Tumgik
#taal is van iedereen
dutchjan · 8 months
Text
Tumblr media
January 31, 2024
0 notes
zoueriemandzijnopmars · 5 months
Text
Hallo iedereen en vrolijke praat je eigen taal dag (SPYLD)! Ik wil graag even praten over iets dat Nederlands heeft en dat ik elke dag mis als ik met mijn internationale collega's praat.
`Werk ze!'
Alle Nederlanders zeggen dit wel eens (Vlamingen blijkbaar minder volgens de bronnen die ik vond) en het betekend zoveel als `Succes met werken', maar iets minder enthousiast. Als je iemand succes wenst lijkt er een aanname te zijn dat diegene succes nodig is, dat het werken zwaarder gaat zijn dan normaal. Het toevoegen van `ze' impliceert dit niet, het is een lichtere vorm van succes wensen.
De typische interactie met deze constructie gaat zo:
A: "Ik ga werken. Doei!"
B: "Doei! Werk ze!"
Je kan deze constructie ook bij andere werkwoorden toepassen:
`Sport ze!'
`Slaap ze!'
`Douche ze!'
Etc.
(Al zijn er ook werkwoorden waarbij het onlogisch klinkt, een artikel dat ik heb gevonden zei bijvoorbeeld dat je best `Slaap ze!' kan zeggen, maar niet `Slaap ze uit!' Dus bij twijfel, zeg maar niet.)
Hoe deze constructie is ontstaan is niet helemaal duidelijk, maar je hoort het regelmatig, dus als Nederlands je tweede (derde, nde) taal is, maar je wel Nederlands wilt klinken kan deze constructie niet missen in je repertoire!
17 notes · View notes
devosopmaandag · 1 year
Text
Betekenisvolle flarden
Afgelopen vrijdag was de avond koel en warm tegelijk. De Amsterdamse binnenstad zoemde in de vroege avond als een bijenkorf, flarden van talen passeerden mij. Ik was iets te vroeg en zat op een muurtje. Aan de overkant lag De Balie, badend in licht en leven. Dat stelde ik nog even uit. Ik dacht terug aan die ene keer dat ik er een korte lezing gaf als een van een reeks sprekers over de toestand van de kunst en hoe ik die tekst 's avonds laat voorlas aan een man in Brussel. Dat was zo'n dertig jaar geleden, een ander leven. De opwinding die ik toen voelde voor even deel uit te maken van een intellectuele wereld – ik, dat Indische kind. En hoe onwaarschijnlijk dat eigenlijk was.
Eenmaal in de zaal kwam iets van dat oude gevoel terug. Ik zat zo dicht mogelijk bij de deur. Het was een heel slechte plek, maar hij volstond. Na afloop moest ik nog terug met de trein en wilde niet te laat thuis komen. Het publiek stroomde binnen op beenlengte van mij vandaan. Bijna iedereen had iets blijmoedigs of verwachtingsvols. Vele tinten bruin kwamen voorbij. De afwezige Anil Ramdas was de ster van de avond. Ik lees nu zijn biografie, die van zijn ideeën, volgens auteur Karin Amatmoekrin. Ze werd geïnterviewd, gevolgd door een gesprek met drie anderen.* Het was een levendige avond, waarin een aantal namen van denkers boven de tafel bleef gonzen. Het meisje naast me veerde steeds op, af en toe ontsnapten haar zachte kreten. Ik noteerde enkele dingen die werden gezegd, maar twee dagen later waren die moeilijk te lezen, flarden van krabbels.
…we moeten terug naar een vorm van beschaving...ben ík een emigrant?...twee keer zo goed moeten zijn?...de westerse cultuur is superieur, want zelfkritisch...barbarisme van binnenuit...proberen zelfdoding te verklaren is een vorm van zelf-troost...terugspreken...geassimileerd is opgaan in de massa...met het pessimisme van het intellect en het positieve van de hoop...post-ethnicity...kanteling in Australië...beschavingsideaal...dit land proberen te begrijpen...
De avond eindigde met de uitreiking van de Anil Ramdas Essayprijs. Het mijne was een van de negenenzestig inzendingen, die anoniem door een jury werden beoordeeld. De drie finalisten werd gevraagd even op te staan, allen tamelijk jonge mannen, twee met buitenlandse namen. De winnaar werd naar voren gehaald en sprak een dankwoord. Ik moest mijn oren spitsen, want zijn Nederlandse uitspraak was zwaar gekleurd door die typisch ronde klanken van het Farsi. Zijn gestalte was stevig, zijn gezichtsuitdrukking naar binnen gekeerd, zijn woorden als een trage zwerm. Schrijven betekent eenzaamheid, zei hij, en dat alles wat nieuw is pijn doet. Aan het eind stelde hij voor eens samen te komen, zonder taal, zonder cultuur, gewoon samen zijn. Mij leek hij onmiddellijk al de terechte winnaar.
*'In wat voor land leef ik eigenlijk' – een avond over de multiculturele samenleving van Anil Ramdas | moderator Jörgen Tjon A Fong | met Karin Amatmoekrin (biograaf van Anil Ramdas), Sinan Çinkaya, Dilara Bilgiç en Ien Ang | de Anil Ramdas Essay Prijs werd uitgereikt door Sheila Sitalsing aan winnaar Hamed A. Nadoshan | mede-finalisten: Karim Abbara en Tijmen van Voorthuizen.
4 notes · View notes
medewerkers · 2 years
Text
Wijzigingen
🌟 Nieuw
De Belangrijke Blauwe Internetvinkjes zijn nu regenboog! Ze zijn te koop in de TumblrMart.
De Poll-functie is nu voor iedereen beschikbaar.
In de berichteditor op het web zijn de opmaakopties bijgewerkt om toetsenbordnavigatie en schermlezers beter te ondersteunen.
In de mobiele apps kunnen sommige gebruikers een nieuwe lightbox-weergave tegenkomen om afbeeldingen en video's weer te geven. Deze functie wordt momenteel getest.
Het tabblad ‘Voor jou’ is terug van weggeweest in het gedeelte ‘Verkennen’ op het web.
Het aanbevelingslabel ‘Geliked door {blognaam}’ is nu live en vervangt het label ‘In jouw kringen’. Dit verandert niets aan het proces waarmee aanbevelingen worden gedaan; als je ervoor kiest je favorieten niet te delen, worden deze niet gebruikt om aanbevelingen te genereren.
In versie 28.0 en later van de mobiele apps hebben we een helpbericht toegevoegd dat uitlegt wat je moet doen als je tabblad ‘Jouw tags’ leeg is.
Nadat je een blog als spam en/of bot hebt gemeld, wordt het nu uit de Activiteitenfeed verwijderd wanneer je de Activiteiten de volgende keer bekijkt.
🛠️ Fixes
Op het web was het dashboard afgelopen dinsdag ongeveer 30 minuten lang niet toegankelijk.
Een probleem in blogsjablonen opgelost waardoor de lightbox-weergave (die de afbeelding in hoge kwaliteit toont wanneer erop wordt geklikt) in berichten niet beschikbaar was wanneer eindeloos scrollen was ingeschakeld.
Een bug opgelost in de berichteditor op het web waardoor tekst zwart kon worden weergegeven, ongeacht het gebruikte palet. Dit maakte het lezen moeilijk of onmogelijk.
Diverse bugs in polls opgelost, waaronder het verbeteren van de weergave voor offline gebruikers en het gelijktijdig bijwerken van alle polls op dezelfde webpagina.
Een bug in de berichteditor op het web verholpen waardoor werd voorkomen dat de sneltoets Ctrl + Z (⌘ + Z op iOS) de eerste actie in de editor ongedaan kon maken.
Op iOS is een probleem opgelost waardoor in pushberichten over anonieme vragen lege aanhalingstekens werden verstuurd, in plaats van dat de gestelde vraag werd opgenomen.
Enkele bugs in TumblrMart verholpen waardoor artikelen in het Engels werden weergeven in plaats van de taal die op je apparaat is ingesteld.
🚧  Nog mee bezig
Wij zijn op de hoogte van de aankondiging op Twitter om de open toegang tot de API stop te zetten, wat gevolgen zal hebben voor het automatisch plaatsen van Tumblr-berichten op Twitter (als je de optie had ingeschakeld). We wachten op meer informatie voordat we je precies laten weten hoe deze verandering Tumblr zal beïnvloeden.
🌱 Binnenkort
Het herontwerp van TumblrMart dat we op het web aan iedereen hebben voorgesteld, is binnenkort ook beschikbaar in de app!
Heb je een probleem? Dien een supportverzoek in (bij voorkeur in het Engels), dan nemen we zo snel mogelijk contact met je op!
Wil je feedback over iets geven? Ga dan naar onze Work in Progress-blog en ga in gesprek met de community!
8 notes · View notes
detweedeochtend · 1 year
Text
Dialogue intérieur
“Zo, beste vriendjes van de Nederlandse taal! Laten we eens aan deze nieuwe week beginnen. Het weekend hangt ongetwijfeld nog in jullie lijf en toch gaan we al wat nadenken. Jarno, steek jij je gsm even weg? Dan kunnen we erin vliegen.” Maandag. Het eerste lesuur. Iedereen heeft zich er ooit doorgesleurd. Niemand heeft er essentiële levenservaringen aan overgehouden. Behalve dan de vervelende referentie-ervaring dat er weinig pijnlijkers bestaat dan maandagochtendlessen. En wat stinkt hier toch zo?
Er zit nog een mandarijn in mijn rugzak. Al bijna twee maanden, denk ik. Dat realiseer ik me vlak nadat de leerkracht mij heeft aangemaand om mijn gsm weg te stoppen. De geur die opstijgt uit mijn tas doet me even kokhalzen. Het is een geur die ik al een paar dagen in een mildere vorm heb opgepikt, maar die ik steeds aan andere bronnen toeschreef. Had Hasan zich weer niet gewassen? Was dit de mondgeur van Mira, het meisje dat er verder onberispelijk uitzag? Die lijfgeur van Aziaten, waar ik weleens over had horen spreken, rook die zo? Nu schaam ik me voor mijn enigszins racistische vooronderstelling, bij de ontdekking dat ik met een stomme mandarijn zelf de oorzaak van de geurhinder blijk te zijn.
“We hebben ondertussen al best wat taalbeschouwing besproken. Ik hoop dat jullie tegen het mondelinge examen nog voldoende weten op te rakelen over onze lessen rond argumentatieleer, Griekse en Latijnse woorddelen en de verschillende tekststructuren. Literatuur kan er altijd nog wel bij, lijkt mij. Daarom heb ik vandaag een les voorzien over twee interessante fenomenen uit de internationale literatuurgeschiedenis. Ik wil het vandaag met jullie namelijk hebben over de stream of consciousness aan de ene kant en over de écriture automatique aan de andere kant. Is er iemand die al een van deze beide begrippen kent?” Natuurlijk niet. ‘t Is Nederlands, zot. Dat is al moeilijk genoeg. Wat komt gij nu met Engelse en Franse termen doen? Vertel gewoon nog wat over die gezellige Guido, die gij en uw collega’s van Nederlands altijd noemen. Dan kan ik nog slapen.
Mijn zusje Halime heeft niet geslapen. Ik dus ook niet. Mijn vader ook niet en eigenlijk is dat waarom Halime en ik niet geslapen hebben. Mijn zusje is drie, dus het kan ook gewoon een slechte nacht geweest zijn, maar mijn vader was weer boos op alles en iedereen. Hij sloeg op de tafel, was luid naar de televisie en stampte veel en hard met zijn voeten op de grond. De slaapkamer van mijn zusje en mij is direct boven de televisie. Papa is boos omdat de mannen op tv niet doen wat hij wil. Zo krijgt hij geen geld. Er was wel geld, want papa en mama hebben alletwee een job, maar omdat papa niet alleen zijn eigen geld aan de televisie geeft, maar ook het geld van mama gebruikte, is mama naar een ander appartement verhuisd. Volgende week slaap ik weer bij mama. Daar slaap ik beter. Ik weet nu al dat ik dan weer goede toetsen zal maken.
“Deze manier van schrijven kan je altijd en overal. Je hebt alleen een potlood of een balpen en een stuk papier nodig. Dan zet je de punt op het blad en begin je te noteren. Of je zet je vingers op een toetsenbord, dat kan natuurlijk ook. En hier komt het leukste van alles: je mag alles schrijven! Niets is verkeerd! Alles wat in je opkomt mag op het witte vlak terechtkomen, er zijn geen foute woorden of zinnen. Spring je in het midden van een zin naar een ander idee? Geen probleem! Wil je ineens in het Turks beginnen te schrijven? Doe gerust … AYSE. - Wakker worden, meid, we gaan gewoon door, hé! - Of heb je geen zin om een woord af te maken? Dan begin je toch gewoon met een ander woord! Alles mag in de écriture automatique! Weet iemand trouwens waar Noor uithangt? Is die onderweg of blijft ze weer thuis?” Zou die van Nederlands al doorhebben dat ik er niet ben? Of geeft hij zoals altijd gewoon zijn les, zonder aan de afwezigen te denken? Zou er zelfs iemand mijn afwezigheid opmerken? Denkt er wel iemand aan mij, op dit moment?
Daar rijdt de trein van 8.39u. Ik heb hem net gemist. Op een dag lig ik tussen spoor en wiel. Het klinkt dramatisch en zo bedoel ik het ook. Op dat moment zal mijn grootste wens ingewilligd worden: er niet meer zijn. Niet zijn. Geen pijn. Mijn hoofd is zo vol. En ik ben bang. Van alles. Van iedereen. En als ik dat aan iemand wil uitleggen, dan stop ik al, nog voordat ik ben begonnen. Ik wéét gewoon dat niemand mij zal begrijpen. Ik heb ze trouwens allemaal al gezien: de knikkende hoofden, de wegdromende ogen, de opgehaalde schouders, de van medelijden omlaag krullende mondhoeken. Nooit ben ik al klaar met mijn verhaal en altijd zijn zij toch al klaar met hun oordeel. Ik heb er schijt aan. Nochtans heb ik vorige week tegen die gast van Nederlands gezegd dat ik geen tof weekend zou hebben. Ik vind het wel spijtig dat ik net zijn les mis. Hij heeft een paar maanden verteld dat hij ook heeft geworsteld, dat hij ook diep heeft gezeten. Als hij tijd zou hebben, dan zou ik graag eens wat langer met hem spreken. Maar hij is altijd direct weg en dan nog: hij blijft een leerkracht. Daar kan je …
“Kan iemand eens een bericht naar Noor sturen? Jarno? Neem die gsm er maar weer even bij. Stuur dat die van Nederlands vraagt of ze het weekend heeft overleefd. En zeg maar dat ze mij er zelf over mag vertellen als ze hier voor tien uur is. Is ’t verzonden? Wilt ge dan maken dat die gsm weer weg is? Nee, mopje, Jarno. Bedankt om te sturen. Geef de factuur maar aan ‘t secretariaat. Bon, waar waren we? Ah juist! Stream of consciousness!”
Fuck, een bericht. Van Jarno. Al een geluk dat hij stuurt en niet tegen me spreekt: die gast stinkt! Huh? Die van Nederlands vraagt naar mij. Hm. Goed dan, vandaag krijgt hij nog. Maar morgen spring ik. Tenzij hij me be
4 notes · View notes
Text
Duidelijk communiceren in taal die voor iedereen te begrijpen is, dat is belangrijk voor een goede dienstverlening. Daarom ondertekende burgemeester Céline Blom vanavond de Direct Duidelijk Deal; het startsein voor de gemeente Nunspeet om alle schriftelijke communicatie zo begrijpelijk mogelijk te maken. Aanleiding is het initiatiefvoorstel Begrijpelijke Taal dat voor de zomervakantie door de fracties van Gemeentebelang en ChristenUnie werd ingediend. De gemeenteraad stemde hiermee in. Burgemeester Blom: “Deze ondertekening – in de Week van lezen en schrijven – is een goede start om duidelijk taalgebruik een vaste plek te geven in onze organisatie en in beleid. In Nederland hebben 2,5 miljoen volwassenen moeite met lezen of schrijven. En of je er nu wel of geen moeite hebt: iedereen wil de informatie die hij of zij krijgt goed kunnen begrijpen. Of het nu gaat om een brief, mail of besluit. Wij moeten ons er van bewust zijn wie de informatie krijgt: is de boodschap duidelijk? Een werkgroep maakt nog dit jaar een plan van aanpak. Hierin staat beschreven hoe medewerkers én raadsleden de schriftelijke communicatie zo duidelijk mogelijk kunnen maken. In 2025 start de uitvoering van het plan. Direct Duidelijk Deal De Direct Duidelijk Deal is een initiatief van het landelijke platform Gebruiker Centraal. Verschillende gemeentes en andere overheidsorganisaties hebben het document al ondertekend en verklaren hiermee dat zij zo begrijpelijk mogelijk communiceren.
0 notes
janpeeters19fd · 12 days
Text
RVDJ Klacht indienen Raad voor de Journalistiek
Laten we dieper duiken in het avontuurlijke proces van een klacht indienen bij de Raad voor de Journalistiek (RVDJ). Een reis die ik aanging met de naïeve hoop dat mijn stem gehoord zou worden, gewapend met niets meer dan een klacht en een gezonde dosis zelfspot.
Het begon allemaal toen ik op de website van de RVDJ belandde. De website straalt een soort statigheid uit die je ook zou verwachten bij een gerechtshof, met het enige verschil dat hier geen rechters in toga's rondlopen, maar journalisten met een koffieverslaving en een pen als zwaard. De informatie was zo formeel dat ik half verwachtte dat mijn computerscherm me een hand zou geven.
Na enig speurwerk vond ik het online klachtenformulier. Dit was geen gewoon formulier. Nee, het leek eerder op een sollicitatie voor een geheime dienst. Elke vraag was een potentiële valstrik: "Beschrijf de inhoud van uw klacht." Simpel genoeg, toch? Maar elke zin moest zorgvuldig gewogen worden, alsof je probeert niet te struikelen over je eigen woorden bij een diner met je schoonouders.
Na het invullen en verzenden van het formulier begon het wachten. Dagen verstreken zonder een woord. Het was als wachten op een reactie na een eerste date – elke keer dat mijn e-mail pingde, sprong mijn hart op, alleen om weer te zakken toen het slechts spam bleek te zijn. De RVDJ is net zo snel met reageren als een tiener die zijn huiswerk moet inleveren.
Toen uiteindelijk de dag kwam dat ik een reactie kreeg, voelde het als een anti-climax. De brief was zo vol vakjargon en omfloerste taal dat het leek alsof ze probeerden Shakespeare na te doen, maar dan minder begrijpelijk. Ze hadden mijn klacht "in overweging genomen" en zouden "in lijn met de principes van zelfregulering" handelen. Dat klonk bemoedigend, tot je je realiseert dat zelfregulering in de journalistiek vaak voelt als een slager die zijn eigen vlees keurt.
De zitting aan de Wetstraat 155 te 1040 Brussel zelf was een ander verhaal. Ik werd verwelkomd in een kamer die de sfeer had van een uit de hand gelopen boekenclub. Daar zaten ze dan: de raadsleden, allemaal met een ernstige blik, alsof ze de wereldproblemen gingen oplossen, maar in werkelijkheid enkel besloten over een klacht tegen een van hun eigen. Het was duidelijk dat dit een clubje was waar iedereen elkaar kende, en ik was de nieuweling die het waagde hun harmonie te verstoren.
De discussie die volgde was zowel komisch als ontnuchterend. Argumenten werden heen en weer geslingerd met de gratie van een olifant in een porseleinkast. Mijn klacht werd behandeld, maar met de zachtheid van een houthakker die een bonsaiboom snoeit. Het was duidelijk: ik was een outsider die het feestje had gecrasht.
Toch, ondanks de voorspelbare uitkomst, was de hele ervaring leerzaam. Het leerde me dat zelfs in de wereld van journalistieke zelfregulering, waar alles zo serieus lijkt, er ruimte is voor een beetje humor - al is het maar omdat je anders wel moet huilen. Dus, als je ooit een klacht wilt indienen bij de RVDJ, onthoud dan: neem het met een korreltje zout, een goede dosis zelfspot en veel verdraagzaamheid.
Na de surrealistische belevenis van de zitting, waarbij iedereen elkaar net iets te goed kende, kwam het verdict: mijn klacht werd ongegrond verklaard. En hoe! De afwijzing was verpakt in een zoveelste formele brief, het soort waarbij je drie keer moet lezen om te begrijpen dat ze eigenlijk gewoon "nee" zeggen.
De brief was een meesterwerk van non-informatie. Ze gebruikten zoveel woorden om te zeggen dat er eigenlijk niets aan de hand was, dat ik bijna respect kreeg voor hun vermogen om helemaal niets te zeggen met heel veel woorden. Het was alsof ze een cursus 'Hoe omzeil ik een punt?' met glans hadden doorlopen. De kern van de afwijzing was dat de journalistieke vrijheden breed moesten worden geïnterpreteerd en mijn klacht viel niet binnen hun nauw gedefinieerde grenzen van misstappen.
Ik kon het bijna horen, het collectieve zuchten van opluchting van de raad, toen ze zonder blikken of blozen mijn klacht naar het rijk der fabelen verwezen. De redenering was zo dicht geweven met jargon dat het leek alsof ze een nieuwe taal hadden uitgevonden, speciaal voor deze gelegenheid. De woorden 'journalistieke integriteit' en 'redactionele vrijheid' dansten door de brief als ballerina's die pirouettes uitvoeren, elegant maar ongrijpbaar.
Het moment dat ik de brief las, voelde ik een mix van teleurstelling en amusement. Teleurstelling omdat de journalistieke gerechtigheid, zo leek het, was verworden tot een klucht. Amusement omdat de situatie zo absurd was dat het bijna lachwekkend werd. Ze hadden net zo goed kunnen schrijven: "Beste indiener, bedankt voor uw deelname aan onze jaarlijkse 'Laat ons pretenderen dat we objectief zijn'-show."
Dus daar stond ik dan, met een ongegronde klacht, een verhaal rijker en een illusie armer. Het voelde alsof ik een hoofdrol had gespeeld in een slecht geschreven sitcom over de journalistiek. Maar zoals bij elk goed verhaal, was er een moraal: neem de dingen niet te serieus, vooral niet de instanties die zichzelf veel te serieus nemen.
Met hernieuwde energie en een vleugje cynisme besloot ik mijn ervaringen te delen. Misschien niet via een klachtenraad die overduidelijk zijn eigen leden beschermt, maar via het krachtigste wapen dat ik bezit: het Internet. Want als de Internet machtiger is dan het zwaard, dan is satire de atoombom. En ik was klaar om een flinke lading humoristische waarheid af te vuren op iedereen die dacht dat ze boven de wet stonden. Want aan het einde van de dag, als je niet kunt lachen om de absurditeit van het leven, wat blijft er dan nog over?
Na mijn ervaring met de afwijzing van mijn klacht, werd het me steeds duidelijker dat de Raad voor de Journalistiek (RVDJ) eigenlijk niet meer was dan een zelfbeschermend clubje, waar beslissingen worden gemaakt door journalisten, voor journalisten. Het voelde als een geheim genootschap waar de leden elkaars ruggen krabben onder het mom van journalistieke integriteit.
Wat is eigenlijk de zin van een 'onafhankelijke' raad als die voornamelijk bestaat uit mensen die uit dezelfde vijver vissen? Het leek wel een studentenvereniging waar de leden elkaar moeten beoordelen—natuurlijk zullen ze zeggen dat de feestjes fantastisch zijn, zelfs als de buren klagen over het lawaai.
0 notes
rtvideaal · 1 month
Text
Cursus Achterhoek(s) wegens succes herhaald
Op woensdag 25 september start weer een cursus Achterhoek(s). Na vijf succesvolle edities, waarvan de laatste dit voorjaar plaatsvond, start er eind september weer een nieuwe Cursus Achterhoek(s). Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers organiseert de serie van zes cursusavonden, bedoeld voor iedereen die meer wil weten over de (geschiedenis van de) taal, cultuur, natuur en landschap en muziek van…
0 notes
jurjenkvanderhoek · 2 months
Text
A TRIP DOWN MEMORY LANE: DE JAREN 60
Tumblr media
De jaren 60, deze staan in ons collectieve geheugen geëtst als het decennium van de ommekeer. De tijd waar er op alles en iedereen gehamerd werd dat alles anders moest, in elk geval anders dan voorheen. De naoorlogse generatie wilde het anders doen dan de vooroorlogse, helemaal anders, compleet anders. En die van tijdens de oorlog geboren waren alternatief genoeg om het voortouw te nemen. De wereld lag voor hen open, dachten ze. Het waren de jaren van na de wederopbouw doordat de oorlog het land deels had verwoest. Het ging Nederland weer goed, het land klom uit de put omhoog. De mogelijkheden reikten welhaast tot de hemel. De jongelui bouwden echter een toren van Babel en wisten niet meer correct te communiceren met de ouwelui. "de mensen zagen er anders uit, gedroegen zich anders, hadden andere denkbeelden en gebruikten een andere taal"
De jaren 60, die jaren van de meest ruchtmakende twintigers van de twintigste eeuw, de vorige voor deze nu. Het Grote Jaren 60 Boek is een trip down memory lane voor de mensen die het hebben meegemaakt. Een levendig historisch boek voor de kinderen en de kleinkinderen van na de geboortegolf die terug willen zien of de geschiedenis ons iets heeft geleerd. Hebben de jaren 60 van de vorige eeuw echt Nederland laten trillen op de grondvesten of is dat het verhaal dat tot legende werd door de tijd. Feit is dat er veel kon waar schijnbaar niets mogelijk was. Oude zuilen werden omver getrokken, heilige huisjes ingetrapt. Het was niet makkelijk voor de gevestigde orde om de conservatieve teugels te laten vieren.
Tumblr media
In een lijvige inleiding laten de samenstellers historici René Kok en Erik Somers en gepensioneerd archivaris Paul Brood de jaren 60 in woorden uitgebreid passeren. Maar Het Grote Jaren 60 Boek is vooral een fotoboek, een plaatjesboek, waarbij de bijschriften de beelden becommentariëren. Een reis terug in de tijd voor de ervaringsdeskundigen. Voor de oudere generatie een terugblik op een tumultueuze periode waarin zij de gevestigde orde zagen afbrokkelen, maar waarmee het achteraf gezien allemaal wel meeviel. Herkenbare voorvallen, data die de mond doet openvallen van verbazing en feiten waarvan je weet waar je was op die memorabele dag. Er is veel omgedraaid en afgewenteld, maar of het nu echt een ommekeer in doen en denken heeft betekent valt te bezien. Er is veel gesproken en nagedacht, bediscussieerd en gefilosofeerd. Maar er was ook veel actie als reactie. Geen woorden maar daden, maar alles met liefde en respect voor elkaar.
In Het Grote Jaren 60 Boek kijken de schrijvers en samenstellers met afstand naar deze bewogen jaren en vragen zich af of het werkelijk zo'n revolutionaire tijd was. "Of zijn de herinneringen en de eigentijdse getuigenissen teveel gekleurd? De werkelijkheid was - zo zien wij nu - wat genuanceerder en soms net iets anders dan we dachten." Waren het echt de jongeren die zorgden voor de revolutie in de Nederlandse maatschappij? Het eerste politieke verzet echter kwam van de boeren en de pacifisten, en van de dienstplichtig militairen. De gevestigde orde reageerde daarop neerbuigend en lacherig in een poging orde en gezag te herstellen. Het lachen verging hen snel, dus kregen de Boerenpartij en de PSP een vertegenwoordiging in de kamer, terwijl de VVDM de officiële gesprekspartner van de minister van Defensie werd.
Tumblr media
De wereld was in de jaren zestig onrustig, in beweging en in verandering, trappen de auteurs in de inleiding een open deur in. Toenemende welvaart maakte mogelijk dat gezinnen een televisie konden kopen, of een auto, of eens met vakantie in het buitenland gaan. Elektrische apparaten bespaarden de huisvrouw veel tijd. Vrije tijd neemt toe. Vooral dankzij de televisie werd de wereld kleiner. Die beeldbuis was een van de oorzaken die bijdroegen aan het besef van een globale samenleving. Een maatschappij die moest veranderen op zoek naar nieuwe waarden en een eigen geloofwaardigheid. Een omstandigheid was ook de veel genoemde en geroemde generatiekloof: de confrontatie tussen de vooroorlogse en de naoorlogse generatie. Jongeren wilden een ander leven dan hun ouders leiden. Traditie en conventie waren uit, vrijheid en eigenheid kwamen in. Zuilen vielen om, kerken liepen leeg. "Minder naar de kerk, meer naar school, minder werken en meer seks”, merkt historicus Hans Righart op. Op de politieke agenda kwamen vrouwenemancipatie, abortus, homoseksualiteit en vrije seksuele omgang. Voorheen ondenkbare zaken werden mogelijk in de jaren 60: de introductie van de anticonceptiepil en het eerste naakt op de televisie.
Alom is men bezig op de puinhopen van de oorlog nieuwe wijken en wegen aan te leggen. Als een feniks verrijst Nederland uit haar as. “Met zoveel sloop en nieuwbouw zou het geluid van de jaren 60 misschien het beste weergegeven kunnen worden met hei- en graafmachines, betonmolens en zandauto's. Maar in de collectieve herinnering is het toch de muziek die ook in onze tijd nog klinkt.” Beat- en popgroepen worden in Nederland opgericht in navolging van vooral Engeland. Memorabele concerten van buitenlanders, The Beatles en The Rolling Stones doen ons land aan met alle gevolgen van dien, worden afgewisseld met optredens van groepen uit de Randstad. De blues van Cuby zet Drenthe op de kaart. Het boek besteed daar in beeld allemaal aandacht aan, naast de andere kunsten die het cultuurlandschap danig opschudden. Geen enkel item waarop met weemoed kan worden teruggezien laten Kok, Somers en Brood links liggen. Het nieuwe leven, wonen en werken, komt ruimschoots aan bod en ook de invulling van vrije tijd, het beoefenen van sport en de kinderen van de jaren 60 hebben beeldden in het boek.
Tumblr media
Het is een boek als één uit de serie een jaar in beeld, maar bestrijkt in dit geval een decennium. Daarvan zijn of volgen er meerdere, zoals Het Grote Jaren 70 Boek. Maar de jaren 60 zijn toch onmiskenbaar na de jaren 40 het meest memorabel en tot de verbeelding sprekend. “Nostalgie naar de tijd van de jeugd, naar mooie tijden en ervaringen is een heel gewone menselijke emotie”, citeer ik de auteurs. Dankzij de mogelijkheden van de techniek en de media hebben de jaren 60 een grote impact gehad op onze samenleving. Het was een periode van verandering, verzet en ontwikkeling. “Maar laten we die jaren wel in de juiste proportie bekijken. Voor de meeste mensen ging het leven gewoon door en was de enige modernisering de aankoop van een televisie en de eerste vakantie naar het buitenland.”
Het drietal dat werkte aan deze uitgebreide terugblik op een veelbewogen decennium in de vaderlandse geschiedenis merken tot slot op: “Niettemin, bewogen jaren waren het, maar de foto's zijn haarscherp!" Deze gevleugelde woorden vormen de strik om de verpakking van het boek, zijn de kers op de taart, de bekroning van een onderzoek. De haarscherpe foto’s geven een perfect uitgetekend beeld van de jaren 60 van de vorige eeuw. Een periode die vooral ruikt naar patchouli en nederwiet, maar die niet de vrede onder de mensen en de verdraagzaamheid voor dier en natuur heeft gebracht waarop men destijds zo had gehoopt.
Het Grote Jaren 60 Boek. René Kok, Erik Somers, Paul Brood. Uitgeverij WBOOKS, 2023.
0 notes
charleshaddonspurgeon · 2 months
Text
Een oproep aan zondaren! Deze preek is uitgesproken op 14 september 1858 door Charles Haddon Spurgeon. Vertaling: Het Spurgeon Archief, Juli 2024 Schriftlezing: Lukas 15:2 Deze Man ontvangt zondaars. Lukas 15:2 Het was een bijzondere groep die zich rondom onze Heiland had verzameld toen deze woorden gesproken werden; want de Evangelist vertelt ons: 'Al de tollenaars en de zondaars nu kwamen bij Hem om Hem te horen.' De tollenaars, de laagste klasse van de samenleving, de handlangers van de onderdrukkers, geminacht en gehaat door de gemeenste Jood, deze, samen met de meest slechte figuren, het uitschot van de straten en het uitschot van de Jeruzalemse samenleving, verzamelden zich rond deze machtige Prediker, Jezus Christus, om naar Zijn woorden te luisteren. Aan de buitenkant van die kring bevonden zich enkele fatsoenlijke mannen die in die dagen Schriftgeleerden en Farizeeën werden genoemd, mannen die in de synagogen hoog werden gewaardeerd als oversten, oudsten en leraren. Zij keken minachtend naar de Prediker en bespiedden hem met boze ogen of ze iets verwijtbaars konden vinden. Als ze niets in Hem persoonlijk vonden, konden ze gemakkelijk iets vinden in Zijn luisteraars. Zijn houding tegenover hen beledigde hun valse opvattingen over fatsoen. Toen ze merkten dat Hij vriendelijk was tegen personen met een slechte reputatie, dat Hij liefdevolle woorden sprak tot de diepst gevallenen, zeiden ze van Hem: 'Deze Man ontvangt zondaars,' wat voor hen een schande was, maar voor Hem een grote eer. Veel woorden zijn schertsend gezegd en veel ware woorden zijn ook lasterent uitgesproken. Mensen hebben spottend gezegd: 'Daar gaat een heilige,' terwijl het waar was. Ze hebben gezegd: 'Daar gaat één van Uw bekeerlingen, één van Uw uitverkorenen.' Ze bedoelden het als laster, ze zeiden het om te beledigen, maar het onderwijs dat ze lasterden was een troost voor degene die het ontving; het was zijn glorie en zijn eer. Zo probeerden de Farizeeën en Schriftgeleerden Christus te lasteren, maar zonder dat zij het wisten en tegen hun bedoeling in, brachten zij Hem met hun gemene bedoelingen de grootste lof toe: 'Deze Man ontvangt zondaars en eet met hen.' Ik wil de boodschap die ik vanavond aan jullie wil meedelen in drie delen uiteenzetten. Ten eerste, de leer dat Christus zondaars ontvangt, hetgeen in de Heilige Schrift gevonden wordt; ten tweede, de bemoediging die hierin ligt voor de zondaar; en in de derde plaats, de vermaning en waarschuwing die hier vanzelfsprekend op volgt. 1. Ten eerste, de leer. De leer is niet dat Christus iedereen ontvangt, maar dat Hij 'zondaars' ontvangt. Met deze term bedoelen we in het gewone spraakgebruik iedereen. Het is tegenwoordig in de mode dat iemand tegen zijn eigen overtuigingen in zegt dat hij een zondaar is, ook al beschouwt hij zichzelf in alle opzichten als een respectabele en rechtvaardige man en kan hij zich niet voorstellen dat hij ook maar het minste verkeerd heeft gedaan in zijn leven. Over het algemeen beschouwen mensen het als een teken van rechtschapenheid om te zeggen dat ze zondaars zijn, hoewel ze er net zo goed een ander woord of benaming in een vreemde taal voor in de plaats kunnen zetten, omdat ze geen diepe en oprechte schuld kennen. Ze hebben geen flauw benul wat het betekent om een zondaar te zijn. Deze Schriftgeleerden en Farizeeën beweerden in feite dat zij geen zondaars waren; daarvoor wezen zij naar de tollenaars en de prostituees en het gewone volk; ze zeiden: 'Dat zijn zondaars, wij niet.' 'Goed,' zei Christus, 'Ik accepteer het onderscheid dat jullie hebben gemaakt. Naar jullie eigen mening zijn jullie geen zondaars; welnu, voorlopig worden jullie geen zondaars genoemd, ik accepteer het onderscheid dat jullie maken. 'En ondertussen ben ik zo vrij jullie mee te delen dat Ik gekomen ben om diezelfde mensen te redden die in jullie ogen, en in hun eigen ogen, zondaars zijn.' De tekst laat ons zien dat Christus niet degenen ontvangt die uit zichzelf rechtvaardig zijn, niet de zogenaamde
goede mensen, niet de hoogmoedigen, niet degenen die denken dat ze geen Verlosser nodig hebben, maar de verslagenen van geest en de nederigen van hart. Zij die openlijk belijden dat ze Gods wetten hebben overtreden en Zijn mishagen hebben verdiend. Christus kwam naar de wereld om hen te redden, en hen alleen. Ik herhaal mijn woorden van afgelopen zondagavond nog maar eens, namelijk, dat Jezus voor hen stierf en niet voor anderen. Hij heeft Zijn bloed alleen vergoten voor hen die bereid waren om hun zonden te belijden en vergeving te zoeken door het bloed van het kruis. Maar Hij is in geen geval bereid geweest om Zichzelf voor anderen aan het kruis te nagelen. Vrienden, laten we hier opmerken hoe God, omdat het Hem behaagde om zondaars uit te kiezen en tot bekering te roepen en anderen niet, een heel wijs onderscheid heeft gemaakt. De reden is dat er niemand anders dan zij tot Hem zullen komen. Nooit werd er een wonder gezien waarbij een zelfingenomen persoon tot Christus zou komen voor genade; alleen zij die de noodzaak van een Verlosser voelden willen tot Hem komen. Het mag duidelijk zijn dat iemand die geen behoefte heeft aan een Verlosser ook nooit tot Zijn troon zal naderen. Daarom is het is in ieder opzicht afdoende dat Christus zegt dat Hij alleen zondaars wil ontvangen, omdat zondaren de enigen zijn die tot Hem zullen komen voor genade. Het is dus overbodig dat Hij zou zeggen dat Hij ook anderen wil ontvangen. Let er verder op dat niemand anders dan deze tot Christus kunnen komen; niemand kan tot Christus komen totdat hij er in zichzelf werkelijk van overtuigd is een zondaar te zijn. Zij die in zichzelf rechtvaardig zijn kunnen niet tot Christus komen; want wat is er nodig om tot Christus te komen? Bekering, vertrouwen op Zijn genade en alle vertrouwen in jezelf opgeven. De eigengerechtige mens kan zich niet bekeren en tegelijkertijd rechtvaardig blijven ten opzichte van zichzelf. Als hij vindt dat hij geen zondaar is, waarom zou hij zich dan bekeren? Zeg hem dat hij in nederig berouw tot Christus moet komen, hij zal uitroepen: 'Waarom? je beledigt mijn waardigheid, waarom zou ik tot God naderen? Waarin zou ik gezondigd hebben? Ik ga mijn knieën niet buigen en om vergeving vragen als ik geen overtreding heb begaan. Zolang ik ervan overtuigd ben dat ik geen overtreding tegen God heb begaan zal het woord vergeving niet van mijn lippen komen. Ik hoef niet om genade te vragen.' De eigengerechtige mens kan niet tot God komen, want als hij tot God komt, houdt dat in dat hij niet langer rechtvaardig is in zijn eigen ogen. Ook kan de eigengerechtige mens zijn vertrouwen niet op Christus stellen; waarom zou hij? Zal ik mijn vertrouwen stellen in een Christus die ik niet nodig heb? Als ik rechtvaardig ben in mijn eigen ogen, dan heb ik geen Christus nodig om gered te worden. Hoe kan ik belijden: 'Ik ben naakt en ontbloot,' als ik denk dat ik rijk ben? Hoe kan ik zeggen: 'Was mij' als ik rein ben in mijn eigen ogen? Hoe kan ik zeggen: 'Genees mij' als ik denk dat ik geen ziekte heb? Hoe kan ik zeggen: 'Verlos mij, schenk mij vrijheid', als ik denk dat ik nooit een slaaf ben geweest, nooit iemand heb gediend? Alleen hij die zijn slavernij kent door de overheersing van de zonde, en hij die weet dat hij dodelijk getroffen is door het besef van schuld, alleen hij die voelt dat hij zichzelf niet kan redden, is degene die zich met gelovig vertrouwen kan overgeven aan de Heiland. Een eigengerechtig mens kan zichzelf niet verloochenen en zich aan Christus vastklampen, want door afstand te doen van zijn vroegere karakter zou hij onmiddellijk tot die categorie mensen behoren waarvan Christus zegt dat Hij ze wil ontvangen. Als hij afstand doet van zijn eigen gerechtigheid, plaatst hij zichzelf op één lijn met de zondaar. Dus, mijn vrienden, tot Christus komen betekent het bevlekte kleed van onze eigen gerechtigheid uittrekken en Christus aantrekken. En waarom zou ik dat doen als ik mezelf in mijn eigen kleed wil wikkelen? Waarom zou ik
tot Christus komen en al mijn vertrouwen en hoop in mezelf opgeven als ik merk dat mijn vertrouwen en hoop op goede gronden rusten? Als ik vaststel dat ik al goed genoeg gekleed ben om deel te nemen aan het bruiloftsmaal van het Lam? Nee, geliefden! De zondaar, en de zondaar alleen, kan tot Christus komen; een eigengerechtig mens kan niet komen; het ligt helemaal niet in zijn aard; hij zou niet willen, zelfs als hij kon. Het is juist zijn eigengerechtigheid dat zijn voeten klemt zodat hij niet kan komen; het verlamt zijn armen, zodat hij zich niet aan Christus kan vastklampen; het verblindt zijn ogen zodat hij de Heiland niet kan zien. Er is nog een andere reden. Als deze mensen, die geen zondaars zijn, tot Christus zouden willen komen, zouden ze dat niet doen tot Zijn eer. Als de dokter zijn deur opent voor iedereen die ziek is, terwijl ik in perfecte gezondheid naar hem toe ga, zal hij geen eer kunnen verwerven omdat hij zijn vaardigheid niet op mij kan toepassen. Een weldoener kan al zijn rijkdom uitgeven aan de armen, maar als er iemand naar hem toekomt die overvloed heeft, zal hij door die persoon niet geëerd worden vanwege het feit dat hij hem voedt als een hongerige of hem kleedt als een naakte. Hij is immers iemand die naakt noch hongerig was. Wanneer Jezus Christus verkondigt dat Hij Zijn genade geeft aan een ieder die erom vraagt, is dat zeker voldoende, want niemand kan of zal erom vragen behalve hij die wordt aangespoord door de dringende nood die hij voelt. Ja, het is voldoende, het is volmaakt voldoende tot Zijn eer en heerlijkheid. Een grote zondaar die verlost is, zal Christus verheerlijken. Iemand die geen zondaar is, zou, als hij formeel en kil de hemel zou bereiken, zichzelf verheerlijken, maar niet Christus. Hij die zonder vlek is kan zichzelf onderdompelen in de fontein, maar hij kan zich niet beroemen op de reinigende kracht ervan omdat hij geen vlek heeft die afgewassen moet worden. Hij die geen schuld heeft kan nooit roemen in het woord 'vergeving'. Daarom is het de zondaar, en de zondaar alleen, die Christus zal verheerlijken; en vandaar de tekst: 'Deze Man ontvangt zondaars.' Er wordt niet gezegd dat Hij ook anderen ontvangt, Hij is niet gekomen om rechtvaardigen tot bekering te roepen, maar zondaars (Matt. 9:13). Dat is het onderwijs van deze tekst. Maar laten we de woorden 'deze Man ontvangt zondaars' nog eens nader bekijken. Want daarmee wordt bedoeld dat Hij zondaren toegang geeft tot alle zegeningen die Hij voor hen heeft gekocht. Als er een fontein is, ontvangt Hij zondaars om hen daarin te wassen; als er een medicijn is voor de ziel, ontvangt Hij zondaars om hun ziekten te genezen; als er een tehuis is voor de zieken, een ziekenboeg, een tehuis voor de stervenden, ontvangt Hij zulke in dat toevluchtsoord van barmhartigheid. Alles wat Hij heeft in liefde, alles wat Hij heeft in barmhartigheid, alles wat Hij heeft in verzoening, alles wat Hij heeft in heiliging, alles wat Hij heeft in gerechtigheid, in dat alles ontvangt Hij de zondaar. Ja zelfs meer; Hij is er niet tevreden mee om een zondaar in Zijn huis te ontvangen, Hij ontvangt hem ook in Zijn hart. Hij neemt de zwarte en vuile zondaar aan, en nadat Hij hem gewassen heeft zegt Hij: 'Daar, je bent Mijn geliefde kind, Mijn verlangen gaat uit naar jou'. En tenslotte ontvangt Hij de heiligen in de hemel. Heiligen, zei ik, maar ik bedoelde degenen die zondaars waren, want niemand kan echt een heilige zijn dan degenen die eens zondaars waren en gewassen werden in het bloed van Christus en wit werden gemaakt door het bloed van het lam. Merk dan op lieve vrienden, dat we met het ontvangen van zondaars de hele verlossing bedoelen; en dit woord in mijn tekst, 'Deze Man ontvangt zondaars,' omvat het hele verbond. Hij ontvangt hen tot de vreugden van het paradijs, tot de gelukzaligheid van de gezegenden, tot de liederen van de verheerlijkten, tot een eeuwigheid van geluk. 'Deze Man ontvangt zondaars;' ik leg speciaal de nadruk op zondaars, want Hij ontvangt niemand anders.
Hij zal niemand anders redden dan degenen die weten dat ze zondaars zijn. Er wordt vrije genade en volledige verlossing gepredikt aan iedere zondaar in het universum; maar ik heb geen verlossing te prediken aan hen die niet willen erkennen dat ze zondaars zijn. Aan hen moet ik de wet prediken, en hen vertellen dat hun gerechtigheid slechts vuile vodden zijn, dat hun goedheid voorbij zal gaan als het web van een spin, en in stukken gebroken zal worden zoals het ei van de struisvogel gebroken wordt door de voet van het paard. 'Deze Man ontvangt zondaars,' en ontvangt niemand anders. 2. En dan nu de bemoediging. Als deze Man zondaars ontvangt, arme zondaar, wat een heerlijk woord is dit dan voor jou! Hij zal je dan zeker niet afwijzen. Kom, laat me je vanavond aanmoedigen om tot mijn Meester te komen, om Zijn grote verzoening te ontvangen en bekleed te worden met al Zijn gerechtigheid. Merk op dat degenen tot wie ik me richt de bonafide, echte, werkelijke zondaars zijn; geen zondaars uit plichtsbetrachting; niet degenen die zeggen dat ze zondaars zijn om, zoals ze veronderstellen, de religieuze fanatiekelingen van deze tijd tevreden te stellen. Nee, ik spreek tot hen die hun verloren, geruïneerde en hopeloze toestand voelen. Al deze mensen worden nu openlijk en vrijmoedig uitgenodigd om tot Jezus Christus te komen en door Hem gered te worden. Kom, arme zondaar, kom! Kom, want Hij heeft gezegd dat Hij je wil ontvangen. Ik ken je angst; we hebben het allemaal wel eens gevoeld toen we op het punt stonden om tot Christus te komen. Ik weet dat je in je binnenste denkt: 'Hij zal me afwijzen. Als ik tot Hem kom in mijn gebed, zal Hij me niet horen; als ik tot Hem roep, zal de hemel van koper zijn; ik ben zo'n grote zondaar geweest dat Hij me nooit in Zijn huis zal opnemen om bij Hem te wonen.' Arme zondaar, zeg dat niet; Hij heeft de verordening uitgevaardigd. Als we met eerlijke mensen te maken hebben, beschouwen we hun woord meestal als voldoende. Zondaar, zijn de woorden van de Zoon van God niet toereikend genoeg voor jou? Hij heeft gezegd: 'Wie tot Mij komt, zal Ik geenszins uitwerpen.' Zou je die belofte dan niet aangrijpen? Wil je de zee niet opgaan in een schip dat zo stevig is als dit? Hij heeft het gezegd, en steeds weer is het de enige troost van de heiligen geweest; hierop hebben zij vertrouwd, daarop zijn zij gestorven. Denk je dat Christus tegen je zal liegen terwijl Hij het belooft? Zou Hij je zeggen dat Hij je zal ontvangen en het toch niet doen? Zou Hij zeggen: 'Komt, want alle dingen zijn nu gereed' en toch de deur voor je sluiten? Nee, als Hij heeft gezegd dat Hij niemand zal afwijzen die tot Hem komt, wees dan gerust, Hij kan en wil jou niet afwijzen. Kom dan, beproef Zijn liefde op deze grond, dat Hij het gezegd heeft. Kom en wees niet bang, want als je in jezelf voelt dat je een zondaar bent, dan is dat besef een gave van God. Als Iemand al zoveel voor je gedaan heeft om je te trekken, dan kun je met een gerust hart komen. Een vreemdeling komt naar mijn huis, hij vraagt om een aalmoes, en hij vertelt me eerst heel duidelijk dat hij me nog nooit eerder gezien heeft, dat hij geen aanspraak kan maken op mijn vrijgevigheid, en toch doet hij zijn uiterste best om ieder welwillend gevoel dat ik toevallig in mijn gemoed heb aan te spreken. Maar als ik een rijk man zou zijn en al iets voor hem gedaan zou hebben, zou hij terecht kunnen zeggen: 'Meneer, u hebt al zoveel voor mij gedaan, ik denk niet dat u me zult laten vallen als ik u nodig heb; ik geloof niet dat u mij na zoveel liefde zult laten verhongeren.' Arme zondaar, als je voelt dat je een Verlosser nodig hebt, dan heeft Christus je dat laten voelen; als je een verlangen hebt om Christus te volgen, dan heeft Hij je dat verlangen gegeven; als je een verlangen naar God hebt, dan heeft God je dat verlangen gegeven. Als je naar Christus verlangt, heeft Christus je doen verlangen; als je om Christus weent, heeft Christus je doen wenen. Ja, als je alleen maar naar Hem kunt
verlangen met een sterk verlangen van iemand die vreest dat hij nooit door Hem zal worden gevonden, maar toch hoopt door Hem gevonden te worden, als je alleen nog maar op Hem kunt hopen, dan heeft Hij je die hoop gegeven. Oh, zou je dan niet tot Hem willen komen? Je bent gezegend met de gunst van de Koning; kom en bepleit wat Hij heeft gedaan, als je hier op pleit zul je nooit afgewezen worden door God. Vertel Hem dat Zijn barmhartigheden uit het verleden je aansporen om Hem in de toekomst te beproeven. Ga op je knieën, zondaar, op je knieën; zeg Hem dit: 'Heere, ik dank U dat ik weet dat ik een zondaar ben; U hebt me dat geleerd; ik dank U dat ik mijn zonde niet verberg, dat ik weet dat ik een zondaar ben, dat ik het voel; dat het voortdurend voor mijn aangezicht is. Heere, wilt U mij mijn zonde laten zien en mij mijn Heiland niet laten zien? Wat? Zou U de wond openen en er een lancet in steken en me toch niet genezen? Heere U hebt gezegd: 'Ik dood', maar hebt U ook niet in één adem gezegd: 'Ik maak levend'? Hebt U mij gedood en wilt U mij niet levend maken?' Pleit dat, arme zondaar, en je zult zien dat het waar is, dat 'deze Man zondaars aanneemt'. Is dit niet genoeg voor je? Dan is er nog een reden. Ik ben er zeker van dat 'Deze Man zondaars ontvangt,' omdat Hij voor jou al velen, ja zeer velen heeft ontvangen. Zie, daar is de deur van genade; zie hoeveel mensen er al doorheen zijn gegaan; het scheelt niet veel of je hoort het kloppen op de deur nog als een echo uit het verleden. Bedenk hoeveel vermoeide reizigers hier zijn gekomen om rust te vinden, hoeveel hongerige zielen zich hier hebben verzameld voor brood. Ga, klop op de deur van barmhartigheid en vraag de portier: 'Is er ooit iemand naar deze deur gekomen die werd afgewezen?' Ik kan je bij voorbaat het antwoord verzekeren: 'Nee, niemand.' 'Nooit werd er ook maar één iemand afgewezen die tot Hem kwam voor genade.' 'Geen zondaar werd ooit ledig weggestuurd, Die om Jezus' wil genade zocht.' Zou jij dan de eerste zijn? Denk jij dat God Zijn woord zou breken door jou af te wijzen? Sinds de mens zondigde, hebben de poorten der genade dag en nacht opengestaan. Denk jij dat zij zich voor jou voor het eerst zullen sluiten? Nee mens, beproef het en als je merkt dat het zo is, kom dan terug en zeg: 'Dominee, u hebt de Bijbel niet gelezen zoals het hoort', of zeg dat je een onvervulde belofte hebt gevonden, aangezien Hij zei: 'Wie tot Mij komt, zal Ik geenszins uitwerpen.' Ik geloof niet dat er ooit iemand in de wereld is geweest van wie gezegd kan worden dat hij oprecht genade van God heeft gezocht en die niet heeft gekregen. Nee, sterker nog, ik geloof dat zo iemand nooit zal bestaan, maar dat iedereen die tot Christus komt zonder de minste twijfel genade zal vinden. Welke grotere aanmoediging heb jij nog nodig? Denk je dan dat het voor hen is die niet gered willen worden? Geloof je dat het bloed gesprenkeld zal worden op hen die niet tot Christus willen komen? Misschien geloof je dat, maar ik zal het je niet verkondigen. Het staat niet in Gods Woord en daarom zal ik het nooit durven zeggen. En nu, zondaar, heb ik nog een reden om je te dwingen te geloven dat Christus alle zondaars die tot Hem komen wil ontvangen. Het is namelijk zo dat Hij alle zondaren roept. Als Christus ons dan roept en beveelt om te komen, dan kunnen we er zeker van zijn dat Hij ons niet zal afwijzen als we tot Hem naderen. Er was eens een blinde man die langs de weg bedelde. Hij niet kon zien, maar hij hoorde het geluid van vele voetstappen die voorbijgingen. Hij vroeg wat dit te betekende had. Men zei hem dat Jezus van Nazareth voorbij kwam. Met luide stem riep hij: 'Jezus, Gij Zoon van David, ontferm U over mij!' Het oor van barmhartigheid leek doof en de Gezegende ging verder en sloeg geen acht op de smeekbede. De arme man bleef zitten waar hij zat en begon nog harder te roepen. Maar toen de Gezegende sprak: 'Kom hier,' o, toen wachtte hij geen moment. De mensen zeiden tegen hem: 'Sta op, Hij roept u,
en hen allen opzij duwend baande hij zich een weg door de menigte en smeekte: 'Heere, geef dat ik mag zien.' Welaan dan, jij die je verdorvenheid en je ellende voelt, sta op en spreek, Hij roept je! Jij die overtuigd bent van je zonde, Christus zegt: 'Kom!' En opdat je er zeker van mag zijn dat Hij het zegt zullen we de volgende woorden nogmaals citeren: 'Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen tot bekering te roepen, maar zondaars.' Mens, jij wordt geroepen, dus kom! Als zijne majesteit de koning voorbijreed, zou je redelijkerwijs niet kunnen verwachten dat je met hem kan spreken. Maar als je jouw naam uit zijn eigen mond zou horen, zou je dan niet naar de koets gaan en luisteren naar wat de koning je te zeggen had? Welnu, de Koning van de Hemel zegt: 'Kom,' ja, dezelfde lippen die op een dag zullen zeggen: 'Kom, gij gezegenden,' zeggen vanavond: 'Kom, gij arme vermoeide zondaars, kom tot Mij en Ik zal u redden.' Er is geen bedroefde ziel binnen deze muren die, als het verdriet het werk is van Gods Heilige Geest, geen verlossing zal vinden door de wonden van Christus. Geloof dan, zondaar! Geloof in Jezus, geloof dat Hij in staat is om je tot het laatst toe te redden. En nu nog één punt om je nog meer aan te sporen en te bemoedigen. Arme ziel, ik weet dat wanneer de schuld op je drukt, het heel moeilijk kan zijn om te geloven. Men zegt weleens: 'Je moet gewoon geloven', maar als de zonde zwaar op je schouders drukt, is geloven het moeilijkste wat er is. Oh, men weet niet hoe moeilijk dat 'gewoon' dan is. Het is een werk zo groot dat niemand het kan doen zonder de hulp van God; want geloof is een gave van God en Hij geeft het alleen aan Zijn kinderen. Maar als er iets is dat geloof in werking kan zetten, dan is het dit laatste punt dat ik wil noemen. Zondaar! Bedenk dat Christus bereid is om je te ontvangen; want Hij is helemaal vanuit de hemel gekomen om naar jou te zoeken en je uit je benarde omstandigheden te bevrijden, om je te redden en je van je ellende te verlossen. Hij gaf het bewijs van zijn innige belangstelling voor jouw welzijn hierin, dat Hij het bloed van Zijn hart vergoot om jouw ziel te verlossen van dood en hel. Als Hij het gezelschap van de heiligen had gezocht had Hij in de hemel moeten blijven, want daar waren er velen. Abraham, Izaäk en Jakob waren daar met Hem in heerlijkheid; maar Hij zocht zondaars. Hij zocht arme verloren zondaars om hen te redden. Hij wilde hen tot voorbeelden van Zijn genade maken; Hij zocht besmeurde zielen om ze schoon te wassen. Hij zocht dode zielen om ze te doen herleven. Het was Zijn verlangen om Zijn genade te tonen. 'Ja, ’t was Uw lust een Mens te zijn. Uw liefde ontzag noch leed, noch pijn; Daar trad U op met moed en kracht Tot heil van ons geslacht.' O zondaar, kijk naar hier en aanschouw het kruis. Zie op Hem Die eraan vastgenageld is: 'Die aan 't kruis zich liet verhogen Met een liefde ondenkbaar groot, En ons minde tot den dood Met een Goddelijk mededogen.' Zie je die ogen? Kun je er geen liefdevol medelijden voor je ziel in lezen? Zie je Zijn zijde? Het is doorboord voor jouw zonden. Zie je Zijn bloed vloeien? Elke druppel werd voor jou vergoten. Hoor je die doodskreet: 'Eli, Eli, lama sabachtani!' Die verdrietige en hartverscheurende uitroep klinkt omwille van jou. Ja, omwille van jou, als je een zondaar bent, als je vanavond tot God zegt: 'Heere, ik weet dat ik tegen U gezondigd heb; wees mij genadig naar Uw barmhartigheid in Jezus Christus.' Als je nu door de Heilige Geest bewogen wordt om jezelf te verachten en om je in stof en as te verootmoedigen omdat je gezondigd hebt, voorwaar, bij God, voor Wie ik sta als Zijn dienaar, zeg ik je, dat je gered zult worden. Want Jezus wilde niet voor jou sterven om je alsnog verloren te laten gaan. 3. Het laatste punt is een vermaning. Als het waar is dat Christus alleen gekomen is om zondaars te redden, mijn geliefde toehoorders, streef dan, streef! Doe alle moeite om in je ziel het bewustzijn van je zondigheid wakker te schudden. Het
is heel pijnlijk als je voelt dat je een zondaar bent, maar dat is geen reden waarom ik je niet zou aanraden om ernaar te streven. Want hoewel het pijnlijk is, is die lijdensweg niets anders dan het bittere medicijn dat je herstel zal bewerkstelligen. Denk niet te hoog over jezelf, maar probeer een lage dunk van jezelf te hebben, probeer jezelf niet met sieraden te tooien, laat het niet je streven zijn om jezelf met goud en zilver te bekleden. Probeer niet goed te zijn van jezelf, maar probeer jezelf te vernederen. Stijg niet op in de hoogte, maar zink in de diepte. Verhef jezelf niet, maar daal af. Vraag God om je in je eigen ogen tot niets te maken. Vraag Hem om jou niets anders te laten zeggen dan: 'Ik ben de voornaamste der zondaars.' Als God je gebed verhoort, zal satan je waarschijnlijk vertellen dat je niet gered kunt worden omdat je een zondaar bent. Luister naar wat Maarten Luther eens zei: 'Toen ik gekweld werd door zonde en verdriet, zei satan: Luther, je kunt niet gered worden omdat je een zondaar bent.’ Maarten Luther antwoordde: 'Goed, ik zal je kop eraf hakken met je eigen zwaard. Je zegt dat ik een zondaar ben? Wel, daar ben ik je dankbaar voor. Je bent een goede satan (hij bedoelt het ongetwijfeld spottend) als je zegt dat ik een zondaar ben. Welaan dan, satan, Christus stierf voor zondaren, dus stierf Hij ook voor mij.' Hij zei, 'satan, als je mij eraan herinnert dat ik een zondaar ben dan zal ik je daar dankbaar voor zijn, en in plaats van te jammeren, zal ik beginnen te zingen; want alles wat ik nodig heb is te weten en te voelen dat ik een zondaar ben.' Als we dat voelen, als we dat beseffen, dan kunnen we het als een onbetwistbare zaak beschouwen dat we het recht hebben om tot Christus te komen, dat we in Hem mogen geloven en Hem ontvangen als onze Verlosser en als het hoogste goed van ons verlangen. Ongetwijfeld zal je geweten je proberen tegen te houden, maar probeer het geweten niet het zwijgen op te leggen, maar zeg tegen het geweten dat je een grote verplichting voelt omwille van al hetgeen het tegen je zegt, zoals: 'Ach, je bent echt een slecht mens geweest, je zondigde toen je jong was, en tot op de dag van vandaag zondig je nog steeds. Hoeveel vermaningen zijn aan er wel niet aan je verspild! Hoeveel zondagen heb je wel niet ontheiligd! Hoeveel waarschuwingen heb je wel niet in de wind geslagen! Je bent een groot zondaar.' Geef dank aan je geweten, want hoe meer je tot het besef komt dat je een zondaar bent, des te meer je tot een waar besef van schuld komt. Je zult meer reden hebben om naar Christus te gaan en te zeggen: 'Heere, ik geloof dat U stierf voor de schuldigen, ik geloof dat U de wil hebt om een onwaardige zondaar te redden. Ik werp mezelf aan Uw voeten; 'Heere, red mij!' Dat bevalt sommigen van jullie niet, of wel? Dit is tenslotte geen leer waarmee je mensen vleit. Nee, je wilt graag een goed mens zijn en Christus een beetje helpen, is het niet? Je luistert liever naar de leerstellingen die sommige leraren verkondigen, zij zeggen: 'God heeft veel voor je gedaan; doe jij nu maar de rest en dan zul je gered worden'. Dat is een goed idee; jij doet het ene en God zal het andere doen. Maar dat is niet wat er in Gods Woord staat, het is slechts een zinloze droom. God zegt: 'Ik zal het allemaal doen; kom en buig je neer aan Mijn voeten; laat je werken achter, laat Mij voor je zorgen; dan zal Ik je laten leven tot Mijn eer. Als je heilig wilt zijn, hoop ik dat je zult belijden dat je onheilig bent. Als je geheiligd wilt worden, moet je belijden dat je nog niet geheiligd bent. Doe dat, mijn luisteraars, val neer voor de Heere; werp jezelf neer. Sta niet hoogmoedig op; maar val in nederigheid voor God neer. Vertel Hem dat je zonder Zijn soevereine genade verloren bent; vertel Hem dat je niets hebt, dat je niets waard bent, dat je nooit meer dan een nul zult zijn, maar dat je ook weet dat Christus niets van je wil, want Hij neemt je zoals je bent. Probeer niet tot Christus te komen met iets
anders dan je zonde; probeer niet tot Christus te komen met een gebed van aanbeveling; kom zelfs niet tot Hem met een belijdenis van je geloof; kom tot Hem met je zonde, Hij zal je geloof geven. Als je van Christus wegblijft en denkt dat je zonder Hem ook kunt geloven, maak je een grote vergissing. Het is Christus Die ons zal redden; voor alles wat we nodig hebben moeten we tot Christus komen. 'U, o Christus, bent alles wat ik wil; In U vind ik alle dingen. Richt de gevallenen op, moedig de zwakken aan, Genees de zieken en leid de blinden.' Dit alles en nog veel meer wil Jezus doen; maar je moet naar Hem toe komen als een ziek en zwak mens; je moet Hem tegemoet treden als een hongerig en dorstig mens, anders zul je helemaal niet kunnen en willen komen. Kom tot Jezus, ik smeek het je, wat het ook is dat je tot nu toe heeft tegengehouden. Je twijfels proberen je misschien tegen te houden, maar zeg: 'Laat los, ongeloof! Christus zei dat Hij voor zondaars stierf, en ik weet dat ik een zondaar ben.' 'Zijn heilig woord Heb ik gehoord , En daarop ga ik moedig voort. Nooit zal het mij berouwen.' Voordat ik afsluit wil ik nog één ding zeggen. Als je weet dat je een zondaar bent, blijf dan niet weg van Christus omdat je niet alles begrijpt. Heel vaak komen er jonge bekeerlingen naar me toe die zeggen: 'Ik begrijp deze of gene doctrine niet.' Wel, ik leg het ze graag uit voor zover ik dat kan. Maar soms zijn het geen jonge bekeerlingen, maar jonge overtuigde zielen, ze zijn overtuigd van hun zonden. Als ik hen dan probeer duidelijk te maken dat ze in Christus mogen geloven als ze zondaars zijn, beginnen ze over een ingewikkeld onderwerp of een lastige kwestie te praten omdat ze denken dat ze pas gered kunnen worden als ze doorgewinterde theologen zijn. Welnu, als je denkt dat je eerst alle theologische inzichten zult moeten doorgronden voordat je in Christus kunt geloven, kan je alleen maar zeggen dat je het nooit zult begrijpen. Zolang je leeft, zullen er diepten zijn die je niet kunt bevatten. Er zijn bepaalde onbetwistbare feiten waaraan je moet vasthouden; maar er zullen ook altijd moeilijkheden blijven bestaan waar je niet doorheen kunt kijken. De meest begunstigde heilige op aarde begrijpt niet alles, maar jij wilt alle dingen begrijpen voordat je tot Christus komt. Iemand vraagt mij hoe de zonde in de wereld is gekomen, en hij zal niet tot Christus komen totdat hij dat weet. Waarom? Als hij wacht op iets dat hij nooit zal weten, zal hij hopeloos verloren gaan; want niemand zal het ooit weten. Ik heb geen reden om te geloven dat het ooit geopenbaard is, zelfs niet aan hen die in de hemel zijn. Weer een ander wil weten waarom mensen bevolen wordt om te komen terwijl de Bijbel leert dat niemand kan komen. Hij moet en wil dit eerst verduidelijkt hebben. Stel dat de arme man die een verdorde arm had, nadat Christus had gezegd: 'Strek uw arm uit', zou hebben geantwoord: 'Heere, ik heb een gedachte die mij verontrust; ik wil eerst weten hoe U mij kunt zeggen mijn arm uit te strekken terwijl hij verdord is. Stel dat, toen Christus tot Lazarus had gezegd: 'Lazarus kom naar buiten,' Lazarus zou hebben gezegd: 'Ik wil eerst iets begrijpen, hoe kan een dode naar buiten komen?' Weet dit, ijdel mens! Als Christus zegt: 'Strek je arm uit', dan schenkt Hij je met dat gebod de kracht om je arm uit te strekken en is de moeilijkheid in de praktijk opgelost, hoewel ik geloof dat het in theorie nooit zal worden opgehelderd. Als mensen willen dat de theologie voor hen wordt uitgetekend als een landkaart, als ze willen dat elk dorp en elke heg in het Koninkrijk van het Evangelie voor hen in kaart wordt gebracht, dan zullen ze dat nergens anders vinden dan in de Bijbel. En daar worden ze zo in kaart gebracht dat de jaren van een Methusalem niet zouden volstaan om er elk klein detail in te vinden. We moeten tot Christus komen en dan leren, niet eerst leren en dan tot Christus komen. 'Ja maar,' zegt een ander, 'dat is niet de reden van mijn twijfels; ik maak me niet zo druk over theologische vraagstukken; ik heb een grotere zorg dan dat.
Ik heb namelijk het gevoel dat ik te slecht ben om gered te worden.' Wel, dan moet ik je zeggen dat je er behoorlijk zit; dat is het enige antwoord dat ik je kan geven; want ik geloof Christus meer dan dat ik jou geloof. Jij zegt dat je te slecht bent om gered te worden? Christus zegt: 'Wie tot Mij komt zal Ik geenszins uitwerpen.' Wel, wie heeft er dan gelijk? Christus zegt dat Hij de allerslechtsten zal ontvangen; jij zegt dat Hij dat niet zal doen. Wat denk je daarvan? 'Geloof toch dat God waarheid is en dat de mens een leugenaar is.' Er is één ding waarvan ik graag wil dat je het doet; ik hoop dat God je ertoe zal brengen om de Heere Jezus Christus op de proef te stellen en te zien of Hij je zal afwijzen. Het wordt mij zo vaak verweten wordt dat ik een beroep doe op de ergste zondaars, maar wat gaat dat mij aan? Er wordt mij vanuit het Woord gezegd dat ik mijn bediening moet richten tot dronkaards, hoeren, godslasteraars en zondaars van de ergste soort. Wat kan mij het schelen als er met minachtende vingers naar mij wordt gewezen, of als ik in het openbaar als een dwaas wordt beschouwd; denk je dat ik me door hun ironie uit het veld zal laten slaan? Denk je dat ik me zal laten ontmoedigen door hun schaamteloze hoongelach? Nou nee, ik zal net als David, toen hij danste voor de ark van de Heere, en Michal, de dochter van Saul, hem uitlachte en beschimpte als een schaamteloze kerel, slechts antwoorden: 'Als dit verachtelijk is, dan wil ik nog verachtelijker zijn. Zolang ik de voetstappen van mijn Meester voor me zie, en zolang ik Zijn genadige goedkeuringen op mijn werk zie, zolang ik zie dat Zijn Naam wordt verhoogd, Zijn heerlijkheid wordt vermenigvuldigd, en verloren zielen worden gered, (en Gode zij dank hebben we daar elke dag een getuigenis van;) zolang dit Evangelie mij rechtvaardigt, zolang de Geest van God mij beweegt en zolang de tekenen die volgen de zegels van mijn opdracht vermenigvuldigen, wie ben ik dan dat ik mij zou laten weerhouden door de mens, of de Heilige Geest zou weerstaan door enig vlees dat ademt? O, jij dan, voornaamste der zondaars, jij smerigste der smerigste, jij die het uitschot van de stad bent, het afval van de aarde, het bezinksel van de schepping, waar niemand naar op zoek is, jij wiens karakter verwoest is en wiens binnenste van de ziel vervuild is, zo zwart dat geen schoonmaker op aarde je nog wit kan maken, zo vernederd dat je buiten de hoop van welke geestelijke dan ook bent gezonken om je terug te winnen! Kom, kom tot Christus. Kom op Zijn eigen uitnodiging. Kom, en je zult zeker hartelijk ontvangen worden. Mijn Meester zei dat Hij zondaars ontvangt, zijn vijanden zeiden over Hem: 'Deze Man ontvangt zondaars.' We hebben een vaste en volkomen zekerheid dat Hij zondaars ontvangt, Zijn vijanden zijn er zelf getuige van. Kom nu, vertrouw op Zijn woord, Zijn uitnodiging, Zijn belofte. Denk je dat Hij alleen zondaars ontving tijdens die korte tijd dat Hij op aarde wandelde? Welnee, dat is helemaal niet waar; dit wordt door alle latere gebeurtenissen bevestigd. Jezus' apostelen herhaalden het nadat Hij naar de hemel was opgevaren, in even onvoorwaardelijke bewoordingen als Hijzelf het uitdrukte toen Hij op aarde was. Geloof je dit niet? 'Dit is een betrouwbaar woord en alle aanneming waard dat Christus Jezus in de wereld gekomen is om zondaars zalig te maken, van wie ik de voornaamste ben' (1 Tim. 1:15). Verachters, ga je gang en lach erom; ga maar door en veracht het gepredikte Evangelie zoveel je wilt, maar op een dag zullen we elkaar van aangezicht tot aangezicht ontmoeten, we zullen samen voor onze Maker staan, en dan zal het een grote schok zijn voor allen die Christus hebben veracht en hebben gelachen om Zijn genadige woorden. Is er hier een ongelovige die zegt dat hij er vrede mee heeft als hij de dood zal sterven omdat er geen leven in een toekomende wereld bestaat? Welnu, mijn vriend, stel dat alle mensen sterven als een hond, dan zal ik er net zo goed aan toe zijn als jij, en ik denk zelfs dat ik er een beetje beter aan toe zal zijn wat betreft geluk en vrede in deze wereld.
Maar als; (en let op, ik zeg het niet omdat ik eraan twijfel) als het waar is dat er wel een toekomende wereld is, dan zou ik in die toekomende wereld niet graag in jouw schoenen willen staan. Als het zo is dat er een rechterstoel is; als er een hel is, (ik zeg het maar heel hypothetisch, niet omdat ik er aan twijfel, maar omdat jij zegt dat je eraan twijfelt; hoewel ik denk dat je dat niet echt doet) als er zo'n plaats is, wat zul je dan beginnen? Zou je iets kunnen beginnen? Welnee, als er 's nachts een blaadje valt, sidder je al; als er corona uitbreekt, schrik je al; als je een beetje ziek bent, haast je je naar de dokter en zowat iedereen kan je een medicijn opdringen omdat je bang bent om dood te gaan. Wat ga je doen als de doodsjordaan je in zijn greep krijgt? Als je al bang bent voor een beetje pijn, wat zal je dan doen wanneer je lichaam zal beven en je knieën samenknikken omdat je voor je Schepper staat? Wat denk je dat je zult doen, mijn hoorder, wanneer Zijn vlammende ogen in je ziel zullen branden? Wat denk je dat je zult doen als Hij temidden van tienduizend donderslagen zal zeggen: 'Ga heen, ga weg van Mij?' Ik kan je niet voorspellen wat je zult doen, maar ik zal je één ding zeggen dat je niet zult doen; namelijk dat je niet zult zeggen dat ik zo eenvoudig mogelijk heb geprobeerd om het Evangelie aan de grootste zondaars te verkondigen. Luister goed: 'Wie in de Heere Jezus Christus gelooft, zal behouden worden.' Geloven is op Christus vertrouwen; in die gezegende armen vallen die zelfs de grootste zondaar die ooit geleefd heeft kunnen dragen; jezelf volledig op de belofte werpen; Hem alles voor je laten doen totdat Hij je levend gemaakt heeft en je in staat gesteld heeft om uit te werken wat Hij eerder in je gewerkt heeft, “je eigen zaligheid;' en zelfs dit moet met 'vrees en beven' (Fil. 2:12). Moge God almachtig schenken dat er vanavond een arme ziel gered mag worden! Voor degenen die aan wal staan, verwacht ik niet dat ik iets goeds kan doen. Als ik een reddingsboei de zee in kan slingeren, zal alleen de schipbreukeling op het vastgelopen schip zich verheugen over het touw. Jullie die jezelf veilig achten, ik heb geen noodzaak om tot jullie te preken. Jullie zijn allemaal zo vreselijk goed in je eigen ogen dat het geen zin heeft om te proberen jullie beter te maken. Jullie zijn allemaal zo verschrikkelijk rechtvaardig dat jullie mijn waarschuwingen helemaal niet nodig hebben, jullie kunnen gewoon je gang gaan. Neem het me dus niet kwalijk dat ik niets anders tegen jullie te zeggen heb dan dit: 'Wee u, Schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars!' en sta me toe dat ik me tot een andere klasse mensen wend, de ergste van de ergste. Ik geef er niets om als ik de bijnaam 'prediker van de laagste en smerigste mensen' zou krijgen; ik zou er niet voor terugdeinzen om, net als Rowland Hill, beschimpt te worden als de prediker van de laagste rangen. Want zij hebben net zoveel behoefte aan het Evangelie als ieder ander schepsel onder de hemel. En als niemand het hun wil verkondigen, God sta mij bij, dan zal ik proberen het aan hen verkondigen in woorden die ze wel kunnen begrijpen. En wanneer de deftige mensen niet van een prediking in die stijl houden hebben ze de mogelijkheid om te vertrekken. Als ze predikanten willen horen met een intellectuele stijl die het vermogen van gewone zondaars te boven gaat, laat ze dan maar weggaan en naar hen luisteren. Ik neem er genoegen mee om mijn Heere te volgen, Die 'Zichzelf ontledigd heeft door de gestalte van een slaaf aan te nemen' om zo zondaars te zoeken die buiten de gebaande wegen vallen. Ik zou liever de preekstoel geweld aandoen en door het fatsoen heen breken dan dat ik niet door harde harten heen breek. Zulke prediking beschouw ik als de juiste soort prediking en het maakt me niet uit hoe ik in het hart kan binnendringen. Ik geef toe dat als ik niet op een bepaalde manier zou kunnen preken, ik het op een andere manier zou aanpakken. Als niemand naar me zou komen luisteren in een zwarte jas, dan zou ik hen in een rode jas toespreken.
Ik zou hen toch op de een of andere manier het Evangelie laten horen; ik zou proberen op zo'n manier te prediken dat zelfs de meest eenvoudige luisteraar dit ene feit zou kunnen begrijpen: 'Deze Man ontvangt zondaars,' God zegene u allen, om Christus' wil! Amen. Vertaling: Het Spurgeon Archief Niets van deze preek mag worden verveelvoudigd of openbaar gemaakt in boekvorm of op enigerlei andere wijze.
0 notes
saulsplace · 3 months
Text
Tumblr media
Onwetendheid is met de dag gevaarlijker voor iedereen
Met haar 28 jaar is de zojuist gekozen Anna Strolenberg de jongste Nederlander in het Europarlement. Ze is lid van Volt, een organisatie die hevig gelooft in Agenda 2030. Haar ervaring is miniem. Ze werkte als voorlichter bij Vluchtelingenwerk. Ze zegt dat ze wil strijden tegen het opkomend populisme. “Ik stoor me aan de zondebokpolitiek die sinds de val van het kabinet Rutte 4 de boventoon voert. Dit zorgt alleen maar voor verdeeldheid.” Veel meer heeft Anna niet te melden. Zulke lege taal zou tien jaar geleden snel zijn afgestraft. Thans word je beloond met een overdadig Euro-salaris-plus-pensioen. Wie baadt in zulke weelde, zal niet gauw de revolutie prediken.
1 note · View note
dutchjan · 8 months
Text
Tumblr media
January 27, 2024
0 notes
languagedeath · 3 months
Text
Zes Eilandvisioenen oftewel Feurgelaten van de Schiermonnikoger zienster-dichteres Pita Grilk
Geschreven door Dyami Millarson Eergisteren heb ik zes gedichten van Pita Grilk bewerkt. Ik wil het document voor iedereen beschikbaar stellen omdat het een uitkomst kan bieden voor de bestudering van de Schiermonnikoger taal. Dit is de Google Drive- verbinding naar het betreffende document: https://drive.google.com/drive/folders/1R3DTXVkBj2_LUJon7GyfdRJfavSO3RdNIk heb diverse taalfouten…
Tumblr media
View On WordPress
0 notes
krankjorum · 3 months
Text
Studiekeuzes
Elk jaar om deze tijd hangen er weer een handvol vlaggen en tassen bij mij in de straat, en dan voel ik een heerlijk gevoel van plaatsvervangende opluchting. De weken naar dat eindexamen toe, en de examens zelf, herinner ik me als dodelijk vermoeiend, stressvol, en ietwat isolerend. Het feit dat er ook dit jaar weer zes verlost zijn van het lijden van de middelbare school, stemt me tevreden. 
Maar automatisch denk ik ook aan studiekeuzes, aan de hele reis die je in je hoofd moet maken als puber over wat je wil, en al die goedbedoelende ooms, tantes, opa’s, oma’s, docenten, ouders en ander volwassen gespuis dat komt vragen wat je nu dan gaat doen en wat je later wil worden. Dit is natuurlijk niet voor iedereen herkenbaar; sommige mensen lijken na het verlaten van de baarmoeder direct te hebben besloten ‘ik word later…’ vul maar in, en hebben vervolgens exact het pad afgelegd wat voor een dergelijk beroep nodig is. Anderen ontdekken op de middelbare school waar hun passies en talenten liggen, komen met wat hulp bij een studie of opleiding of baan terecht, en met wat eventuele horten en stoten, maken ook zij hun dromen waar. 
Mijn eigen toekomstidee en studiekeuzereis, voelde altijd een beetje als twee stappen naar voren, en zeven achteruit. Ik wist het simpelweg niet. Op een bepaalde leeftijd blijkt dat zeemeermin-elf-prinses worden geen optie is, en wat moet je dan in godsnaam? Ik kwam er helemaal niet uit, en dus werd het voor mij een tussenjaar. Ik had al besloten dat ik de universiteit ECHT niet ging doen, school was stom, leren was stom, en ik wilde nooit meer een boek lezen in m’n hele leven. Ik wilde de creatieve kant op, dus keek ik bij kunstopleidingen, allerlei richtingen: game design, animatie, regisseur, ik vond het allemaal wel wat hebben. 
Ik herinner me vooral goed een open dag bij de HKU. Ik was daar met mijn moeder samen, en we kwamen voor van alles. Het gebeurde bij de audiovisuele media, dat mijn moeder mij aanmoedigde de mevrouw van de HKU iets te vragen – god mag weten wat de vraag was die ik wilde stellen maar niet direct durfde te stellen. Hoe dat gesprek verliep, weet ik ook niet zo goed meer, maar de mevrouw stelde mij een vraag waarop mijn antwoord was ‘weet ik niet’ en vervolgens barstte ik in tranen uit. Wij zijn toen met zijn drietjes naar een rustiger hoekje, of een lokaaltje, of iets daartussenin verplaatst, zodat ik rustig kon huilen (toch fijn). Mijn moeder en de HKU-mevrouw raakten in gesprek over dat ik echt niet wist wat ik nou wilde, en de HKU-mevrouw raakte evenzeer geëmotioneerd over dat het ook moeilijk was allemaal, en dat ik en al die kinderen die moeten kiezen nog zo ontzettend jong zijn, dat er zoveel keuze is en zoveel druk, dat zij zelf ook lang gedacht heeft, etc. Ook mijn moeder heeft het niet drooggehouden, en zo zaten we daar met zijn drietjes te huilen over hoe moeilijk het eigenlijk is om te weten wat je later wil.
De echte fans weten dat mijn studiekeuze waarbij ik vervolgens tóch naar de universiteit ging en koos voor een vakgebied dat ik op de middelbare school had afgerond met een 5 gemiddeld, een nogal impulsieve keuze was. Het is allemaal bij toeval gebeurd: mijn moeder zei ‘och, Annetje (zo mag alleen mijn moeder mij noemen en ik sla je dood als je mij zo noemt en niet mijn moeder bent), we kunnen toch even in Leiden gaan kijken?’. Vooruit, besloot ik, maar dan alleen bij Engelse taal en cultuur. Waarop mijn moeder zei dat ik net zo goed nog iets kon kiezen, we waren er dan toch, en als het stom was, konden we altijd weglopen. Prima. Geschiedenis. Whatever.
De open dag aan Universiteit Leiden boeide me geen knal, maar toen ik bij de presentatie van Engelse taal en cultuur een potentiële medestudent naar binnen zag lopen met een Harry Potter sjaal, had ik al besloten: dit ga ik echt niet doen. Vond ik de presentatie van Geschiedenis dan leuk? Nee, maar ik moest wat, dus dat ging ik dan maar doen.
Het heeft maar 1 hoorcollege gekost om me te doen inzien dat ik Geschiedenis het allermooiste en allerleukste vak van de hele wereld vond (en vind), en dat college was nog maar de inleiding van de inleiding van de inleiding (iykyk). 
Wat ik met dit lange, zielige, tranentrekkende verhaaltje over mezelf eigenlijk wil zeggen, is dat er zoveel druk ligt op 'De Goede' keuzes maken, met grote baanzekerheid en snel, veel geld verdienen. Ik zie kinderen op de middelbare school die al zeventien bedrijven hebben, achtendertig apps hebben gemaakt, tweetriljoenbiljoen cryptocenten hebben, en een sixpack ook nog als het even kan, en dat is heel knap, maar niet zo lekker voor je zelfvertrouwen als je een verlegen, onzeker pubertje bent dat het echt even niet weet allemaal. Je wordt overspoeld met het gevoel dat je nu moet kiezen voor de rest van je leven, hoe dat gaat verlopen, wie je wordt als mens. Wat als je fout kiest? Wat als je het niet weet? Je voelt je van alle kanten ingehaald door degenen die het wel weten, of lijken te weten. Je voelt je alsof je grandioos aan het falen bent, terwijl je nog niet eens bent begonnen.
Dat slaat helemaal nergens op, maar je bent 16 of 17 of 18, weet jij veel. Ik ben nu 26, en ik weet nog steeds ontzettend weinig, maar ik weet wel dat het leven geen race is, en dat je nooit 100% zeker hoeft te weten wat je voor baan wil later. Het is maar werk, er zijn veel leukere dingen om je druk om te maken. Er doen zich altijd nieuwe kansen voor, en je verandert als mens, in wat je wil en wat je kan en wat je weet. Je trekt niet direct elke deur dicht als je besluit die ene opleiding te gaan volgen. Daarbij gaan sommige gesloten deuren ook heus weer open als je even aanklopt, of de deur een goed zetje geeft.
Mijn lieve moeder zei toen en zegt nog steeds altijd dat je vooral moet doen wat je leuk vindt, en dan komt het altijd wel goed. En, zo ontdekte ik in 2017, als je niet goed weet wat je leuk vindt, dan moet je soms maar je ogen dicht doen en wijzen bij het kiezen, en hopen dat als je eenmaal begint, dat het dan fucking vet is. 
1 note · View note
rotterdamvanalles · 4 months
Text
Cafe-Restaurant Châlet Suisse aan de Kievitslaan in 1959.
Van verre al herkenbaar is Chalet Suisse aan de Kievitslaan nummer 31, aan de rand van het Park aan de Westzeedijk. Het is een typisch Zwitsers chalet geheel in hout opgetrokken, compleet met puntdak en geraniums, een overdekt terras en een openluchtterras. Vroeger was het niet alleen de ontmoetingsplek van bekende Rotterdammers, maar ook internationale zakenmensen bezochten de zaak. Bijna iedereen werd te woord gestaan in zijn eigen taal, want Chalet Suisse had een internationale staf van obers. Chalet Suisse is een overblijfsel van E'55 (Nationale Energie-manifestatie 1955), de tweede wederopbouwtentoonstelling in Rotterdam (de eerste was Rotterdam Ahoy' in 1950).
Tumblr media
0 notes
boekreviewsvannenad · 4 months
Text
Boekreview 2 De Leeuw Van Vlaanderen
https://bazarow.com/recensie/de-leeuw-van-vlaanderen/
De recensie van “De leeuw van Vlaanderen" is grondig en informatief. Over het algemeen ben ik het eens met de mening dat het boek positief wordt beoordeeld en dat Conscience een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de Vlaamse literatuur en cultuur. Hier zijn enkele onderwerpen waarover ik wil praten. Ten eerste ben ik dankbaar dat de recensent het belang van "De Leeuw van Vlaanderen" voor de Vlaamse taal en identiteit hebt benadrukt. Met zijn levendige beschrijvingen en boeiende verhalen benadrukt Conscience de Vlaamse cultuur en strijdt hij tegen de Franse overheersing in die tijd. Als gevolg hiervan heeft zijn werk een historische waarde omdat het het bewustzijn en de trots van de Vlaamse gemeenschap verhoogde. Een goed begrip van de personages en hun rol in het verhaal kan worden verkregen door de achtergronden van de hoofdpersonen en hun geschiedenis te bespreken. Het is terecht dat Pieter Deconinck, Jan Breydel en Graaf Gwijde van Bethune worden genoemd als belangrijke figuren in de strijd tegen de Franse overheersing. Hun heldendaden en rechtvaardigheid zijn inspirerend, en de epische aard van het verhaal wordt hierdoor versterkt. De recensent beschrijft het historische kader van het boek goed, inclusief de tijdsperiode en de personages. Dit maakt het voor lezers gemakkelijker om te begrijpen hoe Conscience's werk verband houdt met de gebeurtenissen in de 13e en 14e eeuw.De uitgebreide beschrijving van de levens van de historische personages en de gebeurtenissen die verband houden met de Slag der Gulden Sporen geeft aan dat Conscience de historische feiten grondig heeft bestudeerd, wat de geloofwaardigheid van zijn verhaal verbetert. Ik ben het eens met de recensent dat Conscience de harde waarheid van oorlog en bezetting levendig weergeeft, ondanks de recensie dat het boek een oorlogsroman is. De Vlamingen krijgen een sterke overdracht van hun gevoelens, pijn en uiteindelijk succes. De keuze van de recensent om het boek in verschillende delen te lezen om de intense inhoud te verwerken, accentueert de emotionele diepgang van het werk. Bovendien ben ik dankbaar voor de verwijzingen naar andere bronnen, zoals DBNL.org en de Belgische Literaire Canon, die lezers in staat stellen meer te weten te komen over Conscience en zijn werk. Dit geeft een breder begrip van zijn werk en de impact ervan op de literatuur. Samenvattend is de recensie van "De Leeuw van Vlaanderen" eerlijk en betrouwbaar. Het erkent terecht de literaire en culturele waarde van het werk, evenals de manier waarop Conscience de historische en gevoelens van de Vlaamse strijd tegen de Franse bezetting heeft weergegeven. Ik ben het eens met de positieve beoordeling van de recensent en denk dat "De Leeuw van Vlaanderen" een belangrijk boek is voor iedereen die geïnteresseerd is in de geschiedenis en literatuur van Vlaanderen.
0 notes