia.org/wiki/Anti-globalization_movement
[14] https://en.wikipedia.org/wiki/Extinction_Rebellion
[15] https://fr.wikipedia.org/wiki/Mouvement_des_Gilets_jaunes
[16] N. Guisse - S. Hoibian, Les Français et leurs territoires : vécus et attentes vis-à-vis des pouvoirs publics, Crédoc, Collection des rapports N°R336, novembre 2017, https://www.credoc.fr/publications/les-francais-et-leurs-territoires-vecus-et-attentes-vis-a-vis-des-pouvoirs-publics-1
[17] Dominique Minten, Ook zonder mondmaskers is Zweden bij de beste leerlingen, in De Standaard, woensdag 23 september 2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20200922_97713033
[18] Ruud Goossens, ‘Ik wil de natiestaat ontdoen van de vuiligheid van het nationalisme’, Interview David Djaïz, in: DS Weekblad 29-08-2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20200827_96271929
[19] Regional inequality in Britain: Why Britain is more geographically unequal than any other rich country. Other countries have poor bits. Britain has a poor half, in: The Economist Today, Jul 30th 2020 edition, https://www.economist.com/britain/2020/07/30/why-britain-is-more-geographically-unequal-than-any-other-rich-country
[20] Desjardins Rolls Out Its Strategy to Help Get the Economy Back on Track and Support Regional Development, In MarketsInsider, Apr. 29, 2020, https://markets-businessinsider-com.cdn.ampproject.org/c/s/markets.businessinsider.com/amp/news/desjardins-rolls-out-its-strategy-to-help-get-the-economy-back-on-track-and-support-regional-development-1029146665
[21] Jean-Philippe Mergen, A new SME strategy for Europe, in : Entreprise Europe Network Brussels, 12 March, 2020 ;https://www.brusselsnetwork.be/a-new-sme-strategy-for-europe/
[22] https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/en/IP_20_416
[23] Korneel Delbeke, Kleinere bedrijven vallen uit de overheidsboot, in: de Standaard, 10 augustus 2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20200809_97614215
[24] Single Market Scoreboard, Reporting period: 01/2019 – 12/2019, https://ec.europa.eu/internal_market/scoreboard/performance_per_policy_area/public_procurement/index_en.htm
[25] Industry 4.0 is the ongoing automation of traditional manufacturing and industrial practices, using modern smart technology. Large-scale machine-to-machine communication (M2M) and the internet of things (IoT) are integrated for increased automation. https://en.wikipedia.org/wiki/Fourth_Industrial_Revolution
[26] P.M.Mathew, Development of small and Medium Enterprises:The Emerging Global Agenda, Discussion paper of Institute of Small Enterprises and Development, Kerala, India, 2020
[27] German Manufacturing Survey 2015, Fraunhofer ISI in Prof. Dr. Steffen Kinkel, Presentation “Industry 4.0 application and reshoring of manufacturing – evidence, limitations & policy implications”, MAKERS Workshop “Industry 4.0 – Implications for an EU industrial policy”, Brussels, January 25th 2018
[28] Is the office finished? The fight over the future of the workplace, in The Economist Today, Sep 12th 2020
0 notes
Text
VORMT DE PANDEMIE EEN GROTERE BEDREIGING VOOR MENSHEID DAN KLIMAATVERANDERING?

Foto: Tango Theater Buenos Aires
Poll
Ik was verrast door een artikel over een poll afgenomen in tweemaal door het Zweedse staatsenergiebedrijf Vattenfall, in december 2019 en juni 2020. Het onderzoek werd uitgevoerd in Nederland, Denemarken, Zweden, Duitsland, Frankrijk, Finland en het Verenigd Koninkrijk, bij ruim 7.000 mensen, die 16 tot 64 jaar oud zijn Het onderzoek laat zien dat mensen ondanks de coronapandemie klimaatproblematiek als grootste dreiging voor de mensheid zien.[1] Mijn aandacht werd echter gevestigd op een afwijking in deze Europese opinie doordat de Britten de enige zijn die epidemieën als een grotere bedreiging zijn gaan ervaren dan klimaatverandering. De angst voor ziektes nam toe van 5 naar 28 procent, terwijl het klimaat zakte van 34 naar 18 procent. Het is geweten dat de focus in de Angelsaksische landen al veel langer op winstbejag ligt en bij afleiding op werkgelegenheid. Sinds de doortocht van de Amerikaanse –Republikeinse- president Reagan en Britse eerste minister Thatcher is “hebzucht goed”[2] en komt het ver voor het algemeen belang . Het is alsof het VK en de VS in de Maslovpyramide nog steeds de eerste fase, die van Fysiologische behoeften: slaap, eten, drinken, seks, nog niet overstegen zijn en daardoor minder belang hechten aan fase 2: Behoefte aan veiligheid: bescherming tegen gevaar zoals weersinvloeden, pijn, ziekte, kwade bedoelingen van anderen. Het is het duidelijke gevolg van een gespleten maatschappij waarin de afstand tussen de superrijken die meestal blijven hangen zijn in fase 4 van Maslov :behoefte aan waardering: zelfrespect, erkenning, status, en de minst begoeden vele malen groter is dan in continentaal Europa. Ook de loonspanning tussen zij die het minimumloon verdienen en de toplonen is in de Angelsaksische lonen vele malen hoger dan op het Europese continent.
Pandemie versus klimaatverandering
De pandemie hakt er stevig in. Op het toppunt van de lockdown in mei 2020 waren er in de VS 40 miljoen werklozen. Een land dat een ondermaats sociale zekerheidsstelsel kent, heeft geen ander middel dat werknemers snel te ontslaan. Die kunnen natuurlijk, bij een herneming van de economie ook weer snel aangeworven worden. De druk om de economie terug op te starten was dan ook gigantisch, met alle gevolgen van dien.
In Europa waarin de meeste landen een goed tot zeer goed functionerend sociale zekerheidsstelsel hebben, waren de gevolgen beheersbaar. In de meeste EU landen, ook in de UK, kunnen bedrijven hun overtollig personeel in tijdelijke werkloosheid plaatsen, waarbij de staat de lonen –gedeeltelijk- overneemt. Wanneer de pandemie dan niet te lang duurt, kunnen bedrijven terug opstarten en hun personeel opnieuw aan het werk zetten en verlonen. De dienstenmaatschappij die de industriële maatschappij heeft vervangen heeft echter voor gevolg gehad dat het aantal mensen die op zelfstandige basis aan de kost komen, niet te onderschatten valt. En deze kunnen niet terugvallen op tijdelijke werkloosheidsuitkeringen.
In België is de cultuursector goed voor meer dan 80.000 banen. Meer dan 3000 bedrijven en organisaties zijn er werknemer: orkesten, theatergezelschappen, podiumbouwers, verlichting en geluidsinstallatie verhuurders, zaaluitbaters en concertorganisatoren, cateringbedrijven bij festivals, etc. Maar zij zetten deze 80.000 mensen in wanneer ze hen nodig hebben: velen zijn zelfstandig en hoppen van de ene job naar de andere. Dit is nu net de sector waarin corona het hardst hakt: alle zomerfestivals werden afgelast, cultuurhuisprogrammatie voor het najaar staat nog steeds niet op punt, gezien de onzekerheid over nieuwe opflakkeringen van besmetting.
De dienstensector maakt nog andere slachtoffers: de hele horecasector leidt onder de maatregelen om de pandemie in te dijken. Velen kunnen de 1.5 meter afstandsregel niet respecteren in de panden waarin hun café of restaurant geherbergd is. De eerste toprestaurants beginnen in België definitief hun deuren te sluiten.
Dit alles zal dan weer verdere repercussies hebben op alle geledingen van de dienstensectoren: boekhouders en bedrijfsrevisoren zullen minder klanten hebben, reclamebureaus zullen minder nieuwe campagnes moeten uitwerken, marketing is de eerste kost die sneuvelt in onzeker tijden, eventbureaus zullen ook minder omhanden hebben, want ook dit is marketing.
Een pandemie vernietigt dus niet alleen levens, maar ook werkgelegenheid. De maatregelen die ongeveer alle overheden in de OESO genomen hebben en die gesuggereerd werden door de WHO, hebben ook winnaars opgeleverd: voedingsbedrijven en -winkels, e-commerce en communicatieplatforms. Vooral deze twee laatsten hebben gouden zaken gedaan: de koersstijgingen van giganten zoals Apple, Google, Facebook, Amazon, Zoom, Tencent en Alibaba liegen er niet om. Maar ook lokale producten en leveranciers van voeding, zoals hoevewinkels of restaurants die afhaalmaaltijden hebben bereid, hebben op enkele maanden tijd hun jaaromzet gerealiseerd. Dit staat natuurlijk in schril contrast met vele KMOs die op kantelen staan omdat hun omzet werd gedissemineerd in enkele maanden tijd en die geen perspectief voor verbetering op korte termijn zien. De reactie van de Britse gewone man is dan ook begrijpelijk. Hij ziet dat in Engeland 42.000 mensen door het virus gestorven zijn (cijfers 12/8/2020) op een bevolking van 67,8 miljoen inwoners. De werkloosheidsgraad in Groot-Brittannië stijgt daarentegen tot 11,9 % van de werkende bevolking tegen het einde van 2020 tegenover 3.9% bij het begin van het jaar.[3] Dat maakt het erger dan Italië, Duitsland en Frankrijk. Met andere woorden: de pandemie treft de werkende Brit midscheeps en maakt hem angstig.
De klimaatverandering heeft ook repercussies, maar deze zijn op lange termijn en niet even voelbaar in alle landen. Toch naderen we met rasse schreden het point of no return. De bosbranden in Californië van dit jaar hebben al meer onheil verricht dan de catastrofale bosbranden van 2018, waarbij een hele stad –ironisch genoeg genaamd Paradise- in luttele uren afbrandde. Minstens 85 mensen kwamen om. Dit jaar zijn al meer dan 4.000 vierkante kilometer bos afgebrand. Dat is meer dan de helft van de bijna 8.000 vierkante kilometer die in 2018 in vlammen opging. De verwachting is daarom dat Californië dit jaar een nieuw record vestigt. Meer dan 100.000 mensen moesten al op de vlucht. Daarbij komt echter dat zij niet in grote hallen kunnen worden opgevangen vanwege covid19 dit jaar. En dan is er nog een rantsoenering van de elektriciteit is omdat er teveel aircos tezelfdertijd functioneren vanwege de grote hitte. Dat alles biedt een voorsmaak van wat de komende decennia brengen op het vlak van klimaatverandering: meer natuurrampen, extreme stress – vooral bij de lage inkomens – en politici en regulatoren die de schuld zullen krijgen. [4] In de meeste steden in het zuidwesten van de VS bedraagt de opwarming van de aarde al 2 graden, de grens die we eigenlijk niet mogen overschrijden. Ook in Australië, dat afgelopen winter in brand stond, is de opwarming al zover doorgeschoten. Wetenschappers vrezen dat het probleem van de bosbranden alleen maar erger wordt.
De droogte en de hitte van de voorbije maanden zijn niet langer een toevalligheid. Hittegolven zijn bij ons geen uitzondering meer, maar de regel. Te veel vaststellingen rondom ons wijzen in dezelfde richting. Ze gaan van extreem ¬hoge temperaturen in Siberië over smeltende ijsplaten in Canada en laagste metingen van het noordpoolijs ooit. Heel recent kwam het bericht dat het ijs op Groenland nooit eerder zo snel is afgesmolten als vorig jaar.[5]
Klimaatverandering reikt ver dan alleen het klimaat.
In Afrika, Zuid-Oost-Azië en Latijns-Amerika is er nog een bijkomend aspect nl. de extinctie van levende dieren. Planten en dieren zijn de basis voor alle leven op aarde. Ze leveren de ecosysteemdiensten die we nodig hebben om te overleven, van de juiste combinatie van gassen in de atmosfeer, tot bestuiving en de omzetting van zonne-energie. Als we de extinctie niet stoppen, kunnen we ook de klimaatverandering niet tegengaan. Pesticiden vernietigen de bijen die we nodig hebben voor de bestuiving van gewassen. Vliegen en kakkerlakken zijn onze natuurlijke mestverwerkers. Vleermuizen spelen een cruciale rol bij de instandhouding van bossen. Olifanten zijn in Afrika de beheerders van de savanne. Als zij verdwijnen, groeit het gras te hoog, waardoor je een paradijs krijgt voor ratten en muizen die zich razendsnel vermenigvuldigen. Die knaagdieren dragen een hoop ziektes mee die dodelijk zijn voor de mens.
En dan is er uiteraard nog de wet-markets in het Verre Oosten : de handel in wilde dieren in de stad. Die bedreigt niet alleen de dieren, maar ook onze gezondheid. Als je vleermuizen, schubdieren, civetkatten en honden in kooien op elkaar zet in versmarkten, waar ze op elkaar schijten en plassen, ontstaan levende labs van virussen. Zo is covid-19 vermoedelijk ontstaan. Doordat we bossen vernietigen en te dicht bij wilde dieren gaan leven, kunnen virussen makkelijker overspringen van dier op mens. Alle grote epidemieën van de voorbije 50 jaar zijn het gevolg van de vernietiging van habitats, illegale handel en de consumptie van wilde dieren.[6]
Klimaatverandering en vervuiling bieden economische opportuniteiten
Klimaatbeleid en welvaartscreatie kunnen op een duurzame manier hand in hand gaan. Oude tegenstellingen ¬zoals die tussen boeren en milieuactivisten, kunnen worden overstegen. De introductie van schone technologieën en energiebronnen kan groei brengen die niet ten koste gaat van de planeet.
Het vierde opeenvolgende droogtejaar heeft de grootschalige West-Vlaamse agro-industrie, een exportkampioen en welvaartsmotor, in een diepe crisis gebracht. Terwijl concurrenten als Polen en Spanje inzetten op grootschalige irrigatieprojecten, rekenden ze in België nog steeds op het natte zomerweer, dat in het verleden normaal was. Eeuwenlang was overtollig water immers de vijand in het gebied. [7] Er dient dus opnieuw moeten worden nagedacht. En de oplossing kan niet enkel van de betrokken landbouwers komen.
Op het dak – zes verdiepen hoger – het enorme paviljoen 6 van expositiehal Paris Expo verrijst de grootste urban farm van Europa. 14.000 vierkante meter vol kruiden, seizoensgroenten en -fruit, midden in de Franse hoofdstad. Parijs heeft de ambitie de groenste hoofdstad ter wereld te worden. Om dat doel te bereiken, lanceerde burgemeester Anne Hidalgo in 2014 Parisculteurs, een ambitieus project om tegen dit jaar 100 hectare groene ruimtes te creëren. Een -derde daarvan moet aan stadslandbouw gewijd zijn.[8]
Ook de industrie is, volop bezig de omslag te maken.
Het Finse Neste wil de komende twee jaar vijf keer meer biobrandstof aan de luchtvaart leveren. Vooral Noorwegen en Zweden vragen om die brandstof, zodat de luchtvaart iets duurzamer wordt. In 2023 wil Neste in totaal 1,5 miljoen ton biobrandstof maken. Neste maakt al sinds 2010 een brandstof van afval- en reststoffen die volgens het bedrijf voor 80 procent minder CO2-uitstoot zorgt als het puur gebruikt zou worden. Dat kan op dit moment echter niet; de biobrandstof moet gemengd worden met kerosine. Maximaal de helft van de vliegtuigbrandstof kan 'duurzaam' zijn. Toch is dit soort biobrandstof voorlopig de enige optie voor de luchtvaart. Elektrisch vliegen is nog onmogelijk en er zijn ook nog niet genoeg uitstootvrije brandstoffen zoals groene waterstof beschikbaar.[9]
Op de site van Doel Vlaanderen staan een grote verbrandingsovens voor het restafval dat niet kan verwerkt of gerecycleerd worden. De warmte die er bij het verbranden vrijkomt, wordt er omgezet in energie en die warmte verdeelt. Sinds kort loopt vanuit de verbrandingsovens stoom naar omliggende chemiebedrijven, goed voor het equivalent van 160 MW en 5 km leidingen. Dit vormt daarmee het grootste stoomnetwerk in Europa. Hierdoor zakt de CO2-uitstoot bij de buurbedrijven met 100.000 ton omdat ze hun stoom niet met aardgas moeten aanmaken. [10]
De fabriek van Arcelor in Gent zet sedert kort CO-gassen die bij het smelten van ijzererts via cokes vrijkomen, via bacteriën in reactoren om in ethanol, een economisch interessante chemische molecule. Je gaat dus een afvalstof omzetten in een grondstof voor een ander product. Van ethanol kan je vervolgens ethyleen maken, wat een belangrijke grondstof is voor de chemie-industrie. Op die manier kan je Arcelor koppelen aan chemiebedrijven in Antwerpen of Zeeland, waarbij Arcelor met een deel van zijn afvalgassen andere chemiebedrijven bevoorraadt. Die moeten dan minder fossiele grondstoffen gebruiken. [11]
Tussen Denekamp en Nordhorn in Nederland ligt het eerste fietspad gemaakt van gerecycled asfalt. Het oude fietspad werd gesloopt en van het afval van die sloopwerkzaamheden werd nieuw, milieuvriendelijker asfalt gemaakt. Ook het fundament voor de weg is deels gemaakt van afval in plaats van nieuw zand en grind. Het fietspad is gemaakt van zogenoemd Ecofalt. Dit materiaal bevat minder bitumen van fossiele materialen. Minstens de helft is biobased, gemaakt van producten als zonnebloemolie. Die olie heeft niet alleen een kleinere voetafdruk, het vraagt ook minder hitte om het asfalt vloeibaar te maken. Omdat het asfalt niet tot 180 graden verhit hoeft te worden, is er bij de aanleg van het fietspad van 770 meter evenveel gas bespaard als vier huishoudens in een jaar verbruiken. Dat komt neer op 13.000 kilo CO2-besparing.[12]
Lockdowns hebben de ecologische voetafdruk verkleind in 2020
Is er een verband tussen de COVID19-pandemie en de klimaatverandering? Ja, die is er zeker. de dag waarop alle natuurlijke hulpbronnen die de aarde in een jaar kan voortbrengen, zijn opgebruikt voor de productie van energie, voeding en materialen, voor transport en huisvesting, de zgn wereldwijde Earth Overshoot Day viel volgens Global Footprint Network, een internationaal onderzoeksinstituut, met hoofdkantoor in het Amerikaanse Oakland, in 2020 op 22 augustus. Opvallend laat, want de twee voorgaande jaren viel de ecologische deadline al op 29 juli. De verklaring ligt helemaal bij de coronapandemie en de impact van de wereldwijde lockdowns die in de strijd tegen het virus zijn opgelegd. Hierdoor viel er veel dagelijks transport weg (minder autoverkeer, zelfs een wekenlang internationaal vliegverbod) en moesten duizenden fabrieken (en een veelvoud aan winkels en horecazaken) de deuren sluiten.[13]
Nochtans is er geen reden tot juichen met dit prille succesje. De langetermijntrend dat we onze natuurlijke hulpbronnen almaar sneller opsouperen is met deze eenmalige verbetering niet weggewerkt. Er valt nog stevig aan de weg te timmeren. Alleen lijken continentale Europeanen daar zich iets meer van bewust.
Louis Delcart, bestuurder European Academy of the Regions, www.ear-aer.eu
[1] Teun Schröder, Poll: klimaatverandering nog steeds grootste bedreiging voor Europeanen, in: Duurzaam Bedrijfsleven, 20-08-2020, https://www.duurzaambedrijfsleven.nl/corona/34457/poll-klimaatverandering?q=%2Fcorona%2F34457%2Fpoll-klimaatverandering&utm_source=nieuwsbrief&utm_medium=e-mail&utm_campaign=Daily+Focus+21+Augustus
[2] Citaat van het filmpersonage Gordon Gekko vertolkt door Michael Douglas in de cultfilm “Wall Street “(1987). De figuur wordt gezien als een samenstelling van verscheidene bankiers en financiers die in die jaren furore maakten door hun meedogenloze zoektocht naar winst. De “greed is good” speech van Gordon Gekko voor zijn personeel, zou geïnspireerd zijn op een speech voordracht die arbitrageur Ivan Boesky in 1986 gaf voor studenten aan de Universiteit van Californië. Boesky benadrukte de positieve aspecten van hebzucht en zei onder meer "Greed is all right, by the way. I want you to know that. I think greed is healthy. You can be greedy and still feel good about yourself." https://nl.wikipedia.org/wiki/Gordon_Gekko
[3] Philip Inman, UK jobless rate 'could near 15% in second coronavirus wave' , in : The Guardian, 7/7/2020, https://www.theguardian.com/business/2020/jul/07/uk-jobless-rate-coronavirus-oecd-unemployment
[4] Dominique Minten, Californië toont aan dat klimaatverandering op kruissnelheid komt, in De Standaard 25-08-2020 https://www.standaard.be/cnt/dmf20200824_97438964
[5] Bart Sturtewagen, De enige overblijvende weg, in: De Standaard, 22-08-2020
[6] Ine Renson, ‘De massale vernietiging van wilde dieren is een urgenter probleem dan het klimaat’, Interview Mexicaanse conservatiebioloog Gerardo Ceballos, in De Standaard, 14-08-2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20200813_97639423
[7] Bart Sturtewagen, De enige overblijvende weg, in: De Standaard, 22-08-2020
[8] Jolien De Bouw, Tuinieren in de lucht, in: De Standaard 8/06/2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20200608_04985065
[9] Marc Seijlhouwer, Drie keer zoveel biobrandstof voor de luchtvaart, in: Duurzaam Bedrijfsleven, 20-08-2020,
https://www.duurzaambedrijfsleven.nl/mobiliteit/34463/luchtvaart-duurzaam?q=%2Fmobiliteit%2F34463%2Fluchtvaart-duurzaam&utm_source=nieuwsbrief&utm_medium=e-mail&utm_campaign=Daily+Focus+21+Augustus
[10] Stijn Decock, ‘Een gerecycleerd product mag niet vuiler en duurder zijn’, in: De Standaard, 8/8/2020, https://m.standaard.be/cnt/dmf20200807_97486870
[11] Stijn Decock, De toekomst van onze industrie zal groen zijn, of niet zijn, in: De Standaard 8-08-2020, https://m.standaard.be/cnt/dmf20200807_97486870
[12] Marc Seijlhouwer, Eerste circulaire fietspad in Twente is open, In Duurzaam Bederijfsleven, 01-05-2020 https://www.duurzaambedrijfsleven.nl/infra/33749/circulaire-fietspad-twente?q=%2Finfra%2F33749%2Fcirculaire-fietspad-twente&utm_source=nieuwsbrief&utm_medium=e-mail&utm_campaign=Daily+Focus+4+Mei
[13] Johan Rasking, Lockdowns verkleinen ecologische voetafdruk, in De Standaard, 21-08- 2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20200821_94288016
0 notes
Text
Zullen we een betere maatschappij hebben door geen zaken meer te doen met China ?

De hetse die president Trump en zijn akolieten hebben ontketend tegen China, heeft repercussies, laat daar geen twijfel over bestaan. Wat begon als een handelsoorlog omwille van een onevenwichtige handelsbalans in het voordeel van China is dat stadium al lang overstegen.
De achterban van Trump bestaat nu eenmaal uit witte blue collars, die door de globalisering hun industriële job zijn kwijtgespeeld aan het Verre Oosten –en in de eerste plaats China, de fabriek van de wereld- en die zich hebben moeten heroriënteren naar de diensten die niet zo verplaatsbaar zijn. Die diensten betalen echter slechter, zijn vaak niet zo interessant, en zijn nu, door de covid19- epidemie de eerste bron van ontslagen. In Amerika was dit met 40 miljoen werklozen een bloedbad.
Dus heeft de Trump-administratie het geweer van schouder veranderd en wordt China thans als totalitaire staat beschuldigd van spionage, diefstal van intellectuele eigendom, massale verzameling van gegevens van burgers om ze te kunnen controleren en domineren, opkopen van taktische bedrijven om het Westen te verzwakken etc. Een gewaagde strategie, voorwaar, want de na-oorlogse politiek van de VS, gesteund door de andere Angelsaksische landen UK, Canada en Australië, heeft er eveneens in bestaan het doen en laten van andere landen en hun ministers in real-time in kaart te brengen, aankoop van Amerikaanse multinationals door derden te allen prijze te dwarsbomen, vijanden met drones van op afstand van kant te maken, etc. Het is immers ook niet voor niets dat de VS een zeventiental verschillende secret service agencies betaalt met overheidsgeld.
Ambassadeurs in Westerse landen voeren sedert begin vorig jaar campagne om aan te tonen dat elk Chinees bedrijf dat voet aan de grond krijgt in het Westen door er installaties te verkopen, door er bedrijven te verkopen, een paard van Troje betekent. Hun pleidooi is niet neutraal. Ronald Gidwitz, ambassadeur van de VS in België, benadrukte in een recent interview dat België is een speciale plek is “omdat je hier de Navo hebt, Shape (het centrale commandocentrum van de Navo, red.), de EU en meer diplomaten dan eender waar ter wereld. Er wordt aan waardevol onderzoek gedaan, er zijn belangrijke bedrijven gevestigd.”[1] Het zou niet de eerste keer zijn dat de Amerikanen dreigen van de NATO en SHAPE uit België weg te trekken als niet naar hun pijpen wordt gedanst.
Is het hele Amerikaanse verhaal over China dan een hoax, een van die misselijkmakende uitvallen van Trump waarop hij een patent heeft? Talrijk zijn Westerse managers die in China leven en werken en Westerse experten die waarschuwen voor wit-zwart visies en complottheorieën. Zij die er wonen en getrouwd zijn met een Chinese vrouw, blazen vaak de loftrompet van de gedisciplineerde Chinese samenleving en waarschuwen dat de dominantie van het Westen op haar einde loopt en dat de toekomst in het Verre Oosten ligt.
Toch merken we een tendens in het Westen om voorzichtiger te worden tegenover de Chinese expansie. De Franse en Duitse regering drongen ruim een jaar geleden al aan op maatregelen om Europese bedrijven beter te beschermen tegen buitenlandse concurrenten. Ze willen beletten dat Europese technologie zomaar in handen valt van vooral Chinese bedrijven. De coronacrisis heeft het risico nog vergroot dat bedrijven van buiten de EU op ‘koopjesjacht’ gaan en zich inkopen in Europese bedrijven die financieel verzwakt zijn. De achterdocht is groot dat Chinese ondernemingen, die gesteund worden door hun overheid, zich daartoe verleid zullen voelen. [2]
Wat zijn de troeven van China en wat wordt er aan het land en zijn bewoners verweten?

De argumenten pro-China worden gedeeld door toeristen, zakenreizigers en sommige politici. Door haar centrale structuur met strategische 5-jarenplannen (we zijn thans aan het 14de plan!)[3] rijdt het land een vooraf afgebakend parcours waaraan geen mens, gen ngo, geen organisatie obstructie kan tegen voeren. Het kan daardoor snel schakelen: dat heeft het bewezen bij de aanpak van het covid19-virus. Vermits het land en zijn bewoners nog nooit enige vorm van vrije meningsuiting heeft gekend, primeert de maatschappij op het individu en legt iedereen zich bij deze regel noodgedwongen neer. Westerse observatoren noemen dat dan “maatschappelijke discipline”. Deze argumenten worden ook door Westerse bedrijven gebruikt om hun productie in China te rechtvaardigen: stabiliteit, goed georganiseerd, werkzame bevolking, er zijn quasi geen vakbonden en dus ook geen arbeidsonderbrekingen of loononderhandelingen. Voorzitter Gimmi Baldinini van de gelijknamige de Italiaanse sportschoenenproducent, die al zijn schoenen laat maken in de buurt van Shenzhen stelde het onlangs aldus in een interview aan Bloomberg: “Weg uit China? Dat kan ik niet. Chinese arbeiders zijn handiger en de productiekosten liggen er nog altijd 75 procent lager dan hier.”[4] Een aantal Westerse bedrijven kan ook niet zonder China als unieke leverancier van zeldzame aardmetalen (rare earth industry). Zeldzame aardmetalen worden gebruikt om heel veel dingen te vervaardigen, van elektrische of hybride voertuigen, windturbines, consumentenelektronica tot andere technologieën voor schone energie.
De critici zitten niet allen op dezelfde golflengte en hameren dus op verschillende punten. Het kopende publiek in het Westen is niet gelukkig met het gebrek aan kwaliteit van de meeste Chinese goedkope producten (Chinese crap!), die worden aangeboden in warenhuizen. De werkende bevolking is steeds meer waakzaam als Chinese investeerders naar Europa komen omdat ze vrezen dat ze knowhow komen weghalen wat tot banenverlies leidt. De reden dat president Trump en de Australische premier Morrison een massale aanhang blijven hebben, katalyseert zich in die klacht: de serieuze banen zijn verdwenen, blijven over de “bullshit jobs”. NGOs en politieke organisaties in het Westen focussen zich op het gebrek aan transparantie van de Chinese overheid, haar totalitaire aanpak van minderheden en het feit dat vele Chinezen die studeren en werkzaam zijn in het Westen vaak “spioneren” voor de Chinese Communistische partij en dus onbetrouwbare partners zijn. Bedrijven die er zaken doen, stellen vaak dat ze slechts eenvoudige producten in China kunnen laten maken. Wordt het iets ingewikkelder dienen ze naar Zuid-Korea uit te wijken. Ook zijn ze op hun hoede voor het gedrag van Chinese partners: zij kopiëren Westerse producten voor eigen rekening zonder blozen; zij leveren na een of twee ladingen minderwaardige producten af; hun rechtsysteem behoudt hun voor rechtszaken aangespannen door Westerse bedrijven: deze laatste zijn 99.9% verliezende partij. Een zwaar argument is er nu bijgekomen met de COVID19-crisis waarbij de aanvoer van onderdelen of basisproducten uit China plots wegviel, waardoor Westerse bedrijven niet meer konden produceren. Overheden zijn vooral beducht voor de Chinese staatsbedrijven die financieel ondersteund worden door de Chinese Communistische Partij en die zich ongegeneerd inkopen in strategische Westerse bedrijven. Ze zijn ook geconfronteerd met fenomenen van vijandige hacking door Chinese bedrijven gelieerd met de Chinese overheid die op zoek zijn naar strategische gegevens, vorderingen in Westers onderzoek of manieren om hooggeplaatste personen te compromitteren.
Wat heeft COVID19 teweeg gebracht en wordt versterkt door de Amerikaanse politiek van de Trump administratie?
Sedert een tiental jaar is er in de VS en Europa een tendens van re-industrialisatie op gang gekomen, die ook reshoring wordt genoemd. Na een periode van offshoring, waarin bedrijven hun productie naar goedkope landen exporteerden, spreken veel OESO-landen over reshoring. Dit principe is tot nu toe nogal aarzelend gevolgd. En sommige initiatieven zijn zelfs mislukt, zoals de nieuwe Adidas-schoenenfabriek in Berlijn [5]. De COVID-19 economische crisis van begin 2020, ook wel bekend als de "Grote lockdown-crisis", heeft het begrip en de strategische beslissingen versneld. Toen China begin januari 2020 op slot ging, vielen veel producten in de wereld zonder basisgrondstoffen. China was tenslotte de fabriek van de wereld geworden, die alle basisproducten produceerde en naar de hele wereld verscheepte. En dit gold niet alleen voor mechanische producten, maar ook voor chemicaliën en farmaceutische producten. Zeer grote economische spelers beseffen plotseling dat de concentratie van de productie in één land een existentieel risico met zich meebrengt. Toen de productie in dit land stopte, leed de wereldeconomie onder de gevolgen.
Vlak voordat het nieuwe coronavirus over de hele wereld uitbrak, kwam het uitwisselingshuis van Bank of America met een grote studie[6] die het thema reshoring onderzocht. Bij de enquête waren 3.000 van de grootste beursgenoteerde bedrijven ter wereld betrokken. Uit die enquête bleek dat maar liefst 80% van de bedrijven plannen heeft om hun productielocaties en aanvoerlijnen te verplaatsen. In de VS zou 50% van de bedrijven plannen hebben om de productie naar Amerika te herbouwen. Volgens Bank of America is een essentieel onderdeel daarin dat er steeds betere en goedkopere robots zijn die de productie in het Westen weer betaalbaar maken. Vanwege de COVID-19-crisis heeft de regering van president Trump verklaard bereid te zijn Amerikaanse bedrijven te belonen die hun productie uit China halen, zelfs als ze hun productie niet teruggeven aan de VS zelf, maar aan andere 'bevriende landen'.[7]
Reeds voor coronavirus, was de Europese Commissie zich bewust van het risico dat Europa te afhankelijk zou worden van toeleveringsketens buiten Europa, vooral voor de industrieën van de toekomst. Ze publiceerde in juni 2019 een rapport getiteld 'Een visie voor de Europese industrie tot 2030'. [8] Daarin selecteerde ze zes waardeketens waarvan ze vond dat de EU een belangrijke rol zou moeten spelen. Dit waren de groene en zelfrijdende auto, waterstoftechnologie, slimme gezondheidstechnologie, het internet der dingen, cyberveiligheid en lage veiligheid. CO2-industrie.
Bovendien werkt de Europese Commissie aan een plan om de productie van grondstoffen voor medicijnen terug te brengen naar Europa. Bijna alle Europese antibiotica komen uit het Verre Oosten. Ook belangrijke grondstoffen voor bloeddrukverlagers, crèmes voor huidaandoeningen en medicijnen voor maagklachten komen voornamelijk uit Chinese fabrieken. [9]"EU-gezondheidscommissaris Stella Kyriakides verklaarde onlangs aan de Financial Times [10]dat Brussel zijn farmaceutische strategie zou gebruiken om de problemen van de toeleveringsketen aan te pakken die door de crisis aan het licht zijn gekomen, met name de afhankelijkheid van het blok van China en India voor de invoer van cruciale intensieve zorgen waaronder verdovende pijnstillers, spierverslappende ingrediënten en enkele oudere anesthetica.
Japan is slechts laat aan de verplaatsing van haar productielijnen naar China begonnen. Na de aardbeving en tsunami van 2011 was er een off-shoring-beweging ontstaan omdat de supply chain in Japan een hoog risico op verstoring door natuurrampen vertoonde. Na de "Grote Lock-down" -crisis van de lente van 2020 is de Japanse regering begonnen met het nemen van maatregelen om de door de pandemie veroorzaakte verstoring van de toeleveringsketen ongedaan te maken door bedrijven aan te moedigen weer in Japan te gaan produceren.[11] De regering-Abe maakte een eerste lijst bekend van Japanse bedrijven die in aanmerking komen voor subsidies omdat ze hun productie uit China weghalen. Liefst 87 firma’s hebben besloten om tegen betaling China te verlaten. 37 daarvan – waaronder een producent van rubber handschoenen en een fabriek voor zeldzame aardmetalen – verhuizen hun productielijn naar goedkope buurlanden als Vietnam, Laos en Maleisië. De andere 50 bedrijven gaan fabrieken in eigen land bouwen. Samen krijgen ze daarvoor 70 miljard yen (563 miljoen euro) belastinggeld toegestopt.[12]
De Chinese politiek die door president Xi Jinping de jongste jaren wordt ontplooid is gebaseerd op een erg nationalistische ideologie die de werelddominantie van China van enkele eeuwen geleden terug wil herstellen. Dat streven naar economische en militaire dominantie roept weerstand op in het Westen, zeker in de Angelsaksische landen die daardoor hun invloed in de wereld zien verminderen. Het Chinese nationalisme heeft echter nog andere gevolgen. China heeft zich met het “road and belt” programma opgeworpen als de kampioen van de derde wereld. Het nationalisme van Xi heeft echter ook meegebracht dat de Chinezen die zich ervoor inzetten, zich ook ver boven de andere volkeren verheven voelen, met een racistische reflex als gevolg. Wat dan weer de weerstand verhoogt in de Afrikaanse landen die de natuurlijke bondgenoot van China zouden moeten zijn. Zo heeft president Kagame van Rwanda, voorzitter van de Afrikaanse Unie, onlangs 18 Chinezen het land uitgezet omdat zij de rechten van Rwandese burgers hadden geschonden. [13]
Met dreigen komen we er niet
Het spielballengerol dat we aan beide zijden van de Stille Oceaan meemaken lost niks op. In een recent interview met De Standaard, sprak Wentao Zhang, General manager Huawei Belgium dreigende taal: als België de Europese trend volgt en Huawei uitsluit van de nieuwe 5G netwerken, zullen de prijzen voor de Belgische consument drastisch verhogen. “Het zou heel dom zijn om net na de coronacrisis de fundamenten van de technologiesector te verwoesten. De klemtoon zou nu moeten liggen op hoe we nieuwe technologie aanwenden om de economie weer op te bouwen na de coronacrisis.”[14] Deze reactie had alles te maken met de druk die president Trump op de Europese landen legt om Chinese bedrijven zoals ZTE en Huawei uit te sluiten van medewerking aan de nieuw op te zetten 5G-netwerken omdat het bedrijven zouden zijn die het onderwerp kunnen zijn van inmenging door een niet-EU-land. Dit was natuurlijk een rechtstreekse reactie op hogervermeld interview met de Amerikaanse Ambassadeur in België die stelde: “Wij denken dat het belangrijk is dat jullie leveranciers gebruiken die te vertrouwen zijn. Wij vinden dat je over élk Chinees bedrijf bezorgd moet zijn. Een Chinese wet uit 2017 verplicht burgers en bedrijven informatie aan de inlichtingendiensten te geven wanneer zij dat vragen. Dat is niet zo bij westerse bedrijven.”[15]
Europa tracht een derde weg te varen, die van vrijheid van meningsuiting en van rechtszekerheid. Europa is zich er uiteraard ook van bewust dat China onder XI zijn bevolking hyper controleert en zoveel mogelijk Westerse geheimen tracht te ontfutselen. En dat China, ondanks het feit dat het lid is van de WTO, de regels van de vrije markt aan haar laars lapt. En dat China dat lid is van de WHO deze organisatie naar haar hand tracht te zetten opdat het niet zou worden verantwoordelijk kunnen gesteld voor alle epidemie-uitbraken die er vanuit China richting de rest van de wereld gaan. En Europa ziet ook dat China elke “inmenging in binnenlandse aangelegenheden” zwaar sanctioneert, zoals recent het geval was bij de reacties van het V.K. en Australië op de nieuwe invoeren van de nieuwe veiligheidswet in Hong-Kong. [16]
Maar Europa ziet ook de enorme mogelijkheden van China als afzetmarkt. Volkswagen verkoopt nu al 40 procent van zijn wagens aan de snelgroeiende Chinese middenklasse. In plaats van weg te trekken, besloot de Duitse autobouwer zich in mei in te kopen in de Chinese batterijproducent Goxuan High-Tech.[17]
Europa heeft nu echter ook gemerkt de politiek van “alle eieren in een mand te leggen” zoals die in het verleden is gebeurd, de Europese economie zwaar kan schaden bij het uitbreken van een pandemie. En Europa is er zich ook van bewust dat de COVID19-pandemie niet de laatste zal zijn die vanuit China richting de rest van de wereld zal komen. Europese bedrijven kiezen daarom voor een ‘China + 1’-strategie: behalve in hun fabriek in China investeren ze in een tweede fabriek in een Aziatisch land in de buurt, waar de VS geen ruzie mee hebben. En ze versnellen hun plannen voor automatisering en robotisering[18] om hun producten verkoopbaar te houden.
Waar ze echter ook voor zouden moeten kiezen is voor opvoeding van de consument, zodat deze producten niet enkel op basis van prijs leert te kopen, maar ook op basis van kwaliteit en duurzaamheid. Dat is geen opdracht van het bedrijfsleven, dat is een opdracht voor de overheid. En dan zal deze vanzelf uitkomen op producten die dichter bij Europa worden geproduceerd, met meer liefde voor het vak. Het streven naar een emissieneutrale scheepvaart dient een hogere prioriteit te krijgen, zodat productieketens voor Europa ook rond de Middellandse zee kunnen worden gevestigd. De verwachting is dat er in de nabije toekomst taksen komen op de CO2-uitstoot in de scheepvaart. Vanaf 2020 is het gebruik van diesel met een laag zwavelgehalte verplicht. [19]
Door de Grote Lockdown, zijn vele gemeenschappen op zichzelf teruggeplooid en hebben kleinschaligheid terug ontdekt: de buurtwinkel in plaats van het grootwarenhuis, de lokale landbouwer in plaats van de supermarkt. De deconfinement heeft dat gedrag even teniet gedaan. Maar de tweede golf komt er al aan en waarschuwt iedereen het nog gedaan is. De reflex van steun aan de eigen KMOs te geven door er te kopen, door in eigen land vakantie te nemen, door eigen lokale land- en tuinbouw producten aan te schaffen, zelfs al zijn deze wat duurder, wordt er uit noodzaak ingedramd. De tweede golf en misschien de derde golf van de pandemie, zullen een blijvende gedragsverandering teweeg brengen, die localisatie en waardering van eigen kunnen terug als uitgangspunt zal hebben.
Louis Delcart, board member European Academy of the Regions, www.ear-aer.eu
[1] Karsten Lemmens, ‘Elk Chinees bedrijf is reden tot bezorgdheid’, INTERVIEW Ronald Gidwitz, ambassadeur van de VS in België, in De Standaard, 07-03-2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20200306_04879432
[2] Bart Beirlant, ‘We moeten ophouden naïef te zijn over China’, in De Standaard, 17 juni 2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20200616_04992933
[3] Vijfjarenplannen van China - Five-year plans of China, https://nl.qwe.wiki/wiki/Five-year_plans_of_China , retrieved 28/07/2020
[4] Nico Tanghe, Weg uit China? Let op voor afkickverschijnselen, in De Standaard, 23-07-2020, https://www.standaard.be/krant/publicatie/20200723/ds/dn/alg/optimized
[5] Hanna Ziady, Adidas is closing hi-tech sneaker factories in Germany and the US, in CNN Business, November 12, 2019, https://edition.cnn.com/2019/11/12/business/adidas-speedfactory-plants-closing/index.html, retrieved 5-5-2020
[6] Candace Browning and Ethan Harris, Tectonic Shifts in Global Supply Chains, in BofA Global Research, 04-02-2020, https://www.bofaml.com/content/dam/boamlimages/documents/articles/ID20_0147/Tectonic_Shifts_in_Global_Supply_Chains.pdf, retrieved 6-05-2020
[7] Nico Tanghe, Weg uit China? Let op voor afkickverschijnselen (Take your production out of China and get a gift from Trump), De Standaard - 23/07/2020 - https://www.standaard.be/krant/publicatie/20200723/ds/dn/alg/optimized , retrieved 5-05-2020
[8] Directorate-General for Internal Market, Industry, Entrepreneurship and SMEs (European Commission): A vision for the European industry until 2030, Final report of the Industry 2030 high level industrial roundtable, EU publications, 2019-08-12, https://op.europa.eu/en/publication-detail/-/publication/339d0a1b-bcab-11e9-9d01-01aa75ed71a1/language-en/format-PDF/source-106474442, retrieved 3-04-2020
[9] Nico Tanghe, Haal uw productie weg uit China en krijg een cadeautje van Trump (Take your production out of China and get a gift from Trump), in De Standaard Avond - 4 mei 2020 - https://www.standaard.be/cnt/dmf20200504_04944244? – retrieved on 5-05-2020
[10] Jim Brunsden and Michael Peel, Covid-19 exposes EU’s reliance on drug imports, in Financial Times, April 20 2020, https://www.ft.com/content/c30eb13a-f49e-4d42-b2a8-1c6f70bb4d55, retrieved on 5/05/2020
[11] HISAO KODACHI, Japan to help bring home factories that left after 2011 disaster, Nikkei Asian Review, March 25, https://asia.nikkei.com/Politics/Japan-to-help-bring-home-factories-that-left-after-2011-disaster, retrieved on 5-05-2020
[12] Nico Tanghe, Weg uit China? Let op voor afkickverschijnselen, De Standaard - 23/07/2020 - https://www.standaard.be/krant/publicatie/20200723/ds/dn/alg/optimized
[13] Mua Karl, Kagame Sends 18 Chinese Back To China As He Takes No Nonsense in The Voice, 1-06-2020, https://www.thevoicenews.net/2020/06/01/kagame-sends-18-chinese-back-to-china-as-he-takes-no-nonsense/ retrieved 28/07/2020
[14] Karsten Lemmens, ‘Als Huawei niet meer welkom is in België, zal de burger dat betalen’, in De Standaard; 17-07-2020 , https://www.standaard.be/cnt/dmf20200716_96290145 retrieved on 18-07-2020
[15] Karsten Lemmens, ‘Elk Chinees bedrijf is reden tot bezorgdheid’, De Standaard, 07-03-2020, https://www.standaard.be/cnt/dmf20200306_04879432 retrieved 08-03-2020
[16] Sara Van Poucke, China reageert gepikeerd op (Britse) kritiek op veiligheidswet: "Stop met grove inmenging in Hongkong" (China responds with irritation to (British) criticism of security law: "Stop gross interference in Hong Kong), in VRTNews 06-07-2020, retrieved 28/07/2020 https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/07/06/china-reageert-gepikeerd-op-westerse-kritiek-op-veiligheidswet-h/
[17] Nico Tanghe, Weg uit China? Let op voor afkickverschijnselen, De Standaard - 23/07/2020 - https://www.standaard.be/krant/publicatie/20200723/ds/dn/alg/optimized retrieved 24-07-2020
[18] Nico Tanghe, Weg uit China? Let op voor afkickverschijnselen, De Standaard - 23/07/2020 - https://www.standaard.be/krant/publicatie/20200723/ds/dn/alg/optimized retrieved 24-07-2020
[19] Investeren in groene scheepvaart, in ING News, 11-4-2018, https://www.ing.be/nl/retail/my-news/sustainability/sustainable-shipping
0 notes
Text
SOUS LES PAVÉS, LA PLAGE – WAT DE CORONACRISIS ONS LEERT OVER DE REGIONAL APPROACH

Sous les pavés, la plage !
De zin hierboven is een slogan uit mei ‘68. De slogan vervat de ambitie van de mei 68-beweging om een verlangen naar vrijheid werkelijkheid te doen worden.[1] 42 jaar later overviel de coronacrisis de westerse wereld op een moment dat de democratische staatsvorm door velen in vraag werd gesteld, dat de sociale media talrijke negatieve invloeden beginnen te hebben en dat in talrijke landen burgers tegen elkaar worden opgezet. Daar bovenop komt nog een nieuwe vorm van oorlogsvoering waarbij de publieke opinie van landen negatief wordt beïnvloed door campagnes van fake news die door staten zoals Rusland [2] worden gefinancierd om democratieën in Europa te destabiliseren, [3]en en door rechtse bewegingen in de Verenigde Staten die de betogingen aanvuren tegen gouverneurs die de quarantaine willen handhaven.[4]
In vorige artikels hebben we reeds gepleit voor een hertekening van het democratisch landschap in Europa door enerzijds meer bevoegdheden naar een supranationaal niveau te leggen en anderzijds de zeggingskracht en daadkracht van politici en burgers op regionaal niveau beter te onderkennen en te financieel te ondersteunen. In een recent artikel pleit de internationale journaliste Caroline de Gruyter er zelfs voor [5]: “Wat de staat moet doen, na deze crisis: beter delegeren, zowel naar het Europese als naar het lokale niveau. Als een schakelbord. Dat betekent dat hij zichzelf soms klein moet maken.”
Koele minnaars van de EU verweten in het begin van de coronacrisis dat deze pandemie nu een uitgelezen kans was voor de EU om het voortouw te nemen en dat zoiets niet gebeurde.[6] Ze vergaten erbij te vertellen dat volksgezondheid expliciet door het verdrag van Maastricht was aangeduid als nationale materie waarin de EU zelfs geen adviserende rol diende te vervullen. Anderzijds waren er ook hartstochtelijke aanhangers van decentralisatie en een regionale approach die plots eisten dat het federale niveau de touwtjes in handen zou nemen. Deze koudwatervrees leidde er dan weer andere commentatoren toe om te pleiten voor een deregionalisering en voor het herinvoeren van een sterke centraal-geleide staat. De Nederlandse hoogleraar en publicist Paul Scheffer suggereert als een van de conclusies uit de aanpak van de pandemie dat de legitimiteit van de nationale staat te vroeg als achterhaald werd beschouwd.[7]
Toch merken we in de realiteit dat de regionale aanpak waarbij lokale en regionale overheden, universiteiten en non-profitorganisaties samenwerken, snellere resultaten hebben gehad en dus vertrouwen hebben gewekt op momenten waarbij de nationale overheden nog worstelden met alle spelers in het land.
De strijd tussen supranationaal – nationaal en regionaal
Sinds de Amerikaanse president Trump de internationale instellingen op de korrel begon te nemen, hun legitimiteit begon in vraag te stellen en de bijdrage van de US, traditioneel de grootste fondsenbijdrager- begon te verminderen, hebben deze laatste ingeboet in slagkracht. Antonio Gutierrez, de huidige secretaris-generaal van de Verenigde Naties, vond het noodzakelijke om een oproep tot gemeenschappelijk inzet te lanceren: “We must see countries not only united to beat the virus but also to tackle its profound consequences. (…)What the world needs now is solidarity.”[8] Hij pleit ook voor veranderingen in gedrag en samenleving in een post-Corona tijdperk: “With solidarity we can defeat the virus and build a better world.” [9] Zowel UNDP als de WHO werden immers door de Amerikaanse president onder druk gezet door ze te bedreigen de Amerikaanse bijdragen te verminderen of zelfs af te schaffen.
Dit terugplooien op zichzelf leidt ertoe dat traditionele bondgenootschappen in vraag worden gesteld en zal het voor de VS als dusdanig in de toekomst moeilijk maken om terug een leidende rol in de wereld te gaan innemen. Zelfs de traditionele bondgenoten uit Canada beginnen zich af te vragen of ze niet toenadering moeten zoeken tot andere partijen omdat hun zuiderbuur het noorden kwijt is en een imperium in verval is geworden: “It’s therefore not an exaggeration, to ask if the U.S. empire is in jeopardy. It is entirely possible, if we look to history.”[10]
Ook de EU staat onder druk. Er zijn veel EU-haters bijgekomen de jongste jaren. De wijfelachtige manier waarop de UK de Brexit in realiteit tracht om te zetten, brengt mee dat het bij verbale destructie blijft. Maar de manier waarop sommige landen zich blijven verzetten tegen Europese solidariteitsinitiatieven om de Europese economie als een geheel na de coronacrisis er terug bovenop te krijgen, getuigt niet van een globale Europese goodwill. De opinie dat de Noord-Europese “mieren” (Nederland, Duitsland, Finland, ...)- deugdzaam omdat weinig schulden in termen van staatsschuld, arbeiders en welvarend- niet moeten opdraaien voor de Zuid-Europese “krekels”, die voor verkwisters doorgaan, werkschuw en wiens budget wordt gevoed door met tekorten , is een stereotiep dat al geruime tijd de ronde doet. [11] En hoewel kan bewezen worden dat vele mieren hun welvaart op de kap van de krekels hebben verworven, blijft dit stereotiep overeind en wordt het zelfs uitgediept door de coronacrisis. Daardoor geraken zeer mooie initiatieven over de grenzen heen ondergesneeuwd.
De Amerikaanse aanpak kan dan weer geen voorbeeld worden genoemd. De veiligheid is daar een bevoegdheid van de staten. Gezien de diepe verdeeldheid in de Amerikaanse samenleving enerzijds en anderzijds het bijna totaal ontbreken van sociale zekerheid voor de modale Amerikaan, is er een erg uiteenlopende approach te zien tussen staten met grootsteden zoals Los Angeles, New York, Chicago etc en rurale staten met een verpauperde blanke bevolking en geringe bevolkingsdichtheid. Aan het inpakt van de coronacrisis is uiteraard minder groot in deze laatste staten dan in de dichtbevolkte staten. Ook de strijd tussen de legitieme rechten van de staten wat veiligheidsbeleid betreft en de poging van president Trump om hiervan een federale materie te maken, is nog lang niet gestreden, en zal ten koste van levens gaan.[12]
De roep naar decentralisering enerzijds en supranationale solidariteit en meer staatsinitiatief anderzijds klinkt echter steeds luider. De Italiaans-Amerikaanse econome Mariana Mazzucato is al lang geïntrigeerd door de bijdrage van de overheid aan het innovatieve vermogen van topbedrijven zoals Facebook, Tesla en Google. Ze bewees uitgebreid dat deze bedrijven enkel succesvol konden zijn omdat ze konden gebruikmaken van research betaald door de overheid. [13] De mythe van het vrije onderzoek van Silicon Valley is er een die door de bedrijfsleiders kunstmatig in stand wordt gehouden, aldus Mazzucato. Een opvallende bevinding dat de thans de Britse Tory-regering adviserende professor naar voren schuift is het succesvolle opereren van mission-oriented institutions in de VS, in de UK en in Israël. [14] Volgens de auteur zetten die verscheidene instituten markten op. [15] Het mooiste voorbeeld voor ,haar was het Apollo-programma in de sixties. Meer dan 300 verschillende projecten kwamen eruit voort, niet alleen in de luchtvaart, maar ook in gebieden als voeding, textiel, elektronica en medicijnen, resulterend in 1.800 spin-off producten, van gevriesdroogd voedsel tot koelpakken, veerbanden en digitale fly-by-wire vluchtcontrole systemen die worden gebruikt in commerciële vliegtuigen. Mazzcucato stelde dan ook voor ditzelfde principe op Europees niveau toe te passen, bv. door het Horizon 2020 op die manier te reorganiseren.
De EU onterecht gezet is aan de kant waar de klappen vallen; we meldden het reeds eerder: volksgezondheid is een puur nationale materie waarvoor de EU zelfs geen adviserende bevoegdheid heeft. Toch heeft de Unie ook dit keer zijn verantwoordelijkheid genomen. Waar in een eerste tijd, bij het begin van de coronacrisis, alle landen hun grenzen hermetisch zijn gaan sluiten, ondanks het Schengen-verdrag, en bestellingen van essentiële onderdelen bestemd voor andere landen zijn gaan tegenhouden, heeft de Europese Commissie zeer snel eenieder op zijn verantwoordelijkheid gewezen en heeft het vrij verkeer van goederen en diensten op die manier terug kunnen herstellen. De Europese Commissie is ook snel een gezamenlijke Europese respons op de coronavirusuitbraak gaan coördineren. Ze heeft drastische maatregelen om de zorgsector te versterken en de sociaal-economische gevolgen in de Europese Unie op te vangen en lidstaten te helpen hun nationale respons te coördineren.[16] Zeer mooie voorbeelden zijn er geweest van grensoverschrijdende samenwerkingen tussen regio’s aan beide kanten van de grens om de druk op overbelaste ziekenhuizen te verlichten door patiënten die aan de coronavirusziekte lijden, over te brengen naar lidstaten waar ziekenhuisbedden beschikbaar zijn. Duitsland, Zwitserland en Luxemburg hebben bedden beschikbaar gesteld om het zwaar getroffen oosten van Frankrijk en uit het noorden van Italië te helpen.[17] Dokters en verplegers zijn ook vanuit Roemenië en Noorwegen naar het fel getroffen gezonden omdat beide landen minder problemen kenden. [18]
Uitgaan vanuit eigen sterkte
De succesvolle aanpak van het coronavirus zegt niet enkel iets over charismatische politici die hun land doorheen een crisis kunnen loodsen. Er wordt uiteraard met bewondering gekeken naar de jonge, praktisch volledig vrouwelijke cohorte eerste ministers van IJsland, Nieuw-Zeeland, Denemarken, Duitsland en Oostenrijk, die hun land snel volledig hebben dichtgegooid en nu ook efficiënt hun economieën terug aan het opstarten zijn. Er dient ook gekeken naar achterliggende structuren die in landen reeds bestaan en die efficiënt zijn gebleken.
Een voor het oog van de buitenwereld erg centraal bestuurd land zoals Nederland, heeft toch een erg decentrale structuur waarop het kan terugvallen in crisistijden. Nederland is immers verdeeld in 25 veiligheidsregio’s, gebieden waarin wordt samengewerkt door verscheidene besturen en diensten bij de uitvoering van taken op het terrein van brandweerzorg, rampen- en crisisbeheersing, geneeskundige hulpverlening, openbare orde en veiligheid. Deze hebben een verregaande autonomie, waardoor nationale beslissingen kunnen worden geanticipeerd of aangepast aan de behoeften van de regio. [19]
Zwitserland daarentegen, waarvan de structuur uitermate decentraal is, heeft dan weer een Bundesamt für Gesundheit BAG (Federal Office for Public Health) binnen haar Eidgenössiges Department des Innern (Federal Office of Public Health) dat alle aspecten van Volksgezondheid coördineert voor de 26 kantons. [20]
België, een federaal land waarvan de deelstaten de meeste bevoegdheden hebben die niet overruled kunnen worden door de federale staat, had gelukkig, als gevolg van de Tchernobyl crisis in 1986, zichzelf voorzien van een Nationale Veiligheidsraad. Deze stelt de federale regering in staat maatregelen rond terreurdreigingen maar ook voor volksgezondheid. Deze stelt de federale regering in staat structureel overleg te organiseren met de deelstaten om alle aspecten van volksgezondheid te coördineren.
Duitsland wordt geprezen om zijn snelle en consequente aanpak: uitgebreid testen van bij het begin, de contacten van besmette personen in kaart brengen en isoleren.[21] Duitsland profiteerde echter ook van zijn federale systeem. Gezondheid behoort er tot de ¬bevoegdheid van de (zestien) deelstaten. Daardoor bestaat er een uitgebreid netwerk van publieke en private laboratoria. En die toonden zich de laatste weken zeer actief.
Italië is anderzijds het slachtoffer geworden van zijn regionale politiek. Het zwaartepunt van de uitbraak van de epidemie lag in de regio Lombardije. Die regio werd echter juist geleid door de populistische Lega die de vorige jaren het traditionele openbare gezondheidssysteem had vervangen die privéklinieken en waarvan de Lega-gouverneur had nagelaten zijn regionale autoriteit te gebruiken om zijn provincie snel in quarantaine te zetten en gewacht had op een nationale beslissing. [22] Maar anderzijds heeft het snelle ingrijpen van bepaalde burgemeester die een heel gebied van dorpen op eigen gezag in quarantaine had gezet, vanaf de dood van een eerste patiënt, erger voorkomen. “In Vò, een dorp van drieduizend zielen vlak bij Padua, viel de eerste coronadode van Italië. Wat er gebeurde in Vò tussen 21 februari en 23 maart? Lokaal initiatief. Er werd meteen een sanitair cordon om het dorp gelegd. Iedereen werd getest. Hevig zieken werden naar ziekenhuizen verderop gebracht. Mensen met milde symptomen werden thuis geïsoleerd en telefonisch en digitaal gecheckt. Alle anderen in Vò moesten zich ook geregeld melden, en binnenblijven tot het virus was uitgeraasd”[23]
Het Coronavirus heeft niet overal even zwaar toegeslagen. Het is duidelijk dat dichtbevolkte stedelijke gebieden in Europa en Noord-Amerika meer kans maken op een massale besmetting dan dunbevolkte gebieden. Lombardije en Venezia in Italië zijn veel zwaarder getroffen dan het Zuiden van Italië. New York, New Orleans and Los Angeles zijn de broeihaarden in Noord-Amerika. Parijs, Madrid, Londen, Milaan, Moskou de voor de hand liggende slachtoffers in Europa. Toch zijn er broeihaarden door toevalligheden: de samenkomst van religieuze gemeenschappen in de Elzas en Seoel, de skivakantie in Ischl in Oostenrijk en de Dolomieten in Noord-Italië, de voetbalmatch Atalanta Bergamo – FC Valencia… Men dient zich dan ook de vraag te stellen of een erg centraal gestuurd beleid dat een volledig land in lockdown stelt, wel de meest aangewezen piste is. Zweden heeft stringente maatregelen getroffen maar is ervan uitgegaan dat de regio Stockholm veel kwetsbaarder is dan het dunbevolkte Noorden. Een hoewel Zweden een centraal bestuurd land is, zoals Nederland, heeft het veel bevoegdheden aan zijn provincies doorgespeeld.
Ook voeding wordt gedecentraliseerd
Een van de meest opvallende feiten is de herwaardering van de lokale voedselketen. Landen zoals Nederland en België, die in een van de meest vruchtbare gebieden van Europa liggen, hadden het moeilijk de afgelopen jaren in hun eigen voedselvoorziening te voorzien. De voedingsindustrie met haar monocultuur hakte daar in op de bestaanszekerheid van kleinere boeren. Zij kregen door het internationale marktgebeuren steeds maar minder voor hun producten en schakelden dan maar over op frietaardappelen, die ze nu aan de straatstenen niet kwijt kunnen. Boeren die nog steeds dagverse’ groenten en fruit produceerden en die hoevewinkels hebben opgezet, plukken nu de vruchten van hun initiatieven. De korte voedselketen is terug. “Boeren die tot voor kort leverden aan de horeca of de industrie zetten hun eigen verkooppunten op en merken tot hun verbazing dat ze de verse asperges, kazen of koteletten niet snel genoeg aangesleept krijgen. We herwaarderen het voedsel uit eigen streek. Er is aandacht voor gezonder leven en eten en voor het fietstochtje naar de boer.”[24] Initiatieven die op stapel stonden om groetenproductie zo dicht mogelijk bij de steden op te zetten, krijgen nu wind in de zeilen. En dit in een periode waarop de voedingsmultinationals pleiten om de nieuwe Europese Green deal uit te stellen, omdat deze hen niet toelaat zich tijdig te herstellen van de COVID19 uppercut.
Centraliseren – decentraliseren?
Centraal geleide landen zoals de UK die een door Britten erg gewaardeerde National Health Service heeft, zijn erg kwetsbaar wanneer er in dat unieke systeem gesnoeid wordt. Een ketting is immers maar zo sterk dan haar zwakste schakel. De Britse regering heeft enorme inspanningen gedaan om plaatsgebrek en gebrek aan middelen op te vangen door tijdelijk ziekenzalen in te richten. Maar zal er ook de financiële tol voor betalen in een later stadium. In de VS, met zijn talrijke privé-ziekenhuizen en een verkommerd openbaar aanbod, ligt het hele zorgsysteem met de billen bloot. Alle zwakheden in de ziekenzorg drijven boven als wrakhout: de torenhoge kosten, het gebrek aan bedden, het gebrek aan medisch materiaal, het gebrek aan beademingsmachines voor als de crisis zijn piek bereikt.[25]
Moet er nu gedecentraliseerd worden of winnen hier de aanhangers van een sterk centraal systeem?
Er zijn verscheidene redenen waarom een decentrale besluitvorming voordelen heeft.
1) Het door de Franse revolutie gesprezen gelijkheidsbeginsel belet vaak dat regio’s op een andere manier kunnen behandeld worden binnen een centraal geleide staat.
Nederland, Oostenrijk, Italië en Duitsland hebben gekozen voor een regionale aanpak in gezamenlijk overleg tussen centrale overheid en regio’s. Voor Nederland betekende dit wel dat bepaalde wetten moeten aangepast worden. België een klein land met zijn zeer hoge bevolkingsdichtheid maar erg gedecentraliseerd heeft voor een nationale aanpak gekozen, een milde quarantaine maar met harde financiële sancties. Frankrijk en Spanje hebben een erg strenge lockdown gehandhaafd over zijn volledig grondgebied hoewel er echt duidelijke haarden zijn. Het feit dat sommige regio’s minder getroffen zijn dan andere heeft Frankrijk wel in staat gesteld om bepaalde ziekenhuizen te ontlasten door patiënten naar andere delen van het land over te brengen. Maar de algemene lockdown doet de Franse economie ook pijn. Spanje gaat dan weer de ontsluiting regionaal oppakken, waarbij minder getroffen regio’s zoals de Canarias, de Balearen, Murcia of Rioja sneller kunnen opstarten dan grootsteden zoals Madrid en Barcelona.[26]
2) Een gedecentraliseerde aanpak laat ook een meer kleinschalige en gerichte aanpak toe. Dit heeft zijn voordelen.
Een typisch voorbeeld zijn de mondmaskers. In België waren er voor de covid19-crisis praktisch geen mondmaskers meer voorradig. Hoewel de Mexicaanse griep-epidemie van 2009 de regering had doen besluiten om een strategische voorraad mondmaskers aan te leggen had de dooropvolgende populistische regering besloten deze niet te vernieuwen uit besparingsoverwegingen. De bestaande voorraad was dus niet meer valabel en werd vernietigd. De aankoop van nieuwe maskers is conflictstof geworden binnen de verschillende partijen vermits verscheidene bestellingen in China telkens kwalitatief slechte resultaten opleverden en miljoenen maskers dienden te worden afgewezen. In de exit-periode werd dan besloten elke Belg van een stoffen en herbruikbaar mondmasker te voorzien. Samen aankopen en de prijs daardoor drukken werd niet meer overwogen: de deelstaten dienden er zich dan maar mee te belasten. En wat deed de deelstaat Wallonië: hij schoof de zure appel door naar de gemeentelijke overheden. Zij dienden voldoende mondmaskers voor hun bevolking aan te kopen en de deelstaat zou de factuur betalen. Want kleinere hoeveelheden konden door kleinere ateliers in Europa worden verwerkt. [27]
3) Regionale en lokale autoriteiten kennen ook vaker hun omgeving: lokale bedrijven, non-profit organisaties en burgers met het hart op de juiste plaats.
Een Belgische vrouw uit Brussel heeft zo haar schouders gezet onder een inzamelactie voor het bejaardentehuis in het Spaanse dorpje waar ze woont. Muriel zette haar vriendinnen aan om thuis mondmaskers te maken. Zelf knipte ze 40 beschermingspakken uit plastieken verpakkingen van autozetels die ze van een garage kreeg.
De burgemeester van haar dorp brengt de mondmaskertjes rond en signaleert nieuwe behoeften die prompt aangepakt worden. Ze nam dus ook contact op te nemen met particulieren en bedrijven zoals warenhuizen om hen te vragen dringend materiaal te doneren. Ze kreeg zeer snel reactie in de vorm van de levering van 40 3D-geprinte beschermende vizieren, 700 paar handschoenen, 160 chirurgische maskers en een hele reeks materiaal dat mensen her en der thuis vervaardigden.[28]
Volgens ons is het is niet zomaar of…of. Het is eerder en…en. Maar vooral: het is doorgaan op de eigen sterkte. Een resiliënte maatschappij is een dynamisch geheel, waarbij burgers zich solidair opstellen, waarin bedrijven het belang van de maatschappij en de omgeving waarin ze functioneren voorop stellen, waarin kenniscentra en non-profit organisaties al hun competenties bundelen en waarin de overheid overlegt met al deze partijen en hun steun en akkoord zoekt, zodat de beslissingen die ze nemen gedragen worden en aanvaard. Kan dat enkel door charismatische nationale leiders naar voren te schuiven. De burgemeester van New York Bill de Blasio heeft veel meer impact gehad dat president Trump. Het vergt collectief leiderschap van politici die in dienst van de bevolking staan, en niet in dienst van hun partij of erger nog: van zichzelf.
[1] https://en.wikipedia.org/wiki/Sous_les_pav%C3%A9s,_la_plage! The phrase became a symbol of the events and popular movement during the spring of 1968, when the revolutionary students began to build barricades in the streets of major cities by tearing up street pavement stone. As the first barricades were raised, the students recognized that the stone setts were placed on top of sand. The statement encapsulated the movement's views on urbanization and modern society in both a literal and metaphorical form.
[2] https://euvsdisinfo.eu/throwing-coronavirus-disinfo-at-the-wall-to-see-what-sticks/?fbclid=IwAR0LjdMHg-3jsVxigXRKgB_UA_jTO7OX34BhYqgiimHuermoBjnhZw9DYB0 retrieved on 2-04-2020
EUvsDisinfo: Throwing coronavirus disinfo at the wall to see what sticks, April 02, 2020
[3] Tom Van de Weghe, Zaait Rusland verwarring over het coronavirus in het Westen? (Is Russia sowing confusion about the coronavirus in the West?), Belgian Television (VRT NWS), 20/03/2020 https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/03/19/zaait-rusland-verwarring-over-het-coronavirus-in-het-westen/ retrieved 20-3-2020
[4] Jos De Greef, Wapenfanaten, extreemrechts én leden van entourage van Trump: deze mensen vuren lockdownprotest in VS aan (Fire arms fanatics, far-right and members of Trump entourage: these people are firing lockdown protests in the US), VRT News, 20 apr 2020 https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/04/20/wie-zit-er-achter-het-lockdown-protest-in-de-vs-extreemrechts/ retrieved 21-4-2020
[5] Caroline de Gruyter: Na globalisering ‘glokalisering’? in De Standaard, 27-03-2020
[6] ORF – Redaktion, Leitl zollt EU bei Krisenbewältigung Lob,( Leitl praises the EU when it comes to managing the crisis) in ORF, 21-03-2020 https://ooe.orf.at/stories/3040283/ retrieved on 22-03-2020
[7] Paul Scheffer: We hebben een dienstbaar Europa nodig, (What we need is a serviceable Europe) in: De Standaard Weekblad, 18 april 2020
[8] António Guterres: The recovery from the COVID-19 crisis must lead to a different economy, UN Covid 19-response - 31 March 2020, https://www.un.org/en/un-coronavirus-communications-team/launch-report-socio-economic-impacts-covid-19
[9] ibidem
[10] Sergio Marchi, Is the U.S. empire in jeopardy?, in McLeans, April 15, 2020, https://www.macleans.ca/opinion/is-the-u-s-empire-in-jeopardy/, retrieved 27-04-2020
[11] Dany Lang et Isabelle Salle : Coronavirus: pourquoi les Pays-Bas n’ont pas de leçons à nous donner, (Coronavirus: why the Netherlands has no lessons to teach us) in Le Figaro - 23 avril 2020
[12] Denny Baert, Ivan Ollevier, Gouverneurs opnieuw aan zet in exitstrategie van Trump. In VRT News, 17-4-2020, https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/04/17/verenigde-staten-gaan-open-in-drie-fases/ retrieved on 27/4/2020
[13] “The development of Google’s search algorithm, for instance, had been supported by a grant from the National Science Foundation, a US public grant-awarding body. Electric car company Tesla initially struggled to secure investment until it received a $465 million (£380 million) loan from the US Department of Energy. In fact, three companies founded by Elon Musk — Tesla, SolarCity and SpaceX — had jointly benefited from nearly $4.9 billion (£3.9bn) in public support of various kinds. Many other well-known US startups had been funded by the Small Business Innovation Research programme, a public venture capital fund. “It wasn’t just early research, it was also applied research, early stage finance, strategic procurement,” she says. “The more I looked, the more I realised: state investment is everywhere.” João Medeiros, This economist has a plan to fix capitalism. It's time we all listened, in Wired, Tuesday 8 October 2019
[14] João Medeiros, This economist has a plan to fix capitalism. It's time we all listened, in Wired, Tuesday 8 October 2019
[15] “The prime example was DARPA, the research agency founded by President Eisenhower in 1958 following the Soviet Union’s launch of Sputnik. The agency pumped billions of dollars into the development of prototypes that preceded commercial technology such as Microsoft Windows, videoconferencing, Google Maps, Linux and the cloud. In Israel, Yozma, a government-backed venture capital fund that ran between 1993 and 1998, supported more than 40 companies. In the UK, the Government Digital Service, launched in 2010, was behind the award-winning .gov.uk domain, saving the government £1.7bn in IT procurement. “When I use the word ‘state’ I am talking about a decentralised network of different state agencies," she says. When such agencies are mission-oriented to solve problems and structured to take risks, they can be an engine of innovation.” João Medeiros, This economist has a plan to fix capitalism. It's time we all listened, in Wired, Tuesday 8 October 2019
[16] https://ec.europa.eu/info/live-work-travel-eu/health/coronavirus-response_en retrieved 29-04-2020
[17] Jolien De Bouw, Duitsland en Zwitserland vangen Franse coronapatiënten op, De Standaard Avond, 23 maart 2020
[18] ANP, Noorwegen en Roemenië sturen medische teams naar Italië, 7 april 2020, https://www.nd.nl/nieuws/varia/964840/noorwegen-en-roemenie-sturen-medische-teams-naar-italie, retrieved 29/04/2020
[19] Dominique Minten, Nederland timmert zijn coronabeleid juridisch dicht, De Standaard - dinsdag 28 april 2020
[20] Alexandra Wey, Coronavirus: the situation in Switzerland, in swissinfo.ch Apr 27, 2020 - https://www.swissinfo.ch/eng/covid-19_coronavirus--the-situation-in-switzerland/45592192, retrieved 29-04-2020.
[21] Ruud Goossens, Alert en doelgericht houdt Duitsland virus in bedwang, in De Standaard, 18-04-2020
[22] Ine Roox, Het verdriet van Italië, eenzaam in Europa, in De Standaard, 18-04-2020
[23] Caroline de Gruyter, Na globalisering ‘glokalisering’?, in de Standaard, 27-03-2020
[24] Ine Renson, Plots komt de lokale boer weer in beeld, in De Standaard, 2 mei 2020
[25] Björn Soenens: Corona in de wereld: Noord-Amerika: "Alle zwakheden in de ziekenzorg drijven boven als wrakhout" in VRT News, 25-03-2020, https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/03/23/bjoern-soenens-over-corona-in-amerika-ik-ben-nu-oorlogscorresp/ retrieved on 30-4-2020
[26] Jos De Greef, Spanje stapt uit strikte lockdown, met kleine stapjes en niet overal op hetzelfde ogenblik, in VRT News, 28 apr 2020, https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/04/28/spanje-stapt-uit-strikte-lockdown-met-kleine-stapjes-en-niet-ov/ retrieved on 30-04-2020
[27] Pascale SERRET, Au moins un masque par habitant: on s’organise comment?, in L'Avenir, 27-04-2020, https://www.lavenir.net/cnt/dmf20200427_01470325/au-moins-un-masque-pour-tous-on-s-organise-comment retrieved 29-04-2020
[28] Sven Tuytens: Brusselse is drijvende kracht achter burgerinitiatief in Spaans dorpje: "Geweldig om te zien hoe groot solidariteit is" (Brussels lady is driving force behind citizens' initiative in Spanish village: "Great to see how great solidarity is" – in VRTNews, 18 apr 2020 https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/04/17/sven-tuytens-brusselse-in-madrid/ retrieved 30-4-2020
0 notes
Text
Welke regionale en lokale aanpassingen kunnen blijvend zijn na de COVID-19 crisis?

Foto: Orthodoxe kathedraal Lviv (Oekraïne)
De COVID-19-pandemie is nog volop aan gang. Virologen kondigen al een tweede golf aan en zijn ervan overtuigd dat we nog een heel jaar met het virus zullen moeten leren leven, alvorens er een vaccin beschikbaar zal zijn ten vroegste in het midden van 2021. We hopen dat sommige delen van de wereld, zoals Afrika, zoveel mogelijk van het virus zal gespaard blijven, gezien de situatie van de plaatselijke gezondheidscentra die een dergelijke pandemie niet aankan. China, waar alles begonnen is, zet zich schrap voor een tweede golf van besmettingen; zo doet ook Zuid-Korea. In Europa versoepelen vele landen geleidelijk aan de quarantaine maar met zeer kleine stapjes en soms met een terugval. Deze déconfinement aanpak gebeurt meer en meer per regio en betrekt regionale administraties bij de handhaving maar ook bij de ontsluiting. De verspreiding van werelddeel naar werelddeel is minder aan de orde gezien de meeste vliegtuigen aan de grond staan en er dus niet meer massaal wordt gereisd tussen continenten.
Maar, hoewel we in Europa, en weldra misschien in Noord-Amerika terugkeren naar een normaler leven, zullen er bepaalde attitudes en gebruiken moeten ontstaan die gericht zijn op het beducht zijn voor een nieuwe uitbraak van het virus. Anderzijds merken we ook dat bepaalde nieuwe attitudes misschien voordelig zijn voor de bevolking en blijvend kunnen worden geïntroduceerd in onze samenleving. We zijn hierbij de cynische uitspraak van Winston Churchill indachtig: “Never let a good crisis go to waste”[1]. In dit artikel geven we een overzicht van de wijzigingen die we hebben vastgesteld en waarvan het misschien wenselijk is dat ze bestendigd worden. We behandelen daarbij volgende maatschappelijke aspecten: economie &management, openbaar bestuur & openbare financiën, gezondheidszorg, maatschappij en meningsuiting & media.
1. Economie & management
De schade voor de economie als gevolg van de lockdown van twee maanden is bijzonder ernstig. Het aantal werklozen steeg in vele delen van de wereld tot ongeziene hoogten. In Europa, met zijn goed uitgewerkte sociale zekerheid, konden velen terugvallen op een systeem van tijdelijke werkloosheid, waarbij de overheid een deel van loonlast overneemt. In de VS, waar dit niet bestaat, werden werknemers massaal ontslagen (22 miljoen) en vielen terug op aalmoezen en voedselbonnen. Een loonbeschermingsprogramma werd door het Congres in maart 2020 in het leven geroepen om stilliggende KMOs te ondersteunen die hun werknemers in dienst houden,[2] maar het is overbevraagd. Het lobby van de grootindustrie, die zijn arbeiders voor de crisis niet respecteerde, is in de VS echter zo machtig, dat het risico van “business as usual” er nadien erg groot is. Het feit dat de vleesverwerkende nijverheid die louter met latino’s en illegalen werkt, zichzelf heeft laten uitroepen tot een noodzakelijke industrie, is een eerste teken voor wat zal volgen.[3]
Er zijn echter winnaars en verliezers in het economisch strijdperk. De 5 grootste aandelen uit de Standard & Poors 500 (Microsoft, Apple, Amazon.com Inc, Alphabet & Facebook) hebben thans een even groot gewicht dat de 350 laagst gequoteerde in diezelfde overzichtstabel. Zij zijn de absolute winnaars. Ook de pharma- , de agro-industrie en de food distributiesector hebben poen geschept. De verliezers situeren zich in de diensten sector. In de VS, maar ook in Europa zullen duizenden bars, restaurants & cafés, massagesalons, evenement- en concertorganisatoren, reinigingsfirma’s, voetbalclubs etc zullen het de volgende maanden hard te verduren hebben. Als zij al naar adem hapten voor de pandemie, worden zij vogels voor de kat.
Maar aan de andere kant zijn er minder in het zicht lopende winnaars: kleine landbouwbedrijven die hun producten niet meer aan de grootdistributie aanboden maar zelf een hoevewinkel of een hoevewebsite ontwikkelden[4], plukken u de vruchten van hun inspanning. Kleine zelfstandigen, zelfs boekenwinkels, die met veel inzet, hun klanten met een afstand zijn blijven bedienen, worden thans in de armen gesloten. Kleinschaligheid en kwaliteit wordt terug geapprecieerd, weliswaar door een beperkte groep, maar die voldoende groot is om winst te maken. Steden en regio’s maken zich op om deze trend te ondersteunen want de nabijgelegen kleinschalige producent garandeert toelevering aan steden. De Brusselse Minister van Leefmilieu Alain Maron besliste recent een steunmechanisme op te zetten voor de stadslandbouw sector: ‘De covid-19-crisis heeft de veerkracht van korte ketens aangetoond. Dit is precies het model dat we in het Brussels Gewest willen ontwikkelen, een voedselsysteem dat de mens, zijn gezondheid en het milieu respecteert. Ik zal dan ook de nodige aandacht blijven besteden aan deze sector die één van de belangrijkste zal zijn voor het economische herstel aan het einde van deze crisis.’[5]
Een tweede fenomeen is dat van de reshoring of herindustrialisering. China, “de fabriek van de wereld”, ligt aan de basis van de pandemie, mede door de eigenaardige eetgewoonten van de bevolking, die -door virussen besmette- wilde dieren op markten in stadscentra levend koopt en ter plaatse laat slachten om te consumeren.[6] De epidemie van COVID-19 is in een van de Chinese megasteden ontstaan en verplichtte de overheid van een drastische lockdown te organiseren, waardoor de industriële productie stilviel. Vermits China echter instaat voor het grootste deel van de productie van basismaterialen voor pharma, auto’s, medisch materiaal etc., viel ook de export stil en de toelevering aan alle andere fabrieken in de wereld, aan de hospitalen, aan labo’s, etc.[7] Voor de gevolgen van deze doorgeslagen globalisering waarbij één land de sleutels voor de productie in de hele wereld in handen heeft, was reeds geruime tijd gewaarschuwd. Maar overheden in de Westerse wereld voelden zich machteloos tegen de multinationals die de economie beheersten. Van de ene dag op de andere stonden overheden plots veel sterker en begonnen ze initiatieven te nemen om kleinere bedrijven uit te nodigen de ontbrekende voorraden lokaal te produceren. De – al dan niet chirurgische- mondmaskers en de ontsmettingsgels waren de voortrekkers. Basisingrediënten voor farmaceutische producten volgden. Japan en de EU speelden een voortrekkersrol om multinationals ertoe aan te zetten hun productie te diversifiëren naar andere landen en liefst dichter bij de finale –Westerse of Japanse- afzetmarkt. Over ‘strategische’ producten zullen afspraken worden gemaakt met overheden. In de EU is het de Europese commissie die hierin een voortrekkersrol op zich neemt. Want men gaat er in rest van de wereld van uit dat eetgewoonten van anderhalf miljard mensen niet zomaar veranderd zullen worden en dat het risico van nieuwe pandemieën die in China ontstaan niet uitgesloten is.[8]
Op managementsvlak is er een grote doorbraak geweest, die duidelijk een blijvend karakter zal hebben: het telewerken en het afstand vergaderen. Vele bedrijfsleiders hadden onvoldoende vertrouwen in hun personeel om telewerken grootschalig door te voeren. De gedwongen invoering ervan bij gezinnen waarbij de ouders door de quarantaine thuis moesten blijven, werken en tevens op hun kinderen dienden te passen, is verhelderend geweest. Daardoor zijn apps zoals Skype, Zoom, Webex Meet, Microsoft Teams etc gretig in gebruik genomen, waardoor deze in een snel tempo zich hebben kunnen aanpassen aan nieuwe omstandigheden. Zoom heeft dat hardhandig moeten ondervinden door nietsontziende hackers die de vergaderingen binnendringen en vergaderaars met grove beledigingen, porno en zelfs kinderporno overstelpten, waardoor Afrikaanse landen het gebruik van de app zijn gaan verbieden. [9]
2. Openbaar bestuur & openbare financiën
In Europa was het bij de corona-uitbraak in een eerste periode “Ieder voor zich”. Dit had te maken met het feit dat gezondheidszorg door het Verdrag van Maastricht specifiek als “nationale materie” was vastgelegd, waarbij Europa zelfs geen advies- of ondersteuningsbevoegdheid had. Zoals de jongste twintig jaar steeds vaker gebeurt, zijn politici in zwaar geteisterde landen zoals Italië en Spanje hun bevolking dan gaan wijsmaken dat de EU hen niet had ondersteund en dat er niets van de EU te verwachten viel. Maar het “Ieder voor zich” principe bracht ook mee dat grenzen werden gesloten voor personenvervoer, maar ook voor vrachtverkeer, dat bedrijven belet werden nog strategische producten, zoals mondmaskers, te exporteren. Erger nog: alle EU landen begonnen hun manier van zieken en overlijdens tellingen op een andere manier te doen en dan meewarig op andere Europese landen neerkeken die het “toch niet zo goed als zij deden.”
Het heeft een maand geduurd en vele overlijdens later, vooraleer nationale regeringen begonnen in te zien dat een supranationaal niveau zoals de EU veel meer soft power heeft in de wereld dan elk EU afzonderlijk, zelfs al is het Frankrijk of Duitsland; en dat Europa is reeds te zeer versmolten om terug grensbarrières door te voeren. Intern vrachtverkeer werd per onmiddellijke ingang hersteld en landen konden verkoop van strategische goederen aan andere landen binnen de EU niet blokkeren. [10] Kwaliteitskranten uit zeven lidstaten, waaronder Berliner Morgenpost , Le Soir, Gazeta Wyborcza en Ouest-France deden een oproep om de verworvenheden van Europa niet overboord te gooien, maar ze in tegendeel te versterken in de coronacrisis. [11] Tegenwoordig wordt het EU-grensbeleid gecoördineerd, stroomt medische apparatuur binnen de interne markt en worden patiënten van het ene land naar het andere overgevlogen om intensieve zorg te krijgen. Bovendien beginnen Europeanen binnen de unie te doen wat China niet kan: elkaar te helpen navigeren door de ernstige sociaaleconomische gevolgen van deze historische crisis. In landen die minder zwaar getroffen werden zoals Duitsland en de Scandinavische landen beseft men dat een houding van “Ieder voor zich” en verwijten dat de zwaarder getroffen landen krekels zijn geweest en zijzelf mieren, een foute houding is omdat de eigen economieën ook afhangen van de export naar de rest van Europa. [12]
Een tweede belangrijke conclusie die kan gemaakt worden, is dat beslissingen op nationaal niveau nemen voor het volledige territorium om het gelijkheidsprincipe te respecteren niet van opperste efficiëntie getuigt en bepaalde regio’s zelfs discrimineert. Men dient te veelomvattende beslissingen te nemen met te weinig mensen zonder kennis van het plaatselijke kader. Men kiest daardoor te vaak voor grootschaligheid daar waar gemultipliceerde kleinschaligheid tot veel betere en minder maatschappelijk omwentelende resultaten leidt. Regionale en lokale autoriteiten kennen ook hun middenveld en hun bedrijven. Zij hebben geregelde contacten en kennen de mensen met het hart op de juiste plaats alsook de profiteurs. Ze zullen deze laatste links laten liggen. De nationale overheid laat zich vaak door deze laatsten in de luren leggen.
In Rusland heeft president Poetin het principe om het beslissingsniveau op het niveau van de gouverneurs doorgevoerd uit angst om zelf voor foutieve beslissingen veroordeeld te worden. Zijn gouverneurs zijn echter apparatsjiks die juist gekozen zijn omwille van hun kleurloosheid en gezagsgetrouwheid. In Duitsland worden de beslissingen voor volksgezondheid door de deelstaten genomen. Dit heeft meegebracht dat deze snel afdoende beslissingen voor hun regio hebben kunnen nemen, gebruikmakend van de infrastructuur en de controlelabo’s die te hunner beschikking stonden. Dit heeft zijn vruchten afgeworpen. In België was het gezondheidsbeleid te versnipperd tussen deelstaten en federale staat, waardoor het initiatief bij de federale staat is gelegd, die inderdaad de fouten van de hierboven beschreven grootschaligheid heeft gemaakt. Zo werden testen in het begin geconcentreerd in 1 hospitaal voor het hele land en zijn de bestellingen voor mondmaskers grootschalig geplaatst vanuit 1 openbare aanbesteding aan een bedrijf dat geen controle had op de Chinese leverancier, waardoor 3 miljoen maskers werden geleverd die niet aan de gevraagde kwaliteitsnormen beantwoordden.
Nationale overheden hebben echter snel bijgeleerd. Tijdens de deconfinement werden de regels in Spanje en in Frankrijk per regio vastgelegd en werd de doorvoering ervan en controle eveneens gedecentraliseerd. Het gelijkheidsbeginsel moest losgelaten worden , maar de efficiëntie voor de bevolking is er des te meer op vooruitgegaan.
Staten verhogen hun schulden zeer drastisch waarbij economen denken dat een hele generatie zal nodig zijn om terug tot normaal te komen. Economen hebben ook uitgedokterd dat regeringen de coronacrisis kunnen bestrijden zonder dat dit tot extra besparingen moet leiden. De schulden die ze daarvoor maken, zullen door de jaren heen geleidelijk verwateren en uiteindelijk verdwijnen. De halveringstermijn van de overheidsschuld door de verwatering zal echter nog steeds 30 tot 35 jaar in beslag nemen, en dit zal heus niet de laatste economische crisis zijn die de overheid moet opvangen. Het is bovendien cruciaal om te benadrukken dat het verwateringsprincipe alleen van toepassing is voor een schuldstijging door eenmalige (tijdelijke) overheidsuitgaven, en dus niet door loonsverhogingen.[13]
De Europese Commissie zal naar verwachting binnenkort voorstellen indienen over een COVID-19 herstelfonds, maar er is al grote verdeeldheid over bijvoorbeeld de vraag of landen leningen of subsidies moeten krijgen.[14] De Commissie stelt ook een noodplan op om te voorkomen dat landbouwers, bedrijven en organisaties die op EU-middelen rekenen, met een onderbreking geconfronteerd worden wanneer de goedkeuring van de langetermijnbegroting vertraging oploopt.
De Europese Centrale Bank heeft zelf ook belangrijke inspanningen geleverd om landen en bedrijven de mogelijkheid te bieden hun economieën te ondersteunen. Dit heeft, opnieuw, tot controverses geleid. Zo heeft het Duitse Grondwettelijke Hof de beslissingen van de Europese Centrale Bank overruled. Maar uit het gekibbel binnen Europa komen meestal toch resultaten, want er is geen enkel land die er maar over denkt uit de EU te stappen na de afstotelijke wijze waarop de Brexit reeds drie jaar alle verdere inspanningen heeft gehinderd. Maar iemand zal dit wel moeten betalen. Grote fortuinen staan meer en meer onder druk om bij te dragen tot belastingen en deze niet meer te ontlopen. In vele Europese landen wordt met veel aandacht naar de doelgroep van multinationals en grote vermogens gekeken die tot nog toe slechts minimaal hebben bijgedragen tot de openbare financiën. Het uitgangspunt is hierbij dat in het verleden de winsten steeds naar het individu gingen en de verliezen dienden te worden gedragen door de samenleving.
3. Gezondheidszorg
Van sector waarin de jongste jaren driftig werd bespaard, vooral door neoliberale en populistische regeringen, is gezondheidszorg plots een thema geworden waaraan niet meer mag geraakt worden, meer nog waarin opnieuw meer moet worden geïnvesteerd met belastinggeld. Er is een discussie ontstaan over grootschaligheid en kleinschaligheid.
Elke Brit zweert bij de NHS, de Nationale Health Service. En hoewel er in tempore non suspecto heel veel kritiek was op dit systeem dat traag was waardoor mensen vaak stierven vooraleer behandeld te kunnen worden, blijkt het robuust wanneer het aankomt op het behandelen van een pandemie. Vooral omdat er slechts 1 line of command is, die dan nog een rechtstreeks oor van een minister heeft die snel budgetten kan vrijmaken. In de VS met zijn publieke en privé hospitalen, met honderden verschillende eigenaars, die niet georganiseerd zijn, is die line of command diffuus en een struikelsteen voor een snelle aanpak van een pandemie. Heel duidelijk is daarbij het gebrek aan empathie gebleken bij de meeste instellingen die vanuit commercieel oogpunt gerund worden. Daar staat de eigenaar en niet de klant/patiënt centraal. Overleg met deze instellingen gebeurt ook veel moeizamer omdat de eigenaars vaak in andere staten en zelfs in het buitenland zetelen.
En heel ander uitgangspunt geldt voor non-profit organisaties die vanuit religieuze of maatschappelijke betrokkenheid een netwerk van zorginstellingen hebben uitgebouwd. Hoewel daar ook kostenbewustzijn een hoofdfocus vormt, is de toegevoegde waarde voor de klant in de missie en in het DNA van de instellingen vervat. Deze netwerken dienen systematische partners van de autoriteiten te zijn zowel op nationaal als ook regionaal niveau. Daarbij mogen partijideologieën die religie verafschuwen, niet meespelen.
Het principe dat Duitsland en Zwitserland ervoor heeft gekozen het beheer van de gezondheidszorg op het niveau van de deelstaten of cantons te leggen, is ingegeven door het besef dat kleinschaligheid leidt tot inspelen op lokale noden, stimuleren van menselijke inzet en zoeken naar oplossingen met lokale partners uit middenveld en bedrijfsleven. Grootschaligheid anderzijds leidt tot uniformiteit in beleid en tot een kostenbeheersend aankoopbeleid. Frankrijk, Italië en België worstelen met deze twee principes. Zij hebben academische ziekenhuizen die nationaal gefinancierd worden, publieke ziekenhuizen en rusthuizen, die lokaal gefinancierd worden, maar ook sterke religieuze ordes die, hoewel zij niet meer over veel religieuzen beschikken, toch gerund worden vanuit de geest en missie van de orde. Deze zijn overkoepelend door de orde bestuurd volgens het principe van beheer van de goede huisvader.
Wij spreken ons hierbij niet uit over de meest optimale vorm, hoewel we te allen tijde voorstander van een aanpak dicht bij de patiënt zijn. We beseffen echter ook dat bepaalde behandelingen zo kostenopslorpend zijn, dat ze slechts nationaal en zelfs niet regionaal kunnen worden georganiseerd. Maar we hameren erop dat alle betrokkenen zich organiseren zodanig dat zij mee in overleg kunnen gaan met de overheid opdat de inspanningen ten goede kunnen komen van de patiënten en de bevolking.
4. Mobiliteit
We voelen in deze periode een conflict tussen de principes van ecologie en gezondheid. De principes van ecologie gaan uit van een samenleving met minder fijn stof. Dit fijn stof wordt in eerste instantie uitgestoten door wagens die zich voortbewegen door fossiele brandstof. Er wordt dus reeds jaren gepleit zowel in Europa als in de megasteden in de VS, China en India om een efficiënt openbaar vervoer te organiseren zodat transport met individuele wagens kan vermeden worden. Het is vooral in stedelijke gebieden waar zich veel kantoorgebouwen bevinden, waarnaar mensen zich ’s ochtends begeven en ’s avonds terug uit vertrekken dat de densiteit van fijn stof een gezondheidsprobleem vormen. Het openbaar vervoer, bij voorkeur met hernieuwbare energie, werd daarvoor aangeprezen en uitgebouwd. Het mooiste voorbeeld is de stad Los Angeles, waar tot in de jaren 90 van de vorige eeuw geen openbaar vervoer was, en waar nu in snelvaart tempo metro en tramlijnen worden geïnstalleerd die de stad doorkruisen en het polluerende privévervoer trachten uit te schakelen.
Corona stelt dit allemaal terug on vraag. De Britse premier Boris Johnson deed in zijn TV-toespraak van 11-5-2020 de verrassende uitspraak: “Vermijd openbaar vervoer waar het enigszins kan”. Want inderdaad, dit kan niet georganiseerd worden volgens de regels van social distancing. Bovendien is de ventilatie er vaak kunstmatig waardoor verspreiding van een virus er aan ijltempo zich kan doorzetten. Wagens krijgen dus de voorkeur op openbaar vervoer dat minder snel kan gedesinfecteerd worden. Dit heeft natuurlijk nare gevolgen voor de mobiliteit en riskeert binnen de kortste keren verkeersinfarcten te doen ontstaan.
Wanneer we dan toch ecologie met gezondheid dienen te verzoenen -en het is essentieel dat we de Green Deal doelstellingen handhaven- dient het wagenpark versneld fossielvrij te worden en dient er een versneld verbod te komen op wagens met niet-duurzame energie. Er wordt ook door veel stedenbouwkundigen en architecten gepleit voor het promoten van de fiets, ook en vooral in het stadscentrum. Waarbij de capaciteit van veilige fiets- en wandelpaden dient te worden opgedreven, missing links weggewerkt en de fietssnelwegen worden uitgebreid met veilige, afgescheiden fietsnetwerken binnen woonwijken. Overstapplaatsen aan de rand van de stad zijn nodig om het verkeer van buiten de directe periferie op te vangen.[15]
Een tweede pijnpunt is het transport via vliegtuig en de plezierreis via cruiseschip. Vervoersmiddelen met natuurlijke ventilatiesystemen die snel en efficiënt kunnen gedesinfecteerd worden krijgen een publieke voorkeur op transportmiddelen die ventileren met geperste lucht en die snel, zonder veel onderhoud of desinfectie tijdens landingsperiodes, terug moeten kunnen vertrekken met nieuwe reizigers aan boord, die nauwelijks gecontroleerd zijn op ziekteverschijnselen. Japans onderzoek heeft uitgewezen dat in dergelijke omstandigheden waarin mensen gedurende geruime tijd dezelfde ruimte delen en dicht op elkaar gepakt samenleven voor verscheidene uren, virussen zich razendsnel kunnen verspreiden. Het is dus duidelijk dat investeringen in hoge-snelheidstreinen en –lijnen en in elektrische of met waterstof aangedreven reisbussen in de toekomst de voorkeur zullen krijgen op reizen op cruiseschepen of in vliegtuigen. En dat reizigers zich ook kort voordien voor kiemvrij zullen dienen te laten verklaren alvorens aan boord te worden gelaten.
5. Maatschappij
Allereerst een belangrijke vaststelling. De wijze waarop burgers betrokken zijn bij de aanpak van de COVID-19 crisis verschilt van streek tot streek. Toch stellen we over het algemeen vast dat het georganiseerde middenveld een belangrijke rol kan spelen, vaak met vrijwilligers en met knowhow. De boeiende verhalen van start-ups die hun 3-D printers hebben ingezet om tussenstukken te printen voor geïmproviseerde beademingstoestellen, [16]van hospitalen waarvan de druk niet te hoog lag die verpleegsters gingen delegeren naar zwaar geteisterde rusthuizen, van burgers die zich hebben ingezet voor voedselaanmaak en –bedeling voor minder fortuinlijk medeburgers, tonen een belangrijke weerbaarheid van de burger aan. Vaak zijn het lokale mandatarissen geweest die vraag en aanbod bij elkaar hebben gebracht. Er moeten dan ook naar regionale en lokale mogelijkheden zijn om deze bereidwillige en kundige burgers bij beleid en bestuur te betrekken op een structurele manier.[17] Zij mogen niet beschouwd worden als pottenkijkers, zij moeten aangemoedigd worden om positief mee te denken over beleidsvraagstukken. In een wereld waar vele partijen polarisering als strijdwapen hanteren zal dit natuurlijk niet eenvoudig zijn.
Een tweede vaststelling is dat massamanifestaties niet meer kunnen plaatsvinden. Voetbalwedstrijden in stadia van 70.000 zitjes, festivals met 40.000 jongeren op een weide, wielerwedstrijden met 30.000 toeschouwers langs de weg, zullen nog geruime tijd te mijden zijn. Sport wordt terug een gezondheidsproduct en niet meer een massaproduct om onwezenlijk veel geld mee te verdienen. (Populaire) Cultuur wordt terug een ontspanningsproduct en niet meer een kuddegeestproduct om massa’s geld mee te verdienen. Is dit erg? Ja, voor al de mensen die er een normaal loon voor opstrijken. En dat zijn er duizenden. Dit bewijst nogmaals dat de Westerse economie te hard is doorgeslagen naar de dienstensector. We pleiten dan ook voor meer maakindustrie, voor meer industrie die gericht is op het hergebruiken van bestaande materialen en voor minder bullshit jobs.[18] Dit zal noodzakelijk gepaard gaan met meer automatisering en aanwending van artificiële intelligentie. Als maatschappij moeten we waakzaam zijn bij die evolutie, maar niet het kind met het badwater weggieten.
6. Meningsuiting & media
De rol van sociale media is nog meer in vraag te stellen dan voorheen. FB & Google hebben gefaald in hun opzet om fake news een halt toe te roepen. De EU heeft een bijzonder organisme opgericht om fake news in verband met de Coronacrisis te melden en te bestrijden. De hallucinante verhalen van EUvsDISINFO [19] zijn een bewijs dat sociale media meer en meer misbruikt worden door landen, verenigingen en criminelen met kwade bedoelingen en dat de initiatiefnemers tegen dit soort desinformatie niet opgewassen zijn. Zij zijn te groot geworden en dienen dus opgesplitst. Europa dient een eigen FB en Google te ontwikkelen die meer rekening houdt met de privacy en meer fake news vanuit Rusland en China afblokken.
De pers heeft in de hele COVID-19 crisis een erg dubbelzinnige rol gespeeld. Ze gaan enerzijds de berichtgeving van de overheid verspreiden maar gaan die ook onmiddellijk onderuithalen door allerlei figuren op te voeren die er afwijkende meningen op na houden. In tijden van onheil, zoals oorlog of epidemie, zou er een eensgezind gedrag zou moeten ontstaan om een gezamenlijke vijand de baas te kunnen. Deze ingewortelde houding van de pers als dusdanig –ook de publieke omroepen- om persé scoops te halen, dient dan ook als laakbaar te worden bestempeld.
Tot slot wil ik mijn opinie nog geven over de toenemende cybercriminaliteit. Vergaderinstrumenten en technische middelen zoals contact detecting via telefoon saboteren is een gedrag waarmee veel te laks wordt omgesprongen. Mensen die zoiets doen, dienen snel en lang uit de maatschappij te worden verwijderd want zij zijn door en door slecht. Als een burger in een Westers land tot 5 mails per dag krijgt van verschillende bronnen, die er enkel op gericht zijn om zijn computerbestanden uit te wissen of om zijn bankrekeningnummers of paswoorden in handen te krijgen en hem dan letterlijk zijn geld afhandig te maken, dan is dit een plaag, die veel steviger dient bestreden te worden dan de zoektocht naar Al-Qaeda of ISIS. Dan gaat dit veel meer op de zenuwen werken van individuen die willen werken en hun leven leiden, dan de aanwezigheid in het straatbeeld van Syriërs die hun in puin geschoten land hebben ontvlucht en terug proberen een leven op te bouwen. Maar deze onbekende vijand is niet sexy en biedt dus geen mogelijkheid om partijen tegen elkaar op te zetten. Daarom wordt hij dan ook maar doodgezwegen of met een schouderophalen te worden afgedaan.
Louis Delcart, lid raad van bestuur European Academy of the Regions, www.ear-aer.eu
[1] Blijkbaar heeft hij dat nooit gezegd, maar het werd een van de vele citaten die aan Churchill werden toegeschreven. Er bestaat echter een rapport "Never waste a good crisis". Het rapport riep de industrie op om de Grote Recessie te gebruiken als een kans om de prestaties te veranderen. https://en.wikipedia.org/wiki/Never_Waste_a_Good_Crisis, retrieved 14-05-2020
[2] Bas den Hond, Werkloosheid VS maakt enorme sprong, steunprogramma’s raken overbelast,( US unemployment is booming, support programs are overloaded) in Trouw, 5-05-2020, https://www.trouw.nl/buitenland/werkloosheid-vs-maakt-enorme-sprong-steunprogramma-s-raken-overbelast~b57df230/?referer=https%3A%2F%2Fwww.google.be%2F, retrieved 12-05-2020
[3] Daniel Arkin, Tyson Foods chairman warns 'the food supply chain is breaking', in NBCNews, April 27, 2020, https://www.nbcnews.com/news/us-news/tyson-foods-chairman-warns-food-supply-chain-breaking-n1193256 Retrieved 28-4-2020
[4] Ine Renson, Plots komt de lokale boer weer in beeld,( Suddenly the local farmer comes back into the picture) in De Standaard, 2 mei 2020
[5] Amaury Michaux, Stadslandbouw is belangrijk voor economisch herstel (Urban agriculture is important for economic recovery), in De Standaard, 11 mei 2020 https://www.standaard.be/cnt/dmf20200510_04953363 Retrieved 11-05-2020
[6] MARWAAN MACAN-MARKAR, Coronavirus an unlikely gift in Thailand's fight to save wildlife, China's Xi bans illicit trade as epidemic's link to smuggling becomes clear, Nikkei Asian Review, February 29, 2020, https://asia.nikkei.com/Spotlight/Coronavirus/Coronavirus-an-unlikely-gift-in-Thailand-s-fight-to-save-wildlife, retrieved 3-03-2020
[7] Robert Boute, Coronavirus legt de zwakheden bloot van de wereldwijde verstrengeling van bedrijven, (Coronavirus exposes the weaknesses of the global entanglement of companies), in VRTNews, 29 feb, https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/02/28/coronavirus-legt-de-zwakheden-bloot-van-de-wereldwijde-verstreng/ retrieved 29-04-2020
[8] KATSUJI NAKAZAWA, Xi fears Japan-led manufacturing exodus from China, The year of the metal rat returns every 60 years -- and brings calamity with it, in Nikkei Asian Review, April 16, 202, https://asia.nikkei.com/Editor-s-Picks/China-up-close/Xi-fears-Japan-led-manufacturing-exodus-from-China retrieved 17-04-2020
[9] Hugues Mugemana, Rwanda warns against the use of Zoom over security concerns, in The New Times, April 10, 2020, https://www.newtimes.co.rw/technology/rwanda-warns-against-use-zoom-over-security-concerns, retrieved 11-4-2020 - Edwin Ashimwe, Rwanda: Zoom Clears the Air Over Security and Safety Issues, in The New Times, 4 April 2020, https://allafrica.com/stories/202004040152.html, retrieved 13-05-2020
[10] Nathalie Tocci, How coronavirus will upturn the global order, As the epidemic heightens tensions between Beijing and Washington, it’s up to Europe to step into the breach, in Politico 9-4-2020, https://www.politico.eu/article/coronavirus-upturns-global-order-china-united-states/ retrieved 13-05-2020
[11] Es ist Zeit für einen gemeinsamen Weckruf für Europa, Ein Appell europäischer Medien an die Regierungschefs, (It is time for a common wake-up call for Europe. An appeal by European media to the heads of government) in Berliner Morgenpost, 7-04-2020, https://www.e-pages.dk/bmberlinermorgenpost/540/article/1116302/1/1/render/?token=a2926138d4d53f0b266afa6a7ca41111 retrieved 09-04-2020
[12] Jens Südekum, Gabriel Felbermayr, Michael Hüther, Moritz Schularick, Christoph Trebesch, Peter Bofinger, Sebastan Dullien, Europa muss jetzt finanziell zusammenstehen,(Europe must now stand together financially) in Frankfurter Allgemeine Zeitung, 21-03-2020, https://zeitung.faz.net/faz/wirtschaft/2020-03-21/europa-muss-jetzt-finanziell-zusammenstehen/439713.html?GEPC=s5 retrieved 23-03-2020
[13] Gert Peersman, Alleen de coronaschulden verdwijnen vanzelf (Only the corona debt disappears after a while) in De Standaard 12-05-2020
[14] https://www.politico.eu/wp-content/uploads/2020/05/recovery-fundFRnonpaper_copy.pdf retrieved 14-05-2020
[15] Annekatrien Verdickt, Gideon Boie & Jens Aerts, Naar de exit zonder auto, (Towards the exit without car), in De Standaard 12 mei 2020
[16] Ine Roox, Het verdriet van Italië, eenzaam in Europa,( The sorrow of Italy, lonely in Europe) in De Standaard, 18-04-2020
[17] Sven Tuytens: Brusselse is drijvende kracht achter burgerinitiatief in Spaans dorpje: "Geweldig om te zien hoe groot solidariteit is" (Brussels lady is driving force behind citizens' initiative in Spanish village: "Great to see how great solidarity is") – in VRTNews, 18 apr 2020 https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/04/17/sven-tuytens-brusselse-in-madrid/ retrieved 30-4-2020
[18] Louis Delcart, RE-INDUSTRIALIZATION: EUROPEAN REGIONS HAVE A LOT OF BENEFITS, in: blog Principles of regional approach, 4-07-2019 https://lodelcar.tumblr.com/post/186112943925/re-industrialization-european-regions-have-a-lot retrieved 14-05-2020
[19] https://euvsdisinfo.eu/ retrieved on 28-3-2020
1 note
·
View note