Tumgik
#aan de wijn. Heks ook
beelceem · 4 months
Text
De weg Szczecin uit is druk, vrachtauto’s rijden af en aan. Er ligt wel een afzonderlijk fietspad, maar bij rotondes is het oppassen geblazen. Soms houdt zo’n fietspad ineens op. Dat gebeurt ook nu op een plek waar enkele huizen staan. De vrachtwagens rijden er niet langzamer om. Pas na een uur bereik ik weer een gemarkeerde fietsroute, over vrijliggende pad. Dat is gloednieuw, het slingert door het land, de herrie van het verkeer is meteen op afstand. En ineens sta ik op de Pools-Duitse grens en rijd ik richting de Oder. Die rivier scheidt beide landen van elkaar. Gekleurde paaltjes en een hek maken de grens duidelijk, rechts Duitsland, links Polen. Af en toe staan er uitkijkposten, nu aan de ene, dan weer aan de andere kant. Die hebben hun beste tijd overigens gehad. In feite rijd ik een lange weg naar het zuiden, langs de Oder. Het rivierbekken verbreed zich, Polen komt op grotere afstand, maar het blijft zichtbaar. Een donkere wolk ontwikkelt zich, het begint licht te regenen. Polen verdwijnt in een grijze mist. Ik heb de onderdompeling op weg naar Rügen nog niet van me afgeschud. Het regenpak gaat aan. Fietsers komen me tegemoet, geheel droog nog, die me meewarig aankijken. Ik vind het ook overdreven van mezelf. Met af en aankomende regen, nu weer harder, dan weer wat zachter, blijft het gewoon aan. Een bord spaghetti bolognese smaakt uitstekend. Glazen wijn zijn hier altijd erg vol, dat kan ik nu niet hebben. Sowieso geen alcohol nu, ik ben nog niet helemaal fit, mijn darmen zijn nog wat opstandig. Het wordt alcoholvrij bier. Maar gô, wat is dat smerig. Ik laat het half staan. Ooit eerder was me in Duitsland opgevallen, dat ze het verleden graag thematiseren. Indertijd langs de Donau, kreeg de Romeinse historie veel aandacht, met nagebouwde nederzettingen. Hier langs de Oder kom ik terecht in de IJstijd, met een nagebouwde grafheuvel onderweg, een tuin vol rotsen met uitleg over de steen, geologische uitleg. Boeiend en kitscherig tegelijkertijd. Bij Stolzenhagen verlaat ik de Oder én de vele vogels in dit gebied. Een groep kraanvogels, ik herkende ze nu wel, kwikstaarten die zo graag op het asfalt zitten, een wolk van wel duizend vogels, die zich losmaakten uit een wilg, ooievaars, geelgorzen, groenlingen, bonte kraaien om er wat te noemen. Een vogelaar kan hier zijn hart ophalen. De weg naar Parstein fietspadloos. Voor het eerst moet ik weer klimmen, niet steil, wel lang. Druk is het niet, hard gereden wordt er wel, dus achtzaamheid is geboden. Hotels zijn er niet zo in dit gebied. Onderdak vind ik bij Johannes en Montserrat, waar ik een kamer huur. Montserrat, een theatermaakster uit Barcelona, zet een heerlijke maaltijd op tafel, met groenten uit de tuin, eieren van eigen kippen. Johannes is muzikant en componist, en ik krijg even een privé-concert. En veder is het hier heerlijk stil. Ik fietste 80 kilometer
Tumblr media
View On WordPress
0 notes
betoverheks · 6 years
Text
Drie oktober 2018. Heks viert het alsof haar leven ervan af hangt. En misschien is dat ook wel zo. Wellicht werkt al die hutspot louterend. Worden met de darmgassen kwade geesten uitgedreven..... Ik heb in ieder geval een topavond. In goed gezelschap. Op een oude vertrouwde plek.
Drie oktober 2018. Heks viert het alsof haar leven ervan af hangt. En misschien is dat ook wel zo. Wellicht werkt al die hutspot louterend. Worden met de darmgassen kwade geesten uitgedreven….. Ik heb in ieder geval een topavond. In goed gezelschap. Op een oude vertrouwde plek.
Tumblr media
©Toverheks.com
Dwrwie oktobew komt er weer aan. Voorafgaand lig ik wekenlang gestrekt. Dan is het opeens bijna drie oktober. Leids Ontzet. Vorig jaar heb ik het niet verder gebracht dan over de feestelijke warenmarkt lopen op de dag zelf. In mijn eentje. Niks aan. De speciale avond vooraf aan drie oktober zat ik uitgeput in mijn huis te luisteren naar het kabaal van een feestende stad.
Dus dit…
View On WordPress
0 notes
doldriest · 6 years
Text
Deel 2 van het reisverslag van onze vakantie in het wonderschone Ierland.
Zondag 22 juli 2018
Wat worden we toch verwend door de B&B hostess. in Shannonbridge. Ze heeft zelfs lactosevrije boter, melk en roomkaas voor me gehaald, zo lief! Na een dankbare hug laden we de koffers in de auto en rijden naar de kloosterruïnes van Clonmacnoise. Victor heeft deze vakantie –zoals alle vakanties– weer uitmuntend voorbereid. De routes die we willen rijden zijn grotendeels al in de Garmin voorgeprogrammeerd, zodat hij zich op de weg kan concentreren en ik waar nodig aanwijzingen geef. Wat een man! ❤
Het klooster van Clonmacnoise ligt aan rivier de Shannon en stamt uit 545 en bestaat uit zeven kerken, een ronde toren, high crosses (rijkelijk gedecoreerde stenen kruizen) en een kathedraal met een fluisterdeur.  Melaatsen konden zo buiten blijven staan en werden toch gehoord bij het biechten… met de priester op veilige afstand. In de 11e eeuw leefden en werkten maar liefst 1.500 tot 2.000 monniken en ambachtslieden bij Cluain Mhic Nóis.
Onze volgende stop is Roscommon Castle, gesticht in 1269. Vroeger een belangrijke plek, maar de vele belegeringen en aanvallen hebben hun sporen achtergelaten: alleen de buitenmuren staan nog overeind. Aan de binnenkant is er alleen een groot goed onderhouden grasveld. Het is een aangename plek om tot rust te komen en te luisteren naar stemmen uit het verleden. Ook kun je een bezoek brengen aan het Loughnaneane Park en Playground, een 14 hectare groot recreatiegebied.
De Garmin brengt ons feilloos naar onze volgende bestemming: Galway. Ja precies, waar het meisje van Ed Sheran woont. 😉 Maar wat een avontuur om de accommodatie te vinden! We volgen de aanwijzingen van verhuurder Pat op, eerst per e-mail en dan per WhatsApp. Pat stuurt ons twee foto’s van de parkeergarage waar we moeten zijn en na een kwartier onverrichter zake rondrijden, stap ik uit en loop met Victor’s gms in de hand, zoekend naar de poort van de foto. Ernaast zou een brievenbus moeten zijn met daarin de sleutels van het appartement. Ook hebben we een toegangscode.
De parkeergarage blijkt om de hoek te liggen, een eindje van de drukke straat af. Hij is afgesloten met een zwaar hek, geflankeerd door een kleinere poort. Ik loop terug naar onze auto en dirigeer Victor erheen. Intussen speur ik de omgeving af naar de brievenbus. Ik kijk in poortjes, steek mijn hand tussen tralies door en tast in het rond, trek aan het hek, rammel aan deuren en probeer een metalen luik te openen. Tevergeefs. Terwijl Victor wacht, loop ik terug naar de straat en steek daar mijn hand lukraak in alle brievenbussen die ik tegenkom, maar dat levert niets op, behalve zwarte handen en gedachten aan spinnen. Ik voel me aardig voor gek lopen. Bij een deur met het juiste huisnummer bel ik aan. Niets. Ik toets de code in het paneel in. Ook niets. Gefrustreerd loop ik terug naar de afgesloten parkeergarage.
Daar komt net een knul door het zijpoortje naar buiten! Ik been langs hem heen naar binnen en vraag of hij weet waar we naar toe moeten. Hij vertelt dat ik waarschijnlijk de trap van de parkeergarage op moet. Op het zelfde moment komt een auto door de poort naar buiten, en ik fluit en gebaar naar Victor. Hup, gauw naar binnen, rijden met die hap!
Inmiddels heeft mijn vriend de onzichtbare Pat aan de telefoon en we worden naar de juiste parkeerplek geloodst. Een interne lift brengt ons naar een hogere verdieping, en daar vinden we dan eindelijk ons appartement. Het blijkt een flat aan een galerij aan een binnenplaats te zijn. Dat had onze Pat helemaal niet verteld, dit hadden we nooit kunnen vinden! Ik steek wederom mijn hand door de brievenbus en kijk, eindelijk vind ik een zakje met sleutels erin, vastgebonden aan de klep. Gelukt!
De kamer heeft een bed, twee ramen aan de kant van de Galway haven, een kleine douchekamer en een huiskamer beneden. Plus een wasmachine in de keuken! Daar maken we dankbaar gebruik van.
Maandag 23 juli 2018
De volgende ochtend ontbijten we in een knus zaakje: warme maispannenkoek, een kleine vegan burger en een spiegelei, met groene jasmijnthee erbij. Victor bestelt een Spaanse omelet met pepermuntthee. Er hangen kunstwerken aan de muur, en met name die van Marilyn Monroe en Nelson Mandela vind ik prachtig!
Galway is een heerlijke plaats. Levendig, toeristisch, druk, gezellig. Lekkere wijn. We slenteren door de stad en drinken een biertje in een pub. Ik knoop een gesprek met mijn buurman aan en vraag hem hoe ik moet proosten in het Iers. Keine Ahnung, zegt hij, ich komme aus Deutschland. Proest, nou ja zeg. Pat, die inmiddels in zijn huis gearriveerd is, vertelt dat het ‘Sláinte’ is, oftewel gezondheid. Victor en ik genieten vooral van de muziek op straat, waar het gezellig druk is.
  Dinsdag 24 juli 2018
Een bezoek aan Ross Errilly Abbey levert de volgende sfeervolle beelden op:
De desolate sfeer binnen de abdij en de vele verlaten doorgangen, binnenplaatjes, kamers en bogen werken op me in. Het is stil, en de wolken werpen schaduwen in hoeken en nissen. Ik roep Victor en blijf aan zijn zijde. Straks verdwaal ik immers nog! V-man schudt lachend zijn hoofd en begeleidt me veilig terug naar de auto.
Het is een prachtige dag vandaag, behalve op eetgebied. We gaan lunchen in een resort langs de kant van de weg. Het café kan me geen geschikte maaltijd garanderen, maar in het restaurant moet dat zeker lukken. We beklimmen de trap en komen in een zeer chique hotel terecht. Het menu draagt dan ook een fiks prijskaartje. Soep dan maar, met zelfgemaakt brood. De ober gaat persoonlijk naar de keuken om te vragen of ik de soep kan eten en komt terug met de verheugende mededeling dat de soep absoluut lactosevrij is. We gaan zitten, en al snel krijg ik brood aangeboden. Met roomboter. Teruggestuurd, alleen brood please. Even later arriveert de soep, en het blijkt een overheerlijke pompoensoep te zijn. Ook het brood smaakt fantastisch, en ik vraag nieuwsgierig naar het recept. Nou, begint ze enthousiast te vertellen, we gebruiken geen gist maar karnemelk. Ik onderbreek haar. ‘Excuse me, did you say buttermilk?!’ En ja hoor. Ik trek bleek weg, grijp mijn tas en gooi er drie capsules in. Sjesusmina zeg. De schade blijkt mee te vallen en we kunnen zonder veel ongemak verder.
We rijden door het adembenemende en wonderschone landschap van Connemara, het mooiste tot nu toe. Fantastisch! Ik weet niet waar ik moet kijken en zuig alles als een spons in me op. Groen, groener, groenst. Heuvels en meren, witte wollige schapen met zwarte koppen. Man man man, wat is het hier mooi. We stoppen aan de kant van de weg en ik dwaal door het landschap in een groene cocon van Ierse schoonheid. ❤
Bijzonder mooi is het uitzicht vanuit de Doo Lough pas — helaas een schril contrast met de tragedie die in deze vallei plaatsvond tijdens de grote hongersnood in 1849. Honderden verzwakte en uitgehongerde mensen moesten zich wegens een fout van twee functionarissen van de Poor Law Union 19 kilometer ten zuiden van hun woonplaats Louisburgh melden om te verfiëren dat ze nog steeds voedselhulp nodig hadden. Ze liepen een groot deel van de nacht en de dag daarop in barre weersomstandigheden. Later werden de lichamen van zeven mensen, waaronder vrouwen en kinderen, op de weg tussen Delphi en Louisburgh ontdekt met uitzicht op de oevers van het Doolough-meer. Nog negen kwamen nooit meer thuis. De plaatselijke folklore beweert dat het totale aantal dat omkwam veel groter was. Heel triest.
Niet lang voor sluitingstijd komen we aan bij de Kylemore Abbey & Victorian Walled Garden bij Clifden, sinds 1920 thuisbasis van de benedictijnse nonnen. Het grote landgoed omvat een abdij met gerestaureerde kamers, een Victoriaanse ommuurde tuin met prachtig gerestaureerde tuingebouwen, een gotische kerk en wandelpaden die door de bossen en langs het meer leiden.
Om half zeven ‘s avonds komen we bij Heather’s Lodge aan. De ontvangst is enthousiast en de kamer is goed, met een prachtig uitzicht over het Connemara groen. We hebben een lekker ontbijt in het vooruitzicht (buffet en scrambled eggs with salmon).
Wat later lopen we naar het centrum van het dorp; 200 meter langs een smalle drukke weg zonder trottoir is altijd spannend. Regelmatig stappen we in de berm om de auo’s te laten passeren. Dan een zijpad in en in volle vaart bergaf naar een pub met live music.
Zoals gewoonlijk neem ik het menu door met de ober/barman, en mijn keus valt op kipfilet met frietjes en salade. Nog een keer nagevraagd of er geen boter wordt gebruikt, maar dat is niet het geval. Het gevogelte is sappig en lekker. Met argusogen bekijk ik het spul waarin het gebakken is. Olie, hoera. Na nog een paar happen proef ik echter roomboter. Voorzichtig snijd ik verder en ja hoor: de kipfilet is gevuld met kruidenboter. Teleurgesteld smijt ik mijn vork neer. Eten is hopeloos vandaag. De barman komt kijken en haalt de kokkin erbij. Helaas is er niks meer aan te doen, maar ze gaan vanavond nog de allerenenkaart aanpassen. Gelaten eet ik de Ierse ‘chips’ op en luister met veel plezier naar de live muziek. Een man van 82 op gitaar, een van 67 op de banjo en fluit, en later ook nog een knul van een jaar of 16 op de accordeon. Wat maken ze gave muziek!
Twee kleine meisjes gaan Riverdance-style dansen, en vlak voordat we weggaan springt een jonge vrouw op en doet ook spontaan mee. Haar blote voeten stampen op de grond, iedereen klapt en heeft de grootste lol. Een oude man staat ook enthousiast op, danst en zingt een nummer. Dit is Ierland. Dit is LEUK!
Helaas kan ik de filmpjes niet bewerken, anders had ik ze ingekort.
    Lees ook:
Impressie van Ierland – deel 1
de reisblog van mijn partner:  Volg mijn reis, Ierland 2018.
Impressies van #Ierland - deel 2 van mijn #reisverslag, met veel foto's van dit prachtige land. | #foto #fotografie #reizen Deel 2 van het reisverslag van onze vakantie in het wonderschone Ierland.
2 notes · View notes
stichtingspots · 6 years
Text
Hulle het my geroep Jabula (ze noemden me Jabula)
Tumblr media
LET OP: deze blog omvat schokkende foto's 
Als ik in zijn ogen kijk, zie ik onbegrip.  
Er zijn veel misselijkmakende dingen die ik dagelijks voorbij zie komen. En sommige verhalen hebben een impact die nooit meer los laat. Die impact heeft het verhaal van Jabula op mij. Dat is de naam die aan deze leeuw is gegeven door zijn ‘eigenaren’. Dezelfde mensen die hem vervolgens met droge ogen naar de slachtbank hebben geleid. 
Jabula was een gefokte leeuw uit Zuid-Afrika. Hij werd geboren bij Predators Pride (nabij Hartbeespoort), officieel een bar en grill restaurant. Leeuwen zijn hier een extra attractie en dus kun je tours boeken waarbij interactie met dieren mogelijk is zoals met leeuwen en tijgers. Deze laatste is een diersoort die van nature niet voorkomt in Afrika maar dat terzijde.
Jabula werd samen met zijn twee zusjes al vroeg verwijderd van zijn moeder om hem zo aan mensen te laten wennen. Dat was het eerste onrecht in zijn leven. Normaliter blijven welp en moeder 1 ½ jaar bij elkaar. Maar zo’n vroege scheiding is nodig om de welp zo te laten wennen aan mensen. Om hem afhankelijk van mensen te laten worden. Jabula en zijn zusjes kwamen terecht bij Chameleon village lion park. Hier konden toeristen met de schattige Jabula en zusjes op de foto.
Tumblr media
Na ongeveer 7 maanden kwam Jabula samen met zijn zusjes terug naar Predator’s Pride. Op deze leeftijd worden jonge welpjes wat minder aaibaar en wat bijteriger. Er valt dan geen geld meer te verdienen aan toeristen die directe interactie willen met schattige welpjes. In veel gevallen is dit het moment waarop de leeuwen worden ingezet voor wandel excursies. Toeristen kunnen dan wandelen met deze voormalige knuffelleeuwen. Er is dan geen sprake meer van directe, nabije, interactie dus een iets veiligere manier om toch nog geld aan toeristen (en leeuwen) te verdienen. Jabula en zijn zussen gingen niet wandelen met toeristen maar keerden terug naar de fokker.
Tumblr media
Afbeelding: Jabula's zusjes
Twee maanden na terugkomst, werden de zusjes van Jabula en enkele andere leeuwen bij Predators Pride weggehaald. Jabula bleef achter. En zo was hij opeens alleen. Tot eind 2017 werd hij nog ingezet voor toerisme bij Predators Pride. Mensen konden hem bewonderen vanachter een hek of toch nog directe interactie hebben. Er zijn diverse filmpjes van hem te vinden op YouTube.
Tumblr media
 Jabula was eind 2017 meer dan een jaar oud. Hij was al groter (sterker) en dus werden interacties met hem lastiger. Gevaarlijker. Het was niet meer verantwoord omdat er grote kans was dat het mis ging. Jabula kostte op dat moment alleen maar geld maar leverde niets op. Wat doe je dan als fokker? Juist, je zorgt dat je op een andere manier geld aan het dier verdiend.
En dus verschenen op 22 april 2018 mensen van de farm Wag ’n Bietjie aan de poorten van Predators Pride, de verblijfplaats van Jabula. Wag ’n Bietjie staat bekend om zijn vele gefokte leeuwen; ze schijnen er meer dan 200 te hebben. Ze blijken de verzamelplaats van diverse fokkers door heel Zuid-Afrika die van hun leeuwen ‘af’ willen. Wag ’n Bietjie is dus het eindstation van vele gefokte, voormalige knuffelleeuwen. Paradoxaal noemen ze zichzelf ‘Privaat natuur reservaat’. Een naam die beter doet vermoeden.
Tumblr media
Zijn verzorger, Armand, bood aan dat hij Jabula wilde kopen van Predators Pride. Dat voorkwam echter niet dat Jabula met broer Star werd verdoofd en in een wagen werd afgevoerd. Aldus Armand was er geen dierenarts aanwezig en werden de leeuwen verdoofd door mensen van Wag ’n Bietjie zelf (dat is verboden aldus de wet). Ook zouden de juiste permits voor vervoer niet aanwezig zijn. 
Jabula zelf zag het gevaar niet van die vreemde mensen. Hoe kan het ook anders? Hij was gewend geraakt aan mensen en vermoedde dus geen enkel kwaad. Hij was dus gemakkelijk te lokken, te verdoven en vervolgens af te voeren. Als een mak lam naar de slachtbank.
Tumblr media
Op 24 april hoorde Armand via via dat Jabula en Star waren opgesloten in kleine hokken bij Wag ’n Bietjie. Hij nam contact op met het SPCA Bloemfontein (Society for the Prevention of Cruelty to Animals) die direct naar Wag ’n Bietjie vertrokken. Daar troffen ze inderdaad Jabula en Star aan, zonder eten en drinken, in een veel te klein hok. Hok is eigenlijk een te groot woord voor waar ze in zaten.
Tumblr media
SPCA kon niets doen. Tijdens de CITES top in 2016 is besloten dat Zuid-Afrika officieel 800 skeletten van gefokte leeuwen mag exporteren naar Azië. Waar de botten worden verwerkt tot o.a. wijn. Dit is volgens sommige mensen heilzaam tegen allerlei ziektes en kwalen. Van een kater tot aan kanker: dierenonderdelen verhelpen het allemaal aldus een hardnekkig bijgeloof. Bijgeloof want het is al lang vastgesteld dat deze middelen helemaal niets doen….. Voor andere mensen is het prestige dat je wijn, gemaakt van tijger- of leeuwenbotten, kunt drinken aangezien het prijzig is. Dat doet het dus goed op feestjes voor zakenrelaties.
Het enige wat SPCA nog voor Jabula en Star kon doen, was eisen dat ze naar een groter verblijf werden geplaatst. Daar werden ze uiteindelijk verdoofd en vervolgens afgeschoten. Beide dieren werden direct gevild. De botten van tientallen leeuwen, waaronder die van Jabula en Star, werden naar een verzamelplaats gebracht en verscheept naar Azië waar ze nu zeer waarschijnlijk zijn aangekomen en worden ‘verwerkt’.
Tumblr media
Je mag dieren niet vermenselijken, I know. Maar ik ben ervan overtuigd dat Jabula door al het  menselijk contact in zijn leven, aan mensen is gaan wennen. Hen niet als vijand zag. De instinctieve angst die leeuwen normaliter hebben voor mensen, verloren had. Hij had in ieder geval zeker niet verwacht dat mensen hem slecht gezind zouden zijn. Het moet dan ook raar voor hem zijn geweest om opeens uit zijn vertrouwde omgeving weggerukt te worden. Om terecht te komen in een totaal nieuwe omgeving. Waar Jabula eerst nog een redelijk verblijf tot zijn beschikking had, zat hij nu opeens in een klein hok. Zonder eten en drinken. Om hem heen veel beweging, veel andere leeuwen en veel commotie. En dat gedurende twee dagen. Dat moet wat met hem gedaan hebben.
Onderstaande foto vind ik hartverscheurend. Plaatjes zeggen soms meer dan woorden….
Tumblr media
Ben geen onderdeel van deze zieke industrie
Ik ben ervan overtuigd dat Jabula's verhaal tot veel verontwaardiging gaat leiden. En dat juich ik alleen maar toe. Maar….. voor iedereen die hier een mening over heeft. Laat dit heel goed tot je doordringen. Jabula werd in eerste instantie gefokt voor de toerist. Voor de toerist werd hij op jonge leeftijd van zijn moeder weggerukt. Zodat hij handtam werd want dat hebben we nodig voor onze selfies die het zo goed doen op social media. Door de vele interacties die hij had met toeristen, zag hij geen gevaar in mensen. Hij heeft in zijn hok bij Wag ’n Bietjie gewoon zijn lot afgewacht. Niet gegromd, geen schijnaanvallen gedaan; helemaal niets. Hij vermoedde, tot aan het einde, geen enkel kwaad van mensen. Als een mak lam is hij naar de slachtbank gegaan. En dat komt slechts door 1 ding. Door de continue interactie met ons mensen. 
Jabula’s persoonlijke verhaal is nu bekend. Maar Jabula is slechts 1 van de vele honderden leeuwen die precies hetzelfde levenspad bewandelen. Al de leeuwen die op eenzelfde wijze eindigen als Jabula, hebben eerst gefungeerd als knuffelwelp. Zodat het maximale geld verdiend kan worden aan de gefokte leeuw. Het afschieten door een jager of gedood worden voor de botten zoals in Jabula’s geval; het is slechts het sluitstuk in een leven vol misère. Mocht je een mening hebben over wat er met Jabula gebeurt is, doe dan 1 ding. Ben er geen onderdeel van. Zolang jij een selfie neemt met een leeuw uit Zuid-Afrika, ben je onderdeel van de hele zieke industrie. Zorg je ervoor dat deze industrie op volle toeren blijft doordraaien. De teller van gefokte leeuwen in Zuid-Afrika staat nu op 8000+. En de verwachting is dat dit er in 2020 meer dan 20.000 zijn. Het meeste geld wordt verdiend gedurende de eerste levensjaren van het dier. Wanneer het wordt ingezet als foto object voor toeristen die allemaal smelten bij de aanblik van die vertederende welp. En tijdens de wandelsafari’s waar je al snel meer dan EUR 100 pp voor betaald.
Tumblr media
Afbeelding: als de jonge leeuwen te oud (gevaarlijk) zijn voor knuffelen, worden ze vaak ingezet voor wandelsafari's 
Het is goed te beseffen dat jouw geknuffelde welp een hele gerede kans heeft te eindigen zoals Jabula. Wil jij daar onderdeel van zijn? Een collega van mij verwoordde het mooi: do the right thing. Please don’t support lion parks and unethical sanctuaries .... your hour of fun is a lifetime of misery for these cats.
Mocht je ooit wel aan zo’n interactie hebben deelgenomen, neem het jezelf niet al te kwalijk. Ikzelf heb alle excursies gedaan waarvan ik nu weet ‘niet goed’. Ik ben er heilig van overtuigd dat je iets niet kunt veranderen als je het niet weet. Maar nu weet je het wel. Het gaat er niet zozeer om wat je in het verleden hebt gedaan. Het gaat erom wat je nu doet. En ik hoop vurig dat iedereen die dit leest, nooit (meer) zal deelnemen aan dit soort excursies. En zijn of haar steentje bijdraagt om kennis over dit onderwerp te verspreiden. Voor het door hun geknuffelde welpje. Voor Jabula. Voor die duizenden andere leeuwen die op dit moment gefokt worden. Voor die honderden leeuwen die op dit moment wachten op hun laatste uren op de farm waar ook Jabula zijn einde vond. 
Diepe impact
Persoonlijk ben ik flink van slag door het verhaal van Jabula. Het maakt me razend, verdrietig en sprakeloos. Verdrietig omdat ik weet dat heel veel andere leeuwen zijn voetsporen zijn voorgegaan. Alsook dat ik weet dat nog heel veel andere leeuwen zijn voetsporen zullen volgen. Verdrietig omdat ik weet dat er nog heel veel mensen zijn die toch met gefokte leeuwen op de foto zullen gaan. Die weigeren te geloven dat hun geknuffelde welp ook eindigt in een medicijnpotje, als wijn of tonic of als jachttrofee in canned hunting.
Sprakeloos ben ik over de mensheid. Natuurlijk vind ik van alles van de afnemers in Azië. Die vanwege een onzinnig bijgeloof, of vanwege prestige redenen, dieren naar uitsterving brengen. De leeuw is slechts 1 van de vele dieren die door de vraag vanuit Azië, dreigt uit te sterven. Pangolins, neushoorns, tijgers: allemaal zijn het dieren die naar de afgrond worden gebracht door een onzinnig bijgeloof of een decadente behoefte. Jabula was geen wilde leeuw. Hij was ‘slechts’ gefokt. En daarmee was hij vogelvrij.
En ik geloof dat ik hier nog het meest sprakeloze van ben. Hoe kun je een dier fokken, aan mensen gewend laten raken en mede daardoor, zo van zijn instincten vervreemden dat het slechts nog een schim is van de krachtige leeuw die het zou moeten zijn. Hoe kun je zo’n dier dan met droge ogen afvoeren naar de slachtbank. Om hem daar nog niet eens direct het genadeschot te geven maar het dier daar nog dagen laat zitten. Zonder eten. Zonder drinken. In een klein hok. Twee dagen lang. Mijn God, waar is je geweten. Waar is je hart.
Jabula’s verhaal geeft mij echter ook kracht. Uiteraard wist ik hoe het leven van een gefokte leeuw eruit zag. In theorie. Want een en ander was toch nog redelijk abstract. Het ging over duizenden leeuwen zonder gezicht. En dus kwam het niet echt bij me binnen. Wel in mijn hoofd maar niet in mijn hart. En dat is nu wel veranderd. Het hele zieke verhaal van de gefokte leeuw van Afrika, heeft nu een gezicht gekregen. Door Jabula. Zijn verhaal heeft naast mijn hoofd nu ook mijn hart geraakt. En elke keer als ik wil opgeven omdat het niemand lijkt te interesseren, beloof ik Jabula bij deze het volgende.
Ik zal jouw foto’s boven mijn bureau hangen. Ik zal in jouw ogen kijken als ik het bijltje er bij neer wil gooien omdat het lijkt alsof het niemand interesseert. En jouw verhaal zal mij de kracht geven om door te gaan mij te verzetten tegen deze zieke, verrotte industrie. En ik hoop dat naast mij, nog heel veel andere mensen staan. Want 1 ding weet ik zeker: samen kunnen en zullen wij het verschil gaan maken. 
Jabula is ongeveer 2 jaar oud geworden. Hij is afgeschoten op 24 april 2018. 
RIP Jabula
Tumblr media
 Simone Eckhardt, SPOTS 
Voetnoot:
1.       Aldus de berichten werden, samen met Jabula en Star, zo’n 73 andere gefokte leeuwen afgeschoten bij Wag ’n Bietjie op 24 april 2018. Vele stonden (staan) nog op de ‘wachtlijst’ maar door o.a. het toedoen van SPCA, is een en ander on hold gezet. Er bleek gerommeld te zijn met permits. Daarnaast is het duidelijk geworden dat het volstrekt onduidelijk is hoeveel gefokte leeuwen nu worden afgeschoten EN worden geëxporteerd. Zuid-Afrika heeft toestemming gekregen voor de export van 800 skeletten. Maar iedere provincie reguleert aantallen op zichzelf waardoor het overzicht van de totale aantallen geschoten leeuwen onduidelijk is. Dit alles is duidelijk geworden door dit ‘incident’. Er lopen nu diverse onderzoeken naar dit alles o.a. uitgevoerd door de ngo Captured in Africa die zich vanuit Zuid-Afrika inzet voor het lot van de gefokte leeuwen.
2.       SPCA Bloemfontein heeft een officiële klacht ingediend tegen Wag ’n Bietjie. Het gaat dan om een aanklacht tegen dierenmishandeling, om Jabula en Star die twee dagen zonder eten en drinken in een veel te klein hok hebben moeten zitten.
3.       Door de commotie die ontstaan is, zit Zuid-Afrika met een ‘probleem’. Het Ministerie dat permissie gaf voor de export van de 800 skeletten (Ministry of Environment and Tourism, DEA) wil geen verklaring afgeven voor de misstanden bij Wag ’n Bietjie. Zij stelt dat de gefokte leeuw geen ‘wild’ dier is maar een ‘gefarmd’ dier. En dus verwijst het DEA de verantwoordelijkheid hiervoor naar het Ministerie van Landbouw. Die op haar buurt verwijst weer naar het feit dat zij niet gaan over ‘dierenwelzijn’. Dat is, aldus hen, de verantwoordelijkheid van de Provincie, in dit geval Free State. En die verwijst op haar beurt weer naar dierenorganisaties zoals SPCA die verantwoordelijk zouden zijn voor controle op dierenwelzijn. En zo valt de gefokte leeuw tussen het wal en schip en wachten op dit moment tientallen leeuwen op de farm Wag ’n Bietjie op hun dag des oordeels. 
Uiteraard willen wij als SPOTS meer doen voor Jabula (en die vele andere leeuwen) dan dit alleen op social media te plaatsen. Omdat wij geloven dat je samen meer bereikt dan alleen, hebben wij contact gezocht met alle (internationale) organisaties die ook op dit onderwerp actief zijn. Als SPOTS hebben wij voorgesteld:
-          Allen gezamenlijk dit verhaal in de openbaarheid brengen om zo aan Jabula, alsook aan al die andere honderden leeuwen, een gezicht te geven
-          Gezamenlijk Trip Advisor aan te schrijven. Ondanks de belofte van Tripadvisor dat zij dit soort activiteiten niet meer zullen melden/aanbieden op hun website, bieden ze zowel Predators Pride aan als ook Chameleon Village Lion Park. Het is onverteerbaar dat Trip Advisor over de rug van deze weerloze dieren, geld verdiend en/of dit soort organisaties een platform biedt promotie te maken. 
-          Zuid-Afrika mag aldus de laatste CITES conventie, legaal 800 skeletten van gefokte leeuwen exporteren naar Azië. Naast dat dit enorm veel dierenleed geeft voor de dieren in kwestie, is dit besluit ook een gevaar voor de wilde leeuw die meer en meer gestroopt wordt voor zijn botten. Eerder al, tezamen met vele andere dierenorganisaties, stelden wij hier een petitie voor op. Die wij op World Lion Day 2017 hebben overhandigd aan de Ambassade van Zuid-Afrika. Wij willen deze petitie verder oppakken en tijdens de komende CITES top hiervoor aandacht vragen. Ook hierin willen we gezamenlijk optreden.
 Als SPOTS zelf, zullen we het verhaal van Jabula delen. Middels presentaties, persberichten naar de pers, naar de politiek (o.a. Partij voor de Dieren), naar reisorganisaties, naar scholen toerisme. Om er maar een paar te noemen. Voor Jabula  is het te laat maar we hopen dat zijn verhaal mensen zal wakker schudden.
Jij kunt helpen. Het is niet voldoende om hier alleen schande van te spreken. Kom in actie! Dat is heel simpel door het verhaal van Jabula te delen. Dat kan door onze posts op Facebook, Instagram en Twitter te delen. Mooist om daar #Jabula bij te vermelden.
Je kunt ook onze petitie tekenen als je dat nog niet gedaan hebt, https://www.change.org/p/south-african-government-stop-the-exploitation-of-captive-bred-lions
Geef deze leeuw een gezicht en een stem………En steun daarmee de vele andere honderden leeuwen die op dit moment wachten op eenzelfde lot.
25 notes · View notes
hickorywindnl · 5 years
Text
Departure Day
Het is weer vroeg licht in de haven van Tofino. Er vertrekken een stuk of 10 kano's bepakt en gezakt. Het zijn scholieren, die kunnen zoiets nog aan. Uren over het water gaan en in de avond uitgeput en nat je tentje opzetten en op een biscuitje knagen. Henk heeft het vroeger wel gedaan, maar niet vrijwillig. Die Liga koekjes bleven altijd achter je kiezen plakken.
Tumblr media
Ook wij zijn bepakt en gezakt. Vandaag keren we terug naar de bewoonde wereld aan de andere kant van het eiland. Het is een vreemd gevoel als alles naar een einde loopt. Opeens besef je weer wat je maandag of dinsdag te wachten staat; de harde werkelijkheid van onze eigen keuze.   
De rit wordt slechts kort onderbroken door de werkzaamheden bij Lake Kennedy. Met dynamiet wordt daar een deel van de berg opgeblazen. Snel wegwezen hier.
Tumblr media
Foto’s maken heeft ook geen zin meer. We hebben twee dagen geleden dezelfde foto’s maar dan aan de andere kant van de weg geschoten. Gerard heeft dit jaar alle foto’s met de iPhone gemaakt. Officieel omdat hij overtuigd was van de kwalitatieve mogelijkheden maar officieus omdat hij te lui was zijn grote apparaat mee te nemen. Gerard had er alle vertrouwen in en gezien het resultaat terecht.
Tumblr media
We komen bij een viewpoint aan bij een meer waar een paar meter hek staat met allerlei slotjes, kledingstukken, schoenen en vooral liefdesverklaringen. Het zijn slotjes waarvan waarschijnlijk niemand meer een sleutels heeft. Sleutels van geluk en liefde waarvan je niet weet of ze nog bestaan. Maar is het verklaren van liefde op zichzelf niet een groter goed dan de uiteindelijke duur ervan. Liefde en geluk ontstaan immers steeds opnieuw en laten zich niet opsluiten. Liefde en geluk moeten de ruimte hebben om uit te groeien of te verwaaien. Er staat een stel op een steen in het meer Het lijkt of hij haar ten huwelijk vraagt. Hij houdt haar vast en kijkt haar aan. Zij zakt even door haar knieën en kust hem. Wij vervolgen onze weg.
Tumblr media
Een snel broodje met koffie aan de haven in Port Alberni en verder gaat het weer. Het voorjaar is ook hier volop aangebroken. Alles staat in bloei. Overal staan esdoorns in alle kleuren. In onze tassen zitten de truien, dassen en handschoenen onaangeroerd, vergeefs wachtend op het koude weer dat nooit is gekomen.
Tumblr media
Het is niet ver meer naar Nanaimo waarvandaan onze ferry morgen vertrekt vanaf Departure Bay naar de Horseshoe Bay, even ten noorden van Vancouver.
In het begin van onze middag staan we even letterlijk stil bij de Dodenherdenking in Nederland. Per slot zit onze trip erop en hebben we elkaar steeds minder te vertellen. We staan voor een spiegel 2 minuten stil.
Tumblr media
Morgen naar huis. Zestien dagen, 20 km lopen, 20 flessen wijn en 4.500 kilometers zitten erop. 
0 notes
kennerbreda · 7 years
Text
De mooiste meisjes van de Vogezen
Ca. 6 uur sturen naar plaats bestemming vanuit Breda: Saint-Maurice-sur-Moselle. Ofwel met collega en fietsmaat Peter op weg naar de Vogezen voor een 4-daagse trainingsstage ter voorbereiding op de Tour for Life. De weersvooruitzichten zijn fantastisch, de zin idem. Ff maatje Serge bellen waar ie uithangt. Ah, ergens in de buurt van Luik. Mooi op schema. Verwachtte aankomsttijd: 15.30u op deze zonnige vrijdag. Tres bien! 
Tumblr media
Aangekomen aan de voet van de Ballon d’Alsac snel de fietskleding aan. Even de kuiten kietelen met een rondje van 2 uur in de directe omgeving. Van een paar jaar geleden weet ik nog dat Col du Page en Col de Bussang mooie opwarmertjes zijn. Gewoon om weer eens te voelen hoe het is om langdurig omhoog te fietsen. Valt toch tegen die Col du Page. Vooral die stukken boven de 9% doen best pijn. En dan moet het echte werk nog beginnen.   
Terug aangekomen wordt het chalet omgetoverd tot een soort van ‘men’s cave’. Overal liggen wielerkleding, schoenen, eten en drinken. Wat een teringzooi. Nu al. Peter kijkt eens bedenkelijk om zich heen. Niet helemaal zijn manier van inrichten. Hij zal er de komende dagen aan moeten wennen. 
Wat opvalt is dat er in de directe omgeving hoegenaamd niets te doen is. Je kunt er een kanon afschieten en een resto vinden in een naburig dorp valt niet mee. En dat op vrijdagavond?!? Uiteindelijk een tent gevonden wat niet overhoudt. Une plat du Jour. Ach we doen het er maar mee. Voor vegetariër Peter gaat het een uitdaging worden hier de komende dagen. Om nou 5 dagen aan de geitenkaas te gaan is ook zowat. Morgen de hulp van Tripadvisor inroepen. 
Zaterdagochtend staat iedereen op zo scherp als een mes. Vandaag gaat het gebeuren. De eerste serieuze klimtocht van het jaar. Serge heeft een route in elkaar gezet. 156km’s. Aantal hoogtemeters onbekend. Dat geeft te denken. Leer mij Serge kennen. Het weer is fantastisch. Been- en armstukken kunnen in de tas blijven. Regenjack is ook niet nodig. 
De eerste serieuze klim richting Gerardmer meldt zich: Col de Grosse Pierre. Mooie klim, niet te stijl, prachtig uitzicht. Als dit de norm is voor vandaag, komt het helemaal goed. Na een half uurtje stuurt navi Serge ons een steile beklimming op. Percentages van 15% worden aangetikt en zelfs overschreden. Au! Gevloek en getier volgt. Voor Serge is iedere beklimming een wedstrijd dus stoempt ie onverschrokken als een gek naar boven. Om over zijn daalescapades maar te zwijgen. 
Tijd voor een crêpe na een kilometer of 70. Wat krijgen we nog voor onze kiezen? Onze navi Serge haalt zijn schouders op. Geen idee. Zonder te weten waar ik naar toe fiets, welke beklimmingen er nog wachten, werkt op m’n gemoedrust. Het is pas dag 1! Wat volgt in de middag zijn beklimmingen van de Col de la Schlucht (17km) en de Grand Ballon - via Markenstein (23km). Peter klimt opvallend goed mee omhoog. Bij de slotklim van de dag gaat het lichtje echter uit. Col de Bussang is zijn Waterloo al weet ie nog net de top te bereiken. Chapeau voor deze niet TfL-deelnemer! Uiteindelijk bollen we nog een paar kilometer naar ons basiskamp. Vermoeid maar tevreden storten we ons op de Radler, kwark en krentenbollen. Ff douchen en laat Tripadvisor zijn werk maar eens doen voor een goede resto. 
Gelukt! Bij een chalet naast een camping in het verder totaal verlaten dorpje Bussang staan behoorlijk wat auto’s op de parking. Hier zal het zijn. Oei. Benen buiten hier. “Pas de reserve” zeggen we wat angstig. “Pas de problem” is het verlossende antwoord van de vriendelijke ober. De sfeer is lekker relaxed, de kok heeft het begrepen. Zelfs Peter krijgt een smakelijk vega gerecht gepresenteerd. Laat die fles wijn ook maar komen. Spijt heb je morgen maar! 
Zondagochtend. Oef. De benen voelen wat zwaar. Gisteren ruim 3000hms verstouwd en vrijdagmiddag toch ook al 1000 alsof het niks is. Maak me meer zorgen over m’n zitvlak. Die voelt nu al als schuurpapier. Peter laat het lopen vandaag. Samen met Serge op pad met als hoogtepunt de beklimming van La Planche des belles filles. Deze boezemt zelfs Tourrenners angst in laat staan wat ik ervan moet denken. 
De rit is tot het gehucht Miellin prima te doen in een plaatje van een omgeving met groene bossen en meren. Daarna breekt de hel los. Een beest van een beklimming volgt. Voorlaatste km aan gemiddeld 14,9%... met stukken die 18% aantikken. Nooit gedacht dat 3,5km ophoog rijden zo’n pijn kan doen. Boven aangekomen staat de tijd die Thibaut Pinot hier heeft geklokt tijdens de Tour van 2014. Tsja, daar kunnen wij alleen maar van dromen.
De magen en de bidons zijn leeg. Ook hier geen hond te bekennen. Een paar honderd meter verder een terras. Het varken wordt door de plaatselijke kok van het spit gehaald. Doe maar een lekkere crêpe als zondagmiddaglunch. Jammer. Je kunt varken krijgen net als elke Fransoos die hier zit. Doorrijden is geen optie dus overgeven aan de plaatselijke keuken dan maar. Ach, de meisjes van de bediening zijn erg leuk en lief en de benen krijgen rust. Prima want die verschrikkelijke La Planche wacht nog straks. 
Na een steile afdaling wacht de beklimming van de dag. Ach zwaarder en steiler dan het laatste deel van de Col des Chevrères zal het toch niet worden? La Planche des belles filles. De legende van deze col is mooi. Naar verluidt dankt de berg zijn naam aan het feit dat in 1635 de mooie meisjes uit de omgeving naar de top vluchtten om aan de grijpgrage handen van Zweedse huurlingen te ontkomen 
Een beetje mijmeren over mooie meisjes terwijl je na 2 km al helemaal stuk gaat. Welke malloot verzint dit!  Na een dikke 5,5 km steunend en puffend omhoog harken denk je dat je er bent. Dan wachten nog een paar honderd meters steile wand rijden tot de finish. Een stijgingspercentage van dik 20% krijg je aan het slot nog voor je kiezen. 
Afdalen en nog een laatste colletje. Niet dus. De Col de Servance wacht direct na La Planche. Dik 7 km omhoog met uitschieters van dik 11%. Pffff. Uitgepierd kom ik boven. Ook bij Serge is het beste er wel af. Aangekomen bij het chalet ploffen we in onze stoel. De afstand is met 114km bescheiden. De klimmen van de dag hebben ons echter redelijk uitgewoond. Zelf een mindere klimdag. Km’s lang omhoog beuken met percentages van dik boven de 10% liggen mij niet zo.  
Dag 4 vangt aan. Het is al lekker warm buiten om 8u ’s ochtends. Peter past opnieuw vandaag en rijdt een eigen bescheiden rondje. Kennelijk erg geschrokken van de inspanningen die we dagelijks leveren. Met goede zin sturen we weer naar de Col de Croix als opwarmer van de dag. 150km van de Trois Ballons Cyclo gaan we rijden. Om het af te leren. 
Nee he, niet weer die verdomde Col des Chevrères op?!?!? Je moet een keer die heuvels over, hoor ik Serge glimlachend roepen. Ik kies m’n kleinste verzet. Het gaat makkelijker omhoog dan gisteren. We kiezen de route naar Ballon d’Alscac. Een ellenlange klim tegen meer vriendelijke stijgingspercentages. Serge peert er opnieuw vandoor. Halverwege krijg ik ‘m in het vizier. De benen voelen nog goed dus hop tandje erbij. Ruimschoots voor de top kruip ik in het wiel en laat Serge achter. Voor het eerst deze rittenkoers bereik ik als eerste de top. Toch een lekker gevoel. 
Serge heeft het zwaar blijkt na de beklimming van de Hondsruck. Zijn voeten branden van de hitte en eten lukt ‘m amper. Het kwik is inmiddels boven de 30 gestegen en de Grand Ballon wacht nog. Ik zweet als een otter en voel ook de vermoeidheid na dik 100km. De Grand Ballon telt 14 loodzware km’s vanuit Willer-sur-Thur. Dat wordt nog wat. 
De zon brandt voortdurend in mijn nek. Rustig aan beginnen is het credo. Ik kijk over m’n schouder en zie Serge al snel achterop raken. Een onbekend beeld en zo hard fiets ik toch ook niet omhoog. Na een tijdje niets meer te zien. Wat een klim is dit zo aan het eind van deze snikhete middag. Tegen 17u bereik ik eindelijk de top. Op m’n telefoon een berichtje van Serge. De hongerklop heeft ‘m geveld. Er restte niets anders dan het bellen van de bezemwagen. 
Een oragina en een cola helpen me er weer enigszins bovenop. Een afdaling van ruim 20km wacht. En daarna nog een kleine 30km via – daar ist ie weer – de Col de Bussang. Uiteindelijk parkeer ik even na 19u m’n fiets tegen het stenen hek bij de oprit van het chalet. 166 km’s op de teller, 3100hms en een netto fietstijd van 8u en een kwartier op de vierde dag in de Vogezen. Stiekem ben ik trots op deze prestatie. Vanaf nu weet ik dat ik klaar ben voor de Tour for Life!
1 note · View note
Text
Nepkerst
Onze wanhopige zoektocht naar de kerstsfeer mondde uit in de Taiwanese schaatsbaan. De zoveelste decemberdag met kortemouwenweer maakte het ons als kerstjagers moeilijk, en de synthetische kou van de ijsbaan bleek het dichtste wat we bij het Westerse winterklimaat zouden gaan komen. Aziaatjes op het ijs, het is even wennen. Niet dat ze bijzonder herkenbaar waren onder de excessieve lichaamsbeschermingen. Wij roekeloze Westerlingen durfden zonder ME-bepantsering het ijs op, maar dienden wel een verantwoordelijkheidscontract te tekenen eer we naar binnen konden. De artificiële kersttemperatuur, de botte schaatsbladen onder onze voeten en de vaalrode kerstmutjes op onze hoofdjes brachten ons al een stapje dichter bij de eindejaarsambiance die we zo gepassioneerd najoegen.
Raar he? De mens heeft de feestdagen verzonnen om ‘s jaars duisterste dagen wat op te fleuren, en nu we die duisternis ontvlucht zijn, verlangen we er met z’n allen hartstochtelijk naar terug. “Hoe ziet jouw Kerst er thuis uit?” Die vraag hoorde ik wel twintig keer vallen de afgelopen dagen, en bood ons een gouden excuus om met een kaneelvleugje sentimentaliteit terug te denken aan de roodgroene dagen thuis.  
Mijn hoofd speelt met het geruststellend vertrouwen dat ergens, duizenden kilometers van me verwijderd, een warrig kerstboompje in de hoek van een rommelig knusse woonkamer staat te stralen, en de kerstsfeer die ik zo mis als dotjes engelenhaar drapeert over de mensen die ik het meest liefheb. Ik ben er dan wel niet bij, mijn Kerstfiguurtje hangt nog gewoon in de boom, het Kerstdiner wordt gewoon opgediend en het kerkgezang resoneert gewoon door de Hollandse nacht.
Eigenlijk heb ik ook helemaal niet zoveel redenen voor al dit melancholisch gezeik, realiseer ik me als ik mijn ogen opricht van het ijs en de ene na de andere geweldige persoon voorbij zie stuntelen. Familie is misschien wat te ver gegrepen, maar zonder twijfel zijn zij een alternatief om meer dan tevreden mee te zijn. Dankbaarheid voor je dierbaren, dat is ook Kerst, en terwijl een Italiaanse vriendin van me met een noodgang tegen een hek klapt en zichzelf schaterend overeind probeert te hijsen, voel ik dat ik dat deeltje in ieder geval niet misloop, hier aan de andere kant van de wereld.
Na het schaatsen voert de kerstjacht ons mee naar een Italiaans restaurantje wat we met z’n allen afgehuurd hebben. Het Kerstdiner, wederom een slap aftreksel van het huiselijk origineel, maar desalniettemin een Kerstdiner. We eten met vork en mes, en het kost me eventjes te herinneren hoe dat ook al weer moest. De Zweden hebben in hun Taiwanese thuisoase (lees: de IKEA) hun nationale variant van glühwein gescoord, en we doen unaniem alsof de drank niet veel te zoet en muffig smaakt. Net zoals thuis: kerst is perfect en daar zul je je maar bij neerleggen. De warmgloeiende intoxicatie is een behulpzame bijkomstigheid als het aankomt op het zoeken van perfectie in deze plastic Coca-Cola-kerst, dus ik neem nog een net te grote slok en vertel mijn tafelgenoten voor de derde maal vandaag hoe de kerst er bij mij thuis uitziet. Nog altijd met evenveel enthousiasme.
Italianen kunnen koken, zelfs wanneer ze een halve planeet van huis verwijderd zijn. De rode wijn doet me de tel kwijtraken, maar de gangen lijken onophoudelijk door te gaan en met elke opdiening word ik mij een beetje bewuster van hoe fel ik de Westerse keuken mis. Het vrolijke deinen van de kerstmutjes, de smeulende wijnwangetjes, de geuren van de Mediterraanse kruiden: ze maken me door en door gelukkig. Maar ze doen me er niet in geloven.
Patriarchale arrogantie ten top eigenlijk, hoe ik geen enkele andere kerst kan accepteren dan de eigen. Maar als alle kerstbomen van plastic zijn, als de kerststalletjes verrijkt worden met figuurtjes uit de nieuwe Star Wars-film, als de kerstman spleetogen heeft en er een Coca Cola-labeltje aan zijn muts bengelt, dan kan ik het gewoon niet slikken. In het afgelopen half jaar was ik nooit eerder zo cultureel vooringenomen, maar het kan me op het ogenblik maar weinig schelen. Misschien speelt de heimwee stiekempjes een rol.
Ja, de heimwee. Die heeft me voor het eerst in mijn leven een bezoekje gebracht. Op Tokyo Narita Airport wachtte ik op mijn vlucht terug naar Taipei, de kerst drie dagen van me verwijderd, mijn familie drieduizend. Ik stond buiten en staarde in het strak gezeemde vliegveldraam terwijl er in de reflectie een vliegtuig over mijn hoofd scheerde, en voor het eerst mistte ik. Mijn gezinnetje, mijn vrienden, mijn huisgenoten, allemaal tegelijk schoten ze in een grote wirwar door mijn hoofd. Ik ging terug naar ‘thuis’, maar eigenlijk was die thuis evenmin mijn thuis als de Taiwanese kerst een echte kerst was. Nepkerst in mijn nepthuis. Ik vloog in mijn eentje terug en liet de gigantisch goede vriendschappen die ik in Japan had gebouwd achter, evenals dat na de reis door Korea het geval was geweest en evenals dat na mijn Taiwanese avontuur het geval zou zijn. Ik had behoefte aan sociale pertinentie, aan een vriendschap die niet voorwaardelijk gebonden was aan tijd of plaats.
Ik heb een aanzienlijk vertrouwen in de standhouding van de relaties die ik bijvoorbeeld met Mitko, Sandi en Catherine opgebouwd heb, maar tegelijkertijd weet ik dat het contact vergeleken met de huidige maatstaven nihil zal worden. Voor veel andere hechte contacten is het op z’n zwakst gezegd plausibel dat ik ze nooit meer zie. Dit was nooit eerder ook maar in de kleinste mate een probleem, maar in mijn huidig metafysisch bewustzijn van gemis, en mijn behoefte aan constantheid en aan een dimensie-overschrijdend sociaal vertrouwen, begint het op mijn traanklieren te drukken. De alleenheid, het slaapgebrek, de kater en de kerstliedjes op het vliegveld drukten mee.
Maar, zoals met zo’n beetje elke bevinding of emotie die ik opgedaan heb de afgelopen paar maanden, was de heimwee van een binaire aard. Buiten het feit dat het de kwaliteit van mijn thuisrelaties er maar weer eens dik bovenop legt en mijn waardering voor de mensen benadrukt, was ik voornamelijk blij dat ik überhaupt in staat was tot een dergelijk gemis. Zo’n gemis zoals in de romantische comedies, de ongeïnspireerde popliedjes, de jankerige Shakespeare-passages. Als ik mijn moeder, mijn ex-vriendinnen, of mijn goede vrienden vertelde dat ik ze mistte, dan betekende dat meer iets in de trant van “ik heb op zich wel zin om even met je te praten.” Of zin in andere dingen, in het geval van de exen. Maar nooit een diepgrondige, sentimentele onvrede met de afwezigheid van bepaalde mensen. Ik ‘mistte’ op de manier waarop ik hier Westers eten mis, of mijn gitaarapparatuur. Maar ditmaal was het anders.
Het was slechts een vlaag, waarvan er nog enkelen volgden in de loop van de kerst. Ik lag geen nachten wakker, ik bracht geen uren door met het blèrend bekijken van thuisfoto’s, ik ging de vluchtprijzen voor Taipei-Amsterdam nooit na. Maar toch: ik voelde het gemis, meermaals, onvervalst, doordringend. En ik was er dolgelukkig mee. Verdrietsgeluk, om het beestje maar een naam te geven.  
Maar daar aan de kersttafel, omringd door de aanstekelijke jolijtsnevel van mijn gestoorde groep uitwisselingsgezellen, bleef de vlaag uit. We genoten van elkaar, van de absurditeit van onze nepkerst, van elk hapje vertrouwdheid en elk slokje thuis. We overdronken de afstand tussen waar we waren en waar we hoorden te zijn, en feestten zoals je dat kan met mensen die je binnen een maand waarschijnlijk toch nooit meer ziet. We eindigden de avond met nul procent kerstgevoel en honderd procent blijdschap, en daar leek niemand een probleem mee te hebben. Er zullen nog genoeg echte kersten komen om van te genieten, en daar zal ik als het een beetje meezit nóg meer van genieten na mijn Taiwanese nepkerst.
0 notes
vccondor · 7 years
Text
ODI HS1 – Heren 2 (3-2; 14-10-’ 17)
Een wedstrijdverslag is als een goede fles rode wijn. Hoe langer het duurt voordat het verslag gepubliceerd wordt, hoe meer ernaar uit wordt gekeken. Vooral door teamgenoten zelf, zoals Remko, die de wedstrijdverslagen durfde te vergelijken met de zaterdagcolumns van Youp van ’t Hek. Nu nog kijken of ik net zo grappig filerend kan zijn, voor de rest klopt het beeld aardig. Enfin, Middelbeers was de bestemming afgelopen zaterdag. We waren nog ongeslagen in uitwedstrijden. Hier volgt het relaas.
Met een bataljon aan vierwielers verscheen Heren 2 zaterdagmiddag bij De Werft om richting het zuidoosten van onze provincie te vertrekken. Het zonnetje scheen, de stemming was opperbest en Sander had de shirtjestas voorzien van godenspijzen en godendrankjes. Het beloofde een mooie wedstrijd te worden. Grote afwezigen waren onze aanvoerder Lars en coach Gerben. Beide heren hadden een plausibele verklaring afgegeven in de weken ervoor, dus zochten we naarstig naar een reservecoach en die vonden we in de persoon van Jorrit Smits, speler van Heren 1. Eenmaal gearriveerd in Middelbeers, werden we opgewacht door de kantinejuffrouw/wedstrijd-coördinatrice/lieve sta-in-de-weg van volleybalvereniging ODI. Niemand van ons wist goed om te gaan met deze aardige mevrouw en wist deze senior in functie te duiden. Jülf, net koud binnen na een gemiste afslag, wist het ook allemaal niet meer en kreeg daarnaast telefoon van het thuisfront dat hij iets technisch verkeerd had gedaan wat uiteindelijk ook weer niet bleek te zijn en dat dat dan… u herkent het wel; vaste partner-perikelen.
Op naar de wedstrijd dan maar. Met Jorrit als coach en Bram en Jülf als reserves wist Heren 2 niet door te drukken. Sterker nog, het stond wat onwennig naar elkaar te kijken. Vragen als: “Wie maakt de eerste move?”, “Wie duikt er vol in?”, stonden met vuur in vele ogen geschreven. Het leek wel een ongemakkelijke eerste date en iedereen wilde er snel vanaf zijn. We hadden dan ook halverwege de set niets meer in te brengen en we verloren met 25-16.
De tweede set stonden twee Heren 1 spelers van vorig seizoen aan de kant, Pieter en Jos, en dat pakte wonderwel goed uit voor het team. Bram, die het Heren 1-triumviraat binnen het tweede completeert, speelde goed op de diagonaalpositie. Maar zoals al vaker dit seizoen bleef Heren 2 niet doordrukken tot het eind. Met 22-25 wisten we de set wel te pakken, maar het was allemaal wat magertjes. Vele time-outs werden dan ook aangevraagd om scherpte erin te krijgen en bezetenheid. Tijd om de kelen te schrapen en de jongetjes van ODI – in leeftijd zeker, in spel niet – op hun plek te zetten. In de derde set lukte dat totaal niet. ODI werd niet op hun plek gezet, Condor was de spreekwoordelijke sigaar. Met 25-17 ging ook deze set verloren aan ODI 1. In set vier veranderde het spelbeeld weer en ging Condor er met een 21-25 setwinst vandoor. Mochten er leden zijn binnen VC Condor die zich soms bestolen voelen in hun competitiebijdrage en de hoeveel wedstrijdsets daarvoor gespeeld worden, binnen Heren 2 leeft dat totaal niet. Iedere wedstrijd is steevast een vijfsetter en het begint bijna slapstickachtige proporties aan te nemen hoe die vijfde set voor Heren 2 verloopt. Was het vorige week 18-16 in ons nadeel, dit keer werd het - na een 11-9 voorsprong – een 15-12 nederlaag. Met 3-2 dropen de heren van het veld. De dranken en spijzen werden nog wel verteerd en verorberd, maar het gevoel leeft dat er veel meer uit te halen is dan wat we tot nog toe hebben laten zien. 
Ondergetekende hoopt dat hij later die avond toch een overwinning heeft binnengehaald door mee te doen aan de Vlijmense DorpsKwis, waardoor hij snel wegging uit de kleedkamer. Of de overige heren het in de kantine nog net zo gezellig hebben gemaakt als Heren 1 op 17 oktober 2015 valt te betwijfelen. (Er is ook beeldmateriaal van die bewuste avond, maar dat is een heel ander verhaal ;)). Misschien wordt dit dan het streven voor de komende maanden: teambonding en gas geven in de kantine. Dan zijn er tenminste nog wel mensen – de barman van de sportkantine wist zich 2015 nog te herinneren – waarbij we op het netvlies gebrand staan… op naar de volgende wedstrijd!
0 notes
betoverheks · 6 years
Text
  Vandaag ben ik zo chagrijnig ls de pest. Niet zo verwonderlijk na mijn bovenmenselijke inspanningen om een klein feestje van de grond te krijgen. Bovenmenselijk voor een ME patiënt. Een normaal mens draait zijn hand niet om voor die paar gasten.
Een aantal weken terug begint Heks al te denken aan niet onopgemerkt verjaren dit jaar.  Ik doe bijna alles in mijn leven al onopgemerkt. Deze vergeten groente vegeteert nu eenmaal al dertig jaar in de onderste schappen van onze maatschappij.
Uitgerangeerd en achter de geraniums weggeborgen.
Maar zo af en toe kruip ik onder mijn steen vandaan om een feestje te geven. Dan nodig ik mijn dierbaren uit. Ik kook een berg geweldig lekker eten en haal royaal verrukkelijke wijn in huis.
Dit jaar nodig ik maar een klein clubje uit. De helft van de genodigden kan al niet bij voorbaat en de helft van de resterende helft is ziek, zwak of misselijk. Uiteindelijk blijft een kleine kerngroep over. Maar die laat zich weer uitstekend gelden.
  Een paar dagen voor de festiviteiten komt de Don logeren. Heel gezellig natuurlijk. Heks moet wel uitkijken niet al haar kruit te  verschieten. Mijn beperkte energie kan ik maar 1 keertje uitgeven. Als het op is val ik om. En ik word strontchagrijnig. Zoals vandaag.
Op mijn feestje wil ik in elk geval vrolijk zijn. Ik vraag niet veel voor mijn verjaardag, maar wel een goed humeur.
Elfje en haar man komen extra vroeg. Ze nemen mijn nieuwe bank mee in hun gigantische bolide. Gezamenlijk sjouwen mijn gasten het gevaarte naar de eerste  verdieping. De hele woonkamer staat nu vol meubilair. De oude stoelen en bank staan er ook nog: Ik heb meer dan genoeg zitplaatsen vandaag!
Dan gaan er opeens alweer allemaal mensen naar huis. Het feestje is nog maar net begonnen!
‘Ik ben niet lekker, Heks,’ kreunt Steenvrouw bijvoorbeeld belabberd. Ze heeft hetzelfde griepje onder de leden als ik de afgelopen week. Bij mij is het gelukkig zo goed als over!
Andere genodigden laten eindeloos op zich wachten. Ik begin me zorgen te maken. Ik heb best veel eten gekookt de afgelopen dagen. Hele lekkere hapjes. Het ziet er naar uit, dat ik er mee blijf zitten…….
Maar nee. Uiteindelijk komt alles goed. Mijn resterende gasten storten zich op de maaltijd. Een paar hele hongerige vrienden komen op de valreep binnenvallen. Ze eten de laatste gemarineerde kippenpoten op…….
De dag na mijn feestje kan ik niet bewegen. Zo stijf als een plank fiets ik naar de fysio. Die prikt links en rechts naalden in mijn spieren om de boel weer los te maken. Een akelige doch doeltreffende methode.
En vandaag ben ik dus chagrijnig. Te moe voor woorden. De troep in mijn huis vliegt me aan. Overal stoelen en banken. Gek word je ervan.
Ik zet de overtollige meubeltjes op Marktplaats. Misschien wil iemand ze nog wel hebben. Mijn hulp poetst mijn hele huis. Heks probeert ook wat te doen, maar het schiet allemaal niet op vandaag. Laat ik maar in bed gaan liggen.
Straks nog even met het hondje op stap. Vanavond naar het koor. Of zal ik een keertje spijbelen………
    Heks tureluurs van uren koken, feestje geven, struikelen over overtollig meubilair in overvol huisje. Ieder huisje heeft zijn kruisje. Of een muisje in het voorhuis. Vandaag ben ik zo chagrijnig ls de pest. Niet zo verwonderlijk na mijn bovenmenselijke inspanningen om een klein feestje van de grond te krijgen.
0 notes
betoverheks · 6 years
Text
‘Heks, ben je er klaar voor? Kom je nog morgen?’ Hawk’s opgewekte stem toetert in mijn oor, ‘Om kwart over twee staat de salade klaar, hoor! Wil je ook nog koffie van te voren? Je zegt het maar, hoor. Your wish is my command!’
We spreken tegenwoordig een kwartiertje later af, zodat ik zeker op tijd ben. Hawk raakt behoorlijk ontregeld als ik niet stipt op het afgesproken tijdstip op de stoep sta. Eén van de weinige dingen, die ik aan zijn leeftijd zou kunnen wijten. Maar misschien is hij wel altijd een punctuele man geweest.
De deur staat al op een kiertje, als ik mijn fiets met kar voor het huis parkeer. ‘Kom binnen Heks,’ Hawk staat met een schort voor in zijn kleine keukentje te zwoegen op de wekelijkse salade,  ‘Mi casa es su casa, dat je het maar weet. Alles hier is speciaal voor jou, ik heb zelfs een speciale keukenmachine gekocht voor jouw salade. Allemaal speciaal en alleen voor jou, ik ook,’ ratelt hij vrolijk verder.
Naturel cougar van 91
‘Oh Heks,’ hij omhelst me hartelijk, ‘Wat ben ik blij om je weer te zien. Als ik die ondeugende kop van je maar eventjes kan zien. Kom, dan maak ik lekker een kopje koffie voor je. Heb je je melk meegenomen?’ De koffie staat al klaar in zo’n klein potje met stenen filter, waar Heks ook een hele verzameling van herbergt.
Terwijl mijn vriend melk kookt loop ik zijn enorme tuin in. Even checken hoe alles erbij staat. Hawk voegt zich bij me. ‘Kijk, hier staan hyacinten en hier. Steeds zeven bij elkaar. Dat is mijn getal. Ik ben ook op de zevende van de zevende met mijn vrouw getrouwd…..’ We slenteren over het grasveld naar de prachtige stenen vijver.
Deze opgespoten cougar is zeker 83
‘Ik moet em schoonmaken, Heks. Er zitten prachtige waterlelies in….’ Helaas kan ik hem daarbij niet helpen. Veel te zwaar natuurlijk. Maar een beetje wieden op een zonnige dag……. ‘Binnenkort kunnen we buiten zitten, Heks. Misschien volgende week al. En dan bloeit alles hier, zo prachtig. Ik heb al die bollen speciaal voor jou gepoot. Echt waar. Nog voor ik je kende, Heks. In november. Haha. Alles voor jou!’
Hawks eindeloze liefdesverklaring gaat maar door, terwijl ik hem opgewekt uitlach. ‘Oh, Heks, ik zal je zo missen als je naar Frankrijk gaat. Echt. Zie ik nu al tegen op. Een maand zonder jouw ondeugende kop. Zonder hoedjes en gekke bekken. Weet je wat? Ik ga mee! Lijkt je dat geen goed idee?’
Deze cougar werkt sinds haar 66ste als erotisch danseres. Ze is nu ergens in de tachtig en heeft het nog steeds reuze druk met haar werk.
‘Haha, Hawk, ik vind het best, maar je komt wel in een mannenklooster terecht, bij de monniken. Jij mag echt niet bij de nonnetjes…’ Dat idee bevalt hem geenszins. ‘Ben je gek, we kunnen toch wel een kamer naast elkaar nemen?’ Hij laat zich niet zo gemakkelijk uit het veld slaan. Het hele concept van een retraite lijkt hem totaal te ontgaan. Mijn oude vriend associeert Frankrijk eerder met het delen van een goed glas wijn!
Ik zit hem lekker uit te lachen. Mafkees. ‘Ach, ik ben ook maar veel alleen, Heks. Ik ga je echt missen! En ik heb ook zoveel vragen aan je. Echt, ik wil van alles weten. Bijvoorbeeld: Kun jij magnetiseren? Ik ben ooit wel eens bij een kerel geweest, die beweerde dat te kunnen. Een ongelofelijke alcoholist. Meneer Huppeldepup. Ken je hem?’
Zo praten we plotseling over heksige zaken. Ik leg hem het verschil uit tussen magnetiseren en wat ik precies doe. Mijn oude vriend springt op en zwaait met zijn armen door de lucht alsof hij iemand afstrijkt. ‘Kijk zo deed die man. Ja, ik voelde wel iets. Van heinde en verre kwamen ze naar die man toe….’
Hawk vraagt vervolgens mijn hulp voor een medisch probleem. ‘Zou je me willen behandelen?’ Maar natuurlijk. Snel maak ik een paar foto’s van hem. ‘Ik behandel je op afstand. Dat werkt perfect. Je bent toch wel door de medische molen geweest?’ Jazeker. Wat dat betreft is alles in orde.
Nadat ik mijn enorme bord salade met perfect gekookte eitjes heb opgesmikkeld gaan we op stap. ‘Dat bord wordt steeds voller, Hawk,’ beschuldig ik hem. Maar ik verwen hem ook. Met soepjes en toetjes. En vandaag een lekker stuk zelfgemaakte pittige pompoencake met gembermuntsaus. Mijn bezorgdheid dat het te heet zou zijn voor hem is volstrekt ongegrond.
Hawk gaat met zijn auto Charlie halen. De eigengereide Dalmatiër. ‘Laten we afspreken bij het Theehuis. Dan drinken we een half glas wijn, Heks, voordat we gaan wandelen.’
In het Leidse Hout zit ik geruime tijd op mijn vriend te wachten. Hij zit vast vast in het verkeer. ‘Oh, wacht je op Hawk?’ roept een dame enthousiast, ‘Dat is toch zo’n leuke man, hij is een beroemdheid hier in het Theehuis. Mijn dochter vertelde me dat hij al zesennegentig is. Haha. Ongelofelijk. Ik ben ook al tweeënzeventig hoor,’ verbijstert ze me vervolgens.
Mijn god, alweer zo’n supervieve bejaarde. Met stekeltjeshaar, hippe bril en een lekker make upje. Misschien iets voor Hawk? Alhoewel….Hij heeft een zoon van haar leeftijd! En ook prakkiseert Hawk er niet over om werk te maken van een andere vrouw dan Heks…..
🙂
Even later duikt Hawk op. Charlie en VikTor zijn ook dolblij om elkaar te zien. In de uitspanning delen we traditiegetrouw een glas rode wijn, terwijl de hondjes aan onze voeten stoeien. De dames van de bediening leggen ons extreem in de watten. Hawk heeft een ware popsterrenstatus hier!
Aan een ander tafeltje zit de psychiater dit tafereeltje nijdig te observeren. Wat heeft die Hawk wat hij niet heeft? En gaat hij nu ook al op vakantie met Heks? Hij wil er eigenlijk het zijne van weten. Maar hij heeft ook nieuws. Een oude vriend van Heks is vorige week plotseling overleden.
‘We gaan dinsdag zuipen in de Burcht bij wijze van eerbetoon, je moet echt ook komen!’
‘God, als ik de pijp uit ga, laat ze dan asjeblieft iets anders verzinnen als eerbetoon,’ bid ik inwendig. Maar ja. Het is natuurlijk wel de ultieme hommage aan een zuipschuit. Heks gaat er echter niet heen. Ik was niet erg op hem gesteld. Daarbij: Het is iemand uit een ander tijdperk. Een afgesloten era. Van het close harmony koortje dat we een tijdje met elkaar hadden is de helft intussen al dood……
Naast ons tafeltje zit een ouder echtpaar vertederd naar ons te kijken. Vooral als ze horen hoe oud onze Hawk nu eigenlijk is. ‘Ach ja, ik weet het,’ charmeert hij de mensen de tent uit, ‘Ik ben een man van de dag…….’
‘Van het uur,’ gooit hij er een schepje bovenop. En het is zo. Ik begrijp opeens zijn haast om enorm te genieten. Zijn ongeduld om allemaal leuke dingen te doen met Heks.
We lopen nog een uitgebreide ronde met de hondjes door het langzaam uitbottende Hout. ‘Wat een heerlijke middag, Hawk,’ zoen ik hem op beide wangen bij het afscheid. ‘Dag Heks,’ zwaait mijn makker, ‘Adios, adios!’
‘s Avonds zie ik een gek televisieprogramma over jongemannen, die op oude vrouwen vallen: Shock Doc. 50 Shades of granny!  Jongens van begin twintig, die op negentigjarigen duiken. Er gaat een wereld voor me open.
Opeens krijg ik meer begrip voor de enthousiaste reacties in het verleden op datingsites van jongens, die mijn kleinzoon kunnen zijn. Die hebben vast ook een dergelijk trauma opgelopen. Want de boys in het programma hebben zonder uitzondering op jonge leeftijd een oude pedofiele taart over zich heen gekregen. Misbruik dus.
‘Ik zou willen, dat ik op vrouwen van mijn eigen leeftijd viel, mijn vrienden lachen me uit. Het gaat echter niet. Ik voel niets voor hen. Maar ik wil zo graag normaal zijn. Kinderen krijgen, een gezin stichten…… En dat kan allemaal niet,’ zegt de beeldschone Octavio. Op zijn veertiende ontmaagd door een veertigjarige. Of iets dergelijks.
De dames op leeftijd zijn maar wat blij met de viriele jongemannen. ‘Mannen van mijn leeftijd zijn volstrekt uitgeblust en halfdood,’ beweert een volledig verbouwde cougar met flapperende schaamlippen in haar gezicht boven een te strakgetrokken kippennek. Een naturel negentigjarige beweert enthousiast nog nooit een glijmiddel te hebben gebruikt. ‘Heb ik echt niet nodig….’ grijnst ze ondeugend, terwijl ze een pannenlap haakt.
Ach ja. Het houdt nooit op. ‘Pas als de laatste nagel in je kist is geslagen, Heks, dat is wat Gerda altijd zei,’ citeert De Don zijn tweede moeder.
Heks denkt aan Hawk. Nou, daar zit ook nog genoeg leven in! Deze man van de dag. Van het uur. Mijn fijne drukke springlevende nieuwe vriend. We gaan er een heerlijke zomer van maken!
      Heks en Hawk. Het gouden duo. Mijn hoogbejaarde aanbidder leert me hoe een man een vrouw het hof hoort te maken. Met bosjes bloemen, complimentjes en vooral: Vrolijke vriendschap. Deze man van de dag, van het uur, beleeft elke minuut intens. ‘We gaan er een geweldige zomer van maken, Heks. Maar ik wil wel met je mee op vakantie….!’ :-) 'Heks, ben je er klaar voor? Kom je nog morgen?' Hawk's opgewekte stem toetert in mijn oor, 'Om kwart over twee staat de salade klaar, hoor!
0 notes
betoverheks · 7 years
Text
Een dag voor kerst haal ik De don van het station. Van top tot teen in het pak gestoken staat hij me op te wachten. Een wolk parfum zweemt me tegemoet, terwijl ik hem in mijn armen sluit. Snel gooien we zijn bagage in de auto. Ik zet hem af voor de deur en doe nog vlug een paar boodschappen.
Al dagen sleep ik in etappes lekkere dingetjes mijn huis in. Mondjesmaat. Gedoseerd. Precies genoeg voor een mini kerst. Een bos rode tulpen en twee amaryllissen maken het feest compleet.
Charmeur…….. toverheks.com
Ik weet het, het staat niet in verhouding met wat ik voorheen allemaal overhoop haalde in dit jaargetijde. Heks is al lang blij dat haar huisje opgeruimd is. En dat er wat te bikken is.
Een uurtje later trekken we een fles wijn open. De Don lurkt aan een biologisch Belgisch biertje. ‘Heerlijk, Heks,’ verzucht hij, ‘Dat gaat er in als Gods woord in een ouderling….’ Hij heeft er dan ook alweer een wereldreis op zitten. Helemaal vanuit Groningen naar Leiden…..
Vijf nachten logeert mijn vriend bij me. We gaan samen naar de kerstnachtmis. We dineren met Steenvrouw op eerste kerstdag. We slapen uit en kijken eindeloos naar Absolutely Fabulous…….. Hikkend van de lach!
Om de beurt laten we de hond uit. We eten de restjes en houden ons koest……’Don, het is genoeg geweest, ik kan geen pap meer zeggen,’ biecht ik donderdagmiddag op, als ik hem naar zijn zus breng. Hij gaat nog wat familie en vrienden bezoeken.
‘We hebben het heerlijk gehad, maar ik zit zo slecht in mijn vel. Ik merk het aan mijn korte lontje…… ik moet hoognodig een paar dagen crashen. Bewegingsloos in bed liggen. Stom naar de televisie staren……..’
Casual….. zonder stropdas! toverheks.com
‘Heks, je hoeft het me niet uit te leggen. Ik begrijp precies wat je bedoelt,’ mijn oude vriend heeft ook een hopeloos lijf. Om in te wonen dan, niet om naar te kijken. In zijn prachtige Frans Molenaarjasje oogt hij uitermate fris en fruitig.
Hij logeert  vervolgens een paar nachten bij familie en vrienden. Af en toe waait hij binnen om van kostuum te wisselen. Of voor een praatje.
Op oudjaarsdag breng ik hem weer naar de trein. Na een paar nachten feesten met een goeie vriendin is hij bijzonder brak. Evenzogoed zit hij strak in het pak. ‘Ga je het redden? Dat hele end naar het hoge noorden?’ Mijn vriend ziet nogal bleek om de neus.
‘Maak je maar geen zorgen, Heksje, ga maar lekker mediteren. Ik red me wel. Vooral nu ik weet dat je een lekker cadeautje in mijn tas hebt gestopt….. Ik kom de avond wel door!’
We omhelzen elkaar stevig. Wie weet hoe lang het weer duurt voordat we elkaar weer zien. ‘Sorry dat ik halverwege de week moest afhaken….’ prevel ik. ‘Hou op Heks, doe niet zo gek. We hebben het heerlijk gehad. Echt geweldig.’
Even later ben ik op weg naar Den Haag. Enigszins daas van het gehaast. Tegen de tijd dat ik weer thuis ben is mijn vriend alweer in Groningen. Het was een heerlijke week. Ook al ben ik ondanks ons relaxte tempo finaal uitgeteld!
Stoken…….. zo heerlijk! toverheks.com
Mysterieus…….. en vol binnenpretjes! toverheks.com
Man, man, man…….. toverheks.com
Echt waar, geloof me nou maar……. toverheks.com
Kerst met de Don. Wolken parfum, prachtige pakken, elegante jurkjes en heerlijke wijn: We hebben het fijn! Maar na een kleine week vol vermaak verrekt Heks van de pijn. ‘Geen probleem, hoor,’ zegt de Don, ‘Zet me maar weer op de trein!’ Een dag voor kerst haal ik De don van het station. Van top tot teen in het pak gestoken staat hij me op te wachten.
0 notes
betoverheks · 7 years
Text
Een dag voor kerst haal ik De don van het station. Van top tot teen in het pak gestoken staat hij me op te wachten. Een wolk parfum zweemt me tegemoet, terwijl ik hem in mijn armen sluit. Snel gooien we zijn bagage in de auto. Ik zet hem af voor de deur en doe nog vlug een paar boodschappen.
Al dagen sleep ik in etappes lekkere dingetjes mijn huis in. Mondjesmaat. Gedoseerd. Precies genoeg voor een mini kerst. Een bos rode tulpen en twee amaryllissen maken het feest compleet.
Charmeur…….. toverheks.com
Ik weet het, het staat niet in verhouding met wat ik voorheen allemaal overhoop haalde in dit jaargetijde. Heks is al lang blij dat haar huisje opgeruimd is. En dat er wat te bikken is.
Een uurtje later trekken we een fles wijn open. De Don lurkt aan een biologisch Belgisch biertje. ‘Heerlijk, Heks,’ verzucht hij, ‘Dat gaat er in als Gods woord in een ouderling….’ Hij heeft er dan ook alweer een wereldreis op zitten. Helemaal vanuit Groningen naar Leiden…..
Vijf nachten logeert mijn vriend bij me. We gaan samen naar de kerstnachtmis. We dineren met Steenvrouw op eerste kerstdag. We slapen uit en kijken eindeloos naar Absolutely Fabulous…….. Hikkend van de lach!
Om de beurt laten we de hond uit. We eten de restjes en houden ons koest……’Don, het is genoeg geweest, ik kan geen pap meer zeggen,’ biecht ik donderdagmiddag op, als ik hem naar zijn zus breng. Hij gaat nog wat familie en vrienden bezoeken.
‘We hebben het heerlijk gehad, maar ik zit zo slecht in mijn vel. Ik merk het aan mijn korte lontje…… ik moet hoognodig een paar dagen crashen. Bewegingsloos in bed liggen. Stom naar de televisie staren……..’
Casual….. zonder stropdas! toverheks.com
‘Heks, je hoeft het me niet uit te leggen. Ik begrijp precies wat je bedoelt,’ mijn oude vriend heeft ook een hopeloos lijf. Om in te wonen dan, niet om naar te kijken. In zijn prachtige Frans Molenaarjasje oogt hij uitermate fris en fruitig.
Hij logeert  vervolgens een paar nachten bij familie en vrienden. Af en toe waait hij binnen om van kostuum te wisselen. Of voor een praatje.
Op oudjaarsdag breng ik hem weer naar de trein. Na een paar nachten feesten met een goeie vriendin is hij bijzonder brak. Evenzogoed zit hij strak in het pak. ‘Ga je het redden? Dat hele end naar het hoge noorden?’ Mijn vriend ziet nogal bleek om de neus.
‘Maak je maar geen zorgen, Heksje, ga maar lekker mediteren. Ik red me wel. Vooral nu ik weet dat je een lekker cadeautje in mijn tas hebt gestopt….. Ik kom de avond wel door!’
We omhelzen elkaar stevig. Wie weet hoe lang het weer duurt voordat we elkaar weer zien. ‘Sorry dat ik halverwege de week moest afhaken….’ prevel ik. ‘Hou op Heks, doe niet zo gek. We hebben het heerlijk gehad. Echt geweldig.’
Even later ben ik op weg naar Den Haag. Enigszins daas van het gehaast. Tegen de tijd dat ik weer thuis ben is mijn vriend alweer in Groningen. Het was een heerlijke week. Ook al ben ik ondanks ons relaxte tempo finaal uitgeteld!
Stoken…….. zo heerlijk! toverheks.com
Mysterieus…….. en vol binnenpretjes! toverheks.com
Man, man, man…….. toverheks.com
Echt waar, geloof me nou maar……. toverheks.com
Kerst met de Don. Wolken parfum, prachtige pakken, elegante jurkjes en heerlijke wijn: We hebben het fijn! Maar na een kleine week vol vermaak verrekt Heks van de pijn. ‘Geen probleem, hoor,’ zegt de Don, ‘Zet me maar weer op de trein!’ Een dag voor kerst haal ik De don van het station. Van top tot teen in het pak gestoken staat hij me op te wachten.
0 notes
betoverheks · 7 years
Text
Vrijdagmiddag ga ik mijn glutenvrije broodje halen in de natuurwinkel. Bij binnenkomst struikel ik bijna over een mij bekend hondenvrouwtje. Oh jee. Het is een beste meid, maar als ze eenmaal tegen me begint te praten houdt ze nooit meer op. Ook vandaag begint ze een waar offensief, zodra ik haar begroet heb.
‘Oh, ben jij het, ik had je niet herkend, ben je soms afgevallen?’ Dit gebeurt me wel vaker als ik onder al mijn jassen, mutsen en dassen vandaan kruip: Opeens blijft er weinig Heks over! Het volgende onderwerp wordt al door de winkel gesmeten. Alles wat ze zegt heeft een verontwaardigde ondertoon. Ook vind ze heel veel dingen die ik doe, zo niet alles, maar niks.
Mijn geliefde hondenfluisteraars in de Ardennen? Zuipschuiten volgens haar. Mijn oude jachttrainer? Te erg voor woorden. De club waar ik nu train? Volstrekt waardeloos.
‘Ik ben nog wel op zoek naar een leuke jachttraining, ik was ergens begonnen, maar die vrouw wilde alleen privélessen aan me slijten. A raison van 50 euro per 45 minuten. Ze deed het voorkomen alsof ik daarna in een groepje kon instromen, maar dat was slechts een worstje voor mijn neus……….,’ wil ik vertellen. Ik kom niet verder dan de eerste paar woorden.
‘Jij bent toch veganist!’ roept ze verontwaardigd, ‘Jij gaat toch zeker niet jagen?’ Het wordt doodstil in de natuurwinkel. De shop waar nog geen garnaaltje dood gevonden wordt. ‘Ik ben helemaal geen veganist. Zelfs geen vegetariër. Ik eet gewoon vlees…..’ klinkt mijn heldere stemgeluid opgewekt tussen de schappen met soja en linzen.
Een gewaagde uitspraak in deze contreien.
‘Zal ik je eens een ongevraagd advies geven?’ stiert de hondendame er opnieuw ongevraagd  tussen door, ‘Je moet naar Huppeldepup voor jachttraining, want die is zo goed en wel hierom en daarom,’ streng kijkt ze me aan. Haar kwaaie fanatieke gezicht in opperste concentratie. Ze herhaalt de naam nadrukkelijk, een keer of tien, maar toch ben ik em intussen alweer straalvergeten.
In het kader van mijn pogingen om mijn woede te lijf te gaan is dit een zeer interessante ontmoeting. Telkens al ik deze vrouw tegenkom zuigt ze zich aan me vast met allemaal vreselijke verhalen en bozige aantijgingen. Ik kom nauwelijks van haar af. Om die reden loop ik echt wel eens een flink stuk om als ik haar in de verte spot.
‘Ik wil geen verzuurde oude kankerpit worden, daarom moet ik echt iets met die in mij brandende woede doen,’ vertel ik mijn tijdelijke familie tijdens mijn verblijf in Biezenmortel. En hier staat dan zo’n zure doos voor me. Al kankerend op alles en iedereen.
Het zijn geen zaadjes van woede meer in haar, die een beetje water hebben gekregen en daardoor zijn opgekomen: Nee! Ze is de levende razernij zelve! Haar tuin is overwoekerd door venijn. Nergens meer een beetje zoete vreugde of de zon, die in het water schijnt. Geen water bij haar wijn.
Wijn is sowieso natuurlijk not done. Daar word je maar een zotte zuiplap van: Niemand kan iets goed doen in haar ogen. Iedereen krijgt bij voortduring de wind van voren!
Toch ben ik de mening toegedaan dat dit in feite een bovenstebest medemens is. Verstrikt in haar eigen verzuring. Vertrapt door haar niet aflatende woede. Opstandig tot op het bot. Haar hele gezicht staat in een stand van chronische verontwaardiging. Haar stem klinkt hard en verongelijkt uit een boze streep mond.
Heks kijkt in de spiegel van wat zou kunnen komen, als ik niet ga zorgen voor mijn nijd. Dan word ik ook zo’n zure meid. Dus vooruit met de geit. Ik wil mijn medemensen niet kwijt! Als ik mijn last niet verlicht krijg ik spijt!
‘AND YOU ARE CLOSER TO ME THAN EVER, BECAUSE I LOVE MYSELF MORE….’ Zingt een nonnetje uit Plumvillage op de achtergrond. Liefde moet ons redden van onszelf.  Liefde moet onszelf redden.
‘Ben je boos, pluk een roos, zet em op je hoed, dan ben je morgen weer goed,’ is prima advies voor diegenen onder ons, die wel eens een hoofddekseltje op hun kwaaie kop planten. Heks boft maar met die hobby. Ontmoeting met pisnijdige boze fee: Alsof ik in de spiegel naar mijn toekomst kijk! Best even schrikken! Vrijdagmiddag ga ik mijn glutenvrije broodje halen in de natuurwinkel. Bij binnenkomst struikel ik bijna over een mij bekend hondenvrouwtje.
0 notes
betoverheks · 8 years
Text
Voor de kerk staat een paard. Een paard? Nee! Het is een eenhoorn!
Vrijdagmorgen haal ik alvast wat boodschappen. Ik loop finaal op mijn tandvlees, maar vanavond komt Trui eten. en ik wil het absoluut niet afzeggen! ‘Weet je dat we elkaar al meer dan drie maanden niet gezien hebben, Heks? De laatste keer dat ik op de stoep stond was op je verjaardag. En dat liep toen mis….’ peperde ze me onlangs in. Goeie hemel. Ik schrik ervan.
Mijn vriendin is ook in de lappenmand. Dus het is niet geheel aan mij te wijten, maar met Heks schiet het natuurlijk ook niet op momenteel. Ik bel meer af dan me lief is.
Nieuwe verse buitenlandse studenten drommen om het arme dier.
Om half 1 komt mijn hulp. Ik ploeter samen met haar door het huis. Mijn schouder plopt in en uit de kom, terwijl ik probeer ook wat te doen. Bah. Pijnlijk ook. Stomme rotschouder. Sinds afgelopen woensdag is het weer helemaal mis. Net toen ik dacht dat het weer een beetje de goede kant opging hoorde ik een enorm gekraak. Gevolgd door allemaal lugubere geluiden. Bot op bot. Vlak naast mijn linkeroor.
Het leven van een eenhoorn gaat ook niet over rozen. Sta je weer tussen allemaal dronken studenten mooi te zijn……
De telefoon gaat. ‘Are we still on for tonight?’ piept mijn vriendin astmatisch in mijn oor. Dat klinkt nog niet best. ‘Natuurlijk,’ snotter ik,’Ik heb al boodschappen gedaan….’ ‘Oh, nou,’ ze gaat afzeggen vrees ik, ‘Vlinder werkt vanavond in de Zijlpoort, zullen we bij haar gaan eten? Het is restaurantweek. Worden we extra verwend!’
  De Ripse Ruiter houdt hem goed vast
Wat een schat!
Stal Ripse Ruiters, speciaal voor eenhoorns…..
Shit. Ik ben bezig met bezuinigen, maar het lukt nog niet erg. Maar om dan maar direct uit eten te gaan….. ‘My treat!’ klinkt het opgewekt aan de andere kant. Heks is om. Lekker uit eten. Niet koken met dit lamme lijf. Heerlijk!
Zo trek ik dan mijn nieuwe uitverkooprokje aan. Ik poets mezelf op tot een acceptabel uiterlijk. Eerst kruip ik onder een gloeiendhete douche door. Dan smeer ik mezelf in met allerhande heerlijke bodybutters. De verfkwast met rouge gaat royaal over de bleke kaken. Helaas werken mijn armen niet mee. Ik ben zo traag als een slak.
Ripse Ruiter
Als ik in het restaurant arriveer zit Trui al aan de witte wijn. Snel wordt er een glas bijgezet. Haar beeldschone dochter Vlinder fladdert vrolijk om ons heen. We worden heerlijk verwend met allemaal kleine liflafjes. Glutenvrij, lactosevrij en sojavrij! Ik kan alles eten!
VikThor ligt onder de tafel. Wat een feest dat ik hem zonder problemen overal mee naar toe kan nemen! Dat ben ik helemaal niet gewend. Ys wilde altijd graag ook ergens in bijten als ik hem meenam naar een restaurant. Bij voorkeur de kuiten van een ober…..
buurman
kom maar hier, lekker dier
buurman aait het paard
Het is al over tienen als we afscheid nemen. Heks is tonnetje rond na een bacchanaal van zeker drie uur. We zien elkaar misschien veel te weinig de laatste tijd, maar als we elkaar dan treffen, dan doen we dat goed!
Dank je wel. lieve boezemvriendin. Dat etentje ging er lekker in! Als Gods woord in een ouderling!
Op naar de volgende klus
  Inspiratie: Levensechte Eenhoorn, dansende Vlinder een een warme goedgemutste Trui voor Heks! Dat is helemaal niks geks. Minder zeldzaam dan goeie seks! Vrijdagmorgen haal ik alvast wat boodschappen. Ik loop finaal op mijn tandvlees, maar vanavond komt Trui eten.
0 notes